Inbreng verslag schriftelijk overleg : Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over Ontwerp-Wijziging van het Besluit etikettering personenauto's (Kamerstuk 31209-263)
2025D22017 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Binnen de vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat hebben verschillende fracties
de behoefte om vragen en opmerkingen voor te leggen aan de Staatssecretaris van Infrastructuur
en Waterstaat over zijn brief inzake de Ontwerpwijziging van het Besluit etikettering
personenauto’s (Kamerstuk 31 209, nr. 263).
De voorzitter van de commissie,
P. de Groot
Adjunct-griffier van de commissie,
Koerselman
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Inleiding
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie hebben kennisgenomen van de ontwerpwijziging
van het Besluit etikettering energiegebruik personenauto’s (hierna: het ontwerpbesluit)
en hebben geen verdere vragen of opmerkingen.
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van het ontwerpbesluit. Zij hebben
hierover nog enkele opmerkingen en vragen aan de Staatssecretaris van IenW.
De leden van de D66-fractie hebben met interesse kennisgenomen van het ontwerpbesluit.
Deze leden hebben nog enkele vragen.
De leden van de BBB-fractie hebben kennisgenomen van het ontwerpbesluit en hebben
enkele vragen.
VVD-fractie
Hoofdlijnen van de Ontwerpwijziging van het Besluit
De leden van de VVD-fractie merken op dat de Europese richtlijn waar de energielabels
op zijn gebaseerd, binnenkort wordt herzien. Hoe gaat de Staatssecretaris ervoor zorgen
dat wat nu met het Besluit wordt geregeld een plek krijgt in de herziening? De Europese
richtlijn schrijft voor dat fysieke boekjes en een poster in de showroom getoond moeten
worden. Deze leden zijn van mening dat verplichtingen voor geprinte materialen niet
van deze tijd zijn, zeker vanwege het dynamische karakter van de labelindeling. Dit
zorgt voor onnodige administratieve last, terwijl online oplossingen effectiever zijn.
Gaat de Staatssecretaris zich hiervoor inzetten op Europees niveau?
Artikel 7
De leden van de VVD-fractie zijn van mening dat auto’s die bidirectioneel kunnen laden,
een bijdrage kunnen leveren aan het oplossen van de netcongestieproblematiek. Deze
auto’s kunnen stroom opslaan als er overproductie is van duurzame energie en dit terugleveren
aan het net als sprake is van een vraagpiek. Op welke wijze kunnen bidirectionele
voertuigen in de etikettering een plek krijgen? Wordt daarbij rekening gehouden met
de teruggeleverde stroom en wordt hierbij een negatieve CO2-uitstoot gehanteerd?
D66-fractie
Certificaat van Overeenkomst en handhaving
De leden van de D66-fractie lezen in de nota van toelichting van het ontwerpbesluit
dat de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) de energielabels zal controleren
aan de hand van het Certificaat van Overeenstemming (CvO). Echter geeft de ILT aan
dat dit in praktijk niet mogelijk is bij nieuwe auto’s, gezien de afwezigheid van
een CvO bij auto’s zonder kenteken (vóór de verkoop). Deze leden vragen de Staatssecretaris
hoe de energielabels van nieuwe auto’s gecontroleerd zullen worden en of de afwezigheid
van het CvO een belemmering zal vormen bij de handhaving van dit ontwerpbesluit.
Tijdstip van in werking treden
De leden van de D66-fractie vragen, gezien het feit dat de etiketten jaarlijks in
januari vervangen worden, om het ontwerpbesluit in werking te laten treden vanaf 1 januari
2026 om handelaren kosten te besparen bij het plaatsen van de labels.
Toepassingsbereik
De leden van de D66-fractie lezen dat het uitbreiden van de etikettering naar onder
andere bestelwagens en gebruikte personenwagens een te grote uitbreiding is voor deze
regeling. Deze leden vragen de Staatssecretaris welke aanpassingen er nodig zouden
zijn om deze uitbreiding wel plaats te laten vinden en waarom dat in dit ontwerpbesluit
niet mogelijk is.
BBB-fractie
De leden van de BBB-fractie merken op dat de voorgestelde wijzigingen zorgen voor
hoge eenmalige kosten die de leveranciers moeten maken. Dit wordt geschat op ongeveer
€ 110.000. Deze leden zijn benieuwd of en hoeveel leveranciers hebben aangegeven hierdoor
in moeilijkheden te komen.
De leden van de BBB-fractie hebben ook een vraag over de uitvoerbaarheid van de wijzigingen
voor de RDW. De RDW moet zijn systemen aanpassen. Geschat wordt dat dit ongeveer 2.000
manuren vergt. De RDW zelf heeft in april van dit jaar aangegeven voorlopig vast te
houden aan de huidige methoden vanwege de hoge investeringen.
De leden van de BBB-fractie vragen waarom de wijzigingen doorgang moeten krijgen als
zowel leveranciers als de RDW aangeven dat de initiële kosten te hoog zijn.
De leden van de BBB-fractie merken op dat de onderliggende EU-richtlijn (EU-richtlijn
1999/94/EG) lidstaten verplicht om energielabels te gebruiken voor nieuwe personenauto’s
met daarop het brandstofverbruik en de CO2-uitstoot. Deze leden willen de Staatssecretaris erop wijzen dat een toevoeging van
het stroomverbruik daarmee een Nederlandse kop op Europees beleid is, wat tegen het
regeerprogramma ingaat.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
P.C. (Peter) de Groot, voorzitter van de vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat -
Mede ondertekenaar
G.B. Koerselman, adjunct-griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.