Memorie van toelichting : Memorie van toelichting
Tweede Kamer der Staten-Generaal
InhoudsopgaveA. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTELB. BEGROTINGSTOELICHTING1 Leeswijzer2 Beleid Koninkrijksrelaties2.1 Overzicht belangrijke uitgaven- en ontvangstenmutaties3 Beleidsartikelen Koninkrijksrelaties3.1 Artikel 1. Versterken rechtsstaat3.2 Artikel 2. Slavernijverleden3.3 Artikel 4. Bevorderen sociaaleconomische structuur3.4 Artikel 5. Schuldsanering/lopende inschrijving/leningen3.5 Artikel 8. Wederopbouw Bovenwindse Eilanden4 Niet-beleidsartikelen Koninkrijksrelaties4.1 Artikel 6. Apparaat4.2 Artikel 7. Nog onverdeeld5 Beleid BES-fonds5.1 Overzicht belangrijke uitgaven- en ontvangstenmutaties6 Beleidsartikel BES-fonds6.1 Artikel 1. BES-fonds
36 550 IV Wijziging van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2024 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)
Nr. 2 MEMORIE VAN TOELICHTING
Vergaderjaar 2023‒2024
A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL
Wetsartikelen 1 tot en met 3
De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2024 wijzigingen aan te brengen in:
1. de begrotingsstaat van Koninkrijksrelaties (IV);
2. de begrotingsstaat voor het BES-fonds (H).
De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zogenaamde begrotingstoelichting).
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,H.M.de Jonge
B. BEGROTINGSTOELICHTING
1 Leeswijzer
De eerste suppletoire begroting geeft een beeld van de uitvoering van de begroting 2024 (Kamerstukken II 2023/24, 36410 IV, nr. 1).
In deze eerste suppletoire begroting worden in de tabellen cijfers over zes begrotingsjaren weergegeven, in voorgaande jaren waren dit maar vijf begrotingsjaren. Voor het begrotinsjaar 2029 zijn de middelen in de deze eerste suppletoire begroting toegevoegd.
Onderstaand is het overzicht te vinden van uitgaven in verband met coronamaatregelen van Koninkrijksrelaties (IV). Voor het BES-fonds (H) zijn er geen coronamaatregelen te melden.
Tabel 1 Extracomptabel overzicht coronamaatregelen Koninkrijksrelaties (bedragen x € 1.000)
Artikelnummer
naam maatregel/regeling
Bedrag verplichtingen 2023
Bedrag uitgaven 2023
Bedrag ontvangsten 2023
Relevante Kamerstukken
4
Landspakket Sint Maarten
249
249
0
Kamerstukken II 2021/22, 35925 IV, nr. 32
Totaal
249
249
0
Uitgangspunt bij de tabel budgettaire gevolgen van beleid is dat per artikel de beleidsmatige en technische mutaties toegelicht worden, die groter dan of gelijk zijn aan de ondergrens zoals deze in de Rijksbegrotingsvoorschriften (RBV) zijn opgenomen, de zogenaamde staffel. In het kader van transparantie of anderszins kan het voorkomen dat mutaties beneden deze ondergrenzen ook worden toegelicht.
Tabel 2 Ondergrenzen conform RBV 2024
Begrotingsartikel
Beleidsmatige mutaties (ondergrens in € miljoen)
Technische mutaties (ondergrens in € miljoen)
1. Versterken rechtsstaat
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln. Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 4 mln. Ontvangsten: 2 mln.
4. Bevorderen sociaaleconomische structuur
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln. Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 4 mln. Ontvangsten: 2 mln.
5. Schuldsanering/lopende inschrijving/leningen
Verplichtingen/Uitgaven: 1 mln. Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln. Ontvangsten: 2 mln.
8. Wederopbouw Bovenwindse Eilanden
Verplichtingen/Uitgaven: 1 mln. Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln. Ontvangsten: 2 mln.
6. Apparaat
Verplichtingen/Uitgaven: 1 mln. Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln. Ontvangsten: 2 mln.
7. Nog onverdeeld
Verplichtingen/Uitgaven: 1 mln. Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln. Ontvangsten: 2 mln.
1. BES-fonds
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln. Ontvangsten: 2 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 4 mln. Ontvangsten: 4 mln.
2 Beleid Koninkrijksrelaties
2.1 Overzicht belangrijke uitgaven- en ontvangstenmutaties
Tabel 3 Belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2024 (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
Artikelnummer
Uitgaven 2024
Uitgaven 2025
Uitgaven 2026
Uitgaven 2027
Uitgaven 2028
Uitgaven 2029
Vastgestelde begroting 2024
223.203
172.553
172.587
192.766
155.980
0
Belangrijkste suppletoire mutaties
1) Grensbewaking
1
‒ 17.033
0
0
0
0
0
2) Recherche capaciteit
1
‒ 14.360
0
0
0
0
0
3) Rechtelijke macht
1
‒ 4.824
0
0
0
0
0
4) Slavernijverleden
2
3.333
26.999
10.666
10.666
9.666
5.333
5) Tijdelijke Werkorganisatie
4
‒ 13.337
0
6.669
6.668
0
0
6) Onderwijshuisvesting Curaçao
4
‒ 10.666
10.666
0
0
0
0
7) Klif Sint Eustatius
4
‒ 7.600
7.600
0
0
0
0
8) Tijdelijke Werkorganisatie overboeking naar BZK
7
‒ 2.936
0
0
0
0
0
9) Loon- en prijsbijstelling 2024
7
7.690
6.786
6.788
7.919
6.256
6.256
10) Extrapolaties 2029
Div
0
0
0
0
0
138.613
11) Overige mutaties
Div
‒ 4.283
3.198
3.234
3.457
2.071
2.463
Stand 1e suppletoire begroting 2024
159.187
227.802
199.944
221.476
173.973
152.665
Toelichting uitgavenmutaties
1. Grensbewaking
In het kader van de versterking van het grenstoezicht levert de Koninklijke Marechaussee (KMar) een bijdrage. Hiertoe is een protocol opgesteld en ondertekend tussen Nederland en de Caribische landen. Circa € 17 mln. wordt overgeboekt van de begroting van Koninkrijksrelaties naar de begroting van het ministerie van Defensie, onderdeel Koninklijke Marechaussee.
2. Recherche capaciteit
De jaarlijkse ondermijningsmiddelen ten behoeve van het Recherchesamenwerkingsteam (RST) worden beschikbaar gesteld aan het ministerie van Justitie en Veiligheid. Dit betreft een overboeking van circa € 14,4 mln van de begroting van Koninkrijksrelaties.
3. Rechtelijke macht
De beschikbaar gestelde middelen voor de ondermijningaanpak Cariben 2024 worden overgeheveld van de begroting van Koninkrijksrelaties naar de begroting van Justitie en Veiligheid. Dit betreft middelen voor 2024 voor het Gemeenschappelijk Hof (€ 1,9 mln.), Openbaar Ministerie Aruba (€ 0,6 mln.) en het Parket-Generaal (€ 2,3 mln.).
4. Slavernijverleden
Dit zijn de middelen die naar aanleiding van de excuses beschikbaar zijn gesteld zijn gericht op kennis en bewustwording, erkenning, herdenking en de doorwerking van het trans-Atlantisch slavernijverleden voor de Caribische delen van het Koninkrijk.
5. Tijdelijke Werkorganisatie
De uitgaven van de middelen voor de ondersteuning van de uitvoering van de Landspakketen verlopen minder snel dan verwacht door onder andere een tekort in de uitvoeringscapaciteit. Daarnaast duurt de besluitvorming over complexe en majeure hervormingen langer. Daarom vindt een kasschuif van circa € 13,3 mln. plaats van 2024 naar de jaren 2026 en 2027.
6. Onderwijshuisvesting Curaçao
De voorbereidingen van het onderhoud aan scholen op Curaçao duurt langer dan eerder werd gedacht. Daarom wordt via een kasschuif circa € 10,6 mln. doorgeschoven van 2024 naar 2025.
7. Klif Sint Eustatius
In 2024 kan door vertraging niet alle beschikbare middelen voor de werkzaamheden aan de klif op Sint Eustatius worden ingezet. Daarom vindt een kasschuif van € 7,6 mln. plaats naar 2025.
8. Tijdelijke Werkorganisatie overboeking naar BZK
Er vindt een overboeking plaats naar het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van € 2,9 mln. van de KR begroting voor de dekking van de apparaatskosten van de Tijdelijke Werkorganisatie.
9. Loon- en prijsbijstelling 2024
Dit is de meerjarige loon- en prijsbijstelling voor Koninkrijksrelaties.
10. Extrapolatie 2029
In miljoenennotajaar 2024 is het jaar 2029 toegevoegd aan de begroting. De middelen voor 2029 zijn via de extrapolatie in de 1e suppletoire begroting toegevoegd.
Tabel 4 Belangrijkste suppletoire ontvangstenmutaties 2024 (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
Artikelnummer
Ontvangsten 2024
Ontvangsten 2025
Ontvangsten 2026
Ontvangsten 2027
Ontvangsten 2028
Ontvangsten 2029
Vastgestelde begroting 2024
49.958
186.899
203.899
127.676
218.821
0
Belangrijkste suppletoire mutaties
1) Leningen
5
95.807
23.038
23.038
23.038
23.038
23.038
2) Extrapolaties 2029
5
0
0
0
0
0
283.023
3) Diverse ontvangsten
Div
539
‒ 4.593
‒ 3.106
‒ 3.106
‒ 3.106
‒ 3.106
Stand 1e suppletoire begroting 2024
146.304
205.344
223.831
147.608
238.753
302.955
Toelichting ontvangstenmutaties
1. Leningen
Jaarlijks worden de aflossingen op de uitstaande leningen aan Aruba, Curaçao en Sint Maarten hergewaardeerd tegen de actuele begrotingskoers en wordt het laatste jaar toegevoegd. Voor 2024 wordt er € 72,8 mln. aan renteontvangsten toegevoegd. Daarnaast zijn de ontvangsten uit aflossingen bijgesteld inclusief de toevoeging van de aflossing op de liquiditeitslening van Aruba die in 2024 begint (€ 23,0 mln.).
2. Extrapolatie 2029
In miljoenennotajaar 2024 is het jaar 2029 toegevoegd aan de begroting. De middelen voor 2029 zijn via de extrapolatie in de 1e suppletoire begroting toegevoegd.
3 Beleidsartikelen Koninkrijksrelaties
3.1 Artikel 1. Versterken rechtsstaat
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 5 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 1 Versterken rechtsstaat (bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting t (1)
Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2)
Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Mutatie 2027
Mutatie 2028
Mutatie 2029
Art.
Verplichtingen
80.049
0
80.049
‒ 36.278
43.771
3.629
3.630
4.738
4.738
92.135
Uitgaven
80.049
0
80.049
‒ 36.278
43.771
3.629
3.630
4.738
4.738
92.135
1.0
Versterken rechtsstaat
80.049
0
80.049
‒ 36.278
43.771
3.629
3.630
4.738
4.738
92.135
Subsidies (regelingen)
1.044
0
1.044
‒ 1.016
28
‒ 1.016
‒ 1.016
‒ 1.016
‒ 1.016
28
Bestuurlijke aanpak
1.044
0
1.044
‒ 1.016
28
‒ 1.016
‒ 1.016
‒ 1.016
‒ 1.016
28
Opdrachten
2.118
0
2.118
‒ 1.919
199
‒ 2.118
‒ 2.118
0
0
0
Detentie - Algemeen
2.118
0
2.118
‒ 2.039
79
‒ 2.118
‒ 2.118
0
0
0
Diverse opdrachten
0
0
0
120
120
0
0
0
0
0
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
0
0
0
1.944
1.944
2.180
2.180
0
0
0
Detentie - Algemeen
0
0
0
1.944
1.944
2.180
2.180
0
0
0
Bijdrage aan medeoverheden
0
0
0
972
972
1.074
1.074
1.074
1.074
1.074
Bestuurlijke aanpak
0
0
0
972
972
1.074
1.074
1.074
1.074
1.074
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
17.882
0
17.882
‒ 1.482
16.400
0
0
0
0
0
Detentie - Vastgoed
17.882
0
17.882
‒ 1.482
16.400
0
0
0
0
0
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken
59.005
0
59.005
‒ 34.777
24.228
3.509
3.510
4.680
4.680
91.033
Grensbewaking (Defensie)
27.576
0
27.576
‒ 17.033
10.543
1.636
1.636
1.636
1.636
31.824
Recherchecapaciteit (JenV)
15.233
0
15.233
‒ 13.534
1.699
952
950
2.190
2.190
42.594
Rechterlijke macht (JenV)
11.332
0
11.332
‒ 4.210
7.122
658
661
591
591
11.488
Douane (Financiën)
4.864
0
4.864
0
4.864
263
263
263
263
5.127
Ontvangsten
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Geschatte budgetflexibiliteit
Tabel 6 Geschatte budgetflexibiliteit artikel 1
2024
juridisch verplicht
6,3%
bestuurlijk gebonden
89,0%
beleidsmatig gereserveerd
2,3%
nog niet ingevuld/vrij te besteden
2,4%
Juridisch verplicht
Van het totale uitgavenbudget op artikel 1 is 6,3% juridisch verplicht.
Opdrachten
Detentie - Algemeen
Dit betreft een reallocatie van opdrachten naar bijdragen aan ZBO's/RWT's om de uitgaven op het juiste instrument te kunnen verantwoorden.
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
Detentie - Algemeen
Dit betreft een reallocatie van opdrachten naar bijdragen aan ZBO's/RWT's om de uitgaven op het juiste instrument te kunnen verantwoorden.
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken
Grensbewaking (Defensie)
In het kader van de versterking van het grenstoezicht levert de Koninklijke Marechaussee (KMar) een bijdrage. Hiertoe is een protocol opgesteld en ondertekend tussen Nederland en de Caribische landen. Circa € 17 mln. wordt overgeboekt van de begroting van Koninkrijksrelaties naar de begroting van het ministerie van Defensie, onderdeel Koninklijke Marechaussee.
Recherchecapaciteit (JenV)
De jaarlijkse ondermijningsmiddelen ten behoeve van het Recherchesamenwerkingsteam (RST) worden beschikbaar gesteld aan het ministerie van Justitie en Veiligheid. Dit betreft een overboeking van circa € 14,4 mln van de begroting van Koninkrijksrelaties. Daarnaast is de loon- en prijsbijstelling 2024 toegevoegd aan het budget van het RST.
Rechterlijke macht (JenV)
De beschikbaar gestelde middelen voor de ondermijningaanpak Cariben 2024 worden overgeheveld van de begroting van Koninkrijksrelaties naar de begroting van Justitie en Veiligheid. Dit betreft middelen voor 2024 voor het Gemeenschappelijk Hof (€ 1,9 mln.), Openbaar Ministerie Aruba (€ 0,6 mln.) en het Parket-Generaal (€ 2,3 mln.).
3.2 Artikel 2. Slavernijverleden
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 7 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 2 Slavernijverleden (bedragen x € 1.000)
Art.
Omschrijving
Ontwerpbegroting 2024 (1)
Mutaties via NvW, ISB, moties en amendementen (2)
Vastgestelde begroting 2024 (3)=(1)+(2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5)=(3)+(4)
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Mutatie 2027
Mutatie 2028
Mutatie 2029
Verplichtingen
0
0
0
3.333
3.333
26.999
10.666
10.666
9.666
5.333
Uitgaven
0
0
0
3.333
3.333
26.999
10.666
10.666
9.666
5.333
2.0
Slavernijverleden
Subsidies (regelingen)
0
0
0
3.333
3.333
6.666
6.666
6.666
6.666
3.333
Maatschappelijke initiatieven
0
0
0
3.333
3.333
6.666
6.666
6.666
6.666
3.333
Bijdrage aan medeoverheden
0
0
0
0
0
20.333
4.000
4.000
3.000
2.000
Maatregelen bewustwording, betrokkenheid en doorwerking slavernijverleden
0
0
0
0
0
20.333
4.000
4.000
3.000
2.000
Ontvangsten
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Tabel 8 Geschatte budgetflexibiliteit artikel 2
2024
juridisch verplicht
0,0%
bestuurlijk gebonden
100,0%
beleidsmatig gereserveerd
0,0%
nog niet ingevuld/vrij te besteden
0,0%
Juridisch verplicht
De middelen zijn 0% juridisch verplicht, maar wel 100% bestuurlijk gebonden. De invulling van de doelen vereist namelijk de ruimte om de middelen voor deze doelen te behouden over de jaargrenzen heen. Daarom hebben deze middelen 100% eindejaarsmarge. Dit geldt zowel voor de middelen voor maatschappelijke initiatieven als voor maatregelen voor bewustwording, betrokkenheid en doorwerking.
Uitgaven
Op 19 december 2022 heeft de minister-president namens de regering excuses aangeboden voor het handelen van de Nederlandse staat in het verleden: postuum aan alle tot slaaf gemaakten die wereldwijd onder dat handelen hebben geleden, aan hun dochters en zonen, en aan al hun nazaten tot in het hier en nu.
De middelen die naar aanleiding van de excuses beschikbaar zijn gesteld zijn gericht op kennis en bewustwording, erkenning, herdenking en de doorwerking van het trans-Atlantisch slavernijverleden. Uitgangspunten voor de invulling hiervan zijn: (1) navolgbaar- en inzichtelijkheid (2) programmering en bestemming van deze middelen. Dit vindt in gezamenlijkheid met ondere nazaten andere betrokken plaats Daar komt bij dat een begrotingsartikel het beste aansluit ‘bij de ambitie die het kabinet heeft uitgesproken om de invulling van het fonds van € 200 mln. laagdrempelig vorm te geven in samenspraak met onder andere nazaten en betrokken maatschappelijke en grass roots organisaties in Nederland, het Caribisch deel van het Koninkrijk en Suriname. Een begrotingsartikel borgt deze ruimte’ (Kamerstukken II 2022/23, 36284, nr. 28). Om aan te sluiten bij de behoefte van een wettelijke grondslag van deze toezegging in de kabinetsreactie is er in 2023 een begrotingsartikel aan de BZK-begroting (H7) toegevoegd.
Middelen voor Caribisch deel van het Koninkrijk
Op 29 september 2023 heeft de ministeriële stuurgroep slavernijverleden over de geografische balans van de besteding van de € 200 mln. het volgende besloten (Kamerstukken II 2022/23, 36284, nr. 34) (Kamerstukken II 2023/24, 36284 nr. 36):
– Uit de € 100 mln. voor de regeling voor maatschappelijke initiatieven wordt € 33,3 mln. gereserveerd voor het Caribisch deel van het Koninkrijk, waarvoor een subsidieregeling wordt uitgewerkt.
– Uit de € 100 mln. voor maatregelen voor bewustwording, betrokkenheid en doorwerking wordt € 33,3 mln. gereserveerd voor het Caribisch deel van het Koninkrijk, waarmee invulling kan worden gegeven aan de op 19 december 2022 gedane toezeggingen (en indien gewenst en mogelijk nog meer) (Kamerstukken II 2022/23, 36284, nr. 1). Ieder (ei)land werkt hiervoor aan een eigen (herstel)agenda en momenteel worden samen met departementen (zoals VWS en OCW) voorstellen voor (intereilandelijke) projecten ontwikkeld.
Subsidies (regelingen)
Maatschappelijke initiatieven
Dit betreft uitgaven om invulling te geven aan de subsidieregeling voor maatschappelijke initiatieven Trans-Atlantisch slavernijverleden voor de Caribische delen van het Koninkrijk. Het streven is dat de regeling in de zomer van 2024 gepubliceerd wordt in de Staatscourant en Staatsbladen van Aruba, Curaçao en Sint Maarten. Het gaat om circa € 33,3 mln., verdeeld over de jaren 2024 tot en met 2029. Deze middelen zijn overgeboekt van de begroting Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (HVII) naar de begroting van Koninkrijksrelaties (HIV).
Bijdrage aan medeoverheden
Maatregelen voor bewustwording, betrokkenheid en doorwerking
Dit betreft uitgaven voor bewustwording, betrokkenheid en doorwerking van slavernijverleden voor de Caribische delen van het Koninkrijk. De middelen zijn bedoeld voor initiatieven die bijdragen aan ten minste één van de drie doelstellingen: kennis en bewustwording; erkenning en herdenken; en doorwerking en verwerking. De invulling van deze middelen geschiedt in samenwerking met nazaten, vertegenwoordigers uit het Caribisch deel van het Koninkrijken en overige betrokkenen. Voor 2025 is € 20,3 mln. overgeboekt van de begroting Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (HVII) naar de begroting van Koninkrijksrelaties (HIV).
3.3 Artikel 4. Bevorderen sociaaleconomische structuur
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 9 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 4 Bevorderen sociaaleconomische structuur (bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting t (1)
Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2)
Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Mutatie 2027
Mutatie 2028
Mutatie 2029
Art.
Verplichtingen
81.525
0
81.525
‒ 40.113
41.412
11.569
580
960
545
9.687
Uitgaven
83.919
0
83.919
‒ 40.113
43.806
11.569
580
960
545
13.687
4.1
Curaçao, Sint Maarten en Aruba
62.154
0
62.154
‒ 32.261
29.893
3.516
‒ 96
284
‒ 131
7.043
Subsidies (regelingen)
53.388
0
53.388
‒ 36.472
16.916
‒ 2.583
‒ 7.580
‒ 8.585
0
0
Diverse subsidies
100
0
100
0
100
0
0
0
0
0
Tijdelijke Werkorganisatie (TWO)
38.988
0
38.988
‒ 24.806
14.182
‒ 13.249
‒ 7.580
‒ 8.585
0
0
Onderwijshuisvesting Curaçao
14.300
0
14.300
‒ 11.666
2.634
10.666
0
0
0
0
Opdrachten
1.662
0
1.662
3.901
5.563
4.098
5.483
6.868
‒ 132
1.630
Opdrachten landen
1.662
0
1.662
‒ 1.099
563
‒ 902
‒ 517
‒ 132
‒ 132
1.630
Tijdelijke Werkorganisatie (TWO)
0
0
0
5.000
5.000
5.000
6.000
7.000
0
0
Inkomensoverdrachten
5.268
0
5.268
0
5.268
0
0
0
0
5.268
Toeslagen op pensioenen NA
5.268
0
5.268
0
5.268
0
0
0
0
5.268
Bijdrage aan medeoverheden
1.678
0
1.678
322
2.000
2.000
2.000
2.000
0
0
Onderwijshuisvesting Curaçao
1.678
0
1.678
‒ 1.678
0
0
0
0
0
0
Tijdelijke Werkorganisatie (TWO)
0
0
0
2.000
2.000
2.000
2.000
2.000
0
0
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
158
0
158
‒ 12
146
1
1
1
1
145
Diverse bijdragen
158
0
158
‒ 12
146
1
1
1
1
145
4.2
Caribisch Nederland
21.765
0
21.765
‒ 7.852
13.913
8.053
676
676
676
6.644
Subsidies (regelingen)
1.139
0
1.139
465
1.604
11
11
11
11
846
Subsidies Caribisch Nederland
1.139
0
1.139
465
1.604
11
11
11
11
846
Opdrachten
1.636
0
1.636
494
2.130
650
650
650
650
2.358
Versterken bestuurs- en uitvoeringskracht
1.636
0
1.636
‒ 106
1.530
50
50
50
50
1.758
Opdrachten Caribisch Nederland
0
0
0
600
600
600
600
600
600
600
Inkomensoverdrachten
1.349
0
1.349
0
1.349
0
0
0
0
1.349
Pensioenen en uitkeringen politieke ambtsdragers
1.349
0
1.349
0
1.349
0
0
0
0
1.349
Bijdrage aan medeoverheden
17.641
0
17.641
‒ 8.811
8.830
7.392
15
15
15
2.091
Versterken bestuurs- en uitvoeringskracht
17.641
0
17.641
‒ 8.811
8.830
7.392
15
15
15
2.091
Ontvangsten
0
0
0
1.149
1.149
0
0
0
0
0
Geschatte budgetflexibiliteit
Tabel 10 Geschatte budgetflexibiliteit artikel 4
2024
juridisch verplicht
41,2%
bestuurlijk gebonden
43,9%
beleidsmatig gereserveerd
3,4%
nog niet ingevuld/vrij te besteden
11,5%
Juridisch verplicht
Van het totale uitgavenbudget op artikel 4 is 41,2% juridisch verplicht.
Artikel 4.1 Curaçao, Sint Maarten en Aruba
Subsidies (regelingen)
Tijdelijke Werkorganisatie (TWO)
De uitgaven van de middelen voor de ondersteuning van de uitvoering van de Landspakketen verlopen minder snel dan verwacht door onder andere een tekort in de uitvoeringscapaciteit. Daarnaast duurt de besluitvorming over complexe en majeure hervormingen langer. Daarom vindt een kasschuif van circa € 13,3 mln. plaats van 2024 naar de jaren 2026 en 2027.
De resterende € 10,5 mln. betreffen voornamelijk reallocaties van het TWO-programmabudget naar verschillende instrumenten om de uitgaven op het juiste instrument te kunnen verantwoorden.
Vanuit artikel 7 onvoorzien wordt er € 1,0 mln. aan eindejaarsmarge aan het budget van TWO toegevoegd. Per jaareinde 2023 zijn verplichtingen op het instrument subsidies TWO overgelopen naar 2024 omdat de facturen hiervoor door leveranciers later zijn ingediend. Dit heeft geleid tot onderbesteding ten opzichte van het budget.
Onderwijsvesting Curaçao
De voorbereidingen van het onderhoud aan scholen op Curaçao duurt langer dan eerder werd gedacht. Daarom wordt via een kasschuif circa € 10,6 mln. doorgeschoven van 2024 naar 2025.
In 2023 is € 1,0 mln. meer verstrekt aan onderwijshuisvesting Curaçao dan er budget beschikbaar was. Deze extra middelen waren afkomstig uit de TWO subsidiemiddelen. De middelen worden nu weer gerealloceerd van onderwijshuisvesting naar TWO subsidiemiddelen.
Opdrachten
Tijdelijke Werkorganisatie (TWO)
Dit betreft een reallocatie van het TWO-programmabudget van het instrument subsidies naar opdrachten om de uitgaven op het juiste instrument te kunnen verantwoorden.
Bijdrage aan medeoverheden
Tijdelijke Werkorganisatie (TWO)
Dit betreft een reallocatie van het TWO-programmabudget van het instrument subsidies naar bijdrage aan medeoverheden om de uitgaven op het juiste instrument te kunnen verantwoorden.
Artikel 4.2 Caribisch Nederland
Bijdrage aan medeoverheden
Versterken bestuurs- en uitvoeringskracht
In 2024 kan door vertraging niet alle beschikbare middelen voor de werkzaamheden aan de klif op Sint Eustatius worden ingezet. Daarom vindt een kasschuif van € 7,6 mln. plaats naar 2025.
3.4 Artikel 5. Schuldsanering/lopende inschrijving/leningen
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 11 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 5 Schuldsanering/ lopende inschrijving/ leningen (bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting t (1)
Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2)
Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Mutatie 2027
Mutatie 2028
Mutatie 2029
Art.
Verplichtingen
0
0
0
0
0
0
0
0
0
‒ 17.367
Uitgaven
28.517
0
28.517
0
28.517
0
0
0
0
11.150
5.1
Schuldsanering Curaçao en Sint Maarten
28.517
0
28.517
0
28.517
0
0
0
0
11.150
Leningen
28.517
0
28.517
0
28.517
0
0
0
0
11.150
Schuldsanering
28.517
0
28.517
0
28.517
0
0
0
0
11.150
Ontvangsten
49.958
0
49.958
95.197
145.155
18.445
19.932
19.932
19.932
302.955
Geschatte budgetflexibiliteit
Juridisch verplicht
Van het totale uitgavenbudget op artikel 5 is 100% juridisch verplicht en dit betreft volledig het instrument leningen.
Leningen
Het totale uitgavenbudget op artikel 5 is bestemd voor de leningen vanuit de schuldsanering van Curaçao en Sint Maarten via de begroting Koninkrijksrelaties. Dit is terug te voeren naar de bestuurlijke afspraken die zijn gemaakt in aanloop naar de nieuwe staatkundige verhoudingen per 10 oktober 2010. Daarbij heeft Nederland een oplossing geboden voor de toenmalige schuldenproblematiek door de verplichting op zich te nemen een belangrijk deel van de schulden van Curaçao en Sint Maarten over te nemen. Deze leningen zijn voor 100% juridisch verplicht.
Ontvangsten
Leningen
Jaarlijks worden de aflossingen op de uitstaande leningen aan Aruba, Curaçao en Sint Maarten hergewaardeerd tegen de actuele begrotingskoers en wordt het laatste jaar toegevoegd. Voor 2024 wordt er € 72,8 mln. aan renteontvangsten toegevoegd. Daarnaast zijn de ontvangsten uit aflossingen bijgesteld inclusief de toevoeging van de aflossing op de liquiditeitslening van Aruba die in 2024 begint (€ 23,0 mln.).
3.5 Artikel 8. Wederopbouw Bovenwindse Eilanden
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 12 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 8 Wederopbouw Bovenwindse Eilanden (bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting t (1)
Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2)
Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Mutatie 2027
Mutatie 2028
Mutatie 2029
Art.
Verplichtingen
0
0
0
1.569
1.569
722
0
0
0
0
Uitgaven
0
0
0
1.569
1.569
722
0
0
0
0
8.1
Wederopbouw
0
0
0
1.569
1.569
722
0
0
0
0
Opdrachten
0
0
0
1.569
1.569
722
0
0
0
0
Wederopbouw op Sint Maarten
0
0
0
1.569
1.569
722
0
0
0
0
Ontvangsten
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Geschatte budgetflexibiliteit
Tabel 13 Geschatte budgetflexibiliteit artikel 8
2024
juridisch verplicht
0,0%
bestuurlijk gebonden
100,0%
beleidsmatig gereserveerd
0,0%
nog niet ingevuld/vrij te besteden
0,0%
Juridisch verplicht
Van het totale uitgavenbudget op artikel 8 is 0% juridisch verplicht.
Opdrachten
Wederopbouw op Sint Maarten
Er vindt een reallocatie van budget plaats van € 0,8 mln. in 2024 en 2025 van artikel 7 onvoorzien naar artikel 8 om uitgaven voor de Royal Schiphol Group te kunnen dekken.
Er wordt uit de eindejaarsmarge € 1,0 mln. toegevoegd aan artikel 8 om facturen van Royal Schiphol Groep uit 2023 die in dat jaar niet ontvangen zijn, in 2024 te kunnen betalen.
4 Niet-beleidsartikelen Koninkrijksrelaties
4.1 Artikel 6. Apparaat
Budgettaire gevolgen
Tabel 14 Budgettaire gevolgen artikel 6 Apparaat (bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting t (1)
Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2)
Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Mutatie 2027
Mutatie 2028
Mutatie 2029
Art.
Verplichtingen
29.045
0
29.045
3.774
32.819
11.697
11.097
10.939
3.300
27.893
Uitgaven
29.045
0
29.045
3.774
32.819
11.697
11.097
10.939
3.300
27.893
6.0
Apparaat
29.045
0
29.045
3.774
32.819
11.697
11.097
10.939
3.300
27.893
Personele uitgaven
16.327
0
16.327
4.079
20.406
9.849
9.360
9.329
1.939
15.756
Eigen personeel
15.770
0
15.770
3.458
19.228
9.112
8.670
8.620
1.780
15.217
Inhuur externen
557
0
557
621
1.178
737
690
709
159
539
Materiële uitgaven
12.718
0
12.718
‒ 305
12.413
1.848
1.737
1.610
1.361
12.137
Overige materiële uitgaven
12.718
0
12.718
‒ 305
12.413
1.848
1.737
1.610
1.361
12.137
Ontvangsten
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Toelichting
Personele uitgaven
Eigen personeel
Er vindt jaarlijks een reallocatie van € 6,2 mln plaats voor de jaren 2024 tot en met 2027 van artikel 4 subsidies Tijdelijke Werkorganisatie om de apparaatsuitgaven op het juiste instrument te kunnen verantwoorden.
Er vindt een overboeking plaats naar het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van € 2,9 mln. van de KR begroting voor de dekking van de apparaatskosten van de Tijdelijke Werkorganisatie.
De middelen voor Werk aan Uitvoering worden vanuit de aanvullende post bij het ministerie van Financiën op de KR begroting toegevoegd voor de jaren 2024 tot en met 2027 (totaal € 3,1 mln.)
4.2 Artikel 7. Nog onverdeeld
Budgettaire gevolgen
Tabel 15 Budgettaire gevolgen artikel 7 Nog onverdeeld (bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting t (1)
Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2)
Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Mutatie 2027
Mutatie 2028
Mutatie 2029
Art.
Verplichtingen
1.673
0
1.673
3.699
5.372
633
1.384
1.407
‒ 256
2.467
Uitgaven
1.673
0
1.673
3.699
5.372
633
1.384
1.407
‒ 256
2.467
7.0
Nog onverdeeld
1.673
0
1.673
3.699
5.372
633
1.384
1.407
‒ 256
2.467
Nog te verdelen
1.673
0
1.673
3.699
5.372
633
1.384
1.407
‒ 256
2.467
Onvoorzien
1.673
0
1.673
3.699
5.372
633
1.384
1.407
‒ 256
2.447
Wisselkoersreserve
0
0
0
0
0
0
0
0
0
20
Ontvangsten
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Toelichting
Onvoorzien
De grootste mutaties worden hieronder toegelicht.
De loon- en prijsbijstelling van 2024 is toegevoegd aan het artikel onvoorzien. Dit bedraagt € 7,7 mln. in 2024 aflopend naar € 6,3 mln. in 2029. In 2024 wordt € 2,1 mln. ingezet om middelen op de verschillende artikelen te indexeren. Voor de jaren daarna wordt jaarlijks € 4,5 mln. in 2025 en 2026 en jaarlijks € 5,7 mln. vanaf 2027 tot en met 2029 toegevoegd aan de artikelen.
Er vindt een reallocatie plaats van € 1,0 mln. van onvoorzien naar subsidies Tijdelijke Werkorganisatie op artikel 4.
Verder vindt er een reallocatie van budget van de eindejaarsmarge plaats van € 0,8 mln. in 2024 en 2025 van onvoorzien naar wederopbouw op Sint Maarten op artikel 8.
5 Beleid BES-fonds
5.1 Overzicht belangrijke uitgaven- en ontvangstenmutaties
Tabel 16 Belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2024 (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
Artikelnummer
Uitgaven 2024
Uitgaven 2025
Uitgaven 2026
Uitgaven 2027
Uitgaven 2028
Uitgaven 2029
Vastgestelde begroting 2024
71.170
58.552
58.102
57.434
57.434
0
Belangrijkste suppletoire mutaties
1) Verhoging wettelijk minimumloon
1
5.000
5.000
5.000
5.000
5.000
5.000
2) Aansluiting taken en middelen
1
8.600
8.600
8.600
8.600
8.600
8.600
3) Loon en prijsbijstelling 2024
1
4.520
5.088
6.417
7.681
9.016
10.360
4) Wisselkoersactualisatie
1
‒ 5.771
10.137
10.111
10.034
10.034
10.034
5) Extrapolaties 2029
1
0
0
0
0
0
57.434
6) Overige mutaties
1
611
175
0
0
0
0
Stand 1e suppletoire begroting 2024
84.130
87.552
88.230
88.749
90.084
91.428
Toelichting
1. Verhoging wettelijk minimumloon
De verhoging van het Wettelijk Minimumloon (WML) veroorzaakt, ondanks de verlaging van werkgeverslasten, extra kosten voor de openbare lichamen, die niet volledig door de reguliere loon- en prijsbijstelling kunnen worden gedekt. Dit komt doordat de openbare lichamen relatief meer medewerkers aan de onderkant van het loongebouw hebben en er een opstuwende werking plaatsvindt van het loongebouw. Vanaf 2024 wordt er structureel € 5 mln. toegevoegd aan de vrije uitkering om te kunnen voorzien in deze extra kosten.
2. Aansluiting taken en middelen
Uit recent onderzoek is gebleken dat de vrije uitkering voor openbare lichamen niet toereikend is om hun taken te kunnen uitvoeren. Op basis van de huidige taken bedraagt dit tekort € 8,6 mln. jaarlijks. Van de € 8,6 mln. is € 4,1 mln. voor de disbalans in taken en middelen, € 2,5 mln. voor onderhoudslasten en € 2 mln. voor de recente bevolkingsgroei. De middelen (€ 8,6 mln.) worden vanaf 2024 structureel toegevoegd aan de begroting.
3. Loon- en prijsbijstelling 2024
Het BES-fonds stapt per 2024 over naar een nieuwe indexatie-systematiek op basis van BBP-cijfers. Dit in plaats van de huidige indexatie op basis van loon- en prijs ontwikkeling. Hiermee sluit de indexatie-systematiek aan op de (nieuwe) systematiek van het Gemeente-en Provinciefonds. Voor 2024 is er € 4,5 mln. aan de begroting toegevoegd, oplopend naar € 10,4 mln. in 2029.
4. Wisselkoersactualisatie
Omdat de begrotingskoers is gewijzigd van EUR/USD 1,02 in 2023 naar EUR/USD 1,11 in 2024 zijn er minder euro's benodigd om aan de verplichting in vreemde valuta te kunnen voldoen. Om deze reden wordt er in 2024 € 5,8 mln. aan budget afgeboekt. Om alle begrotingskoersen naar dezelfde basis te brengen wordt in de jaren 2025 tot en met 2029 jaarlijks € 10,1 mln. aan budget toegevoegd.
5. Extrapolatie 2029
In miljoenennotajaar 2024 is het jaar 2029 toegevoegd aan de begroting. De middelen voor 2029 zijn in deze 1e suppletoire begroting toegevoegd.
Tabel 17 Belangrijkste suppletoire ontvangstenmutaties 2024 (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
Artikelnummer
Ontvangsten 2024
Ontvangsten 2025
Ontvangsten 2026
Ontvangsten 2027
Ontvangsten 2028
Ontvangsten 2029
Vastgestelde begroting 2024
71.170
58.552
58.102
57.434
57.434
0
Belangrijkste suppletoire mutaties
1) Wet financiën openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba
1
12.960
29.000
30.128
31.315
32.650
91.428
Stand 1e suppletoire begroting 2024
84.130
87.552
88.230
88.749
90.084
91.428
Toelichting
1. Wet financien openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba
Wet financiën openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba(FinBES) dienen de uitgaven en ontvangsten over ieder uitkeringsjaar voor het BES-fonds gelijk te zijn. Ten behoeve van de dekking van deze uitgaven is een post ontvangsten geraamd.
6 Beleidsartikel BES-fonds
6.1 Artikel 1. BES-fonds
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 18 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 1 BES-fonds (bedragen x € 1.000)
Art.
Omschrijving
Ontwerpbegroting 2024 (1)
Mutaties via NvW, ISB, moties en amendementen (2)
Vastgestelde begroting 2023 (3)=(1)+(2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5)=(3)+(4)
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Mutatie 2027
Mutatie 2028
Mutatie 2029
Verplichtingen
71.170
0
71.170
12.960
84.130
29.000
30.128
31.315
32.650
91.428
Uitgaven
71.170
0
71.170
12.960
84.130
29.000
30.128
31.315
32.650
91.428
Bijdrage aan medeoverheden
1
Vrije uitkering
71.170
0
71.170
12.960
84.130
29.000
30.128
31.315
32.650
91.428
Ontvangsten
71.170
0
71.170
12.960
84.130
29.000
30.128
31.315
32.650
91.428
Toelichting
Het BES-fonds kent geen budgetflexibiliteit. De openbare lichamen ontvangen middelen voor de aan hen wettelijk en toebedeelde taken.
Bijdrage aan medeoverheden
Vrije uitkering
De verhoging van het Wettelijk Minimumloon (WML) veroorzaakt, ondanks de verlaging van werkgeverslasten, extra kosten voor de openbare lichamen, die niet volledig door de reguliere loon- en prijsbijstelling kunnen worden gedekt. Dit komt doordat de openbare lichamen relatief meer medewerkers aan de onderkant van het loongebouw hebben en er een opstuwende werking plaatsvindt van het loongebouw. Vanaf 2024 wordt er structureel € 5 mln. toegevoegd aan de vrije uitkering om te kunnen voorzien in deze extra kosten.
Uit recente onderzoeken is gebleken dat de vrije uitkering voor openbare lichamen niet toereikend is om hun taken te kunnen uitvoeren. Op basis van de huidige taken bedraagt dit tekort jaarlijks € 8,6 mln. De middelen worden vanaf 2024 structureel toegevoegd aan de begroting. Daarvan is € 4,1 mln. bestemd voor de disbalans in taken en middelen, € 2,5 mln. voor onderhoudslasten en € 2 mln. voor extra kosten als gevolg de recente bevolkingsgroei.
Omdat de begrotingskoers is gewijzigd van EUR/USD 1,02 in 2023 naar EUR/USD 1,11 in 2024 zijn er minder euro's benodigd om aan de verplichting in vreemde valuta te kunnen voldoen. Om deze reden wordt er in 2024 € 5,8 mln. afgeboekt. Om alle begrotingskoersen naar dezelfde basis te brengen wordt in de jaren 2025 tot en met 2029 jaarlijks € 10,1 mln. aan budget toegevoegd.
Het BES-fonds stapt per 2024 over naar een nieuwe indexatie-systematiek op basis van BBP-cijfers. Dit in plaats van de huidige indexatie op basis van loon- en prijs ontwikkeling. Hiermee sluit de indexatie-systematiek aan op de (nieuwe) systematiek van het Gemeente-en Provinciefonds. Voor 2024 is er € 4,5 mln. aan de begroting toegevoegd, oplopend naar € 10,4 mln. in 2029.
Ontvangsten
Artikel 88, derde lid van de Wet financiën openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba (FinBES) regelt dat bij (begrotings-)wet voor ieder uitkeringsjaar middelen van het Rijk worden afgezonderd ten behoeve van het BES-fonds. De uitgaven en de afgezonderde inkomsten over ieder uitkeringsjaar zijn aan elkaar gelijk. Gelet hierop is ten behoeve van de dekking van de uitgaven ten laste van het BES-fonds een post ontvangsten geraamd.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.M. de Jonge, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.