Verslag van een schriftelijk overleg : Verslag van een schriftelijk overleg over de Overeenkomst inzake een gemeenschappelijke luchtvaartruimte tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds en Oekraïne, anderzijds; Kiev, 12 oktober 2021 (Kamerstuk 36292-1)
36 292 Overeenkomst inzake een gemeenschappelijke luchtvaartruimte tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds en Oekraïne, anderzijds; Kiev, 12 oktober 2021
Nr. 3
VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Vastgesteld 20 februari 2023
De vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat heeft een aantal vragen en opmerkingen
voorgelegd aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat over de brief van 26 januari
2023 over de Overeenkomst inzake een gemeenschappelijke luchtvaartruimte tussen de
Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds en Oekraïne, anderzijds; Kiev, 12 oktober
2021 (Kamerstuk 36 292, nr. 1).
De vragen en opmerkingen zijn op 13 februari 2023 aan de Minister van Infrastructuur
en Waterstaat voorgelegd. Bij brief van 17 februari 2023 zijn de vragen beantwoord.
De voorzitter van de commissie, Tjeerd de Groot
De adjunct-griffier van de commissie, Koerselman
Vragen en opmerkingen vanuit de fracties en reactie van de bewindspersoon
Vragen vanuit de SP-fractie
Vraag 1
De leden van de SP-fractie vragen de Minister allereerst om nadere toelichting wat
het effect is van de sinds 24 februari 2022 in Oekraïne ontstane oorlogssituatie,
niet alleen op de praktische uitvoering van de overeenkomst, maar ook op de (geo)politieke
en Europese verhoudingen en met name de vliegveiligheid in Nederland.
Op dit moment vliegen Nederlandse luchtvaartmaatschappijen helemaal niet meer naar
Oekraïne en andersom ook Oekraïense luchtvaartmaatschappijen niet meer naar Nederland.
Deze leden vragen de Minister wat het materiële effect van de goedkeuring van dit
verdrag op korte en langere termijn zal zijn en of hij in de huidige situatie ook
dit verdrag had ondertekend. Deze leden vragen wanneer het door de Minister gewenste
zogeheten «Open Aviation area» een feit moet zijn.
Antwoord
Sinds het uitbreken van de oorlog opereren er – hoofdzakelijk om vliegveiligheidsredenen
– geen Nederlandse luchtvaartmaatschappijen meer van, naar of via Oekraïne. Om dezelfde
redenen opereren er sindsdien ook geen Oekraïense luchtvaartmaatschappijen meer van,
naar of via Nederland of andere landen van de Europese Unie vanuit Oekraïne omdat
het Oekraïense luchtruim gesloten is. Dit heeft geen invloed op de bestaande (geo)politieke
en Europese verhoudingen of op de vliegveiligheid in Nederland.
Het materiële effect van de goedkeuring van het verdrag is dat hier door Oekraïense
en EU-luchtvaartmaatschappijen pas uitvoering aan kan worden gegeven zodra het Verdrag
voor alle partijen in werking zal zijn getreden, de internationale geopolitieke situatie
dat toelaat en het Oekraïense luchtruim weer wordt opengesteld voor commercieel luchtverkeer.
Daartoe zou het verdrag ook nu, in deze huidige oorlogssituatie waarin Oekraïne zich
helaas bevindt, ondertekend zijn.
Het verdrag beoogt om een zogenaamde «Common Aviation Area» te creëren waarbij Oekraïne
haar luchtvaartregelgeving de komende periode op onder meer het gebied van veiligheid,
beveiliging, luchtverkeersbeheer en milieu in lijn brengt met de relevante EU luchtvaartregelgeving
om dat te bewerkstellingen. Daarbij wordt de mate van wederzijds toegestane markttoegang
ook gefaseerd uitgebreid.
Vraag 2
De leden van de SP-fractie lezen in de toelichtende nota dat de overeenkomst Nederlandse
luchtvaartmaatschappijen meer mogelijkheden zal bieden op het gebied van beschikbare
frequenties en toegestane bestemmingen.
Deze leden vragen de Minister om toe te lichten welke bestemmingen dit naar verwachting
betreft en wat de behoefte is onder Nederlanders aan deze vliegbestemmingen.
Antwoord
Het verdrag verruimt het aantal beschikbare frequenties tot een onbeperkt aantal frequenties
voor zowel Nederlandse als andere EU-luchtvaartmaatschappijen voor directe diensten tussen elke bestemming binnen de EU en elke bestemming
binnen Oekraïne en vice versa voor Oekraïense luchtvaartmaatschappijen. Hiermee wordt
de connectiviteit tussen de lidstaten van de Europese Unie en Oekraïne voor Nederlandse
en andere consumenten uit de Europese Unie verbeterd. Het is aan luchtvaartmaatschappijen
om te beoordelen of en welke bestemmingen zij willen gaan aanbieden, het ministerie
heeft geen inzicht in de behoefte van de Nederlandse reiziger voor specifieke bestemmingen
in Oekraïne.
Vraag 3
Ten slotte vragen de leden van de SP-fractie hoe dit verdrag zich verhoudt tot de
voorgenomen krimp van het aantal vliegbewegingen van en naar Schiphol.
Deze leden constateren een verwachting van de Minister dat er vroeg of laat juist
meer vluchten van en naar Oekraïne zullen plaatsvinden vanwege dit verdrag, en met
een krimpend aantal totale vliegbewegingen lijkt dit alleen mogelijk als andere vliegbewegingen
sneller krimpen.
Deze leden vragen de Minister hoe hij dit voor zich ziet.
Antwoord
Het verdrag heeft betrekking op verkeersrechten waarmee directe luchtdiensten kunnen worden uitgevoerd door EU-luchtvaartmaatschappijen en Oekraïense luchtvaartmaatschappijen
tussen alle bestemmingen in de EU en alle bestemmingen in Oekraïne.
Om op slotgecoördineerde luchthavens binnen de EU, zoals Schiphol, te kunnen opereren
dienen luchtvaartmaatschappijen over slots te beschikken of slots aan te vragen bij
de desbetreffende slotcoördinator op grond van de regels van de EU-slotverordening.
Het is aan de luchtvaartmaatschappijen om daarbij zelf de afweging te maken voor welke
bestemmingen zij de aan hen toegekende slots inzetten.
De capaciteitsdeclaratie van Schiphol is daarbij randvoorwaardelijk.
Deze capaciteitsdeclaratie is een weergave van alle beschikbare capaciteit rekening
houdend met operationele, technische en milieubeperkingen. Uit de capaciteitsdeclaratie
blijkt hoeveel slots er beschikbaar zijn voor het betreffende seizoen. Er kunnen niet
meer slots toegewezen worden door de onafhankelijke slotcoördinator dan de beschikbare
capaciteit toelaat.
De slotcoördinator heeft – in lijn met de basisbeginselen van de slotverordening –
een reductiemethodiek ontwikkeld ter voorbereiding op de inwerkingtreding van het
kabinetsbesluit om het aantal vliegtuigbewegingen op Schiphol te reduceren. Daarnaast
heeft de slotcoördinator een Advies Reductie vluchten Schiphol aan IenW uitgebracht.
De reductiemethodiek en het advies zijn op 14 februari jl. aan IenW verstuurd. De
Kamer wordt hier separaat over geïnformeerd.
Vraag vanuit de BBB-fractie
Het lid van de BBB-fractie merkt op dat de situatie in Oekraïne nog steeds precair
is. Dit lid kan zich er een voorstelling van maken dat in Oekraïne andere zaken prioriteit
krijgen ten opzichte van harmonisering van de luchtvaart met EU-landen.
Is er iets bekend over de haalbaarheid voor Oekraïne en over wat voor termijn we het
dan ongeveer hebben?
Antwoord
De situatie in Oekraïne is nog steeds zeer onzeker. Het is in dit stadium niet bekend
binnen welke termijn de geleidelijke totstandbrenging van een gemeenschappelijke luchtvaartruimte
tussen de Europese Unie en haar lidstaten en Oekraïne gerealiseerd kan worden door
Oekraïne.
Ondertekenaars
-
, -
Eerste ondertekenaar
T.C. (Tjeerd) de Groot, voorzitter van de vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat -
Mede ondertekenaar
G.B. Koerselman, adjunct-griffier