Voorstel van wet : Voorstel van wet
36 268 Wijziging van enkele wetten van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (Verzamelwet IenW 2021)
ARTIKEL I
ARTIKEL II
ARTIKEL III
ARTIKEL IV
ARTIKEL V
ARTIKEL VI
ARTIKEL VII
ARTIKEL VIII
ARTIKEL IX
ARTIKEL X
ARTIKEL XI
ARTIKEL XII
ARTIKEL XIII
Nr. 2 VOORSTEL VAN WET
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben dat het wenselijk is dat in de Algemene wet
bestuursrecht, de Drinkwaterwet, de Spoorwegwet, de Waterschapswet, de Waterwet, de
Wet milieubeheer, de Wet op de economische delicten, de Wet personenvervoer 2000,
de Wet van 3 december 2009 tot wijziging van enkele bijzondere wetten in verband met
de Wet dwangsom en beroep bij niet tijdig beslissen (Stb. 2009, 542), de Wet volkshuisvesting, ruimtelijke ordening en milieubeheer BES, en de Wet zeevarenden,
wijzigingen en technische verbeteringen aan te brengen;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen
overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden
en verstaan bij deze:
ARTIKEL I
In artikel 4 van bijlage 2 bij de Algemene wet bestuursrecht wordt in het onderdeel
Spoorwegwet voor «hoofdstuk 5, paragraaf 2» ingevoegd «artikel 63, tweede lid, ».
ARTIKEL II
De Drinkwaterwet wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 1, eerste lid, worden in de alfabetische rangschikking de volgende begrippen
ingevoegd, onder vervanging van de punt aan het slot van de begripsomschrijving van
woninginstallatie door een puntkomma:
kleine collectieve watervoorziening:
collectieve watervoorziening die per dag gemiddeld tussen 10 kubieke meter en 100 kubieke
meter drinkwater levert of die tussen 50 en 500 personen per dag bedient;
zeer kleine collectieve watervoorziening:
collectieve watervoorziening die gemiddeld minder dan 10 kubieke meter per dag drinkwater
levert of minder dan 50 personen per dag bedient.
B
In artikel 21, derde lid, onderdeel a, aanhef, tweede volzin, wordt «hebben betrekking
op» vervangen door «hebben in elk geval betrekking op».
C
In artikel 22, achtste lid, slotzin, wordt «Het derde» vervangen door «Het vierde».
D
Artikel 25, tweede en derde lid, komt te luiden:
2. Bij algemene maatregel van bestuur kan worden bepaald dat hoofdstuk III of een of
meer daarbij aan te wijzen artikelen van deze wet niet van toepassing zijn op een
zeer kleine collectieve watervoorziening:
a. die geen drinkwater levert in het kader van een commerciële of openbare activiteit,
waarbij in elk geval wordt voldaan aan artikel 3, vierde lid, van de Drinkwaterrichtlijn,
of
b. die drinkwater levert in het kader van een commerciële of openbare activiteit, waarbij
in elk geval wordt voldaan aan artikel 3, zesde lid, van de Drinkwaterrichtlijn.
3. Bij algemene maatregel van bestuur kan worden bepaald dat een of meer daarbij krachtens
artikel 21, derde lid, aanhef en onder b, gestelde eisen niet van toepassing zijn
op een kleine collectieve watervoorziening, waarbij in elk geval wordt voldaan aan
artikel 9, zesde lid, van de Drinkwaterrichtlijn.
ARTIKEL III
In artikel 2, vierde lid, van de Spoorwegwet wordt «het Staatsblad» vervangen door
«de Staatscourant».
ARTIKEL IV
De Waterschapswet wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 98, tweede lid, tweede en derde volzin, van de Waterschapswet, komt te luiden:
Onze Minister van Infrastructuur en Waterstaat stelt de vergoeding vast en kan regels
stellen over de berekening van de te betalen vergoeding, de wijze van betaling van
de verschuldigde vergoeding en het tijdstip waarop de verschuldigde vergoeding wordt
voldaan. De verschuldigde vergoeding wordt betaald aan Onze Minister van Binnenlandse
Zaken en Koninkrijksrelaties, die de vergoeding kan invorderen bij dwangbevel.
B
In artikel 172 van de Waterschapswet wordt «in het reglement» vervangen door «in de
verordening».
ARTIKEL V
In de artikelen 2.3 en 2.12, tweede en vierde lid, van de Waterwet wordt «hydraulische
belasting en de sterkte» telkens vervangen door «de overstromingskans dan wel de faalkans».
ARTIKEL VI
De Wet milieubeheer wordt als volgt gewijzigd:
A
Indien het bij koninklijke boodschap van 18 juli 2019 ingediende voorstel van wet
tot wijziging van de Algemene wet bestuursrecht in verband met de herziening van afdeling 2.3
van die wet (Wet modernisering elektronisch bestuurlijk verkeer) (Kamerstukken 35 261) tot wet wordt of is verheven en de in artikel I, onderdeel D, van die wet opgenomen
artikelen 2:7 en 2:8 in werking treden of zijn getreden, wordt in artikel 9.2.2.1b
van de Wet milieubeheer «artikel 2:15, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht»
vervangen door «de artikelen 2:7, tweede lid, en 2:8 van de Algemene wet bestuursrecht».
B
Aan titel 9.5. van de Wet milieubeheer wordt na artikel 9.5.7 een artikel toegevoegd,
luidende:
Artikel 9.5.8
1. Er een is pyro-passregister, waarin controledocumenten zijn opgenomen waarmee het
bewijs wordt geleverd dat een persoon gemachtigd is bepaalde pyrotechnische artikelen
te hanteren of te gebruiken in het bijzonder in een grensoverschrijdende context.
In het pyro-passregister kunnen hiertoe persoonsgegevens worden verwerkt.
2. Onze Minister draagt zorgt voor de inrichting, instandhouding, werking, toegankelijkheid
en beveiliging van het pyro-passregister en voor het beheer van de daarin opgenomen
gegevens en bescheiden en treft de nodige voorzieningen voor de elektronische uitwisseling
van gegevens en bescheiden. Onze Minister wordt aangemerkt als verwerkingsverantwoordelijke
voor de verwerking van de persoonsgegevens in het pyro-passregister.
3. De gegevens en bescheiden die in het pyro-passregister zijn opgenomen, zijn langs
elektronische weg toegankelijk voor bij algemene maatregel van bestuur aangewezen
bestuursorganen, bedrijven en personen, met dien verstande dat de aangewezen bedrijven
en personen slechts toegang hebben voor zover dat noodzakelijk is om te verifiëren
of het controledocument in het pyro-passregister geldig is.
4. Bij algemene maatregel van bestuur worden de gegevens en bescheiden aangewezen die
in het pyro-passregister worden opgenomen en worden regels gesteld met betrekking
tot de toegankelijkheid van het systeem en de periode gedurende welke de gegevens
en bescheiden worden bewaard. Daarbij kunnen tevens regels worden gesteld met betrekking
tot de inrichting, instandhouding, werking en beveiliging van het systeem en het beheer
van de gegevens en bescheiden die daarin zijn opgenomen. Bij ministeriële regeling
kunnen met het oog op een goede uitvoering nadere regels worden gesteld.
5. Bij ministeriële regeling kan worden bepaald dat voor de aanvraag om opgenomen te
worden in het pyro-passregister een vergoeding verschuldigd is. In dat geval worden
bij die regeling tevens nadere regels gesteld met betrekking tot de hoogte van de
vergoeding en de wijze waarop deze moet worden betaald.
6. Alvorens pyrotechnische artikelen te verstrekken die uitsluitend op de markt mogen
worden aangeboden aan personen met gespecialiseerde kennis, stellen marktdeelnemers
voor personen die in België, Nederland of Luxemburg als persoon met gespecialiseerde
kennis zijn aangewezen aan de hand van de pyro-pass, raadpleging van het pyro-passregister
en een document als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Wet op de identificatieplicht
vast of deze gemachtigd zijn betreffende pyrotechnische artikelen te hanteren of te
gebruiken. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden
gesteld.
C
In de artikelen 15.36, eerste lid, en 15.38, eerste lid, vervalt «, na overleg met
Onze Minister van Economische Zaken» en in artikel 15.39, tweede lid, vervalt «na
overleg met Onze Minister van Economische Zaken».
D
Aan artikel 15.38 wordt een lid toegevoegd, luidende:
5. Onze Minister kan regels stellen met betrekking tot de gegevens die een verzoeker
bij een verzoek als bedoeld in het eerste lid dient te overleggen.
ARTIKEL VII
In artikel 1a, onderdeel 1°, van de Wet op de economische delicten, wordt onder «de
Wet milieubeheer» na «9.3a.3, eerste lid,» ingevoegd «9.5.8, zesde lid,».
ARTIKEL VIII
Artikel 87, zevende lid, van de Wet personenvervoer 2000 komt te luiden:
7. Op de in artikel 12 van de Bekendmakingswet bepaalde wijze wordt mededeling gedaan
van besluiten als bedoeld in het eerste, vierde of zesde lid.
ARTIKEL IX
Artikel XVII van de Wet van 3 december 2009 tot wijziging van enkele bijzondere wetten
in verband met de Wet dwangsom en beroep bij niet tijdig beslissen (Stb. 2009, 542) vervalt.
ARTIKEL X
De Wet volkshuisvesting, ruimtelijke ordening en milieubeheer BES wordt als volgt
gewijzigd:
A
Artikel 10.3 komt te luiden:
Artikel 10.3
1. De titels 4.4 en 5.1 tot en met 5.3 van de Algemene wet bestuursrecht zijn van toepassing
op bestuursorganen die tot taak hebben zorg te dragen voor het toezicht op en de bestuursrechtelijke
handhaving van het bepaalde bij of krachtens deze wet, met dien verstande dat:
a. in artikel 4:89, tweede lid, voor «euro» wordt gelezen «dollar als bedoeld in artikel 1,
onderdeel b, van de Wet geldstelsel BES»;
b. in artikel 4:98, eerste lid, voor «de artikelen 119, eerste en tweede lid, en 120,
eerste lid, van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek» wordt gelezen «de artikelen 119,
eerste en tweede lid, en 120 van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek BES»;
c. in artikel 4:98, tweede lid, de bedragen achtereenvolgens worden gelezen «15 US dollars»
en «7 US dollars»;
d. in artikel 4:113, eerste lid, de bedragen achtereenvolgens worden gelezen «8 US dollars»,
«565 US dollars», «18 US dollars» en «565 US dollars»;
e. in de artikelen 4:116 en 4:123 voor «Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering» wordt
gelezen «Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering BES»;
f. artikel 4:120, tweede lid, niet van toepassing is; en
g. in artikel 5.16a voor «identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de
identificatieplicht» wordt gelezen «identiteitsdocument als bedoeld in artikel 2 van
de Wet identificatieplicht BES».
2. De in het eerste lid, onderdelen b en c, bedoelde bedragen kunnen bij regeling van
Onze Minister van Justitie en Veiligheid worden gewijzigd voor zover de consumentenprijsindex
daartoe aanleiding geeft.
B
Artikel 10.5a vervalt.
ARTIKEL XI
In artikel 62 van de Wet zeevarenden wordt onder vervanging van de punt aan het slot
van onderdeel k door een puntkomma een onderdeel toegevoegd, luidende:
l. de afgifte, vervanging of vernieuwing van een visserij-arbeidscertificaat.
ARTIKEL XII
De artikelen van deze wet treden in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen
tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan
worden vastgesteld.
ARTIKEL XIII
Deze wet wordt aangehaald als: Verzamelwet IenW 2021.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries,
autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering
de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.