Inbreng verslag schriftelijk overleg : Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over de actualiteitenbrief bloedvoorziening 2022 (Kamerstuk 29447-79)
2022D50928
INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
In de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport bestond bij enkele fracties
behoefte een aantal vragen en opmerkingen voor te leggen aan de Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport over de actualiteitenbrief bloedvoorziening 2022 (Kamerstuk 29 447, nr. 79), d.d. 1 november 2022.
Inhoudsopgave
I. Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de CDA-fractie
II. Reactie van de Minister
III.
De voorzitter van de commissie, Smals
De Adjunct-griffier van de commissie, Bakker
I Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de actualiteitenbrief over de
ontwikkelingen in de bloedvoorziening van het afgelopen jaar. Deze leden danken de
Minister voor zijn brief. Zij hebben hierbij nog enkele vragen. Genoemde leden zijn
blij te lezen dat Sanquin het donorbestand verder wil versterken en dat ze ruimschoots
op schema lopen. Onderdeel van de wervingscampagne is samenwerking met universiteiten
en hogescholen. Kan hieruit worden opgemaakt dat er geen wervingscampagne is op middelbaar
beroepsonderwijs (mbo)-onderwijsinstellingen? Zo ja, wat is dan de reden dat het mbo
geen onderdeel uitmaakt van de wervingscampagne in het onderwijs?
In de brief valt te lezen dat Sanquin inspeelt op de veranderde donatiefrequentie
en gewenste flexibiliteit van de donor, door de aandacht te vestigen op de nut en
noodzaak van doneren. Waar nodig zal Sanquin zich meer richten tot de donor. Genoemde
leden vragen wat hier precies mee wordt bedoeld en tot welke acties Sanquin dan overgaat.
Het onderzoek naar de mogelijkheden om het donorselectiebeleid voor mannen die seks
hebben gehad met een andere man (MSM) te verruimen, heeft vertraging opgelopen door
de uitbraak van het apenpokkenvirus. Hoe is op dit moment de stand van zaken met betrekking
tot de respons en de laatste onderzoeksvragen? Kunnen de uitkomsten van het onderzoek
inderdaad eind 2022 verwacht worden zodat in het voorjaar van 2023 duidelijkheid komt
over de aanpassing van het donorselectiebeleid? Welke verwerkingstechnologieën voor
gedoneerde bloedbestanddelen worden geëvalueerd die een grotere inclusie van donoren
mogelijk maken en minder afhankelijk zijn van vragenlijsten of kennis van een huidige
uitbraak?
De leden van de VVD-fractie lezen dat er onlangs productieproblemen waren bij Prothya
waardoor de productie en levering van (reguliere) immunoglobulinen tijdelijk opgeschort
moesten worden. Wat was de oorzaak van deze productieproblemen? Waren deze technisch
van aard of had dit te maken met personeelstekort? Kan de Minister aangeven wat wordt
ondernomen om dit soort problemen in de toekomst zo veel mogelijk te voorkomen?
Tot slot lezen deze leden over de hoge inflatie en de stijgende gas- en energieprijzen
die ook Sanquin treffen. Kan de Minister een nadere toelichting geven op de besparingsinitiatieven
binnen de Sanquin? Kan met zekerheid worden gezegd dat deze geen invloed hebben op
de beschikbaarheid van donaties, productie en leveringen?
Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie
De leden van de D66-fractie hebben met interesse de actualiteitenbrief bloedvoorziening
2022 gelezen en hebben nog enkele vragen. Genoemde leden waren eerder dit jaar verheugd
te vernemen dat niet op basis van seksuele voorkeur, maar op basis van seksueel risicogedrag
wordt bepaald of iemand bloed mag doneren. Het uitsluiten van een groep op basis van
seksuele voorkeur is discriminerend. Tevens is er een tekort aan bloed- en bloedplasma
donoren in Nederland en Europa. Het onnodig uitsluiten van een groep draagt niet bij
aan het oplossen van dit probleem. Het voornemen van de Minister maakt het mogelijk
dat MSM niet langer worden uitgesloten. Deze leden lezen dat de uitvoering vertraging
heeft opgelopen. Kan de Minister de benodigde stappen en het tijdspad schetsen om
deze verandering spoedig in uitvoering te brengen? Verder vragen deze leden of de
Minister kan bevestigen dat eenieder wordt gevraagd naar seksueel risicogedrag en niet uitsluitend MSM. Voorts vragen
deze leden of de inzet is om hetzelfde beleid te hanteren voor bloeddonatie als voor
bloedplasmadonatie door MSM. De leden van de D66-fractie vragen tevens of en hoe andere
Europese landen bloed- en bloedplasmadonatie toestaan voor MSM. Kan de Minister toelichten
of hij voornemens is om Nederland een voortrekkersrol hierin te laten nemen? Zo ja,
op welke wijze is de Minister van plan hier invulling aan te geven? Zo nee, waarom
niet?
De leden van de D66-fractie hechten veel belang aan het vrijwillig doneren van bloed
en bloedplasma. Deze leden constateren een groeiende afhankelijkheid van (betaalde)
buitenlandse donoren zoals mede aangehaald in een opiniestuk in het Medisch Contact1. Zou de Minister een reactie kunnen geven op dit opiniestuk? Deze leden vragen of
de Minister kan duiden welke medische en ethische gevolgen commerciële bloeddonatie
heeft. Voorts vragen zij of de Minister verder kan toelichten welke impact deze toenemende
afhankelijkheid heeft op de positie van nationale bloedtransfusieorganisaties zoals
Sanquin Bloedvoorziening in Nederland.
Verder lezen deze leden dat de onderzoeksresultaten van de European Blood Alliance
(EBA) worden afgewacht om te bepalen op welke wijze Europa onafhankelijk kan worden
in haar plasma(geneesmiddelen)-voorziening. Er wordt verwacht dat dit onderzoek in
2024 is afgerond. Welke stappen kan de Minister in de tussentijd zetten om toename
in afhankelijkheid van commerciële bloed- en bloedplasmadonatie te beperken? Kan de
Minister toelichten op welke wijze andere Europese landen zich inzetten om met name
plasmadonatie te bevorderen? Voorts vragen deze leden of de Minister hierbij specifiek
kan ingaan op de situatie in België, waar een substantieel groeimodel wordt gehanteerd.
De leden van de D66-fractie lezen dat Sanquin Bloedvoorziening in Nederland zich verder
inzet voor het werven van donoren. Kan de Minister toelichten of de verwachting is
dat met de voorgenomen acties het aantal donoren op peil wordt gebracht? Genoemde
leden lezen dat donoren om meer flexibiliteit vragen. Op welke wijze wordt hier gehoor
aan gegeven?
Vragen en opmerkingen van de leden van de CDA-fractie
De leden van de CDA-fractie hebben kennisgenomen van de Actualiteitenbrief bloedvoorziening
2022. Deze leden hebben hier enkele vragen bij. In de brief van 12 oktober 2020 over
de verkoop van Sanquin Plasma Products BV (SPP) aan een consortium schreef de ambtsvoorganger
van Minister dat circa 25% van de capaciteit nu wordt benut door Nederland plasma2. Genoemde leden vragen wat het huidige percentage is. Voor het belangrijkste plasmageneesmiddel,
de immunoglobulinen, heeft SPP ongeveer 55% van de Nederlandse markt in handen, schreef
de Minister destijds. Heeft het consortium nog steeds 55% van de Nederlandse Plasmamarkt?
Kan de Minister data geven over de huidige markt- en financiële positie van het consortium?
In de antwoorden op een eerder gevoerd schriftelijk overleg van 7 december 20203 staat dat het consortium in SPP investeert zodat het productieproces gemoderniseerd
wordt, de productontwikkeling weer op gang komt en de nodige expertise brengt om SPP
te versterken op de mondiale markt. De leden van de CDA-fractie vragen hoeveel investeringen
inmiddels zijn gedaan. Welke moderniseringen zijn er doorgevoerd? In antwoorden op
hetzelfde schriftelijk overleg schreef de ambtsvoorganger van de Minister dat zowel
Nederland als Europa niet zelfvoorzienend is wat betreft de productie van plasmageneesmiddelen,
maar evenmin voor de inzameling van de grondstof plasma. De leden van de CDA-fractie
vragen of de Minister cijfers kan geven over de huidige stand van zaken. Zij vragen
of de Minister een update kan geven van de tabel op blz. 25 van de beantwoording van
het schriftelijk overleg van 7 december 2020.
In diezelfde beantwoording schreef de ambtsvoorganger van de Minister dat de Minister
in privaatrechtelijke zin geen zeggenschap heeft over de stichting Sanquin, maar dat
de Wet inzake bloedvoorziening (Wibv) haar wel voldoende middelen geeft om te kunnen
sturen op de kwaliteit en doelmatigheid van het inzamelen, bereiden, afleveren en
beschikbaar stellen van bloedproducten. Nu schrijft de Minister in de brief van 1 november
jongstleden4 dat door een misverstand een fout in een eerdere brief is geslopen. De commissie
voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport had de Minister een reactie gevraagd op de
verkoop van Reagents. Nu blijkt dat Stichting Sanquin wél gebruikmaakt van producten
van Reagents, zoals testvloeistoffen. De leden van de CDA-fractie vragen of de Minister
er op basis van de Wibv dan toch wel zeggenschap over had moeten hebben en of de Minister
wel voorwaarden had kunnen stellen aan de verkoop. De Minister schrijft dat de verkoop
van Reagents geen invloed heeft op lopende contracten. Op zich klinkt dat logisch,
maar hoe lang lopen die contracten nog? Reagents is verkocht aan Gilde Healthcare,
een gespecialiseerde Europese investeringsmaatschappij met twee miljard vermogen.
Genoemde leden vragen of de Minister kan aangeven wie en waar de uiteindelijke eigenaren
zijn.
De Minister schrijft dat er nu 380.000 donoren zijn, oftewel een groei van 5.000 ten
opzichte van vorig jaar. Maar hij schrijft ook dat er 54.000 nieuwe donoren zijn aangesneld.
De leden van de CDA-fractie vragen of dat betekent dat er 49.000 donoren zijn vertrokken.
Is bekend wat de reden hiervan is?
De Minister schrijft dat het commerciële bedrijf Prothyra Solutions het plasma verwerkt
en voor een commerciële prijs aanbiedt. De leden van de CDA-fractie vragen of voor
alle plasma die in Nederland is opgehaald de producten ook als eerste in Nederland
wordt aangeboden.
De Minister schrijft dat hij wacht met de uitvoering van de motie Van den Berg c.s.5 over de organisatie van de plasmageneesmiddelenvoorziening binnen Europa en eerst
de resultaten afwacht van het onderzoek van de European Blood Alliance (EBA), welke
worden verwacht in 2024. Deze leden vragen of in het onderzoek van EBA dan niet gekeken
wordt naar zelfvoorzienend zijn.
Genoemde leden vragen ten slotte of de eerste verruiming MSM is geëvalueerd voordat
nu onderzoek wordt gedaan naar een tweede verruiming, waarbij mannen die seks hebben
met mannen maar zonder duurzame relatie, ook bloed zouden mogen doneren.
II. Reactie van de Minister
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
B.M.G. Smals, voorzitter van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport -
Mede ondertekenaar
J. Bakker, adjunct-griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.