Inbreng verslag schriftelijk overleg : Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over de verlenging en wijziging subsidieregeling Lerarenbeurs (Kamerstuk 35925-VIII-151)
2022D06085 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Binnen de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap hebben enkele fracties
de behoefte om vragen en opmerkingen voor te leggen over de brief van de Minister
van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap d.d. 2 februari 2022 over de verlenging en wijziging
van de subsidieregeling Lerarenbeurs (Kamerstuk 35 925 VIII, nr. 151).
De fungerend voorzitter van de commissie, Michon-Derkzen
De adjunct-griffier van de commissie, Arends
Inhoud
blz.
I
Vragen en opmerkingen uit de fracties
2
•
Inbreng van de leden van de VVD-fractie
2
•
Inbreng van de leden van de D66-fractie
2
•
Inbreng van de leden van de SP-fractie
2
•
Inbreng van de leden van de PvdA-fractie
3
•
Inbreng van de leden van de GroenLinks-fractie
3
II
Reactie van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
4
I Vragen en opmerkingen uit de fracties
Inbreng van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de brief van de
Minister inzake de verlenging en wijziging van de subsidieregeling Lerarenbeurs en
hebben hierover nog enkele vragen.
Zij vragen hoeveel lerarenbeurzen er worden verstrekt aan zijinstromers in 2022.
Tevens vragen de voornoemde leden of er zicht op wordt gehouden in hoeverre leraren
die een lerarenbeurs (hebben) ontvangen voor een meer lange termijn behouden blijven
voor het onderwijs.
Tot slot vragen de leden de Minister om, zodra de evaluatie beschikbaar is, op korte
termijn met een reactie hierop te komen richting Kamer. Het lijkt de leden namelijk
belangrijk om ruim voor het aflopen van de verlengingsperiode te bepalen wat de meest
geëigende vervolgstappen zijn.
Inbreng van de leden van de D66-fractie
De leden van de D66-fractie hebben met interesse kennisgenomen van het genoemde voorhangbesluit
en willen de Minister nog enkele vragen voorleggen.
De leden vragen de Minister waarom de investeringen uit het coalitieakkoord bedoeld
voor de professionalisering van leraren niet zijn ingezet bij de nieuwe budgetplafonds
voor aankomend jaar. Deze leden vragen of deelnemers aan de lerarenbeurs betrokken
zijn geweest bij de voorgestelde wijzigingen.
Inbreng van de leden van de SP-fractie
De leden van de SP-fractie hebben kennisgenomen van de verlenging en wijziging subsidieregeling
Lerarenbeurs. Zij zijn blij gestemd dat de subsidie voor de lerarenbeurs wordt verlengd.
Zij hebben nog wel een aantal vragen en opmerkingen hierover.
Vooruitlopend op de evaluatie van de lerarenbeurs vragen de leden wat er zou gebeuren
met eventuele herhaalaanvragen, mocht de Lerarenbeurs ophouden te bestaan of op een
andere manier vorm krijgen. De leden lezen dat aanvragers die hun aanvraag na de afwijzing
hebben ingetrokken voorrang krijgen tijdens de volgende aanvraagperiode op andere
initiële aanvragers, mochten zij besluiten om in dat jaar opnieuw subsidie aan te
vragen. Dit zien de leden als een goede stap, maar zij vragen of er een tegemoetkoming
wordt geregeld voor docenten die buiten de boot zijn gevallen bij de aanvraag van
de Lerarenbeurs en als gevolg daarvan hun opleiding zelf hebben betaald.
Inbreng van de leden van de PvdA-fractie
De leden van de PvdA-fractie hebben kennisgenomen van de voorliggende verlenging en
enkele wijzigingen van de subsidieregeling lerarenbeurs. De lerarenbeurs is een belangrijk
instrument voor leraren om zich blijvend te ontwikkelen, zodat ieder kind de beste
leraar voor de klas kan hebben. Deze leden zijn daarom ook dankbaar dat de regeling
kon worden voortgezet door middel van de 17,1 miljoen euro die werd vrijgemaakt voor
het amendement van het lid Nijboer1. Betreffende de krappe tijdslijn en enkele wijzigingen hebben de leden nog enkele
vragen.
Aanleiding
De leden van de PvdA-fractie lezen dat de Minister voornemens is de regeling met ingang
van uiterlijk 1 maart 2022 in werking te laten treden, opdat de aanvraagperiode voor
de lerarenbeurs voor het schooljaar 2022–2023 kan starten op 1 april. Hierdoor kunnen
de resultaten van het externe onderzoek dat wordt geconcludeerd in februari 2022 niet
worden meegenomen in de regeling van schooljaar 2022–2023, gezien de 30 dagen voorhangperiode.
Gezien het belang van de continuering van de regeling hebben voorgenoemde leden begrip
voor deze volgorde van zaken. Kan de Minister deze leden ervan verzekeren dat de regeling
zoals die nu voorligt per 1 maart 2022 in werking kan treden, zodat per 1 april 2022
een nieuwe cyclus van de lerarenbeurs van start kan gaan, zo vragen de voornoemde
leden.
Toelichting
De leden van de PvdA-fractie zijn zoals gezegd opgelucht dat er extra middelen gevonden
konden worden met het amendement van het lid Nijboer toen duidelijk werd dat het voormalige
budgetplafond bij lange na niet toereikend was voor de hoeveelheid aanvragen die werden
gedaan. Kan de Minister schetsen wat de verwachtingen zijn voor de komende aanvraagronde
en hoe die zich verhouden tot het huidige budgetplafond? Voorziet de Minister een
manier waarop hij kan ingrijpen wanneer weer blijkt dat het budgetplafond ruimschoots
te laag is, met oog op het belang het vak van leraar aantrekkelijk te houden?
De voornoemde leden begrijpen dat er een wijziging plaatsvindt waardoor na de herhaalaanvragers
voorrang wordt verleend aan initiële aanvragers die een afwijzing ontvingen vanwege
de overschrijding van het subsidieplafond in 2021 en vervolgens hebben afgezien van
de verkrijging van de subsidie na ophoging van het subsidieplafond. Deze leden hebben
er begrip voor dat er recht wordt gedaan aan hen die tijdens de vorige aanvraagronde
buiten de boot vielen. Deze leden vragen echter wel of deze wijziging geen waterbedeffect
creëert voor de aanvraagronde van 2023–2024. Wat betekent het mogelijk ophouden van
de regeling voor verdere herhaalaanvragen, zo vragen de eerdergenoemde leden.
Inbreng van de leden van de GroenLinks-fractie
De leden van de GroenLinks-fractie hebben de brief gelezen over de verlenging en wijziging
van de subsidieregeling Lerarenbeurs. De voornoemde leden hebben hier nog enkele vragen
over.
Zij lezen dat het de verwachting is dat alle herhaalaanvragen en initiële aanvragen
in 2022 toegekend kunnen worden met het nieuwe budget en dat er geen budget resteert.
Waar wordt deze verwachting op gebaseerd? Wat als het aantal aanvragen veel hoger
is? Is er dan voldoende budget, zo vragen de voornoemde leden. Tevens vragen zij of
aanvragers dan afgewezen worden of dat elke aanvrager een beurs krijgt.
De leden van de GroenLinks-fractie lezen dat het tijdstip voor aanvragen van de lerarenbeurs
gewijzigd is van 00.00 naar 18.00 uur. Waarom is gekozen voor 18.00 uur? Er waren
vorig jaar grote online problemen bij DUO2. Zij vragen of die problemen nu zijn opgelost.
Ook vragen zij wat er gebeurt met eventuele herhaalaanvragen (2e en 3e studiejaar),
mocht de lerarenbeurs volgend jaar onverhoopt ophouden te bestaan of op een andere
manier vorm krijgen. Is daar al een plan voor gemaakt? Zij vragen of de Minister kan
schetsen hoe hij staat tegenover voortzetting van de lerarenbeurs en welke afwegingen
hierbij meespelen.
II Reactie van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
I.J.M. Michon-Derkzen, voorzitter van de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap -
Mede ondertekenaar
M.H.R.M. Arends, adjunct-griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.