Inbreng verslag schriftelijk overleg : Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over de geannoteerde agenda voor de informele Raad Buitenlandse Zaken Gymnich van 13 en 14 januari 2022
2022D00225 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Binnen de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken hebben de onderstaande fracties
de behoefte vragen en opmerkingen voor te leggen aan de Minister van Buitenlandse
Zaken over de geannoteerde agenda van de informele Raad Buitenlandse Zaken (Gymnich)
op 13 en 14 januari 2022 (Kamerstuk 21 501-02, nr. 2441).
De fungerend voorzitter van de commissie, Wilders
De adjunct-griffier van de commissie, Konings
Inhoudsopgave
blz.
I
Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
2
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
2
Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie
4
Vragen en opmerkingen van de leden van de CDA-fractie
5
Vragen en opmerkingen van de leden van de SP-fractie
7
Vragen en opmerkingen van de leden van de PvdA-fractie
8
Vragen en opmerkingen van de leden van de Volt-fractie
9
II
Antwoord / Reactie van de Minister
12
III
Volledige agenda
12
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de geannoteerde
agenda voor de informele Raad Buitenlandse Zaken (Gymnich) op 13 en 14 januari 2022.
Zij hebben hierover de volgende vragen en opmerkingen.
Strategisch Kompas
De leden van de VVD-fractie zijn op dit moment nog in afwachting van de beantwoording
van het schriftelijk overleg over het Strategisch Kompas. In aanvulling daarop verzoeken
deze leden de Minister om bij eventuele inhoudelijke wijzigingen in het Strategisch
Kompas de Kamer op zo’n kort mogelijke termijn te informeren (indien nodig vertrouwelijk).
Kan de Minister dit nogmaals toezeggen?
Veiligheidssituatie Oost-Europa
De leden van de VVD-fractie maken zich grote zorgen over de oplopende spanningen in
Oost-Europa. Zij zijn van mening dat verdere escalatie voorkomen moet worden, maar
dat er ook een plan gereed moet zijn indien verdere escalatie wel plaatsvindt. Deze
leden waren dan ook verheugd te lezen dat de Raad eerder een stevig statement tegen
verdere agressie tegen Oekraïne heeft uitgebracht, maar maken zich zorgen dat er nog
geen overeenstemming is binnen de Raad over daadwerkelijke actie. Deelt de Minister
deze zorg? Mocht Rusland overgaan tot verdere agressie, is het van het grootste belang
dat de EU geen tijd verspeelt met discussies over hoe te reageren. Is hij bereid erop
aan te dringen dat sanctiepakketten zo concreet mogelijk worden voorbereid? Verwacht
hij verdere stappen in de aankomende informele RBZ op dit terrein? De leden van de
VVD-fractie zijn verheugd dat Rusland met de Verenigde Staten, NAVO en Organisatie
voor Vrede en Samenwerking in Europa (OVSE) spreekt over de-escalatie, maar benadrukken
ook het belang van betrokkenheid van de EU in deze dialoog. Op welke manier heeft
de EU hierover contact met Rusland en de Verenigde Staten? Ziet de Minister mogelijkheden
voor de EU om dit contact te intensiveren en wie zou hierin het voortouw moeten nemen?
Dit is in de ogen van de leden van de VVD-fractie ook van belang vanwege de druk die
Rusland uitoefent op EU-lidstaten Finland en Zweden om geen lid te worden van de NAVO.
Kan de Minister aangeven welke rol de EU speelt om ervoor te zorgen dat deze twee
lidstaten zelf vrijelijk kunnen kiezen over mogelijk NAVO-lidmaatschap?
Kazachstan
De VVD-fractieleden maken zich zorgen over de actuele ontwikkelingen in Kazachstan
en de mogelijke betrokkenheid van Rusland en de Collectieve Veiligheidsverdragorganisatie
(CSTO) bij het neerslaan van protesten en onderdrukken van de bevolking. Welke positie
dient de EU hierin in te nemen? Hoe kan ervoor worden gezorgd dat de EU steun uitspreekt
voor vreedzame demonstranten, zonder hiermee Russische desinformatie over betrokkenheid
van het westen in de kaart te spelen?
Relatie EU-China
De leden van de VVD-fractie hebben met interesse kennisgenomen van het voornemen van
de Raad om een strategische discussie te voeren over de EU-China relatie, aangezien
zij dit onderwerp van groot belang achten. Deze leden delen de mening dat de eenheid
van de EU-lidstaten over dit onderwerp versterkt moet worden. Op welke deelterreinen
ziet de Minister hiertoe mogelijkheden? Een belangrijk prioriteit is het afbouwen
van strategische afhankelijkheden tegenover China. Hiervoor lopen binnen de EU diverse
initiatieven, maar dit bevat onvoldoende snelheid en coördinatie. Gaat de Minister
aandringen op meer urgentie en coördinatie? Zo ja, welke accenten zal hij hierbij
aanbrengen, aangezien wereldwijde aanvoerketens en de toegang tot grondstoffen steeds
meer onder druk komen te staan?
De leden van de VVD-fractie lezen dat het kabinet het goed zou vinden als de Raad
stilstaat bij de druk die Litouwen op dit moment vanuit China ervaart. Is de Minister
ook van plan dit zelf actief in te brengen? En deelt de Minister de mening dat nu
Litouwen het slachtoffer is, maar dat als de EU geen eenheid toont, dit derde landen
het idee kan geven dat het in de toekomst effectief is om één land onder druk te zetten?
Kan de Minister in dat kader aangeven met welke oneigenlijke economische drukmiddelen
Litouwen op dit moment te maken heeft, welke initiatieven er op dit moment vanuit
de EU lopen om daar iets tegen te doen, wat er nog meer mogelijk is, en hoe het kabinet
zich daarvoor inzet?
Ten slotte is er door diverse Europese leiders recentelijk gesproken over de wenselijkheid
van een top tussen de EU en China. Wat is het standpunt van de Minister hierover?
Deelt de Minister de mening van de leden van de VVD-fractie dat een top op het niveau
van regeringsleiders alleen wenselijk is indien er concrete vooruitgang in het vooruitzicht
is ten aanzien van veiligheid, eerlijke concurrentie, mensenrechten of andere thema’s
die van belang zijn voor Nederland? Indien dergelijke vooruitgang niet waarschijnlijk
is, zien de leden van de VVD-fractie geen aanleiding voor een dergelijke top.
Lunch met AU Commissievoorzitter Moussa Faki
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de inzet van Nederland voor de
aanstaande EU-Afrikaanse Unie (AU) Top. Waarom kiest Nederland ervoor om in te zetten
op bestendiging van bestaande migratie- en mobiliteitsafspraken? Waar schort het op
dit moment aan de uitvoering van die afspraken, en hoe wordt er ingezet op een concreet
tijdpad voor meetbare verbeterde uitvoering? Ziet de Minister ook mogelijkheden tot
het verbreden van deze afspraken?
Tot slot, welke afspraken verwacht de Minister dat er mogelijk zijn tussen de EU en
Afrika ten aanzien van het thema veiligheid en stabiliteit, en terrorismebestrijding
in het bijzonder? Wat is hierbij de concrete inzet van Nederland?
Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie
De leden van de D66-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de geagendeerde
stukken voor de informele Raad Buitenlandse Zaken (Gymnich). Deze leden hebben nog
enkele vragen aan de Minister.
Mali
De leden van de D66-fractie zijn tevreden met de Europese sancties jegens de Wagner
Group en de rol die Nederland hierin heeft gespeeld. Deze leden zijn verder ook benieuwd
naar het raamwerk van de Europese Raad voor autonome EU-sancties tegen personen en
entiteiten die de vrede, stabiliteit, veiligheid en politieke transitie van Mali bedreigen.
Kan de Minister verder uitweiden wat dit raamwerk en haar mogelijke effecten precies
inhouden? In hoeverre kan dit raamwerk de huidige Malinese transitieautoriteiten bijvoorbeeld
op voorhand doen afschrikken over het aangaan van een samenwerkingsovereenkomst met
de Wagner Group? Kan de Minister ook uitweiden over het gezamenlijke diplomatieke
statement van Nederland waarbij wordt aangegeven dat de Malinese transitieautoriteiten
publieke fondsen hebben gebruikt om buitenlandse huurlingen in te huren?1 Wijst dit volgens de Minister op een samenwerkingsovereenkomst tussen Malinese transitieautoriteiten
en de Wagner Group? Zo ja, zijn er wat betreft een dergelijke constatering bewijzen?
Wat zijn potentiële volgende stappen die de Europese Raad op een dergelijk bewijs
zal nemen? Welke rol speelt Nederland hierin? Welke geopolitieke als militaire implicaties
zouden deze ontwikkelingen kunnen hebben voor de MINUSMA-missie? Hoe denken de andere
deelnemende landen aan deze missie hierover?
Litouwen
De leden van de D66-fractie zijn ontevreden over het ontbrekende antwoord van de EU
op de blokkade van importproducten uit Litouwen die China afgelopen december heeft
ingesteld. Hoe beoordeelt de Minister deze situatie? Wat is momenteel de consensus
binnen de Europese Raad wat betreft de te nemen maatregelen? Waarom blijft een antwoord
voorlopig uit? Hoe staat het bijvoorbeeld met het nieuwe «antidwanginstrument» van
de Europese Commissie, ook om dergelijke praktijken in de toekomst beter het hoofd
te kunnen bieden? Kan de Minister toezeggen dit onderwerp op te brengen bij de aankomende
informele Raad Buitenlandse Zaken?
Franse EU-voorzitterschap
De leden van de D66-fractie kijken met belangstelling naar de ontwikkelingen rondom
het Franse EU-voorzitterschap in 2022. Wat is de Nederlandse strategie ten opzichte
van dit ambitieuze voorzitterschap? Op welke manier kan Nederland tijdens dit voorzitterschap
een constructieve rol spelen? Hoe denkt de Minister tijdens dit voorzitterschap samen
met andere EU-lidstaten een leidende rol te nemen om de EU slagvaardiger, economisch
sterker, groener en veiliger te maken? Welke verhoogde diplomatieke middelen worden
er hiervoor ingezet? Welke concrete stappen op geopolitiek vlak kunnen volgens het
kabinet tijdens dit voorzitterschap daadwerkelijk gerealiseerd worden? Hoe denkt Nederland
hier precies aan bij te dragen?
De leden van de D66-fractie zijn verheugd met Frankrijks visie over een «een nieuw
groeimodel voor Europa». Hoe oordeelt de Minister deze visie als beschreven in de
speech van Emmanuel Macron van 13 december jl.?2 Hoe oordeelt de Minister bijvoorbeeld over het mogelijk herzien van het Europese
budgettaire raamwerk zoals beschreven in deze speech? Hoe denkt de Minister over de
andere specifieke elementen uit dit «nieuwe groeimodel voor Europa»?
De leden van de D66-fractie kijken met belangstelling naar Frankrijks visie wat betreft
de stabiliteit en welvaart in derde landen, zoals beschreven in dezelfde speech, waarbij
specifiek Afrika en de Westerse Balkan worden beschreven. Is het kabinet een voorstander
van een dergelijke visie? Zo ja, op welke manier zal Nederland tijdens en na het Franse
voorzitterschap zich inzetten om deze visie te realiseren? Wat zijn eventuele belemmeringen
hierbij? Hoe kunnen deze belemmeringen gemitigeerd worden?
Strategisch Kompas
Ten slotte kijken de leden van de D66-fractie met belangstelling uit naar de herziene
versie van het Strategisch Kompas. Wat zal de specifieke Nederlandse inzet zijn bij
de informele Raad op dit punt? Wat is het politieke krachtenveld hierbij? Welke risico’s
verwacht de Minister in dit proces? Hoe denkt de Minister deze risico’s te mitigeren?
Op welke manier kan Nederland hierbij een actieve en constructieve rol spelen?
Vragen en opmerkingen van de leden van de CDA-fractie
De leden van de CDA-fractie hebben kennisgenomen van de geannoteerde agenda van de
informele Raad Buitenlandse Zaken (Gymnich) op 13 en 14 januari 2022. Deze leden hebben
de volgende vragen en opmerkingen.
Algemeen
De leden van de CDA-fractie vragen de Minister aan te geven hoe wordt opgelost dat
dit een informele Raad is, en er mogelijk toch acute actie en daarmee besluitvorming
van de EU wordt gewenst gezien de ontstane situatie in Oekraïne en in Kazachstan.
Oekraïne
De leden van de CDA-fractie vragen de Minister in het verslag van deze informele Raad
tevens een verslag op te nemen van het bezoek van Hoge Vertegenwoordiger Josep Borrell
aan Oekraïne deze week. Borrell ziet nadrukkelijk een rol voor de EU in het de-escaleren
van de situatie, dat wil zeggen in de bemiddeling tussen de Verenigde Staten en Rusland;
de leden van de CDA-fractie vragen de Minister welke rol er dan ligt voor de EU. Deze
leden vragen de Minister of daarbij rekening wordt gehouden met verschillende scenario’s
waarin de EU een rol kan en moet spelen en voor elk van deze scenario s dus al duidelijk
is welke rol de EU kan gaan spelen.
Rusland beweert de steun van China te genieten in de opbouw van de spanningen aan
de Oekraïense grens. De leden van de CDA-fractie vragen de Minister dit te verifiëren
en wanneer dat zo is welke implicaties daarvan uitgaan. Tevens vragen deze leden de
Minister om zich waar mogelijk uit te spreken over de vrijheid van Finland en Zweden
om over de eigen veiligheidsagenda te gaan en daar naar eigen believen invulling aan
te geven.
Kazachstan
De leden van de CDA-fractie vragen de Minister of de situatie in Kazachstan besproken
wordt en op welke manier de EU daarbij betrokken is. Deze leden vragen de Minister
een toelichting te geven op de vredesmacht onder leiding van Rusland die richting
Kazachstan optrekt om orde te herstellen. Zij maken zich grote zorgen over de ontstane
situatie in Kazachstan, er is echter weinig informatie daarom is het volgens de leden
van de CDA-fractie van groot belang dat journalisten en onafhankelijke verslaglegging
van de ontwikkelingen gestand houdt. Deze leden vragen de Minister hoe de onafhankelijke
pers in Kazachstan en het middenveld gesteund kunnen worden om informatievoorziening
in stand te houden. Tevens maken deze leden zich zorgen over de mensenrechten in Kazachstan.
Zij vragen de Minister in EU-verband aan te kaarten om de mensenrechtensituatie nauwlettend
te monitoren en EU-waarnemers naar Kazachstan te sturen. De leden van de CDA-fractie
vragen aangaande Kazachstan ten slotte hoe het staat met de oppositie en welke rol
ze kunnen spelen in de de-escalatie van de ontstane situatie.
Veiligheidssituatie Oost-Europa
De Minister noemt de motie Brekelmans c.s. (Kamerstuk 21 501-04, nr. 2433) waarin staat dat de Russische agressie voorkomen moet worden met de dreiging van
een uitgebreid sanctiepakket. De leden van de CDA-fractie vragen de Minister of een
dergelijk EU-sanctiepakket in de maak is. Deze leden verzoeken de Minister bovendien
om met zijn Nederlandse collega’s in kaart te brengen welke Nederlandse sectoren hard
worden getroffen bij eventuele sancties aan het adres van Rusland. Zij vragen de Minister
voorts om flankerend beleid op te stellen zodat sancties wel afgekondigd kunnen worden
en niet tegengehouden worden, omdat deze te grote economische effecten in EU-landen
hebben en vragen de Minister dit bovendien in EU-verband aan te kaarten en ook daar
te verzoeken om EU-middelen vrij te maken om eventueel flankerend beleid op te stellen
en middelen ter beschikking te stellen wanneer er vergaande sancties aan Rusland moeten
worden opgelegd. De leden van de CDA-fractie zijn van mening dat de bereidheid om
sancties op te leggen vallen of staan bij de mate van pijn die we onze eigen economieën
bereid zijn toe te doen, wanneer de EU-landen deze pijn samen pakken wordt deze verlicht.
Deze leden vragen de Minister hierop te reflecteren en daar in het verslag van deze
Raad op terug te komen.
De leden van de CDA-fractie vragen de Minister een update te geven van de cyberactiviteiten
van Rusland gedurende de afgelopen maanden in hoeverre deze zijn toegenomen.
Nu de Europese Ministers van Buitenlandse Zaken en de Ministers van Defensie samen
zijn tijdens deze informele Raad vragen de leden van de CDA-fractie of er ook verschillende
scenario’s besproken worden aangaande veiligheidsgaranties voor de Oostelijke lidstaten.
Strategisch Kompas
Deze leden vragen wanneer het Strategisch Kompas, ervan uitgaand dat deze inderdaad
in maart 2022 wordt vastgesteld, tot werkelijke praktisch uitvoering leidt bijvoorbeeld
als het gaat om de speerpunten van de Nederlandse regering op het gebeid van een snel
inzetbare capaciteit, een hybride toolbox en versterking van de EU-NAVO-samenwerking.
Relatie EU-China
De leden van de CDA-fractie vragen de Minister of de diplomatieke deelname van EU-landen
aan de opening van de Olympische Winterspelen in China wordt besproken. Wanneer dat
niet het geval is, waarom niet, en wat is de voortgang daaromtrent?
Litouwen
De leden van de CDA-fractie vragen de Minister nadrukkelijk aan de Litouwse collega’s
te vragen hoe de situatie is met China en daarvan verslag te doen.
Lunch met AU Commissievoorzitter Moussa Faki
De leden van de CDA-fractie vragen de Minister aan te geven of de Nederlandse Afrika-taskforce
iets kan betekenen in het bereiken van de inzet van de regering tijdens de EU-AU Top.
Deze leden vragen bovendien of de connectiviteit tussen Europa en Afrika onderdeel
is van de inzet. Deze leden denken daarbij aan de logistieke connectiviteit, maar
ook de digitale connectiviteit. De leden van de CDA-fractie vragen de Minister eveneens
of er met de Afrikaanse landen en wellicht kan dat in AU-verband, afspraken worden
gemaakt over de vervolging van mensensmokkelaars, zodat deze bij de overgang van een
landsgrens niet buiten jurisdictie vallen.
Vragen en opmerkingen van de leden van de SP-fractie
De leden van de SP-fractie hebben de agenda voor de aankomende informele Raad Buitenlandse
Zaken (Gymnich) gelezen. Deze leden hebben hier nog een aantal vragen over.
Strategisch Kompas
De leden van de SP-fractie constateren dat er bij deze informele Raad zal worden gesproken
over een herziene versie van het Strategisch Kompas. Kan de Minister ingaan op de
verschillen tussen deze versie en de eerste versie betreffende toon en inhoud? Is
de Minister tevreden met de veranderingen? Kan de Minister ingaan op het krachtenveld
omtrent de aanname van het Strategisch Kompas, en welke passages in het Strategisch
Kompas leveren het meeste discussie op?
Veiligheidssituatie Oost-Europa
De leden van de SP-fractie lezen dat er zal worden gesproken over de helaas nog steeds
oplopende spanningen in Oost-Europa. Hoe denkt de Minister over de effectiviteit van
sancties tegenover Rusland? Zijn er volgens de Minister alternatieven denkbaar die
effectiever zijn?
Relatie EU-China
De leden van de SP-fractie constateren dat er gesproken zal worden over de relatie
EU-China. Wat zijn de belangrijkste knelpunten in de relatie tussen de EU- en China?
Is het juist dat de relaties tussen de EU en China momenteel behoorlijk bekoeld zijn?
Hoe staat het met de plannen om import van producten die gemaakt worden met behulp
van dwangarbeid (bijvoorbeeld door Oeigoeren) uit te sluiten middels wetgeving?
Lunch met AU Commissievoorzitter Moussa Faki
In de geannoteerde agenda valt te lezen dat er op de EU-AU Top afspraken gemaakt gaan
worden over versterkte samenwerking op de thema’s migratie en mobiliteit, veiligheid
en stabiliteit, gezondheid, onderwijs en multilaterale samenwerking. De leden van
de SP-fractie nemen graag vooraf kennis van de inzet van Nederland respectievelijk
de EU hierbij, alsmede de inhoud van de afspraken wanneer deze gemaakt worden. Ook
wordt een toelichting op de aard van de afspraken op prijs gesteld (dwingend/vrijblijvend,
naleving, handhaving).
Vragen en opmerkingen van de leden van de PvdA-fractie
De leden van de PvdA-fractie hebben kennisgenomen van de geannoteerde agenda van de
informele Raad Buitenlandse Zaken (Gymnich) op 13 en 14 januari 2022. Deze leden hebben
de volgende vragen en opmerkingen.
Kazachstan
De leden van de PvdA-fractie volgen met ernst de ontwikkelingen die zich razendsnel
opvolgen in Kazachstan, waar demonstranten in meerdere steden in het land in opstand
zijn gekomen tegen de verdubbeling van lpg-prijzen en het regime van president Tokajev.
Met name zijn er grote zorgen over de berichten dat de door Rusland geleide militaire
alliantie CSTO te hulp is geroepen en dat er al tientallen demonstraten om het leven
zijn gekomen. Kan de Minister deze berichten bevestigen? Is de Minister daarnaast
bereid de situatie in Kazachstan te agenderen voor de informele Raad Buitenlandse
Zaken? Naast de reeds gedane oproep van de EU-buitenlandchef Josep Borrell tot het
respecteren van fundamentele rechten in het land, welke additionele stappen zou de
EU volgens de Minister moeten zetten? En welke invloed verwacht de Minister dat de
situatie in Kazachstan gaat hebben op bijvoorbeeld de situaties in Belarus of aan
de Russische-Oekraïense grens?
Lunch met AU Commissievoorzitter Moussa Faki
De leden van de PvdA-fractie nemen kennis van de lunchbijeenkomst over de EU-AU Top
die op de agenda staat. Hoewel wordt aangegeven dat het voor Nederland van belang
is «dat de Afrikaanse prioriteiten goed worden meegenomen in de voorbereiding van
de top», wordt slechts kort ingegaan op de aanpak van COVID-19 in Afrika. Dat terwijl
nog geen 1 op de 10 mensen in Afrika volledig gevaccineerd is en het door Nederland
onderschreven doel om eind 2021 tenminste 40% van de bevolking te vaccineren dus bij
lange na niet gehaald is. Dat gaat ook tegen het eigen belang in omdat men pas beschermd
is tegen COVID-19 als iedereen dat is. Niet verassend heeft dit dan ook de hoogste
prioriteit voor Afrikaanse regeringsleiders en de bevolking. Daarom vragen de leden
van de PvdA-fractie of de Minister bereid is om tijdens de lunch met AU Commissaris
Moussa Faki te benadrukken dat (a) de levering en distributie van vaccins aan Afrika
urgent is en blijft; (b) Nederland en de EU zich zullen blijven hardmaken om het doel
70% van de bevolking volledig te vaccineren in de zomer te behalen, en (c) er tevens
werk gemaakt moet worden van de steunprogramma’s voor Afrikaanse economieën zodat
zij de impact van COVID-19 kunnen absorberen en zich zo snel mogelijk kunnen herstellen.
Zo nee, waarom niet?
Veiligheidssituatie Oost-Europa
De leden van de PvdA-fractie steunen de positie van het kabinet aangaande het voorbereiden
van Europese sancties bij verdere Russische agressie tegen Oekraïne. Gezien de ernst
van de situatie zouden deze sancties alleen een effect kunnen hebben als ze omvangrijk
en bijtend zijn. De nieuwe Minister van Buitenlandse Zaken van Duitsland heeft reeds
in december verklaard dat de gaspijpleiding Nord Stream 2 niet in gebruik moet komen
als de spanningen rond Oekraïne verder escaleren. Is de Minister het eens met deze
redenering en is hij bereid deze positie tijdens de informele RBZ kenbaar te maken?
Zo nee, waarom niet?
Daarnaast vinden de leden van de PvdA-fractie het positief dat de Minister bereid
is te pleiten voor het voorbereiden van verdere sancties tegenover het Belarussische
regime. Daarbij is het van belang dat niet alleen personen maar ook meerdere sectoren
aan de sanctielijst worden toegevoegd, en dat er geen uitzonderingen worden gemaakt
voor bestaande contracten. In welke fase zit de voorbereiding voor een zesde sanctiepakket
en wanneer verwacht de Minister dat dit pakket van kracht zal komen? Is de Minister
bereid tijdens deze informele RBZ ervoor te pleiten dat bestaande contracten ook worden
meegenomen in de totstandkoming van nieuwe sanctiepakketten? Zo nee, waarom niet?
Vragen en opmerkingen van de leden van de Volt-fractie
De leden van de Volt-fractie hebben kennisgenomen van de geannoteerde agenda van de
informele Raad Buitenlandse Zaken (Gymnich) op 13 en 14 januari 2022. Deze leden hebben
de volgende vragen en opmerkingen.
Oekraïne
Het feit dat de EU niet uitgenodigd is voor het gesprek tussen de Russische president
Poetin en de Amerikaanse president Biden laat zien hoe schrijnend het is gesteld met
de strategische autonomie van de EU, stellen de leden van de Volt-fractie. Zelfs in
de eigen regio kan de EU zonder de Verenigde Staten geen vuist maken tegen Poetin.
We kunnen er niet meer omheen: er is een Europees leger nodig om daadkrachtig en eensgezind
op te kunnen treden. Voor de huidige situatie bij de grens tussen Oekraïne en Rusland
is het te laat voor een eensgezind Europees militair optreden. Deze situatie moet
echter wel met beide handen worden aangepakt om de gewenste Europese reactie in een
vergelijkbare situatie in de toekomst gedetailleerd uit te werken. Zo kan een goed
overzicht worden gekregen van de tekortkomingen die deze gewenste reactie onmogelijk
maken waardoor tot concrete voorstellen gekomen kan worden voor het aanpakken van
deze tekortkomingen. De leden van de Volt-fractie hebben hierover de volgende vragen.
Wordt er binnen de EU gesproken over eventueel militair optreden? Hoe verhouden de
verschillende lidstaten zich tot eventueel militair optreden? Is de Minister bereid
om een voortrekkersrol te spelen bij het uitwerken van de gewenste Europese militaire
reactie in deze situatie en het in kaart brengen van de huidige tekortkomingen die
een eensgezinde Europese militaire reactie momenteel in de weg staan? En op welke
termijn kan de uitkomst van een dergelijk onderzoek worden verwachten?
De tekortkomingen zullen aanwijzingen zijn voor de investeringen die nodig zijn. Vervolgens
kunnen de lidstaten afspraken maken over welk land zich waarin verder zal specialiseren.
In het onlangs gepresenteerde coalitieakkoord staat dat Nederland de militaire samenwerking
met omringende landen zal verdiepen en «onze specialismen» daarbij zal versterken.
De leden van de Volt-fractie hebben hierover de volgende vragen. Is het al helder
wat de Nederlandse militaire specialismen in Europees verband zijn? Welke specialismen
zijn dit? En hoe gaat de Minister ervoor zorgdragen dat de Nederlandse specialismen
een aanvulling zijn op de specialismen van de andere lidstaten?
De leden van de fractie van Volt hebben vernomen dat de Verenigde Staten uitsluiting
van SWIFT dreigen in te zetten als sanctie tegen Rusland. Dit idee wordt breed gesteund
in het Europees Parlement. Dit is echter een zeer onverstandige actie die voor veel
backlash kan zorgen. Het als wapen inzetten van SWIFT drijft niet alleen Rusland verder in
de armen van China, maar spoort ook al bondgenoten zoals India aan om zich aan te
sluiten bij dit alternatieve betalingssysteem. Bovendien kan deze sanctie het zeer
moeilijk en misschien wel onmogelijk voor Europese landen maken om Rusland te betalen
voor gas. De leden van de Volt-fractie hebben hierover de volgende vragen: Zijn tijdens
de Europese Raad van 16 december jl. scenario’s besproken waarin de EU overgaat tot
het instellen van verdere sancties tegen Rusland? Is er overeenstemming bereikt over
rode lijnen? Ziet de Minister ook dat het als wapen inzetten van SWIFT (een van origine
politiek neutraal instituut) gevolgen heeft voor het vertrouwen in dit internationale
betalingssysteem? Heeft de Minister (en hebben zijn collega’s) deze lange termijn-nadelen
voldoende op de radar om de overweging te kunnen maken of het strategische voordeel
op de korte termijn opweegt tegen de nadelen op de lange termijn? Is de Minister bereid
om zijn collega’s te wijzen op de negatieve gevolgen van het inzetten van SWIFT als
sanctiemiddel en naar alternatieven te zoeken?
Door zoals de Duitse Bondskanselier Scholz te pleiten dat Nordstream 2 gesteund wordt
zolang Rusland gas niet inzet als «geopolitiek wapen», wordt de verantwoordelijkheid
bij Rusland gelegd. Hoe staat de Minister tegenover het stopzetten van Nordstream
2 als sanctie tegen Rusland?
President Biden zal zich wellicht gedwongen voelen om president Poetin te beloven
dat Oekraïne (voorlopig) geen NAVO-lid zal worden om de spanningen af te doen nemen
en Poetin de mogelijkheid te geven om zich zonder gezichtsverlies terug te trekken,
stellen de leden van de fractie van Volt. Er heerst echter wel een pro-Europees sentiment
in veel voormalige Sovjetlanden zoals Belarus, Oekraïne en Kazachstan. Ook zijn er
veel Europagezinde Russen. Door niets te doen om Oekraïne te ondersteunen, wint (de
angst voor) president Poetin. In theorie zou Rusland op den duur ook kandidaat-lidstaat
kunnen worden. Dit maakt EU-lidmaatschap minder provocerend dan NAVO-lidmaatschap.
Een toekomst waarin Rusland niet langer een dreiging is voor Europa is een toekomst
om na te streven. De leden van de fractie van Volt hebben niet de illusie dat dit
snel en eenvoudig gerealiseerd kan worden, maar het pro-Europese sentiment in de voormalige
Sovjetlanden wijst wel op een window of opportunity waar de EU slim gebruik van kan maken. De leden van de fractie van Volt hebben hierover
de volgende vragen. Wordt het EU-kandidaat-lidmaatschap van Oekraïne in plaats van
NAVO-lidmaatschap op dit moment serieus overwogen als strategische zet om een inval
af te wenden en de strategische autonomie van de EU te versterken? Ziet de Minister
heil in deze strategie?
Nieuwe EU-NAVO verklaring
Over de nieuwe EU-NAVO verklaring hebben de leden van de Volt-fractie de volgende
vragen. Waarom is de nieuwe gezamenlijke EU-NAVO verklaring nog niet aangenomen? Wat
zijn op dit moment de belangrijkste punten van discussie? Wat kan de Minister alvast
met de Kamer delen over het concept dat er nu ligt?
Belarus
De leden van de fractie van Volt stellen dat sinds oktober 2020 de EU geleidelijk
beperkende maatregelen aan Belarus heeft opgelegd. De maatregelen werden genomen als
reactie op het onaanvaardbare geweld van de Belarussische autoriteiten tegen vreedzame
demonstranten en de intimidatie, willekeurige arrestaties en detenties sinds de presidentsverkiezingen
van augustus 2020. In juni 2021 kwamen daar maatregelen tegen Belarussische vliegmaatschappijen
bij naar aanleiding van de gedwongen landing van een Ryanairvlucht in Minsk waarbij
een journalist werd opgepakt. In december kwamen nieuwe sancties bij vanwege de voortdurende
mensenrechtenschendingen en de instrumentalisering van migranten. Met andere woorden:
de instrumentalisering van migranten was niet de grondreden voor de sancties tegen
Belarus en de stabilisatie van de situatie aan de grens tussen Belarus en Polen, Letland
en Litouwen mag daarom niet de reden zijn om geen verdere sancties tegen Belarus af
te nemen. De leden van de fractie van Volt vragen de Minister daarom om zich te blijven
inzetten voor de burgers in Belarus door sancties in te zetten waar de oppositie specifiek
om vraagt, namelijk een boycot van de drie industrieën waarmee het regime haar inkomsten
vergaard: petrochemie, staalindustrie en houtindustrie. De leden van de Volt-fractie
hebben hierover de volgende vragen. Wat is de situatie nu aan de grens? In welke omstandigheden
bevinden de migranten zich aan de grens?
Hoe beïnvloedt de situatie aan de grens de beslissing over verdere sancties ten behoeve
van de verbetering van mensenrechten in Belarus? En wat is het krachtenveld binnen
de EU? Vraagt Polen bijvoorbeeld om minder strenge maatregelen om nieuwe ongeregeldheden
aan de grens te voorkomen? Wordt er in het volgende pakket aan maatregelen gehoor
gegeven aan de oproep van de Belarussische oppositie om de sancties met name op deze
drie industrieën te richten? Zo nee, waarom niet?
Litouwen
De leden van de fractie van Volt constateren dat Litouwen China gebruikt als pion
om de aandacht van de Verenigde Staten terug naar Rusland te halen. Een klein land
dat zo zijn nek durft uit te steken richting China en daarmee het Amerikaanse beleid
tegen China steunt, kan niet aan zijn lot worden overgelaten. De Chinese overheid
wenst echter niet als pion ingezet te worden in de strijd tegen Rusland. De reactie
van de Chinese overheid (om de import van Europese bedrijven die zakendoen met Litouwen
te blokkeren) is op zijn minst niet handig te noemen. Maar welke keuze heeft de Chinese
overheid? De Chinese overheid had vast verwacht dat een aantal Europese landen op
de bres zouden springen en Litouwen duidelijk zouden maken dat China niet als pion
ingezet kan worden in deze strijd. Maar de actie van Litouwen is ook zeer begrijpelijk.
De hele situatie maakt één ding heel duidelijk: Europa heeft een Europees leger nodig
om onafhankelijk van de Verenigde Staten te kunnen opereren. De leden van de Volt-fractie
hebben hierover de volgende vragen. Is de Minister zich ervan bewust dat het huidige
conflict tussen Litouwen en China is begonnen door een gebrek aan Europese slagkracht
waardoor Litouwen de steun van de Verenigde Staten heeft gezocht? Ziet de Minister
dan ook in dat Nederland beter niet kan reageren op een reactie van China op een reactie
van Litouwen en er wijzer aan doet om zich in plaats daarvan in te zetten om de slagkracht
van Europa te vergroten en China buiten dit conflict met Rusland te houden?
Hoewel het nut van het antidwanginstrument in deze situatie betwijfeld kan worden
aangezien de aanleiding een reactie op een reactie lijkt te zijn en dus eerst de grondoorzaken
aangepakt dienen te worden, is dit wel een gelegenheid waarbij de effectiviteit van
het instrument in ieder geval deels getest kan worden. De leden van de fractie van
Volt vragen: Heeft het antidwanginstrument tot dusverre het gewenste effect?
Frans EU-voorzitterschap en lunch met AU Commissievoorzitter Moussa Faki
Wat betreft het Frans voorzitterschap onderstrepen de leden van de Volt-fractie het
enorme strategische belang van EU-Afrika relaties en zullen deze leden blijven pleiten
voor een gebalanceerd partnerschap met meer oog voor de behoeften van – en de oplossingen
aangedragen door – onze Afrikaanse partners. Met daarbij vooral ook oog voor de potentie
van de jongeren op het continent. Europa moet zich niet blindstaren op de problemen
omtrent migratie en terrorisme, maar vooral ook de potentie op de gebieden van bijvoorbeeld
digitalisering en landbouw zien. Het Afrikaanse continent herbergt vele jonge talenten
die zeker niet allemaal willen migreren. Door middel van uitwisseling van studenten
en bedrijven, IMVO-wetgeving en het afdwingen van belastingafdrachten van Europese
bedrijven aan de Afrikaanse landen waarin zij opereren, kan worden bijgedragen aan
florerende Afrikaanse samenlevingen die interessante markten voor Europese bedrijven
vormen en emigratie grotendeels overbodig maken. Wanneer het Afrikaanse continent
meer vanuit kansen dan vanuit problemen wordt bekeken, zullen we vanzelf ook meer
kansen dan problemen zien. De leden van de Volt-fractie hebben hierover de volgende
vragen. Mochten de Franse verkiezingen leiden tot een versmalling van de Franse focus
op migratie en terrorismebestrijding in de EU-Afrika relatie, is de Minister dan bereid
de focus te verbreden en ook de kansen te blijven benadrukken? Hoe wil de Minister
dit aanpakken?
Kazachstan
President Tokajev van Kazachstan heeft de door Rusland geleide alliantie CSTO om hulp
gevraagd bij het onderdrukken van de protesten. Europa/ het westen krijgt van president
Tokajev indirect de schuld van het trainen van «terroristische groepen die het land
teisteren». Graag willen de leden van de fractie van Volt de Minister verzoeken om
de situatie in Kazachstan op de agenda te zetten voor de aankomende RBZ en daar o.a.
te bespreken wat de verschillende scenario’s zijn en hoe de EU daarop zal reageren.
Deze leden hebben de volgende vragen aan de Minister. Welke scenario’s heeft de EU
klaarliggen? Wat kan de EU doen om te voorkomen dat het geweld verder escaleert? Welke
Europese acties kunnen het pro-Europese sentiment in Kazachstan steunen? Is de Minister
zich ervan bewust dat Italië de op één-na-grootste en Nederland de vierde grootste
exportbestemming van olie uit Kazachstan is? Welke mogelijkheden geeft dit de EU om
in te grijpen? Wie zijn de kwetsbare groepen? En is de Minister bereid om zich alvast
voor te bereiden op noodvisa voor mensen die het land uit willen?
II Antwoord/ Reactie van de Minister
III Volledige agenda
Geannoteerde agenda Informele Raad Buitenlandse Zaken Gymnich 14 januari 2022. Brief
regering – Minister van Buitenlandse Zaken, H.P.M. Knapen d.d. 4 januari 2022 (Kamerstuk
21 501-02, nr. 2441).
Verslag Raad Buitenlandse Zaken 13 december 2021. Brief regering – Minister van Buitenlandse
Zaken, H.P.M. Knapen d.d. 15 december 2021 (Kamerstuk 21 501-02, nr. 2440).
Sectoren bilaterale handel met Belarus. Brief regering – Minister van Buitenlandse
Zaken, H.P.M. Knapen d.d. 7 december 2021 (Kamerstuk 21 501-02, nr. 2436).
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
Geert Wilders, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
R. Konings, adjunct-griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.