Nota van wijziging : Nota van wijziging
35 546 Wijziging van de Gemeentewet, Provinciewet, Waterschapswet, Wet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba en Kieswet in verband met het bevorderen van de bestuurlijke integriteit en de aanpak van aanhoudende bestuurlijke problemen in het decentraal bestuur (Wet bevorderen integriteit en functioneren decentraal bestuur)
Nr. 8 NOTA VAN WIJZIGING
Ontvangen 2 december 2021
Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel I wordt voor onderdeel A een onderdeel ingevoegd, luidende:
aA
Artikel 12, tweede lid, komt te luiden:
2. De openbaarmaking vindt plaats terstond na benoeming tot raadslid of aanvaarding
van een functie en geschiedt zowel op elektronische wijze als door terinzagelegging
op het gemeentehuis.
B
In artikel I wordt na onderdeel G een onderdeel ingevoegd, luidende:
Ga
Artikel 41b wordt als volgt gewijzigd:
1. Het derde lid komt te luiden:
3. Een wethouder maakt zijn nevenfuncties openbaar. De openbaarmaking vindt plaats
terstond na benoeming tot wethouder of aanvaarding van een nevenfunctie en geschiedt
zowel op elektronische wijze als door terinzagelegging op het gemeentehuis
2. In het vierde lid, tweede zin, wordt na «Openbaarmaking geschiedt» ingevoegd «zowel
op elektronische wijze als».
C
In artikel I wordt na onderdeel J een onderdeel ingevoegd, luidende:
Ja
Artikel 67, derde lid, komt te luiden:
3. De burgemeester maakt nevenfuncties, anders dan uit hoofde van zijn burgemeestersambt,
en de inkomsten uit die functies openbaar. De openbaarmaking van nevenfuncties vindt
plaats terstond na benoeming tot burgemeester of aanvaarding van een nevenfunctie
en geschiedt zowel op elektronische wijze als door terinzagelegging op het gemeentehuis.
Openbaarmaking van de inkomsten geschiedt zowel op elektronische wijze als door terinzagelegging
op het gemeentehuis uiterlijk op 1 april na het kalenderjaar waarin de inkomsten zijn
genoten.
D
In artikel I worden na onderdeel R een onderdeel ingevoegd, luidende:
Ra
In artikel 169, vierde lid, wordt «bedoeld in artikel 160, eerste lid, onder e, f,
g en h» vervangen door «bedoeld in artikel 160, eerste lid, onder d, e, f en g».
E
In artikel II wordt voor onderdeel A een onderdeel ingevoegd, luidende:
aA
Artikel 11, tweede lid, komt te luiden:
2. De openbaarmaking vindt plaats terstond na benoeming tot lid van provinciale staten
of aanvaarding van een functie en geschiedt zowel op elektronische wijze als door
terinzagelegging op het provinciehuis.
F
In artikel II wordt na onderdeel G een onderdeel ingevoegd, luidende:
Ga
Artikel 40b wordt als volgt gewijzigd:
1. Het derde lid komt te luiden:
3. Een gedeputeerde maakt zijn nevenfuncties openbaar. De openbaarmaking vindt plaats
terstond na benoeming tot gedeputeerde of aanvaarding van een nevenfunctie en geschiedt
zowel op elektronische wijze als door terinzagelegging op het provinciehuis.
2. In het vierde lid, tweede zin, wordt na «Openbaarmaking geschiedt» ingevoegd «zowel
op elektronische wijze als».
G
In artikel II wordt na onderdeel J een onderdeel ingevoegd, luidende:
Ja
Artikel 66, derde lid, komt te luiden:
3. De commissaris maakt nevenfuncties, anders dan uit hoofde van zijn ambt van commissaris,
en de inkomsten uit die functies openbaar. De openbaarmaking van nevenfuncties vindt
plaats terstond na benoeming tot commissaris of aanvaarding van een nevenfunctie en
geschiedt zowel op elektronische wijze als door terinzagelegging op het provinciehuis.
Openbaarmaking van de inkomsten geschiedt zowel op elektronische wijze als door terinzagelegging
op het provinciehuis uiterlijk op 1 april na het kalenderjaar waarin de inkomsten
zijn genoten.
H
In artikel II wordt na onderdeel R een onderdeel ingevoegd, luidende:
Ra
In artikel 167, vierde lid, wordt «bedoeld in artikel 158, eerste lid, onder e, f
en h» vervangen door «bedoeld in artikel 158, eerste lid, onder d, e, en g».
I
In artikel III wordt na onderdeel A een onderdeel ingevoegd, luidende:
Aa
Artikel 32, tweede lid, komt te luiden:
2. Openbaarmaking vindt plaats terstond na benoeming tot lid van het algemeen bestuur
of aanvaarding van een andere functie als bedoeld in het eerste lid en geschiedt zowel
op elektronische wijze als door terinzagelegging van een opgave van de andere functies
op de secretarie van het waterschap.
J
In artikel III worden na onderdeel F drie onderdelen ingevoegd, luidende:
Fa
Artikel 44k wordt als volgt gewijzigd:
1. Het derde lid komt te luiden:
3. Een lid van het dagelijks bestuur maakt zijn nevenfuncties openbaar. De openbaarmaking
vindt plaats terstond na benoeming tot lid van het dagelijks bestuur of aanvaarding
van een nevenfunctie en geschiedt zowel op elektronische wijze als door terinzagelegging
op de secretarie van het waterschap.
2. In het vierde lid, tweede zin, wordt na «Openbaarmaking geschiedt» ingevoegd «zowel
op elektronische wijze als».
Fb
Artikel 47, derde lid, komt te luiden:
3. Artikel 33, eerste en tweede lid, is van overeenkomstige toepassing op de voorzitter
met dien verstande dat de ontheffing, bedoeld in het tweede lid van dat artikel, wordt
verleend door de commissaris van de Koning.
Fc
Artikel 48, derde lid, komt te luiden:
3. De voorzitter maakt nevenfuncties, anders dan uit hoofde van zijn ambt, en de inkomsten
uit die functies openbaar. De openbaarmaking van nevenfuncties vindt plaats terstond
na benoeming tot voorzitter of aanvaarding van een nevenfunctie en geschiedt zowel
op elektronische wijze als door terinzagelegging op de secretarie van het waterschap.
Openbaarmaking van de inkomsten geschiedt zowel op elektronische wijze als door terinzagelegging
op de secretarie van het waterschap uiterlijk op 1 april na het kalenderjaar waarin
de inkomsten zijn genoten. Onder inkomsten als bedoeld in de eerste volzin wordt verstaan:
loon in de zin van artikel 9 van de Wet op de loonbelasting 1964, verminderd met de
eindheffingsbestanddelen bedoeld in artikel 31 van die wet.
K
In artikel IV wordt voor onderdeel A een onderdeel ingevoegd, luidende:
aA
In artikel 13, tweede lid, wordt na «en geschiedt» ingevoegd «zowel op elektronische
wijze als».
L
In artikel IV wordt na onderdeel E een onderdeel ingevoegd, luidende:
Ea
Artikel 48 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het derde lid, tweede zin, wordt na «en geschiedt» ingevoegd «zowel op elektronische
wijze als».
2. In het vierde lid, tweede zin, wordt na «Openbaarmaking geschiedt» ingevoegd «zowel
op elektronische wijze als».
M
In artikel IV wordt na onderdeel H een onderdeel ingevoegd, luidende:
Ha
Artikel 79 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het derde lid, tweede zin, wordt na «en geschiedt» ingevoegd «zowel op elektronische
wijze als».
2. In het vierde lid, tweede zin, wordt na «Openbaarmaking geschiedt» ingevoegd «zowel
op elektronische wijze als».
N
In artikel IV wordt na onderdeel M een onderdelen ingevoegd, luidende:
Ma
Artikel 194 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het derde lid, tweede zin, wordt na «en geschiedt» ingevoegd «zowel op elektronische
wijze als».
2. In het vierde lid, tweede zin, wordt na «Openbaarmaking geschiedt» ingevoegd «zowel
op elektronische wijze als».
O
In artikel V wordt na onderdeel B een onderdeel toegevoegd, luidende:
C
In artikel X 9 wordt na «artikel X 4, derde lid,» ingevoegd «X 4a, derde lid,».
Toelichting
I Algemeen
Deze nota van wijziging brengt enkele technische wijzigingen aan en regelt dat openbaarmaking
van nevenfuncties en inkomsten uit nevenfuncties terstond dient te geschieden en voortaan
ook elektronisch openbaar gemaakt dienen te worden. Dit wordt hieronder nader toegelicht.
Deze nota van wijziging wordt mede namens de Minister van Infrastructuur en Waterstaat
ingediend.
Elektronische openbaarmaking
De openbaarmaking van nevenfuncties en inkomsten uit nevenfuncties zal voortaan dienen
te geschieden door openbaarmaking op elektronische wijze, naast de bestaande terinzagelegging
op een fysieke locatie. Ook wordt verduidelijkt dat openbaarmaking terstond na de
benoeming of aanvaarding van een nieuwe nevenfunctie dient te gebeuren. Het voornemen
dit te regelen is aangekondigd in de brief aan de Kamer van 11 februari 20211 en zou oorspronkelijk worden meegenomen in de nota van wijziging met betrekking tot
de verplichte risicoanalyse integriteit. De reden hiervoor is dat elektronische openbaarmaking
de ontsluitbaarheid van overheidsinformatie vergroot en burgers verder in staat worden
gesteld om vanuit huis gegevens in te zien, zonder dat hoeft te worden afgereisd naar
de locatie van terinzagelegging. Dit komt bovendien de transparantie ten goede. De
elektronische openbaarmaking zal gelden voor bestuurders en volksvertegenwoordigers
van gemeenten, provincies, waterschappen en Caribisch Nederland.
De openbaarmaking geschiedt in de toekomst op beide manieren: elektronisch en door
terinzagelegging op het gemeentehuis. Elektronische openbaarmaking is in algemene
zin toegankelijker, maar vormt voor sommigen juist een drempel. Bij de uitleg van
het Verdrag van Aarhus, dat het recht op openbaarheid, inspraak en toegang tot de
rechter in milieuaangelegenheden waarborgt, hanteert het Aarhus Convention Compliance
Committee de lijn dat niet met elektronische terinzagelegging kan worden volstaan.
Dit betekent echter niet dat de stukken die ter inzage worden gelegd ook in schriftelijke
vorm aanwezig moeten zijn. De burger kan bijvoorbeeld met ondersteuning via een beeldscherm
op het gemeentehuis toegang verkrijgen tot gegevens die in digitale vorm ter inzage
zijn gelegd.
II Onderdeelsgewijs
Onderdeel A, E, I en K (artikelen 12 Gemeentewet, 11 Provinciewet, 32 Waterschapswet
en 13 WolBES)
Dit onderdeel regelt dat de openbaarmaking van de functies van raadsleden, leden van
provinciale staten, algemeen bestuurders van waterschappen en eilandsraadsleden voortaan
ook op elektronische wijze geschiedt, naast de bestaande terinzagelegging op een fysieke
locatie.
Voorts wordt voor raadsleden, leden van provinciale staten en algemeen bestuurders
van waterschappen verduidelijkt op welk moment de functies openbaar gemaakt moeten
worden, namelijk terstond na benoeming of aanvaarding van een nieuwe functie. Voor
eilandraadsleden is dit reeds geregeld in de WolBES.
Onderdeel B, C, F, G, J, L, M en N (artikelen 41b en 67 Gemeentewet, 40b en 66 Provinciewet,
44k en 48 Waterschapswet en 48, 79 en 194 WolBES)
Dit onderdeel regelt dat dat de openbaarmaking van nevenfuncties van wethouders, burgemeesters,
gedeputeerden, commissarissen van de Koning, dagelijks bestuurders van waterschappen,
voorzitters van waterschappen, eilandsraadsledengezaghebbers en de Rijksvertegenwoordiger
voortaan geschiedt op elektronische wijze, naast de bestaande terinzagelegging op
een fysieke locatie.
Voorts wordt voor wethouders, burgemeesters, gedeputeerden, commissarissen van de
Koning, dagelijks bestuurders van waterschappen en voorzitters van waterschappen verduidelijkt
op welk moment de nevenfuncties openbaar gemaakt moeten worden, namelijk terstond
na benoeming of aanvaarding van een nieuwe nevenfunctie. Voor eilandgedeputeerden,
gezaghebbers en de Rijksvertegenwoordiger is dit reeds geregeld in de WolBES.
Onderdeel D en H (artikelen 169 Gemeentewet en 167 Provinciewet)
Artikel 169 Gemeentewet en artikel 167 Provinciewet worden aangepast in verband met
een technische verbetering van een verwijzing.
Onderdeel J (artikel 47 Waterschapswet)
Artikel 47 Waterschapswet wordt aangepast in verband met een technische verbetering.
Aan de voorzitter van het waterschap kan ontheffing worden verleend ten aanzien van
bepaalde verboden handelingen. Uit de huidige bepaling vloeit voort dat gedeputeerde
staten deze ontheffing kunnen verlenen. Voorgesteld wordt dat deze ontheffing door
de commissaris van de Koning wordt verleend, in aansluiting op de overeenkomende regeling
in de Gemeentewet met betrekking tot de burgemeester.2
Onderdeel O (artikel X 9 Kieswet)
Dit onderdeel regelt dat artikel D 8 Kieswet ook van toepassing is op het besluit
van het vertegenwoordigend orgaan, bedoeld in artikel X 4a, derde lid, Kieswet. Het
gaat hierbij om een besluit met betrekking tot de vraag of een lid van het algemeen
bestuur van de categorie, bedoeld in artikel 12, tweede lid, onderdeel a, Waterschapswet,
een van de vereisten voor het lidmaatschap niet bezit of dat hij een met het lidmaatschap
onverenigbare betrekking vervult. Deze technische aanpassing regelt dat deze procedure
met betrekking tot het waterschap verder gelijk wordt getrokken met de overeenkomstige
regeling voor gemeenten en provincies.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren
Indieners
-
Indiener
K.H. Ollongren, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties