Verslag (initiatief)wetsvoorstel (nader) : Verslag
35 907 Wijziging van de Wet op het financieel toezicht en de Faillissementswet in verband met de implementatie van de richtlijn betreffende de uitgifte van gedekte obligaties en het overheidstoezicht op gedekte obligaties (Implementatiewet richtlijn gedekte obligaties)
Nr. 6 VERSLAG
Vastgesteld 14 oktober 2021
De vaste commissie voor Financiën, belast met het voorbereidend onderzoek van bovenstaand
wetsvoorstel, heeft de eer als volgt verslag uit te brengen van haar bevindingen.
Onder het voorbehoud dat de regering op de gestelde vragen tijdig en genoegzaam zal
hebben geantwoord, acht de commissie de openbare beraadslaging over dit wetsvoorstel
voldoende voorbereid
De fungerend voorzitter van de commissie, Tielen
De adjunct-griffier van de commissie, Lips
INLEIDING
De leden van de D66-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de Implementatiewet
richtlijn gedekte obligaties en hebben daar nog enkele vragen bij.
De leden van de CDA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het ingediende
wetsvoorstel. Deze leden hebben nog enkele vragen over het wetsvoorstel.
De leden van de SP-fractie hebben met zorgen kennisgenomen van het wetsvoorstel tot
implementatie van de richtlijn van gedekte obligaties.
De leden van de GroenLinks-fractie hebben kennisgenomen van de Implementatiewet richtlijn
gedekte obligaties. Deze leden ondersteunen het doel en de uitwerking van de richtlijn
en hebben een aantal vragen.
De leden van de ChristenUnie-fractie hebben kennisgenomen van het wetsvoorstel. Deze
leden hebben hierover enkele aanvullende vragen.
ALGEMEEN
De leden van de SP-fractie vragen de regering of het soort richtlijnen dat met het
wetsvoorstel wordt geïmplementeerd niet vooral wordt gemaakt in het kader van de aankoopprogramma’s
van de Europese Centrale Bank (ECB). Deze leden vragen de regering of het soort richtlijnen
dat wordt geïmplementeerd niet het inluiden van de kapitaalmarktunie en de bankenunie
vormt. De leden van de SP-fractie vragen de regering voorts of een gedekte obligatie
niet een andere naam is voor eurobond. Deze leden vragen de regering verder of het
aankoopprogramma van gedekte obligaties van de ECB de markt niet heeft verstoord.
Deze leden vragen bovendien aandacht voor de impact van negatieve rentes op bijvoorbeeld
de huizenmarkt.
De leden van de GroenLinks-fractie hebben vernomen dat de termijn waarop de richtlijn
geïmplementeerd had moeten worden reeds afgelopen zomer is verstreken. Dit terwijl
de richtlijn zelf reeds eind november 2019 is gepubliceerd. De regering heeft destijds
ingezet op een implementatietermijn van 18 maanden. Waarom is deze implementatietermijn
niet gehaald? Deze leden begrijpen dat het technisch best complexe wetgeving kan zijn,
maar daarin was natuurlijk al voorzien in de 18 maanden planning. Niettemin constateren
deze leden dat de deadline toch niet is gehaald. Kan de regering dit nader toelichten?
De leden van de GroenLinks-fractie vragen de regering wat de gevolgen zijn van het
niet halen van de implementatiedeadline. Is er reeds formeel of informeel contact
geweest met de Europese Commissie over de vraag of de Europese Commissie een inbreukprocedure
start? Wat is op dit punt de inschatting van de regering ten aanzien van de vraag
wat de Europese Commissie gaat doen? Wat zouden de gevolgen zijn voor Nederland als
een inbreukprocedure wordt gestart?
De leden van de GroenLinks-fractie vragen hoe ver andere lidstaten zijn met de implementatie
en of deze ook de deadline voor implementatie hebben overschreden.
De leden van de ChristenUnie-fractie vragen de regering om in te gaan op de overschrijding
van de implementatiedeadline. Wat is hiervan de reden?
2. Doel en inhoud richtlijn
De leden van de D66-fractie lezen over de overcollateralisatie in de richtlijn die
bescherming biedt voor de investerende bank. Ook lezen deze leden over de mogelijkheid
om gebruik te maken van een interne dekkingspoolmonitor door uitgevende banken. Deze
leden vragen de regering daarom naar de waarborgen van de interne dekkingspoolmonitor
die worden uitgewerkt per algemene maatregel van bestuur. Hoe wordt deze algemene
maatregel van bestuur geëvalueerd en zal deze worden voorgehangen bij de Kamer?
De leden van de CDA-fractie constateren dat de richtlijn een Europees wettelijk raamwerk
voor gedekte obligaties vaststelt en het wetsvoorstel dat implementeert. Eén van de
beweegredenen hiervoor is een behoefte aan meer uniformiteit. De leden van de CDA-fractie
vragen of de regering kan aangeven welke verschillen er op dit moment bestaan tussen
lidstaten waar het gaat om (de uitgifte van) gedekte obligaties. Deze leden constateren
dat er voor de Nederlandse praktijk weinig lijkt te veranderen en vragen of dat ook
zo is voor andere lidstaten. Ook zouden deze leden graag van de regering vernemen
hoe andere lidstaten tot op heden hebben gereageerd op het voorstel op dit punt.
De leden van de CDA-fractie vragen de regering wat de motivatie is achter de beschreven
intentie van het bevorderen van gedekte obligaties in onderontwikkelde markten. Deze
leden vragen de regering of de intentie om de pan-Europese markt voor gedekte obligaties
verder te ontwikkelen ook wordt gesteund door de regering.
De leden van de CDA-fractie begrijpen dat de Nederlandse praktijk zo is geregeld dat
de dekkingspool bij een aparte rechtspersoon wordt belegd om zo (gedeeltelijk) te
voldoen aan de eis van dubbele zekerheid. Deze leden vragen de regering hoe dat in
andere EU-lidstaten is geregeld en of daar op dat vlak grote verschillen bestaan.
De leden van de CDA-fractie vragen de regering wat de gevolgen zijn als er gedekte
obligaties worden uitgegeven door banken zonder toestemming van de aangewezen toezichthouder.
Ook vragen deze leden wat er met gedekte obligaties gebeurt wanneer de waarde van
de activa lager wordt dan de waarde van de obligaties. De leden van de CDA-fractie
vragen in dat kader waar de ondergrens van 105 procent-waarde van de uitstaande obligaties
die een lagere risicoweging rechtvaardigt, vandaan komt. Is deze ondergrens niet relatief
laag?
De leden van de CDA-fractie lezen dat de voorwaarden waaraan banken en hun programma’s
van gedekte obligaties moeten voldoen om goedgekeurd te worden, bij algemene maatregel
van bestuur of ministeriële regeling geregeld dienen te worden. Deze leden vragen
aan wat voor soort aanvullende voorwaarden die dan bij algemene maatregel van bestuur
of ministeriële regeling gaan worden geregeld, deze leden moeten denken.
De leden van de SP-fractie vragen de regering of een gedekte obligatie niet een te
risicovol schuldinstrument is. Deze leden willen weten of er niet een te laag risicogewicht
aan een gedekte obligatie wordt gehangen. Deze leden vragen de regering wat onderontwikkelde
markten zijn en welke dat zijn.
3. Hoofdpunten van het voorstel
De leden van de D66-fractie begrijpen dat uit de geïmplementeerde richtlijn blijft
dat deze enkel geldt voor banken met een zetel in Nederland. Deze leden zien dat voor
andere financiële instellingen geen verbod geldt om gedekte obligaties uit te geven
zonder toestemming van De Nederlandse Bank (DNB). Deze leden vragen de regering naar
de wenselijkheid van verschillende regels voor verschillende typen instellingen met
het oog op een gelijk speelveld op de financiële markten.
De leden van de SP-fractie vragen de regering wat nu eigenlijk de bescherming is voor
de consument voor gedekte obligaties in geval van faillissement. Deze leden vragen
de regering of DNB wel genoeg zekerheid inbouwt bij gedekte obligaties
4. Regeldruk
De leden van de D66-fractie zijn verheugd dat het voorliggende initiatief geen gevolgen
heeft voor de regeldruk en het Adviescollege Toetsing Regeldruk daarom geen formeel
advies heeft uitgebracht. Deze leden merken echter op dat de huidige regeldruk voor
banken soms als knellend wordt ervaren en daarmee nadelige gevolgen heeft voor de
toegang van consumenten en bedrijven tot financiële diensten. Hoe wordt gelijke toegang
tot gedekte obligaties geborgd?
De leden van de SP-fractie vragen de regering of een te hoge regeldruk in dit geval
gedekte obligaties niet onmogelijk maken gezien het hoge risicogewicht.
5. Uitvoering
De leden van de GroenLinks-fractie vragen de regering wat de planning is voor het
opstellen van de lagere regelgeving en wat hierbij de overwegingen van de regering
zijn.
De leden van de ChristenUnie-fractie vragen de regering om inzichtelijk te maken wat
de planning is voor de opstelling van lagere regelgeving in het licht van de overschrijding
van de implementatietermijn.
6. Consultatie
De leden van de D66-fractie delen de observatie dat de reikwijdte van de verbodsbepaling
verkeerd kan worden uitgelegd. Uit de reactie van de regering blijkt dat het enkel
financiële instrumenten betreft die voldoen aan de vereisten van een gedekte obligatie.
Deze leden vragen of het wenselijk is dat daardoor de mogelijkheid lijkt te bestaan
voor financiële instellingen om obligaties uit te geven die (net) niet aan de vereisten
voldoen, daarom geen toestemming van DNB vergen en vrij zijn van de beschermingsmaatregelen
die met de geïmplementeerde richtlijn worden geboden.
De leden van de GroenLinks-fractie vragen op welke manier DNB betrokken is bij de
technische verbeteringen die, zo volgt uit het nader rapport, in het wetsvoorstel
zijn aangebracht. Wat was het oordeel van DNB hierover?
II. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING
Artikel II
De leden van de CDA-fractie vragen of er vergelijkbare «constructies» bestaan zoals
de gedekte obligatie waarbij er in het geval van faillissement sprake is van een dubbele
zekerheid voor (in dit geval) de obligatiehouder.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
J.Z.C.M. Tielen, voorzitter van de vaste commissie voor Financiën -
Mede ondertekenaar
W.A. Lips, adjunct-griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.