Memorie van toelichting : Memorie van toelichting
35 864 Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (XII) voor het jaar 2021 (Vijfde incidentele suppletoire begroting inzake COVID-testen reizen)
Nr. 2
MEMORIE VAN TOELICHTING
A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL
Wetsartikelen 1 tot en met 3
De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van
artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld
en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar
2021 wijzigingen aan te brengen in de departementale begrotingsstaat van Infrastructuur
en Waterstaat.
Nieuw beleid wordt pas in uitvoering genomen nadat het parlement de begrotingswet
heeft geautoriseerd. Voor de maatregelen die opgenomen zijn in deze incidentele suppletoire
begroting geldt dat deze tot verplichtingen en/of betalingen leiden na de publicatie
van de regeling voor het beschikbaar stellen van gratis testen via de reisbranche
en de OpenHouse. Indien de formele autorisatie van beide Kamers op het moment van
publiceren van de regeling niet is afgerond zal het kabinet de uitvoering van de voorgenomen
maatregelen in het belang van het Rijk starten, conform artikel 2.27, tweede lid,
van de Comptabiliteitswet 2016.
Over de indiening van deze vijfde incidentele suppletoire begrotingswet is uw Kamer
eerder geïnformeerd via de Kamerbrief over vergoeding testen voor uitgaande reizigers
(Kamerstukken II, 2020–2021, 25 295 nr. 1241)).
De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van
deze memorie van toelichting toegelicht.
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga
B. BEGROTINGSTOELICHTING
a. Inhoudelijke toelichting
Naar aanleiding van de aangenomen motie van het lid Sjoerdsma (D66) die het kabinet
verzoekt «aan te geven hoe iedere Nederlander gratis de mogelijkheid kan krijgen om, ten behoeve
van het Europese digitaal Covid certificaat (DCC), zich deze zomer te laten testen
met een test naar keuze, waaronder een NAAT (PCR)-test, en de Kamer hierover binnen
twee weken te informeren», heeft het kabinet onderzocht hoe testen ten behoeve van het DCC voor reizigers
voor de periode 1 juli tot en met 31 augustus volledig vergoed kan worden. Het kabinet
heeft u hierover via de Kamerbrief over vergoeding testen voor uitgaande reizigers
(Kamerstukken II, 2020–2021, 25 295 nr. 1241)) geïnformeerd. In de brief zijn onder meer de risico’s op ondoelmatigheden, onrechtmatigheden
en het risico op het niet tijdig behalen van het doel uiteengezet ter afweging voor
de Tweede Kamer.
Uit het uitblijven van reactie vanuit de Kamer heeft het Kabinet begrepen dat de Kamer
nog altijd achter uitvoering van de motie staat. Daarom is besloten om via de drie
in eerder genoemde brief benoemde sporen de testen voor iedere Nederlander gratis
beschikbaar te stellen. Dit gebeurt via het aanbieden van testen via een Open House,
het vergoeden van testen die door de reisbranche worden gefaciliteerd en de inzet
van onbenutte capaciteit bij de GGD. In deze suppletoire begroting wordt de begroting
van IenW opgehoogd voor de kosten volgend uit de Open House en de subsidieregeling
voor de vergoeding van afgenomen testen in de Reisbranche. De testcapaciteit van de
GGD leidt niet tot extra uitgaven, omdat het gaat om anders onbenutte capaciteit.
Artikel 97 Algemeen departement
Verplichtingen
De verplichtingen worden verhoogd met € 246,5 miljoen. De toelichting is dezelfde
als bij de uitgavenmutatie hieronder.
Uitgaven
97.03 Testen ten behoeve van Digitaal Covid Certificaat
De verhoging van het opdrachtenbudget op artikel 97.03 met € 246,5 miljoen is het
gevolg van een toevoeging voor de vergoeding van testen voor uitgaand reizigers voor
de periode 1 juli tot en met 31 augustus 2021 vanuit de generale middelen. De uitgaven
zijn voor de COVID-testen die vergoed worden in de Open House en de subsidieregeling
voor de reisbranche om de afgenomen testen te vergoeden. De onderverdeling tussen
Open House en subsidieregeling is nog niet bekend, hier wordt u later over geïnformeerd.
Tevens wordt een beperkt deel van de uitgaven gebruikt voor de uitvoeringskosten,
waarvan een deel op artikel 98. De raming van het aantal testen kent onzekerheden,
in de begeleidende brief worden deze uiteengezet. Onderuitputting op deze aanvullende
middelen komt ten gunste van het generale beeld.
Artikel 98 Apparaatsuitgaven kerndepartement
Verplichtingen
De verplichtingen worden verhoogd met € 2,5 miljoen. De toelichting is dezelfde als
bij de uitgavenmutatie hieronder.
98.01 Personeel
Ten behoeve van de uitvoeringskosten wordt het budget op 98.01 met € 2,5 miljoen verhoogd.
b. Budgettaire gevolgen van beleid
Artikel 97 Algemeen departement
Budgettaire gevolgen van beleid vijfde incidentele suppletoire begroting (bedragen
x € 1.000)
Vastgestelde begroting (inclusief NvW, amendementen en ISB's)
Stand 1e suppletoire begroting
Mutaties 5e ISB
Stand 5e ISB
mutatie 2022
mutatie 2023
mutatie 2024
mutatie 2025
Verplichtingen
41.876
58.137
246.500
304.637
Uitgaven
56.945
73.176
246.500
319.676
1 Algemeen departement
Opdrachten
32.188
48.881
0
48.881
Van A naar Beter
1.740
1.740
Extern Juridische advies
1.371
1.371
Onderzoeken PBL
2.714
4.144
Onderzoeken ANVS
3.745
3.587
Departementaal Coördinatiecentrum Crisisbeheersing
7.270
7.270
Regeringsvliegtuig
9.393
25.616
Overige Opdrachten
5.955
5.153
Subsidies
724
262
0
262
Bijdragen aan agentschappen
24.033
24.033
0
24.033
Waarvan bijdrage aan ILT
13.116
13.116
Waarvan bijdrage aan KNMI
218
218
Waarvan bijdrage aan agentschap RWS
2.809
2.809
Overige bijdragen aan agentschappen
7.890
7.890
3 Testen
Opdrachten
0
0
246.500
246.500
Ontvangsten
1.101
2.301
Artikel 98 Apparaatsuitgaven Kerndepartement
Budgettaire gevolgen van beleid vijfde incidentele suppletoire begroting (bedragen
x € 1.000)
98 Apparaatsuitgaven Kerndepartement
Vastgestelde begroting (inclusief NvW, amendementen en ISB's)
Stand 1e suppletoire begroting
Mutaties 5e ISB
Stand 5e ISB
Mutaties 2022
Mutaties 2023
Mutaties 2024
Mutaties 2025
Verplichtingen
327.912
332.071
2.500
334.571
Uitgaven
335.315
340.751
2.500
343.251
1 Personele uitgaven
244.156
253.328
2.500
255.828
Eigen personeel
218.170
222.097
Inhuur externen
19.210
24.511
2.500
27.011
Overige personele uitgaven
6.776
6.720
2 Materiële uitgaven
91.159
87.423
ICT
24.845
22.314
Bijdrage aan SSO's
42.952
44.915
Overige materiële uitgaven
23.362
20.194
Ontvangsten
8.297
9.687
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga, minister van Infrastructuur en Waterstaat
Stemmingsuitslagen
Aangenomen met handopsteken
Fracties | Zetels | Voor/Tegen |
---|---|---|
VVD | 34 | Voor |
D66 | 24 | Voor |
PVV | 17 | Voor |
CDA | 15 | Voor |
PvdA | 9 | Voor |
SP | 9 | Voor |
GroenLinks | 8 | Voor |
PvdD | 6 | Tegen |
ChristenUnie | 5 | Voor |
FVD | 5 | Tegen |
DENK | 3 | Voor |
Groep Van Haga | 3 | Tegen |
JA21 | 3 | Voor |
SGP | 3 | Voor |
Volt | 3 | Voor |
BBB | 1 | Voor |
BIJ1 | 1 | Tegen |
Fractie Den Haan | 1 | Voor |
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.