Nota van wijziging : Nota van wijziging
35 597 Wijziging van de Auteurswet en de Wet op de naburige rechten in verband met de implementatie van de Richtlijn (EU) 2019/789 van het Europees parlement en de Raad van 17 april 2019 tot vaststelling van voorschriften inzake de uitoefening van auteursrechten en naburige rechten die van toepassing zijn op bepaalde online-uitzendingen van omroeporganisaties en doorgifte van televisie- en radioprogramma’s en tot wijziging van Richtlijn 93/83/EEG van de Raad (Implementatiewet richtlijn online omroepdiensten)
Nr. 7 NOTA VAN WIJZIGING
Ontvangen 22 januari 2021
Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel I, onderdeel A, wordt artikel 12 van de Auteurswet als volgt gewijzigd:
1. Onderdeel 6°. van het eerste lid komt te luiden:
6°. de openbaarmaking door middel van doorgifte van een werk via de kabel of langs
andere weg.
2. In het negende lid wordt de zinsnede «al dan niet via de ether, ook per satelliet»
vervangen door «per draad of via de ether, met inbegrip van satellietuitzending».
B
Na artikel I, onderdeel A, wordt een nieuw onderdeel toegevoegd, dat luidt:
Artikel Aa
In de artikelen 18c, derde lid, 44, eerste lid, en 45, eerste lid, wordt «onderdeel
c» vervangen door «onderdeel d».
C
In artikel I, onderdeel C, wordt artikel 26a van de Auteurswet als volgt gewijzigd:
1. Aan het slot van het eerste lid wordt toegevoegd «, ongeacht of de collectieve
beheersorganisatie in Nederland of een andere lidstaat van de Europese Unie of de
Europese Economische Ruimte is gevestigd».
2. In het eerste en vierde lid wordt de zinsnede «de doorgifte van een werk via de
kabel of langs andere weg» vervangen door «de openbaarmaking door middel van doorgifte
van een werk via de kabel of langs andere weg».
3. In het eerste lid wordt «onderdeel c» vervangen door «onderdeel d».
D
In artikel I, onderdeel D, wordt in de artikelen 26b en 26c van de Auteurswet «de
doorgifte» telkens vervangen door «de openbaarmaking door middel van doorgifte».
E
In artikel I, onderdeel E, wordt in de eerste volzin van artikel 45d, derde lid, van
de Auteurswet «onderdeel c» vervangen door «onderdeel d».
F
In artikel II, onderdeel A, wordt in onderdeel p van artikel 1 van de Wet op de naburige
rechten de zinsnede «al dan niet via de ether, ook per satelliet» vervangen door «per
draad of via de ether, met inbegrip van satellietuitzending».
G
In artikel II, onderdelen B, D, E en F, wordt in de artikelen 2, eerste lid, onderdeel d,
6, eerste lid, onderdeel c, 7, eerste lid, en 8, eerste lid, onderdeel a, van de Wet
op de naburige rechten de zinsnede «doorgeven via de kabel of langs andere weg» telkens
vervangen door «mededelen aan het publiek door middel van doorgeven via de kabel of
langs andere weg».
H
In artikel II, onderdeel G, wordt in artikel 14a van de Wet op de naburige rechten
«het doorgeven» vervangen door «de mededeling aan het publiek door middel van het
doorgeven».
I
Na artikel II, onderdeel I, wordt een nieuw onderdeel toegevoegd, dat luidt:
Artikel Ia
In artikel 19c, eerste en tweede lid, wordt «onderdeel c» vervangen door «onderdeel
d».
J
Na artikel II wordt een nieuw artikel toegevoegd, dat luidt:
Artikel IIa
In artikel 5ba, eerste en tweede lid, van de Databankenwet wordt «onderdeel c» vervangen
door «onderdeel d».
Toelichting
In de Auteurswet en de Wet op de naburige rechten wordt verduidelijkt dat de doorgifte
van auteurs- en nabuurrechtelijk beschermde prestaties via de kabel of langs andere
weg een auteursrechtelijk relevante openbaarmakingshandeling respectievelijk een nabuurrechtelijk
relevante mededeling aan het publiek kan en doorgaans ook zal zijn (de richtlijn – en
dus ook het wetsvoorstel – laat de jurisprudentie van het Hof van Justitie van de
Europese Unie over wat een mededeling aan het publiek is nadrukkelijk onverlet). Als
dit het geval is, dan moet dit recht collectief worden uitgeoefend. In lijn met de
inhoud en strekking van de richtlijn wordt artikel 26a van de Auteurswet zo verduidelijkt
dat de collectieve beheersorganisaties die dat recht uitoefenen in een lidstaat van
de Europese Unie of Europese Economische Ruimte moeten zijn gevestigd. Artikel 14a
van de Wet op de naburige rechten verklaart artikel 26a van de Auteurswet van overeenkomstige
toepassing. Verder wordt de redactie van de definitie van doorgifte van beschermd
materiaal anders dan via de kabel in zowel artikel 12, negende lid, van de Auteurswet
als artikel 1, onderdeel p, van de Wet op de naburige rechten volledig in overeenstemming
gebracht met de formulering van de tekst in de richtlijn. Ten slotte worden enkele
onjuiste verwijzingen naar de definitie van collectieve beheersorganisatie in de Wet
toezicht en geschillenbeslechting collectieve beheersorganisaties auteurs- en naburige
rechten gecorrigeerd.
De Minister voor Rechtsbescherming, S. Dekker
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S. Dekker, minister voor Rechtsbescherming
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.