Memorie van toelichting : Memorie van toelichting
Tweede Kamer der Staten-Generaal
InhoudsopgaveA. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL B. BEGROTINGSTOELICHTING1 Leeswijzer2 Het beleid2.1 Overzicht belangrijke uitgaven- en ontvangstenmutaties3 De beleidsartikelen3.1 Beleidsartikel 1 Goed functionerende economie en marktenBudgettaire gevolgen van beleidToelichting 3.2 Beleidsartikel 2 Bedrijvenbeleid: innovatie en ondernemerschap voor duurzame welvaartsgroei Budgettaire gevolgen van beleidToelichting 3.3 Beleidsartikel 3 Toekomstfonds Budgettaire gevolgen van beleidToelichting 3.4 Beleidsartikel 4 Een doelmatige energievoorziening en beperking van de klimaatveranderingBudgettaire gevolgen van beleidToelichting 3.5 Beleidsartikel 5 Een veilig Groningen met perspectiefBudgettaire gevolgen van beleidToelichting 4 De niet-beleidsartikelen4.1 Artikel 40 Apparaat Kerndepartement4.2 Artikel 41 Nog onverdeeld
35 650 XIII Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (XIII) voor het jaar 2020 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota)
Ontvangen 30 november 2020
Nr. 2 MEMORIE VAN TOELICHTING
Vergaderjaar 2019‒2020
A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL
Wetsartikel 1
De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2020 wijzigingen aan te brengen in de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat.
De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).
De Minister van Economische Zaken en Klimaat,E. D. Wiebes
B. BEGROTINGSTOELICHTING
1 Leeswijzer
Opbouw tweede suppletoire begroting 2020
Deze tweede suppletoire begroting geeft een geactualiseerd beeld van de begrotingsuitvoering 2020. Onderdeel B, de begrotingstoelichting, is als volgt opgebouwd:
1. Leeswijzer.
2. Overzicht belangrijkste suppletoire uitgaven- en ontvangstenmutaties. De belangrijkste verplichtingenmutaties zijn toegelicht in de artikelen.
3. De beleidsartikelen. Voor ieder beleidsartikel is de tabel «Budgettaire gevolgen van beleid» opgenomen. Hierin zijn de begrotingsmutaties voor de verplichtingen, uitgaven en ontvangsten weergegeven.
4. De niet-beleidsartikelen. In de budgettaire tabellen zijn de begrotingsmutaties voor de verplichtingen, uitgaven en ontvangsten opgenomen.
5. In deze tweede suppletoire begroting is er geen sprake van aanpassingen in de agentschapsparagrafen.
Ondergrenzen toelichtingen
Voor het toelichten van de begrotingsmutaties zijn in deze tweede suppletoire begroting de ondergrenzen gehanteerd zoals opgenomen in de onderstaande tabel.
Tabel 1 Ondergrenzen conform RBV
Omvang begrotingsartikel (stand ontwerp-begroting) in € miljoen
Beleidsmatige mutaties (ondergrens in € miljoen)
Technische mutaties (ondergrens in € miljoen)
< 50
1
2
=> 50 en < 200
2
4
=> 200 < 1000
5
10
=> 1000
10
20
In sommige gevallen, waar politiek relevant, worden ook posten toegelicht beneden deze ondergrenzen.
Overzicht coronamaatregelen
Een groot deel van het jaar 2020 wordt in hoge mate getekend door de coronacrisis. Het kabinet heeft diverse (nood)maatregelen genomen om de crisis het hoofd te bieden. Deze paragraaf geeft een overzicht van de maatregelen die op de begroting van het Ministerie van EZK zijn genomen. Een uitgebreid overzicht is te vinden op https://www.rijksfinancien.nl/corona-visual.
Tabel 2 Overzicht coronamaatregelen (bedragen x € 1 mln)1
Maatregel
Bedrag 2020
Bedrag 2021
Bedrag 2022
Bedrag 2023
Bedrag 2024
Bedrag 2025
Relevante Kamerstukken
Noodloket (TOGS)
869
Kamerstuk 35 420, nr. 2 en Kamerstuk 35 420, nr. 16
Tegemoetkoming vaste lasten (TVL)
1.227
1.363
Kamerstuk 35 420, nr. 38, Kamerstuk 35 420, nr. 42, Kamerstuk 35 420, nr. 81 en Kamerstuk 35 420, nr. 105
BMKB
203
Kamerstuk 35 420, nr. 1 en Kamerstuk 35 420, nr. 16
Garantie ondernemingsfinanciering (GO)
175
250
200
200
100
100
Kamerstuk 35 420, nr. 2 en Kamerstuk 35 420, nr. 16
Corona Overbruggingslening (COL)
300
Kamerstuk 35 420, nr. 16, Kamerstuk 35 420, nr. 38 en Kamerstuk 35 420, nr. 42
Garantieregeling Klein Krediet Corona (KKC)
164
Kamerstuk 35 420, nr. 31
Qredits
31
Kamerstuk 35 420, nr. 2, Kamerstuk 35 420, nr. 16 en Kamerstuk 35 420, nr. 105
Bedrijfssteun
0
160
Kamerstuk 35 420, nr. 72 en Kamerstuk 35 420, nr. 105
Verlaging netbeheertarief Caribisch Nederland
5
8
Kamerstuk 35 420, nr. 25 en Kamerstuk 35 420, nr. 105
Telecom Caribisch Nederland
2
3
Kamerstuk 35 420, nr. 25 en Kamerstuk 35 420, nr. 105
Versterken fondsvermogen Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen
75
75
Kamerstuk 35 420, nr. 105
Omscholing naar tekortsectoren
38
Kamerstuk 35 420, nr. 105
Bijdrage RVO.nl
26
24
Kamerstuk 35 420, nr. 2, Kamerstuk 35 420, nr. 38 en Kamerstuk 35 420, nr. 105
Totaal uitgaven
3.076
1.921
200
200
100
100
Ontvangsten Noodloket (TOGS)
2
Totaal ontvangsten
2
0
0
0
0
0
Kamerstuk 35 420, nr. 2 en Kamerstuk 35 420, nr. 16
X Noot
1
De aanvullende middelen voor EU-cofinanciering zijn niet in deze tabel opgenomen want deze zijn maar ten dele corona-gerelateerd. Zij bewerkstelligen een economische impuls die bovendien -door de aanspraak op Europese middelen hierdoor- een grote hefboomwerking kennen.
2 Het beleid
2.1 Overzicht belangrijke uitgaven- en ontvangstenmutaties
Belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2020
Tabel 3 Belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2020 (Tweede suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
Art.
Uitgaven 2020
Vastgestelde begroting 2020 (incl. ISB, NvW en amendementen)
8.778.923
Stand 1e suppletoire begroting 2020 (incl. ISB, NvW en amendementen)
10.243.479
Belangrijkste suppletoire mutaties
Verduurzaming industrie
2
‒ 42.787
Noodloket TOGS
2
‒ 775.000
Tegemoetkoming vaste lasten
2
‒ 120.000
Bedrijfssteun
2
‒ 100.000
Co-investment venture capital instrument / EIF
3
‒ 32.462
Thematische Technology Transfer
3
‒ 27.548
Innovatieregelingen artikel 4
4
‒ 38.498
Maatregelen voor CO2-reductie
4
‒ 11.597
COVA-heffing
4
‒ 14.000
Uitkoopregeling
4
‒ 11.765
Schadevergoedingen
5
160.000
Waardedaling en immateriële schade Groningen
5
303.000
Overige mutaties
‒ 63.432
Stand 2e suppletoire begroting 2020
9.469.390
Toelichting
Verduurzaming industrie
De uitfinanciering van de aangegane verplichtingen voor de DEI+ en TSE valt lager valt uit dan eerder is geraamd. Daarnaast is er bij twee specifieke projecten vertraging ontstaan door o.a. een Europese staatssteuntoets.
Noodloket TOGS
Het budget wordt verlaagd. Deze verlaging vloeit terug naar het generale beeld. Na de laatste uitbetalingen wordt de eindbalans opgemaakt, waarna een tekort generaal wordt aangevuld en een overschot terugvloeit naar het generale beeld.
Tegemoetkoming vaste lasten
Het budget voor de TVL wordt met € 300 mln verlaagd omdat naar verwachting een lager beroep op de TVL 1.0 wordt gedaan dan het aanvankelijk geraamde budget. Daarnaast wordt het budget voor de TVL 2.0 met € 180 mln verhoogd, waarvan € 140 mln voor verbreding van de TVL en met € 40 mln voor een eenmalige opslag voor ondernemingen met een eet- of drinkgelegenheid. De Kamer is hierover op 27 oktober 2020 geïnformeerd met de brief over de economische impact van het coronavirus en contactbeperkende maatregelen.
Bedrijfssteun
Ten behoeve van de lening aan Stichting Garantiefonds Reisgelden (SGR)is € 100 mln verschoven naar 2021 omdat de verwachting is dat SGR pas in 2021 aanspraak zal maken op de lening.
Co-investment venture capital instrument/EIF
Deze mutatie betreft de verdeling van de middelen van het Co-investment venture capital instrument / EIF ten behoeve van de Seed Capital regeling, de regeling Vroegefasefinanciering en een investering ten behoeve van het fotonica ecosysteem. Het Co-investment venture capital instrument is conform de machtigingswet Invest-NL overgedragen aan Invest-NL.
Thematische Technology Transfer
Omdat de uitgaven voor zowel het subsidie als het leningen gedeelte van deze regeling plaatsvinden op basis van de liquiditeitsbehoefte, is de raming van de middelen aangepast naar het jaar waarin ze nodig zijn. Het budget dat aanvankelijk in 2020 was geraamd is daardoor verschoven naar latere jaren.
Innovatieregelingen artikel 4
Een deel van de voor de DEI+ en de MOOI beschikbare middelen zal niet worden benut. De niet-bestede middelen bij de DEI+ (€ 30,4 mln) zijn voor een groot deel overgeheveld naar artikel 2 van de EZK-begroting en daar ingezet om de laboratoriuminfrastructuur van TNO te verbeteren en om twee onderzoeksvoorstellen van NWO te financieren. De onderuitputting bij de MOOI (€ 8,1 mln) wordt voornamelijk veroorzaakt doordat alle betalingen die in 2020 op de openstelling 2020 werden verwacht doorschuiven naar 2021.
Maatregelen voor CO2-reductie
Op het budget dat gereserveerd was voor de nadeelcompensatie voor de sluiting van de Hemweg-centrale is sprake van een meevaller, omdat deze nadeelcompensatie lager is uitgevallen dan eerder ingeschat. Deze meevaller (€ 11,6 mln) vloeit terug naar de algemene middelen.
COVA-heffing
De COVA-heffing is een opslag die wordt geheven op aardolieproducten in Nederland en is bedoeld voor het financieren van het aanhouden van strategische olievoorraden door de Stichting Centraal Orgaan Voorraadvorming Aardolieproducten (COVA). Als gevolg van de coronacrisis is er minder getankt. Hierdoor is er minder voorraadheffing opgehaald en wordt er ook minder uitgekeerd aan COVA.
Uitkoopregeling
Voor de uitkoop van huiseigenaren die loodrecht onder hoogspanningslijnen wonen is in 2020 € 23,6 mln beschikbaar. Op dit budget wordt een onderuitputting verwacht van € 11,8 mln vanwege een beperkt beroep op de regeling.
Schadevergoedingen
Naar aanleiding van nieuwe ramingen van het Instituut Mijnbouwschade Groningen (IMG) worden de uitgaven voor de schade verhoogd met € 160 mln. Deze kosten worden conform gebruikelijke systematiek aan de NAM gefactureerd.
Waardedaling en immateriële schade Groningen
Dit betreft een bijstelling van de raming voor verwachte uitgaven door het IMG voor de vergoeding van de waardedaling van woningen in Groningen en de vergoeding van immateriële schade in Groningen. Deze kosten worden via een heffing bij de NAM in rekening gebracht en worden in 2021 op de EZK-begroting terug ontvangen.
Belangrijkste suppletoire ontvangstenmutaties 2020
Tabel 4 Belangrijkste suppletoire ontvangstenmutaties 2020 (Tweede suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
Art.
Ontvangsten 2020
Vastgestelde begroting 2020 (incl. ISB, NvW en amendementen)
4.903.988
Stand 1e suppletoire begroting 2020 (incl. ISB, NvW en amendementen)
4.923.144
Belangrijkste suppletoire mutaties
Veiling 5G-frequenties
1
822.586
High Trust
1
75.316
COVA-heffing
4
‒ 14.000
Bijstelling ETS-raming
4
‒ 10.000
Ontvangsten NAM
5
148.300
Aardgasbaten
5
‒ 411.000
Verlaging raming inkomsten mijnbouwwet
5
‒ 130.000
Overige mutaties
1.190
Stand 2e suppletoire begroting 2020
5.405.536
Toelichting
Veiling 5G-frequenties
De veilingen van de zogenoemde frequentiebanden voor 700, 1400 en 2100 Megahertz zijn in juli 2020 afgerond. De opbrengst van deze veiling bedraagt € 1,23 mld, waarvan een eerste termijn van € 0,822 mld in 2020 is ontvangen. De opbrengst van de veiling wordt overeenkomstig de afspraken in 2020 en 2021 betaald.
High Trust
Op basis van de huidige realisatie wordt de raming van de boeteontvangsten met € 75,3 mln verhoogd. Dit vanwege de ontvangst van boetes die de Autoriteit Consument & Markt (ACM) heeft opgelegd aan vier grote sigarettenfabrikanten. De ACM is onafhankelijk in de keuze al dan niet een boete op te leggen. Het bedrag aan boetes dat feitelijk wordt ontvangen, kan daarom fors fluctueren en is moeilijk te ramen.
COVA-heffing
Zie toelichting COVA-heffing bij de uitgaven.
Bijstelling ETS-raming
Jaarlijks wordt op basis van een prijsverwachting en te veilen ETS-rechten een raming gemaakt van de ETS-ontvangsten. Het aantal te veilen rechten hangt af van hoeveel rechten er terecht komen in de Marktstabiliteitsreserve (MSR), en die om die reden niet worden geveild. Voor 2020 wordt verwacht dat er € 10 mln aan ETS-ontvangsten minder wordt gerealiseerd dan oorspronkelijk begroot.
Ontvangsten NAM
NAM vergoedt de uitgaven aan schadevergoedingen, waardedalingen en immateriële schade in Groningen. Ook de hierbij behorende uitvoeringskosten van RVO.nl worden door NAM vergoed.
Aardgasbaten
De raming van de aardgasbaten wordt naar beneden bijgesteld als gevolg van de ontwikkeling van de gasprijs. De lage gasprijs werkt door op de dividendinkomsten uit EBN en de inkomsten uit de mijnbouwwet. In de raming voor de dividendontvangsten van EBN zijn naast de prijs ook de operationele kosten en eventuele bijstortingen betrokken.
Verlaging raming inkomsten mijnbouwwet
De ontvangstenraming in het kader van de Mijnbouwwet voor 2020 wordt met een bedrag van € 130 mln naar beneden bijgesteld. Deze bijstelling hangt samen met de aanpassing van de Mijnbouwwet. Sinds 2018 valt het Groningenresultaat van NAM ook onder de Mijnbouwwet en worden de inkomsten geconsolideerd met de resultaten uit de kleine velden. Het resultaat van NAM valt daardoor lager uit en dat heeft geleid tot een teruggave van de Belastingdienst.
3 De beleidsartikelen
3.1 Beleidsartikel 1 Goed functionerende economie en markten
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 5 Budgettaire gevolgen van beleid art. 1 Goed functionerende economie en markten (bedragen x € 1.000)
Vastgestelde begroting (incl. ISB, NvW en amendementen) (1)
Stand 1e suppletoire begroting (incl. ISB, NvW en amendementen) (2)
Mutaties 2e suppletoire begroting (3)
Stand 2e suppletoire begroting (4) = (2) + (3)
Mutaties Miljoenennota (incl. NvW en amendementen)
Overige mutaties 2e suppletoire begroting
Verplichtingen
214.305
221.839
6.436
2.644
230.919
Waarvan garantieverplichtingen
0
0
0
0
0
Waarvan overige verplichtingen
214.305
221.839
6.436
2.644
230.919
Uitgaven
215.326
224.356
7.184
3.023
234.563
Waarvan juridisch verplicht
96%
97%
98%
Subsidies
203
2.579
3
206
2.788
Cyber security
203
775
3
167
945
Subsidiemaatregel telecom Caribisch Nederland (Corona)
0
1.804
39
1.843
Opdrachten
22.152
21.588
1.034
634
23.256
Onderzoek en Opdrachten
1.678
2.414
86
108
2.608
Beleidsvoorbereiding en evaluaties Frequenties en Veiligheid
5.844
5.480
‒ 50
4.075
9.505
Digital Trust Center
1.322
599
‒ 408
191
Cyber Security
6.515
6.515
127
‒ 2.225
4.417
ICT beleid
6.793
6.580
‒ 129
‒ 303
6.148
CSIRT-DSP
0
0
1.000
‒ 988
12
Opdrachten Nationaal Groeifonds
0
0
375
375
Bijdrage aan agentschappen
30.218
37.436
1.266
802
39.504
Agentschap Telecom
21.488
26.838
1.002
859
28.699
Rijksdienst Voor Ondernemend Nederland
8.730
10.598
264
‒ 57
10.805
Bijdrage aan zbo/rwt's
158.870
158.870
4.783
1.381
165.034
Metrologie
9.483
9.483
258
979
10.720
Raad voor Accreditatie
265
265
6
271
ACM
736
736
25
761
CBS
148.386
148.386
4.494
402
153.282
Bijdrage aan (inter)nationale organisaties
3.883
3.883
98
0
3.981
Nederlands Normalisatie Instituut (NEN)
1.156
1.156
30
1.186
Internationale organisaties
2.727
2.727
68
2.795
Ontvangsten
31.934
31.954
822.586
75.316
929.856
Ontvangsten ACM
162
162
162
High Trust
30.200
30.200
75.316
105.516
Diverse ontvangsten
1.572
1.592
822.586
824.178
Toelichting
Verplichtingen
De hogere verplichtingen zijn onder andere te verklaren door de budgettaire ophoging van het frequentie budget vanuit budgetten buiten artikel 1.
Uitgaven
Opdrachten
Beleidsvoorbereiding en evaluaties Frequenties en Veiligheid
Dit betreft een aantal bijboekingen omdat de verwachting is dat het huidige budget onvoldoende is om het aantal verplichtingen dat dit jaar tot betaling komt te kunnen dekken.
Cyber Security
Het betreft hier onder andere een aantal overboekingen naar onder andere het Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen, Rijksdienst voor Ondernemend Nederland en TNO.
Ontvangsten
Ontvangsten High Trust
De High Trust-ontvangsten bestaan voornamelijk uit door de ACM ontvangen boetes. Die fluctueren door de jaren heen. Dit komt onder andere door het aantal en de hoogte van door de ACM opgelegde boetes. De ACM is hierin volledig onafhankelijk. Op basis van de huidige realisatie is de raming van de boete ontvangsten met € 75,3 mln verhoogd.
3.2 Beleidsartikel 2 Bedrijvenbeleid: innovatie en ondernemerschap voor duurzame welvaartsgroei
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 6 Budgettaire gevolgen van beleid art. 2 Bedrijvenbeleid: innovatie en duurzaam ondernemen (bedragen x € 1.000)
Vastgestelde begroting (incl. ISB, NvW en amendementen) (1)
Stand 1e suppletoire begroting (incl. ISB, NvW en amendementen) (2)
Mutaties 2e suppletoire begroting (3)
Stand 2e suppletoire begroting (4) = (2) + (3)
Mutaties Miljoenennota (incl. NvW en amendementen)
Overige mutaties 2e suppletoire begroting
VERPLICHTINGEN
14.232.632
16.677.661
‒ 702.934
372.441
16.347.168
Waarvan garantieverplichtingen
11.585.000
12.303.000
0
0
12.303.000
Waarvan overige verplichtingen
2.647.632
4.374.661
‒ 702.934
372.441
4.044.168
UITGAVEN
4.059.493
4.836.544
‒ 845.169
‒ 236.672
3.754.703
Waarvan juridisch verplicht
87%
53%
86%
Subsidies
1.881.011
3.283.401
‒ 806.200
‒ 236.437
2.240.764
MKB-Innovatiestimulering Topsectoren (MIT)
39.131
39.581
2.080
‒ 25.213
16.448
Eurostars
18.132
18.132
‒ 757
17.375
Bevorderen Ondernemerschap
21.390
59.776
‒ 39.038
‒ 1.910
18.828
Cofinanciering EFRO, inclusief INTERREG
22.361
15.025
‒ 200
‒ 1.322
13.503
Bijdrage aan ROM's
6.161
7.661
184
‒ 782
7.063
Verduurzaming industrie
61.400
48.000
‒ 42.787
5.213
Startup-beleid
14.400
13.155
463
‒ 4.495
9.123
Urgendamaatregelen industrie
21.000
48.264
5.500
‒ 35.000
18.764
Invest-NL
0
10.271
311
‒ 2.582
8.000
Noodloket (TOGS)
1.645.000
1.636.000
‒ 775.000
4.200
865.200
Noodloket (TOGS) Caribisch Nederland
0
9.000
‒ 5.700
3.300
Qredits
31.000
31.000
31.000
Tegemoetkoming vaste lasten
0
1.329.500
‒ 120.000
1.209.500
Tegemoetkoming vaste lasten Caribisch Nederland
0
17.000
17.000
Overige subsidies
1.036
1.036
‒ 500
‒ 89
447
Leningen
0
100.000
‒ 60.000
0
40.000
Bedrijfssteun
0
100.000
‒ 60.000
40.000
Garanties
1.335.211
599.211
153
0
599.364
BMKB
239.744
239.744
153
239.897
Klein Krediet Corona garantieregeling
0
164.000
164.000
Groeifaciliteit
8.722
8.722
8.722
Garantie Ondernemingsfinanciering (GO)
86.745
86.745
86.745
Garantie Ondernemingsfinanciering (Corona)
1.000.000
100.000
100.000
Opdrachten
10.561
9.933
116
‒ 51
9.998
Onderzoek en opdrachten
4.134
3.843
‒ 7
‒ 25
3.811
Caribisch Nederland
1.056
1.121
40
‒ 11
1.150
ICT beleid
0
0
244
244
Regeldruk
2.206
2.206
‒ 736
1.470
Regiekosten regionale functie
665
665
‒ 116
7
556
Invest-NL
0
0
88
88
Small Business Innovation Research
2.500
2.098
‒ 45
626
2.679
Bijdrage aan agentschappen
123.235
141.937
4.986
‒ 18.111
128.812
Bijdrage RVO.nl
112.448
141.421
3.619
‒ 18.102
126.938
Bijdrage Agentschap Telecom
516
516
153
‒ 9
660
Invest-NL
10.271
0
1.214
1.214
Bijdrage aan ZBO's/RWT’s
316.624
318.966
34.236
3.769
356.971
Bijdrage aan TNO
170.860
172.662
30.292
3.769
206.723
Kamer van Koophandel
121.757
122.320
3.231
125.551
Bijdrage aan NWO-TTW
24.007
23.984
713
24.697
Bijdrage aan medeoverheden
6.800
8.400
‒ 1.600
18.813
25.613
Sterke Regio's en Nota Ruimte
6.800
8.400
‒ 1.600
‒ 6.800
0
MKB-Innovatiestimulering Topsectoren (MIT)
0
0
25.613
25.613
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
386.051
363.696
‒ 17.960
‒ 4.655
341.081
Internationaal Innoveren
40.851
41.027
‒ 659
‒ 518
39.850
PPS-toeslag (voorheen TKI-toeslag)
165.059
137.481
‒ 21.625
409
116.265
TO2 (Deltares, MARIN en NLR)
50.121
53.871
2.811
5.683
62.365
Topsectoren overig
10.834
12.900
‒ 605
‒ 5.093
7.202
Ruimtevaart (ESA)
96.430
96.615
2.541
9
99.165
Bijdrage NBTC
9.536
9.036
214
9.250
Bijdragen organisaties
5.720
5.266
‒ 637
‒ 395
4.234
Economische ontwikkeling en technologie
7.500
7.500
‒ 4.750
2.750
Storting begrotingsreserve
0
11.000
1.100
0
12.100
Storting reserve BMKB
0
1.000
1.100
2.100
Storting reserve Garanties MKB Financiering
0
10.000
10.000
ONTVANGSTEN
129.867
152.467
266
‒ 15.856
136.877
BMKB
33.000
33.000
33.000
Groeifaciliteit
8.000
8.000
8.000
Onttrekking reserve Groeifaciliteit
0
10.000
10.000
Garantie Ondernemings-financiering (GO)
13.000
13.000
13.000
Onttrekking reserve GO
0
324
324
Luchtvaartkrediet-regeling
6.116
6.116
‒ 4.075
2.041
Rijksoctrooiwet
36.012
37.723
8.277
46.000
Eurostars
5.094
5.094
‒ 3.952
1.142
F-35
7.000
7.000
‒ 3.719
3.281
Noodloket (TOGS)
0
0
1.700
1.700
Diverse ontvangsten
21.645
32.210
266
‒ 14.087
18.389
Toelichting
Verplichtingen
Ten opzicht van de stand in de Miljoenennota worden het verplichtingenbudget met € 372 mln verhoogd. Dit heeft in het bijzonder de volgende oorzaken:
– Een verhoging van het verplichtingenbudget voor de voorgenomen stortingen van de kasbuffers in de begrotingsreserves voor de BMKB-C (€ 203 mln), de Garantie Ondernemingsfinanciering inclusief de Coronamodule (€ 175 mln) en de regeling Klein Krediet Corona (€ 164 mln).
– Een neerwaarste bijstelling van het budget voor de TVL van per saldo € 120 mln. Het budget voor de TVL wordt met € 300 mln verlaagd omdat naar verwachting een lager beroep op de TVL 1.0 wordt gedaan dan het aanvankelijk geraamde budget. Daarnaast wordt het budget voor de TVL 2.0 met € 180 mln verhoogd, waarvan € 140 mln voor verbreding van de TVL en met € 40 mln voor een eenmalige opslag voor ondernemingen met een eet- of drinkgelegenheid.
– Een neerwaartse bijstelling van het verplichtingenbudget voor Urgenda van € 35 mln betreft onderuitputting op de middelen voor het eerste en tweede maatregelenpakket Urgenda voor de Industrie. Projecten stimulering energiebesparing warmtenetten en stimulering specifieke maatregelen Industrie (samen ‒ € 8 mln) worden niet meer in 2020 gerealiseerd. Verder betreft het hier de verwachtte onderuitputting op de door RVO uitgevoerde VEKI-regeling (- € 10 mln). Mede als gevolg van de Coronaproblematiek valt het beroep op de regeling voor versnelde investeringen tegen. Daarnaast wordt onderuitputting voor twee specifieke maatregelen doorgeschoven voor realisatie in 2021. Het betreft hier stimulering warmteprojecten en CO2 afvang Industrie en levering glastuinbouw (samen ‒ € 17 mln).
– Een neerwaartse bijstelling van het verplichtingenbudget voor Verduurzaming Industrie met € 16,4 mln. Dit betreft voornamelijk onderuitputting als gevolg van vertraging in de uitvoering van twee specifieke verduurzamingsprojecten in de Industrie waarvoor een maatwerksubsidie was voorzien in 2020 (- € 14 mln), mede als gevolg van de doorlooptijd van de Europese staatssteuntoets. Daarnaast wordt het verschil verklaard uit een overboeking naar OCW voor verbreding van de Gochem-regeling (- € 2 mln) via NWO/SIA.
– Een verlaging van de bijdrage RVO.nl met € 18,1 mln waarvan de belangrijkste oorzaak is dat de uitvoeringskosten voor de Coronamaatregelen zoals TOGS, TVL, BMKB-C, GO-C en KKC lager uitvallen dan aanvankelijk geraamd (- € 15 mln). Daarnaast vindt een budgetoverheveling plaats van € 2,7 mln naar het Ministerie van Buitenlandse Zaken voor de lokale kosten van het Inovatie Attaché Netwerk.
– Een verhoging van het verplichtingenbudget van de TO2 instellingen, NWO-TTW en de KvK met in totaal € 8,8 mln samenhangend met de in 2021 ontvangen loon- en prijsbijstelling zodat de commitering voor deze instellingen kan worden aangegaan.
– Een verhoging van het budget voor de regeling MKB innovatiestimulering Regio en Topsectoren (MIT) voor het verstrekken van specifieke uitkeringen aan de provincies voor de decentrale uitvoering van de regeling.
– Een verlaging van het budget voor Sterke Regio's doordat de geraamde bijdrage aan de provincie Limburg van € 6,8 mln voor regionale economische structuurversterking niet in 2021 zal plaatsvinden. Na afwikkeling van de verstrekte lening voor industriepark Swentibold (naar verwachting in 2021, zie ook de toelichting op de ontvangsten) zal een bijdrage aan de provincie ter beschikking worden gesteld.
Uitgaven
Subsidies
MKB innovatiestimulering Regio en Topsectoren
Voor de decentrale uitvoering van de regeling MKB innovatiestimulering Regio en Topsectoren is € 25,6 mln overgeheveld naar de categorie bijdrage aan medeoverheden (zie toelichting bij de categorie bijdrage medeoverheden).
Verduurzaming industrie
Het verschil in kas van ‒ € 42,8 mln betreft voor het grootste deel onderuitputting op de middelen bestemd voor pilots en demo’s en haalbaarheidsstudies (ca. ‒ € 27 mln) vanwege een achterblijvend meerjarig kasritme van uitfinanciering van de DEI+ en TSE-regeling. Daarnaast ontstaat onderuitputting door vertraging in de uitvoering van twee specifieke projecten waarvoor een maatwerksubsidie was voorzien in 2020 (- € 11 mln), mede als gevolg van de doorlooptijd van de Europese staatssteuntoets. Daarnaast wordt het verschil verklaard uit een overboeking naar OCW voor verbreding van de Gochem-regeling (- € 2 mln) via NWO/SIA.
Urgenda
Het verschil in kas van ‒ € 35 mln betreft onderuitputting op de middelen voor het eerste en tweede maatregelenpakket Urgenda voor de Industrie. Projecten stimulering energiebesparing warmtenetten en stimulering specifieke maatregelen Industrie (samen ‒ € 8 mln) worden niet meer in 2020 gerealiseerd. Verder betreft het hier de verwachtte onderuitputting op de door RVO uitgevoerde VEKI-regeling (- € 10 mln). Mede als gevolg van de Coronaproblematiek valt het beroep op de regeling voor versnelde investeringen tegen. Daarnaast wordt onderuitputting voor twee specifieke maatregelen doorgeschoven voor realisatie in 2021. Het betreft hier stimulering warmteprojecten en CO2 afvang Industrie en levering glastuinbouw (samen ‒ € 17 mln).
Tegemoetkoming Vaste Lasten
Het budget voor de TVL wordt met € 300 mln verlaagd omdat naar verwachting een lager beroep op de TVL 1.0 wordt gedaan dan het aanvankelijk geraamde budget. Daarnaast wordt het budget voor de TVL 2.0 met € 180 mln verhoogd, waarvan € 140 mln voor verbreding van de TVL en met € 40 mln voor een eenmalige opslag voor ondernemingen met een eet- of drinkgelegenheid.
TOGS Caribisch Nederland
Het budget van de TOGS voor Caribisch Nederland wordt met € 5,7 mln verlaagd omdat naar verwachting een lager beroep op de regeling wordt gedaan dan de aanvankelijke raming.
Bijdrage aan agentschappen
RVO.nl
De bijdrage aan RVO.nl is met € 18,1 mln verlaagd. Dit is in het bijzonder een gevolg van lager dan geraamde uitvoeringskosten voor de verschillende Coronaregelingen zoals de TOGS, TVL, de KKC, de BMKB-C en de GO-C (- € 15 mln). Daarnaast is € 2,7 mln overgeheveld naar het Ministerie van Buitenlandse Zaken ten behoeve van het lokale personeel van het Innovatie Attaché Netwerk.
Bijdrage aan medeoverheden
Sterke Regio's
De geraamde bijdrage aan de provincie Limburg van € 6,8 mln voor regionale economische structuurversterking zal niet in 2021 plaatsvinden. Na afwikkeling van de verstrekte lening voor industriepark Swentibold (naar verwachting in 2021, zie ook de toelichting op de ontvangsten) zal een bijdrage aan de provincie ter beschikking worden gesteld.
MKB Innovatiestimulering Regio en Topectoren
Voor de decentrale uitvoering van de regeling MKB innovatiestimulering Regio en Topsectoren (MIT) wordt in 2020 € 25,6 mln via een specifieke uitkering aan de provincies ter beschikking gesteld.
Ontvangsten
Luchtvaartkrediet regeling
Als gevolg van het niet succesvol afronden van een aantal projecten in de voorgaande jaren zullen de ontvangsten voor de luchtvaartkredieten in 2020 naar verwachting € 4,1 mln lager liggen dan de raming.
Rijksoctrooiwet
De octrooi-ontvangsten komen naar verwachting € 8,3 mln hoger uit dan de raming. De octrooiontvangsten in Nederland berusten voor het overgrote deel op de in Nederland gevalideerde Europese octrooien die zijn verleend door het Europees Octrooibureau (EOB). Deze octrooiontvangsten op basis van Europees verleende octrooien bestaan voor 90-95% uit de jaarlijks te betalen (per jaar oplopende) instandhoudingstaksen. Het EOB heeft zijn octrooiverleningsprocessen efficiënter gemaakt en heeft de afgelopen jaren aanzienlijk méér octrooien verleend, met als gevolg ook méér Europese octrooien die hier gevalideerd zijn en in stand worden gehouden (met meer ontvangsten). Sinds 2013 is een trend waarneembaar dat octrooien via betaling van (jaarlijks hogere) instandhoudingstaksen bovendien langer (ook tussen het 15e en 20e levensjaar) in stand worden gehouden, met als gevolg méér en hogere ontvangsten (voortvloeiend uit zowel gevalideerde Europese octrooien alsook Nederlandse Rijksoctrooien).
Eurostars
De EU-ontvangsten voor Eurostars vallen naar verwachting € 3,9 mln lager uit dan de raming. De EU-ontvangsten worden gerealiseerd op basis van daadwerkelijk uitgaven aan deelnemende partijen. Deze kunnen jaarlijks fluctueren.
F-35
De ontvangsten F-35 vallen € 3,7 mln lager uit dan de raming. Vanwege een lager dan geraamde omzet van de industrie ligt ook de afdracht door de industrie op een lager niveau dan de raming.
Diverse ontvangsten
De overige ontvangsten vallen € 14,1 mln lager uit. De geraamde aflossing van een lening door de provincie Limburg in het kader van industrieparkt Swentibold kan namelijk niet in 2020 worden gerealiseerd. Het afwikkelen van de grondexploitatie vraagt namelijk meer tijd. Naar verwachting vindt de afwikkeling van de lening plaats in 2021. Daarnaast is een ontvangst gerealiseerd van RVO doordat de opdracht voor de uitvoering in 2019 op een lager niveau is vastgesteld dan het oorspronkelijk aan RVO ter beschikking gestelde budget.
Toelichting op de begrotingsreserves
Er zijn begrotingsreserves voor de BMKB (inclusief het Coronaluik), de regeling Garantie Ondernemingsfinanciering (GO) inclusief de Coronamodule van de GO, de Groeifaciliteit (GF) en de garanties voor nieuwe aanbieders van MKB-financiering. Voor de regeling Klein Krediet Corona wordt een nieuwe begrotingsreserve ingesteld. De reguliere GO, GF en de garanties voor alternatieve aanbieders van MKB-financiering betreffen kostendekkende garanties, waarvan de te realiseren premieontvangsten naar verwachting toereikend zijn voor het afdekken van eventuele verliesdeclaraties. Er worden ultimo 2020 stortingen voorgenomen voor de kasbuffers voor de volgende garantieregelingen: de BMKB-C (€ 203 mln), de GO inclusief de GO-C (€ 175 mln) en de regelng KKC (€ 164 mln). Dit betreft de kasbuffers die dit jaar aan de EZK-begroting zijn toegevoegd in het kader van de Coronamaatregelen. Ultimo begrotingsjaar wordt mede op basis van het gebruik van deze faciliteit en de daarbij behorende gerealiseerde ontvangsten en uitgaven voor deze regeling definitief vastgesteld of er een aanvullende onttrekking of storting dient plaats te vinden.
Tabel 7 Begrotingsreserve Borgstelling MKB-kredieten (BMKB) (bedragen x € 1.000)
Stand 1/1/2020
108.333
+ Geraamde storting
2.100
– Geraamde onttrekking
Stand (raming) per 31/12/2020
110.433
Tabel 8 Begrotingsreserve Garantie Ondernemingsfinanciering (GO) (bedragen x € 1.000)
Stand 1/1/2020
71.210
+ Geraamde storting
– Geraamde onttrekking
‒ 324
Stand (raming) per 31/12/2020
70.886
Tabel 9 Begrotingsreserve Groeifaciliteit (bedragen x € 1.000)
Stand 1/1/2020
24.546
+ Geraamde storting
– Geraamde onttrekking
‒ 10.000
Stand (raming) per 31/12/2020
14.546
Tabel 10 Begrotingsreserve Garantie MKB-faciliteiten (bedragen x € 1.000)
Stand 1/1/2020
9.696
+ Geraamde storting
10.000
– Geraamde onttrekking
Stand (raming) per 31/12/2020
19.696
3.3 Beleidsartikel 3 Toekomstfonds
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 11 Budgettaire gevolgen van beleid art. 3 Toekomstfonds (bedragen x € 1.000)
Vastgestelde begroting (incl. ISB, NvW en amendementen) (1)
Stand 1e suppletoire begroting (incl. ISB, NvW en amendementen) (2)
Mutaties 2e suppletoire begroting (3)
Stand 2e suppletoire begroting (4) = (2) + (3)
Mutaties Miljoenennota (incl. NvW en amendementen)
Overige mutaties 2e suppletoire begroting
Verplichtingen
242.952
647.756
‒ 22.606
8.350
633.500
Waarvan garantieverplichtingen
0
0
0
0
0
Waarvan overige verplichtingen
242.952
647.756
‒ 22.606
8.350
633.500
Uitgaven
284.452
711.730
‒ 72.343
8.350
647.737
Waarvan juridisch verplicht
76%
75%
75%
Subsidies
999
18.180
‒ 14.827
0
3.353
Smart Industry
199
1.168
‒ 450
718
Haalbaarheidsstudies NWO-TTW
800
812
812
Thematische Technology Transfer
0
16.200
‒ 14.377
1.823
Leningen
275.147
679.412
‒ 52.464
8.350
635.298
Startups / MKB financiering
Volledig revolverend
Fund to Fund
35.733
33.876
3.800
37.676
ROM's
100.000
403.000
2.905
11.700
417.605
Co-investment venture capital instrument / EIF
10.154
32.462
‒ 32.462
0
Deels revolverend
0
0
0
Innovatiekrediet
55.205
55.465
55.465
Risicokapitaal Seed Capital
46.823
61.630
15.000
‒ 3.350
73.280
Vroegefasefinanciering / informal investors
13.702
19.163
‒ 5.038
14.125
Startups / MKB
5.186
12.872
12.872
Investeringen in fundamenteel en toegepast onderzoek
Met vermogensbehoud
Fundamenteel en toegepast onderzoek
5.500
11.944
‒ 6.499
5.445
Onco research
2.500
6.818
‒ 2.622
4.196
Smart Industry
344
382
382
Thematische Technology Transfer
0
31.800
‒ 27.548
4.252
Regmed
0
10.000
10.000
Bijdrage aan agentschappen
8.306
14.138
‒ 5.052
0
9.086
Bijdrage RVO.nl
8.306
14.138
‒ 5.052
9.086
Ontvangsten
34.600
49.600
12.705
0
62.305
ROM's
0
0
8.905
8.905
Fund to Fund
8.050
8.050
3.800
11.850
DVI II
150
150
150
Investeringen in fundamenteel en toegepast onderzoek
0
0
0
Co-investment venture capital instrument / EIF
0
15.000
15.000
Innovatiekrediet
17.000
17.000
17.000
Seed Capital
9.400
9.400
9.400
Vroegefasefinanciering / informal investors
0
0
0
Toelichting
Verplichtingen
Het verplichtingenbudget is ten opzichte van de mutaties in de Miljoenennota met € 8,35 mln verhoogd. Dit heeft betrekking op een overheveling van € 3,35 mln van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport ten behoeve van de lening die via Innovation Quarter wordt verstrekt aan Innogenerics B.V., een Nederlands initiatief om de geneesmiddelenfabrikant Apotex van het Indiase moederbedrijf Aurobindo over te nemen (Kamerstuk 29 477, nr. 661). Daarnaast is € 5 mln generaal ter beschikking gesteld ten behoeve van een kapitaalstorting in het Innovatiefonds Zeeland voor het aantrekken van kennisintensieve bedrijven en het investeren in startups, scale-ups en groeiende ondernemingen, als onderdeel van het compensatiepakket Zeeland, waarover u met de brief van 26 juni jl. (Kamerstuk 33 358, nr. 28 ) bent geïnformeerd.
Uitgaven
Leningen
ROM's
De verhoging van het budget met € 11,7 mln heeft betrekking op het verstrekken van een lening van € 6,7 mln via Innovation Quarter aan Innogenerics B.V. waaraan VWS en EZK beiden € 3,35 mln bijdragen. Daarnaast is € 5 mln generaal ter beschikking gesteld ten behoeve van een kapitaalstorting in het Innovatiefonds Zeeland. Zie ook de toelichting bij de verplichtingen.
Risicokapitaal Seed Capital
Voor het EZK-aandeel in de lening ten behoeve van Innogenerics B.V. is het budget van de Seed Capital regeling met € 3,35 mln verlaagd.
3.4 Beleidsartikel 4 Een doelmatige energievoorziening en beperking van de klimaatverandering
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 12 Budgettaire gevolgen van beleid art. 4 Een doelmatige energievoorziening en beperking van de klimaatverandering (bedragen x € 1.000)
Vastgestelde begroting (incl. ISB, NvW en amendementen) (1)
Stand 1e suppletoire begroting (incl. ISB, NvW en amendementen) (2)
Mutaties 2e suppletoire begroting (3)
Stand 2e suppletoire begroting (4) = (2) + (3)
Mutaties Miljoenennota (incl. NvW en amendementen)
Overige mutaties 2e suppletoire begroting
Verplichtingen
10.797.624
10.856.861
‒ 93.435
245.031
11.007.857
Waarvan garantieverplichtingen
66.600
71.100
0
0
71.100
Waarvan overige verplichtingen
10.731.024
10.785.761
‒ 94.035
245.031
10.936.757
Uitgaven
3.771.790
3.760.130
‒ 20.635
‒ 51.413
3.688.082
Waarvan juridisch verplicht
78%
80%
99%
Subsidies
3.510.444
3.476.656
‒ 1.184.750
‒ 99.843
2.192.063
Missiegedraven Onderzoek Ontwikkeling en Innovatie (MOOI)
35.244
47.504
‒ 1.800
‒ 6.272
39.432
Hernieuwbare Energietransitie (HER+)
48.040
48.040
‒ 8.617
‒ 1.683
37.740
Energie-efficiency
2.368
3.049
34
277
3.360
Green Deals
500
500
‒ 310
190
Demonstratieregeling Klimaat- en Energie-innovatie (DEI+)
66.806
64.206
‒ 19.516
‒ 10.910
33.780
Subsidieregeling Duurzame Scheepsbouw (SDS)
4.900
4.500
‒ 2.000
‒ 684
1.816
Projecten Klimaat en Energieakkoord
0
1.402
‒ 780
1.026
1.648
MEP
0
293
298
591
SDE
699.167
694.867
694.867
SDE+
2.322.649
2.297.917
‒ 1.124.698
‒ 74.334
1.098.885
Aardwarmte
0
15.000
15.000
ISDE-regeling
200.000
140.000
‒ 36.000
16.000
120.000
Compensatie Energie-intensieve bedrijven (ETS)
105.595
110.625
110.625
Carbon Capture and Storage (CCS)
4.080
7.980
‒ 92
‒ 806
7.082
Subidieregeling Energiebesparing en duurzame energie sportaccommodaties (EDS)
0
65
65
Hoge Flux Reactor
7.651
7.651
‒ 400
200
7.451
Elektrisch rijden
0
0
0
Caribisch Nederland
4.944
15.284
9.500
‒ 9.277
15.507
Overige subsidies
6.000
5.873
‒ 679
‒ 1.473
3.721
Maatregelen voor CO2-reductie
2.500
11.900
‒ 11.597
303
Leningen
4.000
4.000
0
0
4.000
Lening EBN
4.000
4.000
4.000
Garanties
0
4.500
0
0
4.500
Verliesdeclaratie aardwarmte
0
4.500
4.500
Opdrachten
11.499
11.603
‒ 884
15.984
26.703
Onderzoek mijnbouwbodembeweging
1.916
2.891
‒ 425
‒ 817
1.649
SodM onderzoek
1.925
1.925
‒ 725
1.200
Joint Implementation
0
0
0
Uitvoeringsagenda Klimaat
823
577
‒ 107
470
Klimaat mondiaal
369
369
108
477
Onderzoek en opdrachten
6.466
5.841
‒ 567
17.633
22.907
Bijdrage aan agentschappen
62.421
82.004
6.032
‒ 5.148
82.888
Bijdrage aan RVO.nl
50.498
69.949
2.024
‒ 715
71.258
Bijdrage aan Agentschap Telecom
0
400
61
‒ 84
377
Bijdrage aan NEa
7.194
7.669
1.193
‒ 1.721
7.141
Bijdrage aan KNMI
1.143
1.786
‒ 87
1.699
Bijdrage aan NVWA
841
788
26
‒ 111
703
Bijdrage aan RIVM
1.513
0
52
‒ 52
0
Bijdrage aan RWS
1.232
1.412
2.763
‒ 2.465
1.710
Bijdrage aan ZBO’s/RWT’s
141.955
143.308
‒ 9.298
‒ 3.593
130.417
Doorsluis COVA-heffing
111.000
111.000
‒ 10.550
‒ 3.450
97.000
TNO kerndepartement
29.166
31.019
1.199
264
32.482
TNO-SodM
1.789
1.289
53
‒ 407
935
Bijdrage aan medeoverheden
23.602
23.602
163
‒ 11.765
12.000
Uitkoopregeling
23.602
23.602
163
‒ 11.765
12.000
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
13.169
13.757
445
‒ 1.305
12.897
Nuclear Research Group (NRG)
11.675
12.021
408
‒ 1.154
11.275
Internationale contributies
1.494
1.736
37
‒ 151
1.622
Stortingen begrotingsreserve
4.700
700
1.167.657
54.257
1.222.614
Storting in begrotingsreserve duurzame energie
0
0
1.167.657
54.257
1.221.914
Storting in begrotingsreserve aardwarmte
4.700
700
700
Ontvangsten
3.487.161
3.626.536
‒ 69.533
50.153
3.607.156
Ontvangsten COVA
111.000
111.000
‒ 14.000
97.000
Opbrengst heffing ODE (SDE+)
2.411.000
2.411.000
2.411.000
Ontvangsten zoutwinning
2.511
2.511
2.511
Onttrekking reserve Duurzame Energie
173.000
236.020
236.020
ETS-ontvangsten
450.000
450.000
‒ 70.000
60.000
440.000
Onttrekking begrotingsreserve maatregelen voor CO2-reductie
324.450
390.610
390.610
Diverse ontvangsten
15.200
25.395
467
4.153
30.015
Toelichting
Verplichtingen
De ophoging van het verplichtingenbudget heeft voornamelijk betrekking op de reservering van verplichtingenruimte (€ 238,8 mln) voor de toekenning van een subsidie voor vrijwillige sluiting van kolencentrales. Deze subsidie wordt toegekend als aan de eisen die in de call for proposals zijn gesteld is voldaan (Kamerstuk 32 813, nr. 568). De bijbehorende kasuitgave zal naar verwachting in 2021 volgen en is daarom niet meegenomen als mutatie op de begroting 2020. De kasuitgave zal in 2021 uit de begrotingsreserve duurzame energie gedekt worden (Kamerstuk 32 813, nr. 496).
Uitgaven
Subsidies
Missiegedraven Onderzoek Ontwikkeling en Innovatie (MOOI)
Op de middelen die bestemd zijn voor de regeling MOOI is er sprake van een onderuitputting van € 6,3 mln, omdat alle betalingen die in 2020 op de openstelling 2020 werden verwacht doorschuiven naar 2021.
Demonstratieregeling Klimaat- en Energie-innovatie (DEI+)
EZK hevelt vanuit het DEI+-budget in totaal € 7,75 mln naar artikel 2 van de EZK-begroting voor twee voorstellen die door NWO worden uitgevoerd. Het eerste voorstel betreft twee onderzoeksprogramma's van de Integrale Kennis en Innovatie Agenda (IKIA). Het tweede voorstel betreft een fonds voor samenwerking met Duitsland op het gebied van Elektrochemische Conversie en Materialen (ECCM). Daarnaast hevelt EZK € 0,5 mln over naar de begroting van IenW voor het Rijkswaterstaat-project Getij Grevelingen in de Brouwersdam. Verder is er sprake van een onderuitputting op de reguliere DEI+ van € 2,7 mln.
SDE+
Voor de uitgaven van Rijkswaterstaat voor activiteiten op het gebied van Wind op Zee wordt € 2,2 mln overgeheveld naar de begroting van het Ministerie van IenW. Voor het project «zonnepanelen op daken van defensiegebouwen» wordt € 3,6 mln overgeheveld naar de begroting van het Ministerie van Defensie.
Het tekort op de ISDE (€ 16 mln) wordt uit het SDE+-budget gedekt. Het restant van de onderuitputting wordt in de begrotingsreserve duurzame energie gestort (€ 52,6 mln).
ISDE-regeling
Het tekort van € 16 mln op de ISDE-regeling wordt uit het SDE+ budget gedekt. Het tekort is vooral ontstaan doordat op de subsidiebeschikkingen die vóór 2020 zijn afgegeven meer betalingen zijn verricht dan eerder was ingeschat.
Caribisch Nederland
EZK was voornemens om in 2020 een financiële bijdrage te leveren aan de nieuwe deelneming in de brandstofopslag Bonaire. Door vertraging in de oprichting van deze deelneming is het niet mogelijk om in 2020 de middelen te storten en is besloten om de storting van het eigen vermogen pas in 2021 te doen.
Maatregelen voor CO2-reductie
Op het budget dat gereserveerd was voor de nadeelcompensatie voor de sluiting van de Hemweg-centrale is sprake van een meevaller, omdat deze nadeelcompensatie lager is uitgevallen dan eerder ingeschat. Deze meevaller (€ 11,6 mln) vloeit terug naar de algemene middelen.
Opdrachten
Onderzoek en opdrachten
Het benodigde budget is hoger dan eerder werd voorzien. Dit wordt onder andere veroorzaakt door de afwikkeling van enkele juridische procedures.
Bijdrage aan medeoverheden
Uitkoopregeling
Voor de uitkoop van huiseigenaren die loodrecht onder hoogspanningslijnen wonen is in 2020 € 23,6 mln beschikbaar. Op dit budget wordt een onderuitputting verwacht van € 11,8 mln vanwege een beperkt beroep op de regeling.
Storting begrotingsreserve
Storting in begrotingsreserve duurzame energie
De niet benutte middelen voor de SDE+ (€ 52,6 mln) en de HER+ (€ 1,7 mln) worden in de begrotingsreserve duurzame energie gestort.
Ontvangsten
Ontvangsten COVA
De COVA-heffing is een opslag die wordt geheven op aardolieproducten in Nederland en is bedoeld voor het financieren van het aanhouden van strategische olievoorraden door de Stichting Centraal Orgaan Voorraadvorming Aardolieproducten (COVA). Als gevolg van de coronacrisis is er minder getankt. Hierdoor is er minder voorraadheffing opgehaald en wordt er ook minder uitgekeerd aan COVA.
ETS-ontvangsten
Op basis van bijgestelde ramingen van de ETS-ontvangsten worden de inkomsten met € 60 mln naar boven bijgesteld. Deze opwaartse bijstelling is met name het gevolg van een sneller en sterker herstel van de ETS-prijs dan verwacht bij de vorige ramingen, nadat de ETS-prijs in maart een sterke daling kende.
Toelichting op de begrotingsreserves
Tabel 13 Begrotingsreserve Duurzame energie (bedragen x € 1.000)
Stand 1/1/2020
3.155.088
+ Geraamde storting
1.221.914
– Geraamde onttrekking
‒ 236.020
Stand (raming) per 31/12/2020
4.140.982
De begrotingsreserve voor duurzame energie is bestemd voor onbesteed gebleven middelen als gevolg van vertraging bij of het niet doorgaan van projecten waaraan subsidie is toegekend op basis van de MEP, de SDE, de SDE+, de HER of de ISDE. Via de reserve blijven deze middelen ook in de toekomst beschikbaar voor het stimuleren van hernieuwbare energieproductie of CO2-reductie. In 2020 zal naar verwachting zo’n € 1.222 mln onbenutte (kas)middelen in de begrotingsreserve gestort worden. De verwachte onttrekking van in totaal € 236 mln betreft:
– de tranche 2020 (€ 73 mln) van de tijdelijke onttrekking aan de begrotingsreserve die bij de behandeling van de Voorjaarsnota 2015 aan de orde is geweest (zie hiervoor onder meer het antwoord op vraag 5 en 6 in Kamerstuk 34 210 XIII, nr. 4 , blz. 5 - 7)
– de onttrekking van € 100 mln ter financiering van het amendement Mulder c.s. (extra openstelling ISDE voor het MKB)
– de onttrekking van € 63 mln als bijdrage aan de financiering van het aanvullende pakket aan CO2-reducrende maatregelen (Urgenda 2.0).
Tabel 14 Begrotingsreserve Aardwarmte (bedragen x € 1.000)
Stand 1/1/2020
21.974
+ Geraamde storting
700
– Geraamde onttrekking
‒ 4.580
Stand (raming) per 31/12/2020
18.094
De begrotingsreserve voor de garantieregeling Aardwarmte is bedoeld om het budget voor het mogelijk uitbetalen van verliesdeclaraties meerjarig in te kunnen zetten en een eventuele mismatch in de tijd tussen inkomsten (premies) en uitgaven (verliesdeclaraties) op te vangen. Om gebruik te kunnen maken van de garantieregeling Aardwarmte betalen marktpartijen een kostendekkende premie aan de uitvoerder van de regeling (RVO.nl) die wordt gestort in de begrotingsreserve. Voor 2020 gaat het om een bedrag van € 0,7 mln. De naar verwachting uit te betalen verliesdeclaraties (€ 4,6 mln) worden onttrokken aan de reserve.
Tabel 15 Begrotingsreserve aan NRG verstrekte leningen (bedragen x € 1.000)
Stand 1/1/2020
6.600
+ Geraamde storting
0
– Geraamde onttrekking
0
Stand (raming) per 31/12/2020
6.600
De middelen in de begrotingsreserve risicopremie NRG zullen worden aangesproken als de Nuclear Reseach Group (NRG) – al dan niet tijdelijk of gedeeltelijk – niet kan voldoen aan de terugbetalingsverplichtingen volgens de afgesloten leningsovereenkomst.
Tabel 16 Begrotingsreserve Maatregelen voor CO2-reductie (bedragen x € 1.000)
Stand 1/1/2020
395.210
+ Geraamde storting
0
– Geraamde onttrekking BZK
‒ 175.560
– Geraamde onttrekking EZK
‒ 49.600
– Geraamde onttrekking LNV
‒ 87.000
– Geraamde onttrekking IenW
‒ 63.750
– Geraamde onttrekking Financiën
‒ 14.700
Stand (raming) per 31/12/2020
4.600
Het kabinet heeft additionele maatregelen genomen om aanvullende CO2-reductie te realiseren. Omdat de aard en timing van de eventuele aanvullende maatregelen in het najaar van 2018 nog onzeker waren, heeft het kabinet destijds besloten deze eventuele maatregelen via een tijdelijke begrotingsreserve mogelijk te maken. De reserve loopt tot en met 2020 en komt daarna te vervallen. De reserve is bij Najaarsnota 2018 eenmalig gevuld met € 500 mln. Het Ministerie van EZK coördineert de set aan maatregelen om CO2 te reduceren. De uitvoering van de maatregelen voor CO2-reductie vindt deels plaats door LNV, IenW en BZK. De in de bovenstaande tabel opgenomen bedragen zijn aan de reserve onttrokken en via Incidentele Suppletoire Begrotingen (ISB’s) zijn de door deze departementen te besteden middelen beschikbaar gesteld.
3.5 Beleidsartikel 5 Een veilig Groningen met perspectief
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 17 Budgettaire gevolgen van beleid art. 5 Een veilig Groningen met perspectief (bedragen x € 1.000)
Vastgestelde begroting (incl. ISB, NvW en amendementen) (1)
Stand 1e suppletoire begroting (incl. ISB, NvW en amendementen) (2)
Mutaties 2e suppletoire begroting (3)
Stand 2e suppletoire begroting (4) = (2) + (3)
Mutaties Miljoenennota (incl. NvW en amendementen)
Overige mutaties 2e suppletoire begroting
Verplichtingen
166.077
362.255
398.193
77.348
837.796
Waarvan garantieverplichtingen
0
0
0
0
0
Waarvan overige verplichtingen
166.077
362.255
398.193
77.348
837.796
Uitgaven
166.077
362.255
398.193
77.348
837.796
Waarvan juridisch verplicht
87%
89%
100%
Subsidies
21.077
44.145
‒ 8.054
0
36.091
Verduurzamingsopgave uit aardgasbaten
20.976
35.310
678
35.988
Geestelijke bijstand/overige
101
101
2
103
Instrumentarium Woningmarkt
0
8.734
‒ 8.734
0
Inkomensoverdrachten
50.000
160.000
393.000
70.000
623.000
Schadevergoedingen
50.000
160.000
90.000
70.000
320.000
Vergoeding waardedaling Groningen
0
0
298.000
298.000
Vergoeding immateriële schade Groningen
0
0
5.000
5.000
Opdrachten
0
12.810
‒ 1.630
3.482
14.662
Onderzoek en compensatie gemeenten en provincie
0
1.440
‒ 1.440
0
Werkbudget
0
3.370
‒ 190
‒ 331
2.849
BTW-compensatie NAM
0
8.000
3.813
11.813
Bijdrage aan agentschappen
95.000
142.000
14.877
3.866
160.743
Bijdrage aan RVO.nl
95.000
140.000
14.877
3.866
158.743
Instituut Mijnbouwschade Groningen
0
2.000
2.000
Bijdrage aan (internationale) organisaties
0
3.300
0
0
3.300
Organisatie- en programmabudget ACVG
0
3.300
3.300
Ontvangsten
1.195.000
1.037.061
‒ 6.000
‒ 386.700
644.361
Schadevergoedingen
50.000
287.061
90.000
‒ 50.000
327.061
Uitvoeringskosten Schade
95.000
140.000
12.000
‒ 6.700
145.300
Aardgasbaten
1.050.000
610.000
‒ 610.000
0
Dividenduitkering EBN
0
0
35.000
35.000
Dividenduitkering GasTerra
4.000
4.000
Mijnbouwwet
0
0
160.000
‒ 130.000
30.000
Vergoeding waardedaling Groningen
0
0
298.000
‒ 200.000
98.000
Vergoeding immateriële schade Groningen
0
0
5.000
5.000
Toelichting
Verplichtingen en uitgaven
Inkomensoverdrachten
Schadevergoedingen
De raming van de schadebetalingen voor Groningen wordt bij Najaarsnota met € 70 mln verhoogd. De verwachte stijging van de uitgaven komt voornamelijk doordat het Instituut Mijnbouwschade Groningen (IMG) meer schademeldingen heeft afgehandeld met een hogere waarde.
Opdrachten
BTW-compensatie NAM
De BTW-compensatie aan de NAM over 2019 is hoger uitgevallen omdat er meer BTW-plichtige uitgaven zijn gedaan die samenhangen met de schadeafhandeling. De extra BTW-compensatie is gedekt door een overheveling uit de risicoreservering Groningen op de Aanvullende Post.
Bijdrage aan agentschappen
Bijdrage aan RVO.nl
De uitvoeringskosten van IMG/RVO voor de schadeafhandeling worden bijgesteld, mede wanwege het uitvoeren van de regelingen voor waardedaling en immateriële schade. Deze kosten worden via een heffing bij de NAM in rekening gebracht en worden in 2021 op de EZK-begroting terug ontvangen.
Ontvangsten
Schadevergoedingen
Dit betreft een bijstelling van de ontvangsten van de NAM, die samenhangen met de uitgaven voor de schadeafhandeling. Deze kosten worden via een heffing bij de NAM in rekening gebracht en worden in 2021 op de EZK-begroting terug ontvangen.
Uitvoeringskosten schade
Dit betreft een bijstelling van de ontvangsten van de NAM, die samenhangen met de uitgaven voor de uitvoeringskosten. Daarnaast vallen de uitvoeringskosten € 3,3 mln hoger uit dan eerder geraamd. Deze kosten worden via een heffing bij de NAM in rekening gebracht en worden in 2021 op de EZK-begroting terug ontvangen.
Mijnbouwwet
Vanwege een terugbetaling door de Belastingdienst aan NAM voor te veel betaald winstaandeel in 2018, wordt de ontvangstenraming in het kader van de mijnbouwwet voor 2020 met een bedrag van € 130 mln naar beneden bijgesteld.
Vergoeding waardedaling Groningen
Dit betreft een bijstelling van de ontvangsten van NAM die samenhangen met de uitgaven voor vergoedingen van waardedalingen. Deze kosten worden via een heffing bij de NAM in rekening gebracht en worden in 2021 op de EZK-begroting terug ontvangen.
Meerjarige overzichtstabel Groningen
Aansluitend een meerjarige overzichtstabel met alle middelen van het Rijk bestemd voor Groningen, verdeeld over de begroting van de departementen en het decentrale budget. Ramingen voor schade, versterken en uitvoeringskosten zijn niet opgenomen in dit overzicht. Deze uitgaven worden vergoed door de NAM.
Tabel 18 Meerjarige overzichtstabel Groningen (bedragen x € 1.000)
2020
2021
2022
2023
2024
2025
Totaal
Begroting departementen
Begroting EZK
56.053
24.136
16.572
2
2
2
96.767
Begroting OCW
4.500
4.500
9.000
Begroting BZK
260.298
107.963
47.315
35.714
31.680
25.280
508.250
Aanvullende post Rijksbegroting
Gasfonds Groningen (RA-envelop voor NPG)
55.600
50.000
50.000
10.000
9.000
3.300
177.900
Rijksbijdrage aan NPG
30.000
40.000
39.000
38.000
147.000
Totaal
376.451
186.599
143.887
85.716
79.682
66.582
938.917
4 De niet-beleidsartikelen
4.1 Artikel 40 Apparaat Kerndepartement
Tabel 19 Apparaatsuitgaven Kerndepartement (bedragen x € 1.000)
Vastgestelde begroting (incl. ISB, NvW en amendementen) (1)
Stand 1e suppletoire begroting (incl. ISB, NvW en amendementen) (2)
Mutaties 2e suppletoire begroting (3)
Stand 2e suppletoire begroting (4) = (2) + (3)
Mutatie Miljoenennota (incl. NvW en amendementen)
Overige mutaties 2e suppletoire begroting
Verplichtingen
281.785
294.838
11.899
‒ 228
306.509
Uitgaven
281.785
294.838
11.899
‒ 228
306.509
Personele uitgaven
192.079
201.192
12.234
2.186
215.612
waarvan eigen personeel
151.944
171.503
11.415
1.205
184.123
waarvan inhuur externen
13.330
13.330
‒ 393
3.052
15.989
waarvan overige personele uitgaven
26.805
16.359
1.212
‒ 2.071
15.500
Materiële uitgaven
89.706
93.646
‒ 335
‒ 2.414
90.897
waarvan ICT
20.208
20.208
22
‒ 6.418
13.812
waarvan bijdrage aan SSO's
13.810
13.810
‒ 68
13.742
waarvan DICTU
25.671
26.937
‒ 3.190
1.780
25.527
waarvan overige materiële uitgaven
30.017
32.691
2.901
2.224
37.816
Ontvangsten
25.426
25.526
‒ 545
0
24.981
waarvan ACM
18.134
18.134
‒ 545
17.589
waarvan SoDM
3.150
3.150
3.150
waarvan CPB
1.643
1.643
1.643
waarvan kerndepartement
2.499
2.599
2.599
Toelichting
Verplichtingen en uitgaven
Personele uitgaven
De raming van de personele uitgaven wordt verhoogd met € 2,2 mln onder andere op grond van:
– Extra personeelsuitgaven die gedekt worden door het Ministerie van IenW voor de kosten van het toezicht dat de ACM uitoefent op de vervoerssectoren spoor, loodsen, luchtvaart en personen (€ 1 mln).
– Voor de totale personele uitgaven wordt er vanuit de beleidsdirecties budget (€ 1 mln) overgeheveld ter compensatie van externe inhuur bij directies Bureau Managementondersteuning (BMO) en Informatievoorziening, Facilitair en Huisvesting (IFH).
Materiële uitgaven
De raming voor de materiële uitgaven wordt verlaagd met € 2,4 mln op grond van:
– Centrale bekostiging voor FMHaaglanden aan het Ministerie van Binnenlandse Zaken (€ 0,9 mln).
– Technische correctie op gedeelde onderdelen voor de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) aan het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (€ 1,5 mln).
Ontvangsten
Er hebben geen overige noemenswaardige mutaties plaatsgevonden op de ontvangsten bij de 2e suppletoire begroting.
4.2 Artikel 41 Nog onverdeeld
Tabel 20 Nog onderdeeld (bedragen x € 1.000)
Vastgestelde begroting (incl. ISB, NvW en amendementen) (1)
Stand 1e suppletoire begroting (incl. ISB, NvW en amendementen) (2)
Mutaties 2e suppletoire begroting (3)
Stand 2e suppletoire begroting (4) = (2) + (3)
Mutatie Miljoenennota (incl. NvW en amendementen)
Overige mutaties 2e suppletoire begroting
Verplichtingen
0
53.626
‒ 53.626
0
0
Uitgaven
0
53.626
‒ 53.626
0
0
Prijsbijstelling
0
21.955
‒ 21.955
0
Loonbijstelling
0
31.671
‒ 31.671
0
Ontvangsten
0
0
0
0
0
Toelichting op de verplichtingen en uitgaven
Er zijn geen mutaties bij het artikel «Nog onverdeeld».
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.D. Wiebes, minister van Economische Zaken en Klimaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.