Memorie van toelichting : Memorie van toelichting
35 481 Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2020 (Derde incidentele suppletoire begroting inzake aanvullende ondersteuning lokale informatievoorziening in verband met COVID-19)
Nr. 2
MEMORIE VAN TOELICHTING
A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL
Wetsartikelen 1 tot en met 3
Wetsartikel 1
De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van
artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel
strekt ertoe om voor het jaar 2020 wijzigingen aan te brengen in de departementale
begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.
Normaliter wordt nieuw beleid in uitvoering genomen nadat de Staten-Generaal de begrotingswet
heeft geautoriseerd. Aangezien uitvoering van de spoedeisende maatregelen die in deze
derde incidentele suppletoire begroting zijn opgenomen in het belang van het Rijk
zijn, niet kan wachten tot formele autorisatie van beide Kamers der Staten-Generaal,
zal het kabinet de uitvoering van de maatregelen starten. Hiermee wordt gehandeld
conform lid 2 van artikel 2.27 van de Comptabiliteitswet 2016. Voor de indiening van deze derde incidentele suppletoire begroting is uw Kamer vooraf
geïnformeerd via de brief van 28 mei 2020 (Kamerstukken II 2019/20, 35 420, nr. 43).
De in de begrotingsstaat opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze
memorie van toelichting toegelicht.
Wetsartikel 2
De vaststelling van de begrotingsstaat geschiedt in duizenden euro's.
Wetsartikel 3
Dit artikel regelt de inwerkingtreding van deze wet.
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
I.K. van Engelshoven
De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media,
A. Slob
B. BEGROTINGSTOELICHTING
1. Inhoudelijke toelichting
Dit onderdeel van de memorie van toelichting bestaat uit een inhoudelijk deel en een
artikelsgewijs deel. Vervolgens wordt per beleidsartikel een overzicht van de wijzigingen
gegeven, inclusief toelichting. Daarbij worden mutaties groter of gelijk aan onderstaande
staffel toegelicht:
Omvang begrotingsartikel
(stand ontwerpbegroting in € miljoen)
Beleidsmatige mutaties
(ondergrens in € miljoen)
Technische mutaties
(ondergrens in € miljoen)
< 50
1
2
=> 50 en < 200
2
4
=> 200 < 1.000
5
10
=> 1.000
10
20
Deze Incidentele Suppletoire Begroting heeft betrekking op de uitbraak van het coronavirus/COVID-19
en de daarmee gepaarde grote gevolgen voor de lokale informatievoorziening. Door de
gedaalde inkomsten uit reclame en advertenties staat de continuïteit van lokale informatievoorziening
door bijvoorbeeld lokale publieke omroepen en huis-aan-huiskranten onder druk, terwijl
deze juist nu van vitaal belang is. Het kabinet heeft daarom besloten om een tijdelijk
Steunfonds Lokale Informatievoorziening op te zetten. Hiervoor was voor de periode
15 maart tot 15 juni € 11,0 miljoen beschikbaar. U bent hierover geïnformeerd per
brief van 7 april jl. (Kamerstukken II 2019/20, 32 827, nr. 186).
De gevolgen van de coronacrisis zijn na afloop van deze periode naar verwachting niet
verdwenen, waardoor de druk op de lokale informatievoorziening blijft bestaan. Om
die reden heeft het kabinet uw Kamer per brief van BZK van 28 mei 2020 (Kamerstukken
II 2019/20, 35 420, nr. 43) geïnformeerd over het besluit om het Steunfonds te verlengen met een periode van
6 maanden, tot eind 2020, en hiervoor eenmalig € 24,0 miljoen extra beschikbaar te
stellen. De verlenging van het Steunfonds geldt in ieder geval voor lokale publieke
omroepen, HAH-kranten die tenminste negen keer per jaar verschijnen en lokale betaalde
nieuwsbladen. Afhankelijk van de resultaten van de uitbreiding van het huidige Steunfonds
naar lokale nieuwswebsites (digitale hyperlocals), wordt bezien in hoeverre de verlenging van het Steunfonds ook geldt voor deze doelgroep.
2. Budgettaire consequenties beleidsartikelen
Beleidsartikel 15 Media
Tabel 1 Budgettaire gevolgen van beleid art. 15 (bedragen x € 1.000)
Stand vastgestelde begroting 2020 incl. NvW en amendementen
Stand na suppletoire begroting 2020 (inclusief ISB's)1
Mutaties 3e ISB 2020
Stand 3e ISB 2020
Mutatie 2021
Mutatie 2022
Mutatie 2023
Mutatie 2024
Verplichtingen
1.023.125
1.050.483
24.000
1.074.483
0
0
0
0
Totale uitgaven
1.023.125
1.050.483
24.000
1.074.483
0
0
0
0
waarvan juridisch verplicht (%)
98,3%
98,3%
Bekostiging
1.009.493
1.022.636
0
1.022.636
0
0
0
0
Publieke Omroep (omroepinstellingen)
893.658
935.775
0
935.775
0
0
0
0
Landelijke publieke omroep
736.205
785.708
785.708
Regionale omroep
157.453
150.067
150.067
Beheertaken landelijke publieke omroep
39.880
40.423
0
40.423
0
0
0
0
Stichting Omroep Muziek
16.484
16.708
16.708
Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid (NIBG)
23.396
23.715
23.715
Dotaties, bijdragen publieke omroep
18.894
14.029
0
14.029
0
0
0
0
Stimuleringsfonds voor de Journalistiek
2.190
2.220
2.220
Onderzoeksjournalistiek (RA-middelen)
5.138
0
0
Filmfonds van de omroep en Telefilm (CoBO)
8.399
8.596
8.596
Mediawijsheid Expertisecentrum (Bewust mediagebruik)
1.558
1.581
1.581
Stichting Nederlandse Lokale Publieke Omroepen (NLPO)
1.609
1.632
1.632
Dotatie/onttrekking Algemene Mediareserve
56.281
31.618
31.618
Overige bekostiging media
780
791
791
Subsidies (regelingen)
8.411
22.562
24.000
46.562
0
0
0
0
Subsidies
8.411
22.562
– 11.000
11.562
Steunfonds Lokale Informatievoorziening
0
0
35.000
35.000
Opdrachten
442
442
0
442
0
0
0
0
Opdrachten
442
442
442
Bijdragen aan ZBO's/RWT's
4.718
4.782
0
4.782
0
0
0
0
Commissariaat voor de Media
4.718
4.782
4.782
Bijdragen aan (inter-)nationale organisaties
61
61
0
61
0
0
0
0
European Audiovisual Observatory
61
61
61
Ontvangsten
147.854
160.200
0
160.200
0
0
0
0
X Noot
1
Kamerstukken II 2019/20, 35 441, nr. 1, Kamerstukken II 2019/20, 35 464, nr. 1.
Toelichting
Het financieel instrument «Subsidies» wordt in 2020 incidenteel verhoogd met € 24,0
miljoen. Hiermee wordt het huidige Steunfonds met zes maanden verlengd. De uitvoering
van het Steunfonds is belegd bij het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek. Tevens
wordt de € 11,0 miljoen die eerder beschikbaar was gesteld voor hetzelfde doel op
hetzelfde subsidiebudget gezet. Hierdoor staan alle middelen voor het Steunfonds bij
elkaar.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
I.K. van Engelshoven, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap -
Mede ondertekenaar
A. Slob, minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media
Stemmingsuitslagen
Aangenomen met handopsteken
Fracties | Zetels | Voor/Tegen |
---|---|---|
VVD | 32 | Voor |
PVV | 20 | Voor |
CDA | 19 | Voor |
D66 | 19 | Voor |
GroenLinks | 14 | Voor |
SP | 14 | Voor |
PvdA | 9 | Voor |
ChristenUnie | 5 | Voor |
PvdD | 4 | Voor |
50PLUS | 3 | Voor |
DENK | 3 | Voor |
SGP | 3 | Voor |
FVD | 2 | Voor |
Groep Krol/vKA | 2 | Voor |
Van Haga | 1 | Voor |
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.