Inbreng verslag schriftelijk overleg : Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over antwoorden op vragen commissie over o.a. de geannoteerde agenda Raad Algemene Zaken van 24 maart 2020 (Kamerstuk 21501-02-2136)
2020D14898 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Binnen de vaste commissie voor Europese Zaken bestond bij een aantal fracties de behoefte
om aan het kabinet enkele vragen en opmerkingen voor te leggen met betrekking tot
de geannoteerde agenda videoconferentie van de leden van de Europese Raad op 23 april
2020 en de videoconferentie van de leden van de Raad Algemene Zaken inzake COVID-19,
de antwoorden op vragen commissie over o.a. de geannoteerde agenda Raad Algemene Zaken
van 24 maart 2020 (Kamerstuk 21 501-02, nr. 2136) en het verslag Raad Algemene Zaken van 24 maart 2020 (Kamerstuk 21 501-02, nr. 2138).
De voorzitter van de vaste commissie voor Europese Zaken, Veldman
De adjunct-griffier van de vaste commissie voor Europese Zaken, Buisman
Algemeen
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van het op 9 april overeengekomen
pakket. Deze leden menen dat bij het vaststellen van pakketten en maatregelen ter
bestrijding van de Coronacrisis solidair, maar zeker ook verstandig gehandeld moet
worden. Deze leden benadrukken dat solidariteit op zichzelf geen reden mag zijn om
de financieel-economische risico’s voor Nederland in de toekomst fors te vergroten,
zoals bijvoorbeeld door middel van het invoeren eurobonds of stappen richting een
transferunie.
De leden van de PVV-fractie hebben kennisgenomen van de geannoteerde agenda van de
videoconferentie van de leden van de Europese Raad op 23 april 2020 en de videoconferentie
van de leden van de Raad Algemene Zaken inzake COVID-19. Naar aanleiding van het genoemde
punt brengen de leden van de PVV-fractie het volgende naar voren.
Allereerst vragen de leden van de PVV-fractie naar de reactie van het kabinet voor
wat betreft de uitspraak van de Franse president Macron in een interview met het Financial
Times dat Nederland de EU op het spel zet. Hoe beoordeelt u zijn uitspraak: «the European Union...I think it’s a political project. We need financial transfers
and solidarity, if only so that Europe holds on»?
1 Betekent dit dat Nederland tot in de eeuwigheid geld moet overmaken naar zwakke lidstaten,
zoals Italië?
De leden van de CDA-fractie hebben kennisgenomen van de geannoteerde agenda van de
videoconferentie van de leden van de Europese Raad op 23 april 2020 en de videoconferentie
van de leden van de Raad Algemene Zaken inzake COVID-19. De leden van de CDA-fractie
worstelen met de parlementaire controle met de gekozen informatievoorziening aan de
Kamer. De Europese Raden, die nu per video gehouden worden, zijn allemaal informeel
en er kan alleen via de schriftelijke procedure gestemd worden. Daarom vragen de leden
van de CDA-fractie om voor alle Europese Raden aan te geven (sinds 23 maart): [1]
over welke voorstellen er schriftelijk is gestemd, [2] wat Nederland stemde bij elk
van deze voorstellen, [3] en op welke wijze de Tweede Kamer is geïnformeerd over elk
van deze stemmingen.
De leden van de CDA-fractie verwachten hiervan een overzicht, ook omdat zij dit expliciet
gevraagd hadden in de procedurevergadering, toen het ging over de nogal merkwaardige
verdeling van het COVID-19 noodpakket van 37 miljard euro, waarover de Kamer niet
voor de stemming geïnformeerd lijkt te zijn. Voor de CDA-fractie is «het kabinet streeft
ernaar volgens de geldende informatieafspraken uw Kamer tijdig te informeren over
besluitvorming». Het kabinet dient gewoon de Kamer voorafgaand aan elk voorgenomen
besluit te informeren! Deelt het kabinet de mening van deze leden en hoe zal zij daarvoor
zorg dragen, zo vragen de leden van de CDA-fractie?
De leden van de D66-fractie hebben kennisgenomen van de geannoteerde agenda betreffende
de Europese Raad (23 april) en de Raad Algemene Zaken (22 april). Deze leden zijn
van mening dat goede Europese samenwerking onmisbaar is tijdens deze coronacrisis.
Deze leden stellen graag enkele vragen aan het kabinet over het bereikte akkoord in
de Eurogroep, de exitstrategie van de Europese Commissie en de rechtsstaat in de EU.
De leden van de GroenLinksfractie hebben kennisgenomen van de geannoteerde agenda
van de videoconferentie van de leden van de Europese Raad op 23 april 2020 en de videoconferentie
van de leden van de Raad Algemene Zaken inzake COVID-19. Zij hebben hier enkele vragen
en opmerkingen over.
De leden van de SP-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de agenda’s van
zowel de Europese Raad als de Raad Algemene Zaken. De leden van de SP-fractie hadden
sterk de voorkeur gehad om dit debat mondeling te voeren gezien de huidige Europese
spanningen en het feit dat het een belangrijk onderwerp is dat niet goed is om af
te doen in slechts een schriftelijk overleg met zeer beperkte ruimte voor debat. Desalniettemin
hebben deze leden nog een aantal vragen.
De leden van de fractie van de ChristenUnie hebben kennisgenomen van de geannoteerde
agenda voor de videoconferenties van de Raad Algemene Zaken en de Europese Raad. Naar
aanleiding daarvan hebben zij enkele vragen en opmerkingen.
Exitstrategie
De leden van de CDA-fractie hechten veel belang aan het met spoed vormgeven van de
Europese exitstrategie. Deze leden vragen het kabinet hoe de exitstrategieën van de
verschillende lidstaten gecoördineerd worden, wie verantwoordelijk is voor deze coördinatie,
in hoeverre de strategieën van de lidstaten op elkaar worden afgestemd en hoe de uniforme
exit strategie van de EU er uit ziet? De leden van de CDA-fractie vragen het kabinet
hoe lidstaten tijdig geïnformeerd worden over wat er gaat gebeuren. Ofwel, is er een
document met een strategie, dat het kabinet met de Kamer kan delen? Of wordt er een
discussie gevoerd zonder stuk? Dat laatste achten de leden van de CDA-fractie sowieso
onwenselijk.
De leden van de CDA-fractie vragen het kabinet om per Europese regio te kijken hoe
de exitstrategieën vorm worden gegeven en tevens vragen deze leden welke gevolgen
het op gang brengen van de economie heeft voor grensarbeiders en grensverkeer en welke
rol de EU daarbij speelt? De leden van de CDA-fractie vragen het kabinet in kaart
te brengen het openen van welke Europese regio’s het belangrijkste zijn voor de Nederlandse
export. Ook vragen deze leden welke middelen de EU heeft vrijgemaakt om de exitstrategie
zorgvuldig te laten verlopen?
Inzake de Nederlandse exitstrategie vragen de leden van de CDA-fractie of het kabinet
wil aangeven hoe we de contacten met onze buurlanden coördineren en wanneer economieën
weer op gang komen. Zo kunnen deze leden zich voorstellen dat er in Benelux-verband
en bilateraal met Duitsland intensieve coördinatie is over het openen van grenzen
en het toelaten van mensen en goederen.
De leden van de D66-fractie hebben kennisgenomen van de zogeheten routekaart met exitstrategie
van de Europese Commissie om een gecoördineerde aanpak van het afbouwen van zogenaamde
lockdown-maatregelen mogelijk te maken. De aan het woord zijnde leden vinden een goede Europese
samenwerking ook hier van belang: een exitstrategie dient Europees gecoördineerd te
worden. De leden van de D66-fractie verwelkomen de inzet van het kabinet op dit punt,
zoals weergegeven in de geannoteerde agenda. Hoe zal het kabinet de richtlijnen van
de Commissie en de WHO precies meenemen in het bepalen van de Nederlandse exitstrategie?
In hoeverre vindt coördinatie van nationale maatregelen die een lockdown afbouwen op dit moment plaats? Hoe en wanneer is het kabinet van plan zelf de eventuele
verlichtende maatregelen binnen de Unie te coördineren en communiceren, zo vragen
deze leden? Hoe werkt het kabinet samen binnen de EU wanneer het ontwikkelen van de
Corona-app betreft?
De leden van de GroenLinksfractie merken op dat de exitstrategie van de Commissie
aanbeveelt om de nu genomen noodmaatregelen om te vormen naar meer gerichte interventies,
die volledige democratisch controle mogelijk maken en in lijn zijn met rechtsstaatbeginselen.
De leden van de GroenLinksfractie vinden deze aanbeveling zeer terecht, maar is het
kabinet ook bereid om binnen EU-verband in te grijpen als blijkt dat lidstaten geen
tijdslimiet op hun noodmaatregelen hanteren en daarmee aan disproportionele maatregelen
vasthouden wanneer de exitstrategie ingaat? De leden van de GroenLinksfractie hebben
met instemming gelezen dat het kabinet de door de Europese Commissie aangekondigde
pledging conferentie voor onderzoek naar een vaccin voor COVID-19 verwelkomt. Gisteren werd bekend dat
de dat de Europese Unie een conceptresolutie heeft voorgesteld voor de WHO-vergadering
in mei2 met het pleidooi een COVID-19 -pool in te stellen. De aangenomen motie Ellemeet c.s.
(Kamerstuk 25 295, nr. 224)3 riep het kabinet ook al op zich daarvoor in te zetten. Is het kabinet voornemens
een proactieve rol in te nemen in deze discussie? Is het kabinet bereid een moreel
appèl te doen op ambtgenoten uit andere EU-landen om nu al vooruitlopend op de WHO-vergadering
in gesprek te gaan met farmaceutische bedrijven over medewerking aan een WHO-pool
zodra die er is, en zelf in Nederland dat gesprek ook aan te gaan met bedrijven die
(deels) in Nederland gevestigd zijn, zoals Johnson & Johnson?
De leden van de SP-fractie hebben de «Roadmap» over de exitstrategie van de Europese Commissie gelezen en stellen allereerst dat
de gehele Roadmap nogal een open deur lijkt. De leden van de SP-fractie vragen het kabinet wat er momenteel
al qua overleggen plaatsvindt wat betreft het formuleren van een exitstrategie? Spreekt
Nederland met alle Europese landen of slechts bepaalde landen? Wat laat Nederland
aan de EU over wat dit onderwerp betreft en wat doet Nederland zelf, zo vragen de
leden van de SP-fractie? Vindt er ook overleg plaats tussen Nederland en niet-EU landen?
Wat vindt het kabinet ervan dat er nu al versoepelingen van maatregelen te zien zijn
in de door ons omringende landen, zo vragen de leden van de SP-fractie?
De leden van de PvdA-fractie verwelkomen de inzet van het kabinet ten aanzien van
de routekaart voor een gecoördineerde aanpak van het afbouwen van de lockdownmaatregelen.
Terwijl het coronavirus geen grenzen kent en elk lidstaat raakt, verschillen de genomen
maatregelen in de lidstaten van elkaar. Gezien de verschillen tussen de lidstaten,
bijvoorbeeld op welke manier de zorgsystemen zijn georganiseerd, is het ook goed dat
de lidstaten deze ruimte krijgen. Toch is het zaak om in oog te houden dat nationale
maatregelen elkaar op Europees versterken in plaats van te ondermijnen, zo menen de
leden van de PvdA-fractie. De «ieder-voor-zich»-mentaliteit die zich aandiende bij
de uitbraak van het virus in Europa – geïllustreerd door het eenzijdig sluiten van
grenzen en exportverboden van medische middelen naar Italië – moet in de huidige fase
voorkomen zien te worden. Afstemming tussen lidstaten moet zodoende voorkomen dat
het virus zich in de toekomst weer vrijelijk kan verspreiden. Is de inschatting van
het kabinet dat de voorgestelde routekaart voldoende is om Europese samenwerking deze
keer wel te bewerkstelligen, zo vragen de leden van de PvdA-fractie? En wat gaat het
kabinet doen om de afspraken uit de routekaart in de realiteit te verwezenlijken?
Op de mondiale markt is er een strijd gaande om het bemachtigen van medische middelen,
waaronder mondkapjes, en medisch apparatuur. In plaats van tegen elkaar uit te worden
gespeeld door grootmachten als China en de Verenigde Staten, kan de EU een actieve
rol bij het coördineren, bespoedigen en bevorderen van de aankoop van medische apparatuur.
Samen staan we immers sterker dan alleen. De leden van de PvdA-fractie verwelkomen
dan ook de inzet van de Europese Commissie op dit gebied. Wat heeft de inzet van de
Europese Commissie bij de gezamenlijk aankoop van medische middelen tot nu toe opgeleverd,
zo vragen deze leden? En op welke manier ondersteunt het kabinet de inzet van de Europese
Commissie? Daarnaast zet de Commissie ook in op het vrijmaken van onderzoeksgelden
voor de ontwikkeling van een vaccin. Om te zorgen dat een dergelijk vaccin zo snel
mogelijk wordt gevonden – en op korte termijn ook bij zoveel mogelijk mensen terecht
komt – is het ook essentieel dat informatie over het vaccin tussen wetenschappers
in Europa wordt gedeeld. De leden van de PvdA-fractie zouden het kabinet dan ook willen
oproepen om zich nadrukkelijk te willen uitspreken voor de inzet van de Europese Commissie
om dit laatste punt te bewerkstelligen.
De leden van de ChristenUniefractie vinden het een goede zaak dat de Europese Commissie
met een zogenoemde roadmap is gekomen voor een exitstrategie uit de beperkende maatregelen die de meeste landen
nu genomen hebben ter bestrijding van het coronavirus.
De leden van deze fractie vragen het kabinet in hoeverre de adviezen van de WHO en
de Europese Commissie overeenkomen met die van het Outbreak Management Team in Nederland?
De leden van de ChristenUniefractie vragen het kabinet per advies aan te geven in
hoeverre deze overeenkomen met de adviezen van het Outbreak Management Team, ook daar
waar het gaat om gegevensverzameling en testcapaciteit. Deze leden constateren dat
de Europese Commissie een aantal aanvullende maatregelen als essentieel heeft bestempeld
die ook raken aan de privacy van de inwoners van de landen van de Europese Unie. Waaronder
gegevensverzameling, een robuust rapportagesysteem en het creëren van een kader voor
het traceren en waarschuwen van contacten met behulp van mobiele apps. Deelt het kabinet
de opvatting van de Europese Commissie dat deze maatregelen essentieel zijn, zo vragen
de leden van de ChristenUniefractie? De leden van de ChristenUniefractie vragen het
kabinet verder of en hoe de lidstaten in de praktijk daadwerkelijk de maatregelen
op elkaar afstemmen. Vindt er ook afstemming plaats met niet EU-landen zoals Zwitserland
en de landen van de Westelijke Balkan, zo vragen deze leden? Ook willen deze leden
weten hoe het contact tussen met het Verenigd Koninkrijk verloopt ten aanzien van
de coronacrisis en in hoeverre er sprake is van afstemming met het Verenigd Koninkrijk
over het al dan niet versoepelen van maatregelen.
Verwacht het kabinet nog meer gezamenlijke aanbestedingen om voldoende medische en
persoonlijke beschermingsmiddelen voorhanden te hebben? Is deze manier van gezamenlijk
aanbesteden effectief gebleken, zo vragen de leden van de ChristenUniefractie? Wat
is de appreciatie van het kabinet van de tijdelijke beperkingen inzake de uitvoer
van persoonlijke beschermingsmiddelen? Hoe gaat Nederland invulling geven aan deze
regeling? In hoeverre zal dit naar verwachting bijdragen aan de beschikbaarheid van
persoonlijke (niet-medische) beschermingsmiddelen in de EU, zo vragen de leden van
de ChristenUniefractie? Op dit moment lijkt er in Nederland nog steeds sprake te zijn
van schaarste aan medische beschermingsmiddelen. In verschillende lidstaten wordt
nu steeds meer ook buiten de zorg gebruik gemaakt van persoonlijke beschermingsmiddelen.
Hoe verhouden de situatie in Nederland en andere lidstaten zich tot elkaar als het
gaat om beschikbaarheid van medische en persoonlijke beschermingsmiddelen, zo vragen
deze leden? In hoeverre is een gecoördineerde aanpak op het gebied van medische en
persoonlijke beschermingsmiddelen, mede in het licht van de exitstrategieën, wenselijk
om ervoor te zorgen dat de beschermingsmiddelen beschikbaar zijn op de plekken waar
ze het meest nodig zijn, zo vragen de leden van de ChristenUniefractie?
Economisch herstel
De leden van de VVD-fractie hebben met instemming kennisgenomen van de afwijzing van
het kabinet van eurobonds. Deze leden vragen het kabinet te bevestigen dat zij, conform
het regeerakkoord, niet akkoord zullen gaan met het invoeren van eurobonds.
De leden van de VVD-fractie merken op dat door sommige lidstaten elementen uit de
conclusies van 9 april heronderhandeld lijken te worden. Kan het kabinet bijvoorbeeld
bevestigen dat tijdelijkheid onderdeel uit blijft maken van het SURE-voorstel? Kan
het kabinet aangeven hoe deze tijdelijkheid geborgd zal worden? Kan het kabinet bevestigen
dat in het pakket van 9 april conditionaliteit bij de economische steun van het Europees
Stabiliteitsmechanisme (ESM) een onderdeel zal blijven?
De leden van de VVD-fractie vragen om meer duidelijkheid rondom de voorstellen over
het herstelfonds en het hernieuwde Meerjarig Financieel Kader (MFK). Kan het kabinet
aangeven wanneer zij verwacht dat de nieuwe voorstellen vanuit de Europese Commissie
hierover openbaar worden? Kan het kabinet bevestigen dat dit fonds gericht moet zijn
op het economisch herstel van lidstaten, in plaats van andere beleidsdoelen? De leden
van de VVD-fractie geven aan dat ook bij de discussie over het herstelfonds en het
MFK verstandige maatregelen de boventoon moeten voeren.
Kan het kabinet bevestigen dat zij op deze Europese Raad nog geen besluitvorming over
het herstelfonds en het MFK voorziet? Kan het kabinet de verwachte procedure schetsen?
Wanneer verwacht zij besluitvorming over beide onderwerpen? Wanneer dient besluitvorming
uiterlijk plaats te vinden? Wat zijn de consequenties indien er dan geen besluitvorming
heeft plaatsgevonden, zo vragen de leden van de VVD-fractie? Hoe wordt de Kamer betrokken
bij de besluitvorming?
De leden van de PVV-fractie merken op dat de besluiten van de Eurogroep voor wat betreft
de leningen van de nieuwe kredietlijn van het ESM door lidstaten anders worden uitgelegd.
Zo stelt het akkoord dat kosten gerelateerd moeten zijn aan gezondheidszorg of aan
preventie. Dit laatste kan volgens analisten ook geïnterpreteerd worden als de economische
kosten van de lockdown. Ook Eurocommissaris Dombrovskis heeft gesteld dat er een brede interpretatie komt
van welke kosten (lees: ook economische kosten) onder deze nieuwe ESM-kredietlijn
zonder condities vallen en dat niemand (inclusief Nederland) protesteerde toen Eurogroepvoorzitter
Centeno zeer expliciet aangaf dat deze brede interpretatie er komt. De leden van de
PVV-fractie vragen het kabinet hoe het gaat voorkomen dat de regels weer worden opgerekt?
Ook merken de leden van de PVV-fractie op dat er nog geen lidstaten zijn die hebben
aangegeven gebruik te willen maken van de ESM-kredietlijn. De leden van de PVV-fractie
willen weten of het kabinet verwacht dat lidstaten gebruik zullen maken van het ESM
en zo neen, waarom er dan zo veel politiek kapitaal in is gestoken?
Verder merken de leden van de PVV-fractie op dat er geen blokkerende minderheid is
bij het Nederlands voorstel voor het introduceren van een deadlineclausule waarmee
het SURE-instrument ophoudt. De leden van de PVV-fractie willen weten of dit erop
wijst dat SURE toch geen tijdelijk karakter heeft en vragen het kabinet welke maatregelen
het kabinet bereid is te treffen om ervoor te zorgen dat er toch een blokkerende minderheid
komt.
Ten slotte willen de leden van de PVV-fractie weten of het klopt dat de Europese Commissie
van plan is om een wederopbouwfonds van 1.500 miljard euro op te richten om het herstel
van de Europese economie na de coronacrisis te financieren en dat dit gefinancierd
wordt met uitgifte van eurobonds. Zo ja, hoe beoordeelt het kabinet dit wederopbouwfonds
en de wijze waarop het wordt gefinancierd? Kan het kabinet garanderen dat het niet
zal instemmen met de (verdere) uitgifte van gezamenlijke leningen, obligaties of eurobonds,
of alles wat daar op lijkt, die worden gegarandeerd door de EU-lidstaten? Kan het
kabinet garanderen dat het het plan voor een wederopbouwfonds van 1500 miljard euro,
zoals gelanceerd door Eurocommissaris Valdis Dombrovskis, resoluut naar de prullenbak
zal worden verwezen?
Welke gevolgen heeft dit alles voor de onderhandelingen over de nieuwe meerjarenbegroting,
zo vragen de leden van de PVV-fractie? Is het kabinet bereid in te zetten op een forse
verlaging van de (huidige) Nederlandse afdracht? Kan het kabinet garanderen dat we
op geen enkele wijze meer zullen gaan afdragen aan de EU, zo vragen deze leden? In
de geannoteerde agenda staat dat het pakket van 15,6 miljard euro noodhulp aan derde
landen ook nog eens zal worden aangevuld met 4 miljard euro aan bilaterale bijdragen
uit de lidstaten. Klopt dit, zo vragen de leden van de PVV-fractie? Kan het kabinet
toezeggen dat Nederland niet weer de portemonnee zal trekken voor extra noodhulp?
Aangaande het MFK komt de Europese Commissie met nieuwe voorstellen, zo weten de leden
van de CDA-fractie. Commissievoorzitter Von der Leyen heeft al aangekondigd dat het
MFK stevig omhoog moet. De leden van de CDA-fractie vragen wat de reactie hierop van
het Nederlandse kabinet is. De EU wil Corona bestrijden, ook met middelen. De CDA-fractie
heeft daarop een aantal vragen:
– Op welke terreinen heeft de EU hierin een meerwaarde?
– Hoe wordt ervoor gezorgd dat het niet weer gebeurt dat onder het mom van Corona-bestrijding
cohesiefondsen verdeeld worden op een manier die in geen verhouding staat tot de Coronaproblemen
in de afzonderlijke lidstaten?
Tevens willen de leden van de CDA-fractie benadrukken dat ook andere prioriteiten
van de EU niet verwaarloosd mogen worden, te denken aan gemeenschappelijke grenscontrole.
Deze leden vragen het kabinet ook in te brengen dat de EU moet inzetten op een nieuwe
Europese maakindustrie en dit een belangrijk onderdeel moet worden van het nieuwe
MFK.
De leden van de CDA-fractie merken op dat zij grote bedenkingen hebben bij een aantal
voorstellen die gedaan zijn voor het herstelfonds en dat er geen voorstel op tafel
ligt. Zij begrijpen heel goed dat andere regeringsleiders dit ter sprake zullen brengen
maar horen graag de toezegging dat a.) Er een volledig verslag komt wat landen voorstellen,
b.) Er met geen enkel voorstel ingestemd wordt (ook niet informeel), voordat het aan
de Kamer is voorgelegd. Dus ook niet met nieuwe leningen met het MFK als onderpand
om maar een voorbeeld te noemen, zo stellen de leden van de CDA-fractie.
De leden van de CDA-fractie merken in dit geval wellicht ten overvloed op dat er duidelijke
afspraken gemaakt zijn in het regeerakkoord en dat het kabinet de recente motie tegen
eurobonds en vergelijkbare instrumenten omarmd heeft en dat die aangenomen is. Deze
leden gaan er dus vanuit dat dit ook de leidraad van het kabinet zal zijn. De toezeggingen
die in deze paragraaf gevraagd worden, zijn essentieel en de leden van de CDA-fractie
verzoeken het kabinet hierop heldere toezeggingen te doen vóór dinsdagavond 21 april
2020. Indien er bilateraal voorstellen gedaan zijn, die in meerdere landen op steun
kunnen rekenen, stellen de leden van de CDA-fractie het op prijs om hierover, zo nodig
vertrouwelijk, geïnformeerd te worden.
De leden van de CDA-fractie vernemen graag van het kabinet of de regeringsleiders
voornemens zijn om de gemaakte afspraken in de EMU, zoals de uitgifte van singe limb CAC’s ook werkelijk uit te voeren of de afspraken die andere landen niet prettig vinden
van tafel verdwenen zijn. De leden van de CDA-fractie ontvangen graag een toezegging
dat deze afspraken nagekomen worden. Verder zouden deze leden graag een update ontvangen
van alle bedragen waar Nederland via EU-mechanismes voor garant staat op dit moment.
Dit betreft dus oa. EFSM, ESM, EIB, Junkerfondsen en Target-2. Wat is het maximale
bedrag dat Nederland moet betalen indien niemand zijn leningen terugbetaalt (en/of
de monetaire unie verlaat). Is dat bedrag op te brengen door Nederland, zo vragen
de leden van de CDA-fractie.
De leden van de CDA-fractie vernemen graag van het kabinet of zij de Italiaanse staatsschuld
houdbaar acht en waarop zij deze informatie baseert. De leden van de CDA-fractie vragen
het kabinet om een helder antwoord.
De leden van de D66-fractie hebben enkele vragen over het Recovery Fund als voorgesteld in de conclusies van de Eurogroep. Deze leden merken op dat het van
groot belang is dat er een budget komt dat helpt bij het economisch herstel van de
Europese economie. De leden van de D66-fractie merken op dat in de conclusies van
de Eurogroep staat dat «Subject to guidance from leaders, discussion on the legal and practical aspects
of such a fund, including its relations to the EU budget, its sources of financing
and on innovative financial instruments». Wat wordt hier volgens het kabinet concreet mee bedoeld? Wat behelst deze afspraak,
volgens het kabinet, zo vragen de leden van de D66-fractie? In de conclusies van de
eurogroep wordt aldus voorgesteld dat tijdens de Europese Top verder wordt gesproken
over de grootte en plaats van dit budget binnen het nieuwe MFK, en over de financiering
hiervan o.a. middels «innovative financial instruments». Verwacht het kabinet al over enkele voorstellen voor dergelijke instrumenten te
spreken tijdens de aanstaande Top? Zijn er in de ambtelijke en schriftelijke voorbereidingen
op de RAZ en deze Top al enkele voorstellen naar voren gekomen? Wordt er bijvoorbeeld
gekeken naar directe financiering van de begroting, bijvoorbeeld door ETS, plastictaks
en CO2-taks, zo vragen de leden van de D66-fractie? Welke voorstellen voor dergelijke
instrumenten zouden tijdens de Top mogelijk besproken kunnen worden? Voor welke van
deze voorstellen heeft het kabinet een positieve grondhouding? Hoe zou het kabinet
graag zelf zien dat deze innovative financial instruments verwezenlijkt worden, en hoe gaat het kabinet zich daarvoor in zetten, zo vragen
de leden van de D66-fractie?
De leden van de D66-fractie merken verder op dat de Franse president zich in onomwonden
termen heeft uitgesproken over de Nederlandse en Duitse opstelling in de onderhandelingen
over een Europees economisch antwoord op de crisis. Hoe apprecieert het kabinet de
oproep van president Macron, dat we nu vooral vooruit en naar de toekomst moeten kijken
en ons solidair op moeten stellen, in plaats van vast te enkelzijdig te blijven wijzen
op de begrotingsafspraken die in het verleden gemaakt zijn? Is het kabinet het eens
met president Macron dat «de knop om moet», en dat de prioriteit moet liggen in het
vinden van een gezamenlijke solidaire oplossing, zo vragen de leden van de D66-fractie?
Zo nee, waarom niet? En zo ja, op welke wijze gaat het kabinet zich daarvoor inzetten?
Ook merken de leden van de D66-fractie op dat deze week een uitzonderlijke gezamenlijke
oproep van de Franse en Duitse ambassadeurs werd gedaan in een Nederlandse krant.
Hoe apprecieert het kabinet deze oproep? Is het kabinet het eens met de ambassadeurs
van deze twee Europese partners, dat we als Europeanen een gezamenlijk en solidair
antwoord op deze crisis moeten vinden?
De leden van de GroenLinksfractie hebben een aantal vragen over de Nederlandse inzet
ten aanzien van investeringen voor een Europees herstel, onder andere vorm te geven
via een Europees «Recovery Fund». Is het kabinet het met Eurocommissaris Dombrovskis eens dat een omvang van ongeveer
1.500 miljard euro aan investeringen in de komende periode noodzakelijk is om het
Europese economische herstel vorm te geven? Wat betekent dit volgens het kabinet voor
de financiële inrichting van het aankomende MFK, zo vragen deze leden? Moet het Recovery Fund hier onderdeel van uitmaken en zo ja, op welke manier? Is het kabinet, net als Eurocommissaris
Hahn bereid om het MFK in te zetten als hefboom om via kapitaalmarkten financiering
op te halen, zo vragen de leden van de GroenLinksfractie? En is het kabinet binnen
een dergelijke aanpak ook bereid het begrotingsplafond van het MFK naar 2% te verhogen?
Is het kabinet het daarnaast met de leden van de GroenLinksfractie en vele economische
experts eens dat een dergelijk (mogelijk gedeeltelijk marktgefinancierd) herstel financieringen
met lange looptijden behoeft (bijvoorbeeld 30 jaar)? Wat wordt de inzet van het kabinet
op dit punt, zo vragen deze leden? De leden van de GroenLinksfractie vragen op dit
punt tenslotte wat volgens het kabinet aan de uitgavenkant de strategische prioritering
van de investeringen moet zijn. Wat is volgens het kabinet de samenhang tussen de
investeringen onder de Green Deal en het Recovery Fund? En hoe hangt dat samen met de vormgeving van het aankomende MFK, zo vragen de leden
van de GroenLinksfractie?
De leden van de GroenLinks-fractie merken op dat er grote tekorten zijn in het aanleggen
van voldoende voorraden van beschermingsmaterialen voor de gehele zorgsector. Hoewel
een groot deel van de productie van beschermingsmaterialen nu nog afkomstig is uit
China, zien de leden van de GroenLinksfractie steeds meer initiatieven van lidstaten
die nationale productieketens opzetten of opschalen. Vervolgens vragen de voornoemde
leden zich af in hoeverre een pan-Europese productielijn op poten gezet kan worden.
Is het kabinet bereid zich in te zetten om dergelijke industriepolitiek te voeren?
De leden van de SP-fractie hebben kennisgenomen van de ambitie van de Europese Commissie
om het volgende MFK 2021–2027 vrijwel volledig te gebruiken voor het tegengaan van
de negatieve sociale en economische gevolgen van Corona. Deze leden vragen het kabinet
op voorhand naar de appreciatie van dit idee. Wat heeft dit voor gevolgen voor de
andere plannen die waren gemaakt onder het MFK? Is dit niet een perfect moment voor
zelfreflectie vanuit de Europese Commissie over of het op sommige aspecten betreffende
het MFK een tandje minder zou mogen, in plaats van een voorstel wat volgens bronnen
in de buurt zou komen van 1500 miljard euro, wat vele malen meer is dan wat nu überhaupt
ter sprake kwam bij onderhandelingen over het MFK, zo vragen de leden van de SP-fractie?
Heeft het kabinet al enig idee hoe het herstelfonds van de EU eruit gaat zien? Wat
zijn de schattingen van de hoogte van dit fonds en waaruit zal dit betaald gaan worden?
Denkt het kabinet ook net als de ECB dat er rond de 1500 miljard euro nodig zal zijn
om de kosten van de crisis op te vangen? Verwacht het kabinet dat er wel gebruik zal
worden gemaakt van het ESM, aangezien veel landen het zien als denigrerend en Italië
er om die reden vooralsnog van af ziet, zo vragen de leden van de SP-fractie? Kan
het kabinet ook aangeven wat de precieze duiding is voor het op een «Groene» wijze
weer opstarten van de economie, zo vragen de leden van de SP-fractie? De leden van
de SP-fractie vragen het kabinet wat het vindt van een fonds «dat gemeenschappelijk
schuldpapier met gemeenschappelijke garantie kan uitgeven» zoals Frankrijk namens
president Macron voorstelt. Deze leden vragen om een toelichting. De leden van de
SP-fractie willen weten wat president Macron bedoelt als hij zegt dat hij verwacht
dat ze «bij zullen draaien» wat betreft de financiering van het herstel van de Europese
economieën? Gaat het kabinet meewerken met de creatie van een gezamenlijk Europees
fonds of een gezamenlijk budget van ongeveer 400 miljoen euro, bovenop de andere vormen
van noodsteun die nu al worden ingezet? De leden van de SP-fractie zijn positief over
de internationale insteek die het kabinet neemt ten tijde van de Coronacrisis. Internationale
solidariteit is altijd belangrijk en noodzakelijk, ook op dit moment. De leden van
de SP-fractie vragen het kabinet om duidelijkheid te geven wanneer er wordt overwogen
om financiële steun te geven in de vorm van giften of van leningen. Wanneer wordt
steun omgezet in een gift en wanneer in een lening? Waar is dit voornamelijk afhankelijk
van, zo vragen deze leden?
De leden van de PvdA-fractie zijn een voorstander van Europese economische maatregelen
om gezamenlijk de crisis het hoofd te bieden. Daadkrachtig optreden op Europees niveau
is nodig om werknemers, banen en de meest kwetsbaren in onze samenleving te beschermen.
In het vinden van gezamenlijke maatregelen is de opstelling van het kabinet, zowel
in het formaat van de Eurogroep als de Europese Raad, echter zeer schadelijk voor
het imago van Nederland geweest, zo constateren de leden van de PvdA-fractie. Terwijl
zwaar getroffen landen als Italië en Spanje de solidariteit van Europese partners
harder nodig hadden dan ooit, koos het kabinet ervoor middels een opgeheven vingertje
deze landen de les te lezen. In plaats van de verantwoordelijk als oprichter van de
EU in deze zware tijd te nemen, wordt de Europese inzet van Nederland door leiders
als de Portugese premier Costa, de Spaanse premier Sanchez en de Franse president
Macron – zoals gisteren geuit in de Financial Times 4 – zelfs in twijfel getrokken. Dit werd gisteren ook nog eens bevestigd door de uitzonderlijke
oproep tot meer solidariteit van de Duitse en Franse ambassadeurs in Nederland 5. Dit laat zien dat de schade die Nederland lijdt door de opstelling van Minister-President
Rutte en Minister van Financiën Hoekstra nog lang zal nagalmen in Europa, met als
gevolg dat de Nederlandse onderhandelingspositie langdurig wordt ondermijnd, zo menen
de leden van de PvdA-fractie. Hoe kan het dat ondanks de ervarenheid van de Minister-President
het kabinet een modderfiguur sloeg in Europa, zo vragen deze leden? En hoe gaat kabinet
in woord en daad deze houding rechtzetten zodat Nederland niet als paria van de EU
bekend komt te staan?
Het herstel van de geleden schade is alleen in daden uit te drukken. De discussie
omtrent het zogenaamde Europees «herstelfonds», waar de verklaring van de Eurogroep
naar verwees, is hiertoe een gelegenheid. Wat is de positie van het kabinet ten aanzien
van een dergelijk fonds voor het economische herstel in de EU, zo vragen de leden
van de PvdA-fractie? Is het kabinet bereid om te pleiten voor een omvangrijk herstelfonds
dat (economische) solidariteit tussen lidstaten bevordert?
De leden van de ChristenUniefractie stellen vast dat er op de komende Raadsvergaderingen
geen besluiten worden genomen. Het economisch herstel na de coronacrisis staat echter
wel op de agenda. Kan het kabinet toezeggen op de aankomende Raadsvergaderingen geen
onomkeerbare stappen te zetten ten aanzien van het herstelplan? Is het kabinet het
in dit verband met deze leden eens dat de uitlatingen van de Franse president Macron
in de Financial Times geen reden zijn om het Nederlandse standpunt over de manier
waarop we in Europa solidariteit betonen te veranderen. Is het kabinet het met de
leden van de ChristenUniefractie eens dat de Franse president hier wel heel grote
woorden gebruikt wanneer hij het Nederlandse kabinet gebrek aan solidariteit verwijt
en beweert dat Nederland de Europese Unie op het spel zet, terwijl de Franse regering
bijvoorbeeld de pensioenleeftijd niet wil verhogen? Deze leden zien reikhalzend uit
naar de beantwoording van het kabinet.
EU-extern
De leden van de VVD-fractie hebben enkele vragen over de repatriëring van Nederlanders
die vastzitten in Marokko. Klopt het dat Marokko zich bij grotere Europese landen
soepeler opstelt in het toestaan van repatriëringsvluchten? Kan het kabinet tijdens
de Europese Raad vragen om gezamenlijke Europese druk op Marokko om repatriëring toe
te staan, zo vragen deze leden?
De leden van de CDA-fractie verzoeken het kabinet er op in te zetten dat de EU binnen
de reeds geplande Afrikastrategie inzet op economische samenwerking en gezondheidssamenwerking.
Deze leden vragen het kabinet om er op in te zetten dat naast de middelen die de EU
zelf inzet een coördinerende rol gaat spelen om de inzet van lidstaten tot een zo
groot mogelijk resultaat te laten komen. De leden van de CDA-fractie vragen het kabinet
te benadrukken dat het van groot belang is dat de reguliere zorg in Afrika in stand
wordt gehouden en daar ook op wordt ingezet, tevens het inzetten op een versterkte
infrastructuur van zorgsystemen in ontwikkelingslanden, en het bieden van economisch
perspectief en openhouden van handel. Tevens verzoeken de leden van de CDA-fractie
dat Nederland oproept tot de ontwikkelen van global health strategie door de EU.
De leden van de CDA-fractie vragen het kabinet om aan te geven een strategie te ontwikkelen
voor de verspreiding van medische beschermingsmiddelen en vaccinatieplan maken voor
infrastructuur wanneer een vaccin in zich komt. Hoe wordt de energie besteed aan het
gezamenlijk bespoedigen van een vaccin en het beschikbaar hebben van het vaccin in
voldoende hoeveelheden voor alle lidstaten? Wordt daarvoor centraal productiecapaciteit
gereserveerd, zo vragen de leden van de CDA-fractie?
De leden van de CDA-fractie vragen het kabinet er voor te pleiten dat de EU zich zal
uitspreken richting de Verenigde Staten om stoppen van de financiering van de Wereldgezondheidsorganisatie
(WHO) te heroverwegen
De leden van de CDA-fractie vragen het kabinet er voor te pleiten om met het Verenigd
Koninkrijk heldere afspraken te maken over de voortgang van de Brexit-onderhandelingen.
Deze leden verzoeken het kabinet te pleiten voor uitstel van de onderhandelingen ten
behoeve van de Britse bevolking maar tevens vanwege de kwaliteit van het exit-verdrag.
Tenslotte vragen de leden van de CDA-fractie het kabinet in navolging van de Verenigde
Staten en het Verenigd Koninkrijk een onderzoek in te stellen naar de echtheid van
de berichtgeving over de oorsprong van het COVID-19 virus. Is er al zicht op het vinden
van patiënt 0 en het tijdstip dat deze crisis begon, zo vragen deze leden? Is China
in staat om dat onderzoek alleen te doen of is het gepaster dat dit internationaal
opgepakt wordt, zo vragen de leden van de CDA-fractie?
De leden van de GroenLinksfractie zijn onder de indruk van de oproep in de Financial
Times van 14 april van diverse Europese en Afrikaanse regeringsleiders, waaronder
de Nederlandse Minister-President, voor een solide internationaal steunpakket. Deze
leden zien dit als een sterk signaal voor de multilaterale benadering die het kabinet
voorstaat, en bovendien hard nodig nu de Verenigde Staten een andere weg lijkt te
kiezen. Wel hebben de leden van de GroenLinksfractie enige vragen over de invulling
van die oproep en zorgen over de verwezenlijking ervan. Welke concrete stappen worden
ondernomen om het stimuleringspakket ter waarde van 100 miljard dollar vorm te geven?
In hoeverre gaat het om middelen die additioneel zijn aan reeds toegezegde uitgaven
voor ontwikkelingssamenwerking, zo vragen deze leden? Hoe verhoudt deze oproep zich
tot het pakket van de Europese Commissie van 15,6 miljard euro? Klopt het dat slechts
2 miljard euro van dat pakket beschikbaar is voor Afrikaanse landen ten zuiden van
de Sahara? En hoe verhoudt de oproep in de Financial Times zich tot de Nederlandse
inzet, die zich vooralsnog beperkt tot een niet-additionele bijdrage van exact een
promille van het bedrag genoemd in die oproep, zo vragen de leden van de GroenLinksfractie?
Hoe zorgt het kabinet ervoor dat de financiële steun uit de oproep er ook daadwerkelijk
zal komen?
Tenslotte zijn de leden van de GroenLinksfractie benieuwd naar de oproep om ontwikkelingsuitgaven
te «ringfencen». Hoe verhoudt die oproep zich tot de inspanningsverplichting van rijke landen om
0,7% van het nationaal inkomen aan ODA te besteden en tot de verwachte economische
krimp als gevolg van de coronacrisis? Kan het kabinet garanderen dat de absolute ODA-uitgaven
van 2019 worden gehanteerd als ondergrens, zo vragen deze leden?
De leden van de SP-fractie constateren dat recentelijk de motie Marijnissen/Heerma
(Kamerstuk 25 295 nr.255) is aangenomen waarin het kabinet wordt opgeroepen om de productie van geneesmiddelen,
vaccins en beschermingsmateriaal voor zowel de korte als de lange termijn in ons land
en binnen Europa versterkt en uitgebreid kan worden. Deze leden vragen het kabinet
hoe het van plan is dit ook bij de komende gesprekken op Europees niveau ter sprake
te brengen, aangezien deze motie ook een duidelijk Europese component heeft. De leden
van de SP-fractie zijn blij te constateren dat Nederland heeft aangegeven voorstander
te zijn van een «patent pool» dat als voorstel is aangedragen bij de WHO door Costa Rica. De leden vragen het kabinet
om dit belangrijke onderwerp ook aan te kaarten bij de volgende overleggen op Europees
niveau om na te denken over een gezamenlijke Europees plan voor deze «patent pool».
De leden van de SP-fractie constateren dat de spanningen op het Europees niveau de
laatste weken flink zijn opgelopen en dat er ook veel kritiek is op de houding van
Nederland. Wat vindt het kabinet van de uitspraken van de Franse president Emmanuel
Macron waarin hij stelt dat Nederland de Europese Unie in gevaar brengt? Vindt het
kabinet de kritiek ofwel gepast ofwel terecht? Wat zijn op dit onderwerp de verwachtingen
van de komende informele Europese Top, zo vragen deze leden? Zijn er zaken afgestemd
met landen die qua denkwijze op dezelfde lijn zitten als Nederland, zoals bijvoorbeeld
Duitsland? Is te voorzien dat Nederland weer de vooruitgeschoven post zal zijn ter
verdediging van de punten van een aantal landen, en vindt het kabinet het wenselijk
dat Nederland dan weer als kop van jut wordt gebruikt? De leden van de SP-fractie
twijfelen flink over deze strategie voor nu en in de toekomstige EU overleggen.
De leden van de SP-fractie volgen de onderhandelingen over de Brexit nog steeds met
interesse, ook al hebben deze onderhandelingen lange tijd stilgelegen. Wat vindt het
kabinet van de uitspraken vanuit het Verenigd Koninkrijk dat zij niet zullen instemmen
met een verlenging van de deadline voor de Brexit-onderhandelingen? Wat wordt de inzet
van Nederland hierin, zo vragen deze leden? Wat verwacht het kabinet van de gesprekken
die de komende week waar plaats gaan vinden?
De leden van de SP-fractie zijn kritisch op de manier waarop de communicatie is gelopen
betreffende de verdeling van de Cohesiefondsen. Het kabinet geeft vooral tijdsgebrek
aan als argument voor de gebrekkige communicatie. Zou het kabinet het achteraf anders
hebben gedaan dan hoe het nu is verlopen, zo vragen de leden van de SP-fractie? Is
het niet juist nu extra relevant om de communicatie en de transparantie prioriteit
te geven? Vindt het kabinet het gebrek aan tijd op zichzelf ook niet een heel gebrekkig
argument, zo vragen deze leden?
Net als het kabinet zijn de leden van de PvdA-fractie voorstander van een multilaterale
benadering om de mondiale COVID-19 uitdaging het hoofd te bieden, waarbij de EU, de
VN en de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO), alsook de Wereldhandelsorganisatie, een
belangrijke rol te vervullen hebben. De PvdA-fractie betreurt dan ook zeer het besluit
van Amerikaans president Trump om de financiering voor de WHO een halt toe te roepen.
Gezien het feit dat internationale samenwerking op het gebied van de volksgezondheid
cruciaal is, is het kabinet bereid om samen met Europese landen de WHO extra te ondersteunen,
zo vragen de leden van de PvdA-fractie? Daarnaast verwelkomende deze leden het steunpakket
om derde landen te steunen met noodhulp, gezondheidssystemen te versterken en de (sociaaleconomische)
gevolgen van COVID-19 te mitigeren. Wat wel onbelicht blijft zijn de gevolgen voor
de allerarmsten die op informele wijze hun inkomen verdienen en nu buiten de boot
dreigen te vallen. De leden van de PvdA-fractie willen het kabinet vragen hier aandacht
voor te blijven vragen.
Wat het Verenigd Koninkrijk betreft, willen de leden van de ChristenUniefractie ook
graag weten wat de gevolgen van de coronacrisis zijn voor de onderhandelingen over
de Brexit. Verwacht het kabinet dat er uitstel komt van de einddatum, zo vragen deze
leden? Waar bereidt Nederland zich momenteel op voor? Hoe groot acht het kabinet de
kans op een harde Brexit? En bereidt Nederland zich daarop momenteel voor, zo vragen
de leden van de ChristenUniefractie?
Klimaatwet
De leden van de GroenLinksfractie zien met tevredenheid dat er in de EU veel draagvlak
lijkt te zijn om het herstelplan in lijn te laten zijn met de Green Deal en de groene ambities van de EU. Deze leden wijzen er op dat een groen herstelplan
breder is dan de energietransitie, het gaat immers ook om noodzakelijke transities
binnen de industrie, mobiliteit, landbouw en gebouwde omgeving, verder is het ook
van toepassing op bijvoorbeeld onderwerpen als biodiversiteit. Deze leden zijn erg
positief over de ondertekening van Nederland van de gezamenlijke brief van 9 april
2020. Zijn de lidstaten die deze brief niet hebben ondertekend ook tegen een groen
herstelplan of zijn er ook lidstaten die ambivalent hierover zijn en ervan overtuigd
kunnen worden dat het herstelplan een groen herstelplan moet zijn, zo vragen de leden
van de GroenLinksfractie? Deze leden vragen het kabinet om de Raad (en dan met name
landen als Hongarije en Polen) er met nadruk op te wijzen dat een effectief herstelpakket
en het uitvoeren van de Green Deal hand in hand gaan. Is het kabinet het met deze leden eens dat overheidssteun aan
bedrijven gekoppeld dient te worden aan voorwaarden rondom duurzaamheid? Hoe kan deze
voorwaardelijke overheidssteun precies worden vormgegeven?
De leden van de PvdA-fractie verwelkomen de Green Deal
6. Eurocommissaris Timmermans heeft recent in een open brief nogmaals op de voordelen
gewezen die de EU bovendien een groene doorstart kan geven waarbij de Unie zich gaat
richten op kwalitatieve groei, met een circulaire, duurzame en hoogst concurrerende
economie. Deelt het kabinet de mening dat dit in belangrijke mate een bijdrage levert
aan het behalen van de klimaatdoelstellingen en aansluit op de Klimaatwet, zo vragen
de leden van de PvdA-fractie? De Green Deal is een groeistrategie die tegelijkertijd ook ons milieu beschermt. Hernieuwbare energie
en schone technologieën vormen een enorm economisch en industrieel potentieel dat
een betere toekomst heeft dan een terugkeer naar een op koolstof gebaseerde economie,
geplaagd door onvoorspelbaarheid, in de woorden van de Eurocommissaris. Niet alleen
biedt de Green Deal voordelen voor het klimaat, het schept ook werkgelegenheid en economische groei.
Europa en Nederland kunnen hiermee sterker uit deze crisis komen, zo stellen de leden
van de PvdA-fractie. Hoe gaat het kabinet hier tijdens de Raad aandacht voor vragen,
zo vragen deze leden?
Solidariteit Europese Unie
De leden van de GroenLinksfractie zijn van mening dat deze crisis vraagt om Europese
solidariteit. Zo tonen de Duitsers solidariteit met Nederland door het opnemen van
tientallen corona-patiënten op de intensive care. De leden van de GroenLinksfractie
vrezen dat het COVID-19 virus nog een tijd onder ons is, waardoor intensievere Europese
samenwerking van groot belang kan zijn om pieken van ziekenhuisopnames op te vangen.
Deelt het kabinet deze urgentie en het belang van Europese samenwerking in de zorg?
Is het kabinet bereid om te kijken hoe deze samenwerking geïntensiveerd kan worden,
zo vragen de leden van de GroenLinksfractie? Wat voor rol ziet het kabinet voor Nederland
weggelegd, in het voornoemde kader?
De leden van de GroenLinksfractie hebben met interesse en instemming kennis genomen
van de gezamenlijke brief van de Franse en Duitse ambassadeur in het Algemeen Dagblad
van 16 april jl.7 Zij onderschrijven de optimistische oproep tot eenheid, solidariteit en ambitie van
de EU. Is het kabinet het eens is dat een dergelijke brief van twee EU-lidstaten wel
een heel ongebruikelijke stap is? Heeft het kabinet enig vermoeden heeft hoe ze tot
die stap zijn gekomen, vragen deze leden? Deze leden constateren dat er kennelijk
twijfel is gerezen over waar Nederland staat. Is het kabinet het eens dat dit onwenselijk
is, zo vragen de leden van de GroenLinksfractie? Kan het kabinet daarnaast een appreciatie
geven van deze brief, waarbij de Nederlandse inzet op de benoemde onderwerpen uiteen
wordt gezet, zo vragen deze leden?
Rechtsstatelijkheid coronamaatregelen (RAZ)
De leden van de D66-fractie hebben met lede ogen aangezien hoe het Hongaarse parlement
een wet aannam waarmee het zichzelf voor onbepaalde tijd buitenspel zet door de noodtoestand
zonder einddatum te verlengen. Hongaarse premier Orbán zette een nieuwe stap in het
afbreken van de democratie, zo stellen de leden van de D66-fractie. De aan het woord
zijnde leden zijn hierdoor geschokt en zijn van mening dat dit moet worden gestopt.
De Europese Unie dient te stoppen met het subsidiëren van Hongarije en de artikel
7-procedure tegen Hongarije dient zo snel mogelijk te worden voortgezet. De leden
van de D66-fractie vragen het kabinet graag om een reactie. Naast Hongarije zet ook
Polen op dit moment zorgelijke stappen: het tracht in het midden van de pandemie presidentiële
verkiezingen te houden en de kieswet zo te wijzigen dat het indruist tegen uitspraken
van het Poolse Constitutioneel Hof.
De leden van de D66-fractie hebben kennisgenomen van het «diplomatieke statement»
dat Nederland met een aantal andere EU-lidstaten heeft ondertekend, waarin wordt gesteld
dat noodmaatregelen om de COVID-19 crisis te bestrijden tijdelijk en proportioneel
moeten zijn, en dat deze de rechtsstaat en fundamentele rechten dienen te respecteren.
Dit statement noemde Hongarije niet expliciet, en dit leidde ertoe dat de Hongaarse
regering aan de pers liet weten dat het het statement ook steunt. Is het kabinet het
met de leden van de D66-fractie eens dat dit statement wél specifiek Hongarije had
moeten benoemen? Waarom wordt ook tevens in de geannoteerde agenda van de RAZ Hongarije
niet bij naam genoemd? Ook uit het verslag van de JBZ-raad van 6 april jl. blijkt
op geen enkele wijze dat het kabinet Hongarije tijdens deze Raad op de noodwet heeft
aangesproken. De leden van de D66-fractie vinden dit teleurstellend en vragen het
kabinet dat bij deze Raad Algemene Zaken wel te doen. Is daarnaast de premier bereidt,
nadat hij tijdens het debat op woensdag 1 april 2020 steun uitsprak voor de zorgen
die de leden van de D66-fractie hebben over de situatie in Hongarije,8 zo mogelijk tijdens de aankomende Europese Top maar anders in een bilateraal (video)gesprek,
Hongarije op deze noodwet aan te spreken? Zo nee, waarom niet?
Naast het op hoog ambtelijk niveau bespreken van deze serieuze zorgen, zijn de leden
van de D66-fractie van mening dat het kabinet meer stappen dient te zetten. Één daarvan
is het voortzetten van de artikel 7-procedure. In deze fase van de artikel 7-procedure
is een meerderheid van vier-vijfde van de leden van de Raad nodig die constateren
dat er een duidelijk gevaar bestaat voor een ernstige schending van de Europese waarden.
Is het kabinet bereid zo snel mogelijk deze vier-vijfde meerderheid te organiseren
in de Raad en lidstaten bilateraal aan te spreken om zich bij deze vier-vijfde meerderheid
aan te sluiten, zo vragen de leden van de D66-fractie? Hoe zal het kabinet zich ervoor
inspannen om de artikel 7- procedure van zowel Hongarije als Polen zo snel mogelijk
weer op de agenda van de Raad te krijgen? Hoe blijft het kabinet zich in de MFK-onderhandelingen
inzetten om een zo sterk en effectief mogelijke conditionaliteit inzake rechtsstatelijkheid
de eindstreep van de MFK-onderhandelingen te laten halen, zo vragen de leden van de
D66-fractie? Is het kabinet bereid de Europese Commissie te verzoeken de rechtmatigheid
van de besteding van Europese fondsen in Hongarije streng te controleren, onder artikel
142, eerste lid, onder a, van de Verordening 1303/2013 houdende gemeenschappelijke
bepalingen t.a.v. de verschillende fondsen (de zogeheten Common provisions regulation)? Kan het kabinet deze vragen apart beantwoorden, zo vragen de leden van de D66-fractie?
De leden van de GroenLinksfractie zijn opgelucht dat de Poolse regering uiteindelijk
heeft besloten een vergaande anti-abortuswet voorlopig in te trekken. Deze leden zijn
verheugd dat een deel van de Poolse samenleving zelfs in deze tijd heeft laten weten
hier niet van gediend te zijn. Zij wensen ten zeerste dat Polen definitief afziet
van verdere inperkingen van het abortusrecht. De leden van de GroenLinksfractie onderschrijven
het belang dat het kabinet hecht aan de vereisten van noodzakelijkheid, proportionaliteit
en tijdelijkheid, de waarden van de Unie en internationale verdragsverplichtingen
bij de invoering van coronamaatregelen. De leden van de GroenLinksfractie hebben kennisgenomen
van de verklaring die Nederland en andere EU-landen hebben uitgegeven om dit standpunt
te benadrukken. Helaas constateren deze leden dat door niet specifiek te zijn over
tegen welke landen deze verklaring was gericht, Hongarije zich hierbij heeft aangesloten
en het statement mede daardoor niet krachtig is geweest. Kan het kabinet reflecteren
op deze gekozen methode, zo vragen de leden van de GroenLinksfractie? Is het kabinet
van mening, net als de leden van de GroenLinksfractie, dat het zorgelijk is dat er
in Hongarije maatregelen worden geïmplementeerd die de vrijheid van meningsuiting
inperken en ook het per decreet invoeren van wetten die niets met de coronacrisis
te maken hebben? En is het kabinet van mening dat het zorgelijk is dat er in Polen
een omstreden kieswet is geïmplementeerd die onverenigbaar is met een uitspraak van
het Constitutioneel Hof en de waarden van de EU? Zo nee, waarom niet? Zo ja, is het
kabinet van plan dit expliciet tijdens de Raad te adresseren, als ook in bilaterale
contacten? Is het kabinet het met de GroenLinksfractie eens dat juist ook in tijden
van crisis, fundamentele waarden van de Unie overeind moeten blijven, en niet kunnen
wachten om besproken te worden tijdens een «gepast moment»? Zo nee, waarom niet? Kan
het kabinet aangeven of het kabinet het niet nu al gepast vindt dat de door Commissie
ingezette monitoring van coronamaatregelen resulteert in het ondernemen van noodzakelijke
actie zowel in juridisch als budgettair opzicht, zoals in ieder geval bij Hongarije
en Polen, zo vragen de leden van de GroenLinksfractie? Zo nee, waarom niet?
Tot slot hierover vragen de leden van de GroenLinksfractie welke mogelijkheden het
kabinet ziet om het maatschappelijk middenveld en onafhankelijke media in Hongarije
en Polen verder te ondersteunen, zeker gezien het hernieuwde urgente belang van onafhankelijke
verslaggeving in deze coronacrisis. Is het kabinet bereid hiertoe concrete actie te
ondernemen, zowel in de Raad als bilateraal, zo vragen deze leden?
De leden van de SP-fractie hebben veel zorgen over de democratie die in sommige landen
opzij wordt geschoven, waarbij de Coronacrisis als excuus wordt gebruikt. Zo gebeurt
dit helaas ook in de Europese Unie, en niet alleen bij landen die lid zijn, maar ook
landen die kandidaat-lid zijn van de Europese Unie. De leden van de SP-fractie zijn
blij om te lezen dat Nederland samen met een groot aantal andere Europese landen dezelfde
zorgen heeft geuit in een gezamenlijke verklaring gepubliceerd op 1 april, zij zien
dit als een goed begin. Kan het kabinet een appreciatie geven van de democratische
veranderingen die zijn doorgevoerd in met name Polen, Hongarije en Servië? Kan het
kabinet ook aangeven over welke landen nog meer zorgen zijn wat betreft dit onderwerp,
zo vragen de leden van de SP-fractie? Zou er niet gedacht moeten worden aan meer dwingende
maatregelen dan het opstellen van een gezamenlijke verklaring? Vinden zij het ook
niet ongelofelijk ironisch dat nota bene Hongarije deze verklaring heeft meegetekend
en laat dit niet precies zien dat deze verklaring te weinig vlees op de botten heeft?
Kan het kabinet er zich op zijn minst voor inzetten om een manier te vinden waarop
gegarandeerd wordt dat deze democratische beperkingen direct worden gestopt op het
moment dat de Coronacrisis voorbij is? Is het kabinet op de hoogte van de nieuwe wetten
die zijn aangenomen in Polen die de vrijheid van vrouwen wat betreft abortus inperkt
en tevens de seksuele voorlichting op scholen ernstig beperkt, zo vragen de leden
van de SP-fractie? Is het kabinet bereid om Polen hier op aan te spreken bij het komende
overleg? De leden van de SP-fractie zien dat ook de uitwisseling van beleidsmaatregelen
ten tijde van Corona worden gewisseld. In veel gevallen een goed idee, behalve voor
Polen en Hongarije die een loopje met de democratie en de rechtsstaat nemen en hier
de Corona crisis nog extra voor aangrijpen. Deze leden vragen het kabinet of in tegenstelling
tot deze landen, er ook landen geweest zijn die worden gezien als een goed voorbeeld
in deze tijden? Zijn er landen die een effectieve tactiek hebben waarbij delen ook
nu nog kunnen worden overgenomen door het kabinet, zo vragen de leden van de SP-fractie?
De leden van de PvdA-fractie steunen de inzet van het kabinet als het gaat om de aandacht
voor de rechtsstatelijke aspecten van de maatregelen die genomen worden bij de bestrijding
van COVID-19, de uitzonderlijke maatregelen die genomen worden in ingrijpen op bepaalde
grondrechten, zijn onder deze uitzonderlijke omstandigheden bij uitzondering toegestaan
vanuit het oogpunt van de bescherming van de volksgezondheid, echter voor deze maatregelen
geldt wel dat zij moeten voldoen aan vereisten van noodzakelijkheid, proportionaliteit
en tijdelijkheid, en dienen tevens de waarden van de Unie en internationale verdragsverplichtingen
te respecteren. De beginselen van rechtsstaat, democratie en grondrechten zijn daarbij
wel het uitgangspunt. De leden van de PvdA-fractie zijn blij met de inzet van het
kabinet op dit punt en willen vragen of het kabinet zich blijven met gelijkgezinde
lidstaten hier blijvend sterk voor wil maken. Dat het ingewikkeld en soms moeilijk
is hier in de snelheid der dingen aan alle aspecten mee te nemen bij de invoering
van de maatregelen neemt niet weg dat zij gedurende de looptijd gemonitord kunnen
worden en wanneer zij niet noodzakelijkerwijs binnen de grenzen van het betamelijke
blijven, waarbij niet altijd sprake hoeft de zijn van kwade opzet, is het kabinet
dan bereid dit in de Raad ter sprake te brengen, zo vragen de leden van de PvdA-fractie?
Er is steun voor voornemen van de Europese Commissie om de (toepassing van) noodwetgeving
in lidstaten te monitoren en vooralsnog zal dit in de Raad Algemene Zaken op een gepast
moment nader besproken worden, echter de tijd dringt en aangezien Nederland voornemens
is de Commissie op te roepen haar monitoring van alle noodmaatregelen (inclusief de
toepassing ervan) in de lidstaten voort te zetten, en indien noodzakelijk hier nadere
actie op te ondernemen, gaat het kabinet dit ook daadwerkelijk doen, zo vragen de
leden van de PvdA-fractie? Want het naleven van alle beginselen waarop de Unie is
gestoeld is van wezenlijk belang, ook voor de voorbeeldfunctie van de EU wereldwijd.
De leden van de fractie van de ChristenUnie vragen het kabinet of ook de rechtsstatelijke
aspecten een onderwerp van gesprek zullen zijn op de Raad Algemene Zaken? Deze leden
zouden het kabinet willen vragen dit te agenderen voor deze RAZ. Deze leden verwelkomen
het feit dat noodwetgeving die lidstaten nu aannemen gemonitord gaat worden. Ook zijn
de leden van de ChristenUniefractie blij met het initiatief waar het kabinet aan meegewerkt
heeft om met een aantal lidstaten een verklaring uit te brengen over het waarborgen
van democratie en rechtsstaat in relatie tot de bestrijding van het coronavirus. Hoeveel
landen hebben deze verklaring uiteindelijk ondertekend en hoe hebben de landen die
niet hebben ondertekend gereageerd op de verklaring, zo vragen deze leden? De leden
van de ChristenUniefractie vragen of het juist is dat ook Hongarije de verklaring
heeft ondertekend, en of het kabinet van mening is dat de Hongaarse noodwetgeving
in strijd is met deze verklaring en of het kabinet bereid is de Hongaarse regering
hierop aan te spreken. De leden Leijten (SP) en Van der Graaf (ChristenUnie) en Anne
Mulder (VVD) hebben schriftelijke vragen gesteld over de maatregelen die Hongarije
genomen heeft. Kan het kabinet deze vragen zo spoedig mogelijk beantwoorden met de
vragen uit dit schriftelijk overleg?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.S. Veldman, voorzitter van de vaste commissie voor Europese Zaken -
Mede ondertekenaar
H.P.C. Buisman, adjunct-griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.