Motie : Motie van het lid Laçin c.s. over doorzettingsmacht bij een besluit over wel of niet vliegen boven conflictgebieden
24 804 Veiligheidsbeleid Burgerluchtvaart
Nr. 107
MOTIE VAN HET LID LAÇIN C.S.
Voorgesteld 4 februari 2020
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat het in Nederland zo is geregeld dat individuele luchtvaartmaatschappijen
uiteindelijk beslissen welke routes zij vliegen en welke bestemmingen ze aandoen;
constaterende dat het in andere landen, waaronder de VS, het VK, Duitsland en Frankrijk,
mogelijk is dat overheden ingrijpen en het vliegen over en naar conflictgebieden kunnen
verbieden;
overwegende dat veiligheid een publieke taak is en het onwenselijk is dat luchtvaartmaatschappijen
hierin het laatste woord hebben;
overwegende dat het voor overheden mogelijk moet zijn om in te grijpen indien nodig
en noodzakelijk;
overwegende dat verschillende overheidsinstanties, de inlichtingendienst en de luchtvaartmaatschappijen
samen een expertgroep vormen;
verzoekt de regering, te verkennen of de overheidsinstanties binnen de expertgroep
doorzettingsmacht kunnen krijgen als het gaat om het besluit om wel of niet over en
naar conflictgebieden te vliegen en welke overheidsinstantie dan aanspreekbaar is
als eindverantwoordelijke,
en gaat over tot de orde van de dag.
Laçin
Ploumen
Graus
Indieners
-
Indiener
C. Laçin, Tweede Kamerlid -
Medeindiener
E.M.J. Ploumen, Tweede Kamerlid -
Medeindiener
Dion Graus, Kamerlid
Stemmingsuitslagen
Aangenomen met handopsteken
Fracties | Zetels | Voor/Tegen |
---|---|---|
VVD | 32 | Tegen |
PVV | 20 | Voor |
CDA | 19 | Voor |
D66 | 19 | Voor |
GroenLinks | 14 | Voor |
SP | 14 | Voor |
PvdA | 9 | Voor |
ChristenUnie | 5 | Voor |
50PLUS | 4 | Voor |
PvdD | 4 | Voor |
DENK | 3 | Voor |
SGP | 3 | Voor |
FVD | 2 | Voor |
Van Haga | 1 | Voor |
Van Kooten-Arissen | 1 | Voor |