Memorie van toelichting : Memorie van toelichting
35 350 XVII Wijziging van de begrotingsstaat van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII) voor het jaar 2019 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota)
Nr. 2
MEMORIE VAN TOELICHTING
A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL
Wetsartikelen 1
De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van
artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij de wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige
wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2019 wijzigingen aan te brengen in:
1. de departementale begrotingsstaat voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
(XVII)
De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van
deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).
De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking,
S.A.M. Kaag
B. BEGROTINGSTOELICHTING
1. Leeswijzer Begroting
De voorliggende Tweede suppletoire begroting bevat de voorgestelde wijzigingen ten
opzichte van de Eerste suppletoire begroting 2019 van hoofdstuk XVII van de begroting
van het Rijk.
In onderdeel 2 staan tabellen met toelichting over de belangrijkste mutaties op de
begroting voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking.
Onderdeel 3 bevat per beleidsartikel een tabel budgettaire gevolgen van beleid. Na
de tabel «budgettaire gevolgen van beleid» wordt een toelichting op de mutaties gegeven.
Hierbij worden per artikel de mutaties die groter of gelijk zijn aan de ondergrenzen
in onderstaande staffel conform de Rijksbegrotingsvoorschriften toegelicht. De wijzigingen
van de verplichtingen worden alleen toegelicht wanneer ze groter zijn dan 10% ten
opzichte van de vorige stand op artikelniveau.
De budgetten zijn op het niveau van artikelonderdeel verdeeld over een aantal financiële
instrumenten. Bij de uitvoering van BHOS-beleid wordt het meest effectieve instrument
of uitvoerende organisatie geselecteerd. De keuze van het instrument is niet vooraf
bekend en is daarom bij het opstellen van de begroting niet altijd goed te bepalen.
Dit verklaart waarom de budgetten op instrumentniveau in deze suppletoire begroting
veelvuldig wijzigen.
Tabel: Ondergrenzen conform Rijksbegrotingsvoorschriften
Omvang begrotingsartikel
(stand ontwerpbegroting)
in € miljoen
Beleidsmatige mutaties
(ondergrens in € miljoen)
Technische mutaties
(ondergrens in € miljoen)
< 50
1
2
=> 50 en < 200
2
4
=> 200 < 1.000
5
10
=> 1.000
10
20
2. Overzicht belangrijkste mutaties 2019
Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII):
In dit wetsvoorstel is een aantal begrotingswijzigingen opgenomen wat leidt tot een
verhoging van de geraamde uitgaven van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
(XVII) met EUR 27 miljoen in 2019.
Hieronder vindt u een overzicht van de meest in het oog springende wijzigingen in
de uitgaven ten opzichte van de Eerste suppletoire begroting 2019 voor Buitenlandse
Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII):
Artikel
Mutatie (EUR mln)
1.2
Versterkte Nederlandse Handels- en Investeringspositie en economische naamsbekendheid
– 14
1.3
Versterkte private sector en arbeidsmarkt in ontwikkelingslanden
– 11,4
4.1
Humanitaire hulp
10,6
4.3
Veiligheid en rechtstaatontwikkeling
– 15,5
5.4
Nog te verdelen i.v.m. wijzigingen BNI en/of toerekeningen
70
Toelichting
Artikel 1
Artikelonderdeel 1.2 Versterkte Nederlandse Handels- en Investeringspositie en economische
naamsbekendheid
De verlaging van het uitgavenbudget met EUR 14 miljoen heeft meerdere oorzaken. De
organisatie van de Global Entrepreneurship Summit bleef ruim binnen het budget en de liquiditeitsbehoefte voor Netherlands in Business (voorheen Werkplaats) viel lager uit. Uitgaven van de voor Invest NL International bestemde programmafondsen via Development Accelerator (FMO) vielen lager uit vanwege de tragere start van deze nieuwe vraaggestuurde projecten.
Tot slot is een betaling aan het Ministerie van LNV voor Centra voor Kennis en Technologie
uitgesteld.
Artikelonderdeel 1.3 Versterkte private sector en arbeidsmarkt in ontwikkelingslanden
Er is een verlaging van het uitgavenbudget met EUR 11,4 miljoen. Voornaamste oorzaak
is een later dan geplande start van het programma Challenge Fund for Youth Employment.
Artikel 4
Artikelonderdeel 4.1 Humanitaire hulp
Vanwege humanitaire noden is het budget verhoogd met EUR 10,6 miljoen vanuit de onderbesteding
op artikelonderdeel 4.3 Veiligheid en rechtstaatontwikkeling. De intensivering wordt
gebruikt voor het ophogen van de bijdragen aan UNHCR, ICRC, Soedan Humanitarian Fund, Jemen Humanitarian Fund en mogelijk UNRWA.
Artikelonderdeel 4.3 Veiligheid en rechtstaatontwikkeling
Het budget wordt neerwaarts bijgesteld met EUR 15,5 miljoen, voornamelijk vanwege
tegenvallers in de uitvoering van activiteiten van de posten Kabul (Afghanistan),
Kampala (Oeganda) en Juba (Zuid-Soedan). De neerwaartse bijstelling wordt binnen het
beleidsartikel gebruikt ter dekking van hogere uitgaven op humanitaire hulp en voor
het overige voor het terugbrengen van het saldo op beleidsartikel 5.4 Nog te verdelen.
Artikel 5
Artikelonderdeel 5.4 nog te verdelen i.v.m. wijzigingen BNI en/of toerekeningen
Het budget voor 5.4 «nog te verdelen» wordt met EUR 70 miljoen teruggebracht tot EUR
– 45 miljoen. Het betreft een saldo van teruggaven op diverse artikelen op de BHOS-begroting
waaronder Versterkte private sector en arbeidsmarkt in ontwikkelingslanden (artikel
1.3) en Veiligheid en Rechtstaatontwikkeling (4.3). Voorts komt EUR 30 miljoen ODA-budget
terug van de begroting van Buitenlandse Zaken. Het betreft onder andere budget uit
het Europees ontwikkelingsfonds, apparaat en het stabiliteitsfonds. Onderdeel van
het saldo is ook een overheveling naar de begroting van Justitie en Veiligheid van
EUR 19,5 miljoen voor eerstejaarsopvang van asielzoekers uit DAC-landen vanwege een
hogere instroomraming van asielzoekers voor 2019. Tot slot is het ODA-budget verhoogd
met EUR 30 miljoen als gevolg van een per saldo positieve BNI-bijstelling zoals gemeld
bij de Miljoenennota.
3. Toelichting per beleidsartikel
Beleidsartikel 1 Duurzame economische ontwikkeling, handel en investeringen
Beleidsartikel 1 Duurzame economische ontwikkeling, handel en investeringen
Bedragen in EUR 1.000
Stand ontwerpbegroting 2019
Stand 1e suppletoire begroting 2019
Mutaties 2e suppletoire begroting (3)
Stand 2e suppletoire begroting 2019
Mutaties Miljoenennota 2019
Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2019
(1)
(2)
(4)=(2+3)
Verplichtingen
410.767
575.177
175
222.009
797.361
waarvan garantieverplichtingen
129.000
129.000
129.000
Uitgaven:
Programma-uitgaven totaal
532.289
556.726
175
– 30.071
526.830
waarvan juridisch verplicht
91%
100%
1.1
Duurzaam handels- en investeringssysteem, incl. MVO
32.553
34.934
0
– 4.346
30.588
Subsidies
Beleidsondersteuning, evaluaties en onderzoek
3.623
4.546
– 281
4.265
Maatschappelijk verantwoord ondernemen
20.075
21.950
– 500
– 4.200
17.250
Opdrachten
Beleidsondersteuning internationaal economisch beleid (non-ODA)
2.185
2.243
0
13
2.256
Bijdrage aan agentschappen
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland
1.000
1.000
500
273
1.773
Bijdrage (inter)nationale organisaties
Contributies internationaal ondernemen (non-ODA)
5.670
5.195
0
– 151
5.044
1.2
Versterkte Nederlandse Handels- en Investeringspositie
107.919
117.042
175
– 14.355
102.862
Subsidies
Starters International Business (SIB)/ Programma Strategische Beurzen (non-ODA)
5.200
5.200
0
0
5.200
Partners for International Business (PIB) (non-ODA)
5.105
5.105
0
0
5.105
Demontratieprojecten, haalbaarheidsstudies en investeringsstudies (DHI) (non-ODA)
5.433
5.433
0
0
5.433
Dutch Trade and Investment Fund (non-ODA)
18.229
16.794
0
0
16.794
Versterking concurrentiepositie Nederland
9.200
6.500
0
– 2.079
4.421
Versterking economische functie
527
570
0
– 564
6
Aanvullende opdrachten
3.400
3.400
175
3.986
7.561
Overig (non-ODA)
9.225
2.686
0
– 2.686
0
Invest NL
9.000
9.000
0
– 3.712
5.288
Opdrachten
Wereldtentoonstelling Dubaï
4.300
4.300
0
0
4.300
Chinastrategie
0
700
0
– 600
100
GES
0
14.500
0
– 4.700
9.800
Bijdragen aan agentschappen
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (non-ODA)
32.900
37.454
0
– 4.000
33.454
Versterking economische functie (NBSO's via RVO) (non-ODA)
5.400
5.400
0
0
5.400
1.3
Versterkte private sector en arbeidsmarkt in ontwikkelingslanden
391.817
404.750
0
– 11.370
393.380
Subsidies
Marktontwikkeling in het kader van private sector development
37.117
37.650
0
0
37.650
Wet en regelgeving
3.100
3.100
0
0
3.100
Financiele sectorontwikkeling
6.000
10.000
0
– 5.000
5.000
Versterking privaat ondernemerschap
55.600
55.600
0
– 7.000
48.600
Infrastructuurontwikkeling
80.900
80.900
0
– 10.000
70.900
Werkgelegenheid
22.000
11.500
0
– 9.200
2.300
Samenwerking bedrijfsleven en PPP's
8.500
8.500
0
– 1.500
7.000
Versterking privaat ondernemerschap (non-ODA)
1.500
0
0
0
0
Technische assistentie DGGF
5.700
5.700
0
4.300
10.000
programma's Dutch Good Growth Fund
20.000
20.000
0
0
20.000
Leningen
programma's Dutch Good Growth Fund
35.000
25.000
0
0
25.000
Garanties
programma's Dutch Good Growth Fund
13.000
5.000
0
0
5.000
Opdrachten
Werkgelegenheid
3.000
10.000
0
– 800
9.200
Innovatie
5.000
5.000
0
0
5.000
Marktontwikkeling in het kader van private sector development
0
10.350
10.350
Bijdragen aan agentschappen
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland
36.000
36.000
0
0
36.000
Bijdragen (inter)nationale organisaties
International Labour Organization
5.700
5.700
0
– 960
4.740
Partnershipprogramma ILO
5.500
5.500
0
0
5.500
Landenprogramma's ondernemingsklimaat
7.400
25.200
0
– 2.360
22.840
Infrastructuurontwikkeling
20.000
20.000
0
0
20.000
Bedrijfsmatige technische bijstand
1.500
1.500
0
– 500
1.000
Werkgelegenheid
5.000
5.000
0
– 1.800
3.200
Marktontwikkeling in het kader van private sector development
6.400
10.000
0
– 3.000
7.000
Wet en regelgeving
1.900
5.900
0
0
5.900
Financiele sectorontwikkeling
6.000
12.000
0
13.000
25.000
Nexus onderwijs en werk
0
0
0
3.100
3.100
Ontvangsten
6.491
6.491
0
0
6.491
1.10
Ontvangsten duurzame economische ontwikkeling, handel en investeringen
3.491
3.491
0
0
3.491
1.30
Ontvangsten DGGF
3.000
3.000
0
0
3.000
Verplichtingen
Extra verplichtingenruimte is er voor infrastructuurontwikkeling subsidies (met name
DRIVE, Develop 2 Build, PPFIAF). Daarnaast zijn er nieuwe meerjarige programma’s in
de financiële sector (een programma in de MENA-regio door IFC, twee programma’s met
de AfDB en een programma met UNCDF). Ook voor duurzame productie is er een nieuw programma
(het FarmFit-Fonds van IDH). Verhoging van de verplichtingen wordt verder gebruikt
voor de bestrijding van kinderarbeid (voor het Fonds Bestrijding Kinderarbeid via
RVO en voor een subsidie aan het partnerschap van Coalitie Stop Kinderarbeid, UNICEF
Nederland en Save the Children Nederland). Daar staat een verlaging tegenover van de verplichtingen nu GES binnen
de geraamde kosten kon worden gerealiseerd.
Uitgaven
Artikel 1.1
Geen toelichting.
Artikel 1.2
De verlaging van het uitgavenbudget met EUR 14 miljoen heeft meerdere oorzaken. De
organisatie van de Global Entrepreneurship Summit bleef ruim binnen het budget en de liquiditeitsbehoefte voor Netherlands in Business (voorheen Werkplaats) viel lager uit. Uitgaven van de voor Invest NL International bestemde programmafondsen via Development Accelerator (FMO) vielen lager uit vanwege de tragere start van deze nieuwe vraaggestuurde projecten.
Een betaling aan het Ministerie van LNV voor Centra voor Kennis en Technologie is
uitgesteld. Ook zijn uitgaven verschoven naar komende jaren.
Artikel 1.3
Er is een verlaging van het uitgavenbudget met EUR 11 miljoen. Voornaamste oorzaak
is een later dan geplande start van het programma Challenge Fund for Youth Employment. Ook zijn er verschuivingen tussen een aantal instrumenten. Het betreft een verhoging
voor Nexus onderwijs en werk en verlagingen op Infrastructuurontwikkeling en Werkgelegenheid.
Meer aanlooptijd bleek nodig voor de start van lokale PSD-activiteiten. Hieruit zijn
de hogere bestedingen voor lopende en nieuwe activiteiten (AFAWA, UNCDF) voor de financiële
sector gefinancierd.
Beleidsartikel 2 Duurzame ontwikkeling, voedselzekerheid, water en klimaat
Beleidsartikel 2 Duurzame ontwikkeling, voedselzekerheid, water en klimaat
Bedragen in EUR 1.000
Stand ontwerpbegroting 2019
Stand 1e suppletoire begroting 2019
Mutaties 2e suppletoire begroting (3)
Stand 2e suppletoire begroting 2019
Mutaties Miljoenennota 2019
Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2019
(1)
(2)
(4)=(2+3)
Verplichtingen
461.310
942.976
0
192.551
1.135.527
Uitgaven:
Programma-uitgaven totaal
730.477
730.477
0
– 859
729.618
waarvan juridisch verplicht
95%
100%
2.1
Voedselzekerheid
339.295
339.295
0
1.000
340.295
Subsidies
Bevorderen inclusieve en duurzame groei in de agrarische sector
27.600
26.558
0
– 6.000
20.558
Kennis en capaciteitsopbouw ten behoeve van voedselzekerheid
32.000
31.407
0
2.000
33.407
Landenprogramma's voedselzekerheid
41.000
41.650
0
10.639
52.289
Bijdrage aan agentschappen
realiseren ecologische houdbare voedselsystemen
10.000
10.476
0
– 539
9.937
Kennis en capaciteitsopbouw t.b.v. voedselzekerheid
4.000
3.926
0
1.500
5.426
Landenprogramma's voedselzekerheid
5.000
5.079
0
0
5.079
Bijdragen (inter) nationale organisaties
Kennis en capaciteitsopbouw t.b.v. voedselzekerheid
18.000
17.667
0
2.500
20.167
realiseren ecologische houdbare voedselsystemen
23.595
24.720
0
– 8.000
16.720
Bevorderen inclusieve en duurzame groei in de agrarische sector
32.000
30.792
0
– 5.100
25.692
Landenprogramma's voedselzekerheid
121.100
123.020
0
8.000
131.020
Uitbannen huidige honger en voeding
25.000
24.000
0
– 4.000
20.000
2.2
Water
193.714
193.714
0
– 2.000
191.714
Subsidies
Integraal waterbeheer
27.944
29.075
0
0
29.075
Drinkwater en sanitatie
25 357
24.095
0
2.000
26.095
(Landenprogramma's) integraal waterbeheer
8.000
8.040
0
– 870
7.170
(Landenprogramma's) drinkwater en sanitatie
12.000
12.036
0
0
12.036
Opdrachten
Integraal waterbeheer
6.000
6.243
0
0
6.243
(Landenprogramma's) integraal waterbeheer
18.000
18.091
0
0
18.091
(Landenprogramma's) drinkwater en sanitatie
3.000
3.009
0
0
3.009
Bijdragen (inter) nationale organisaties
Integraal waterbeheer
14.000
14.566
0
– 2.000
12.566
Drinkwater en sanitatie
22.000
20.905
0
3.707
24.612
Landenprogramma's integraal waterbeheer
33.668
33.837
0
– 1.837
32.000
Landenprogramma's drinkwater en sanitatie
23.745
23.817
0
– 3.000
20.817
2.3
Klimaat
197.468
197.468
0
141
197.609
Subsidies
Hernieuwbare energie
18.500
18.500
0
0
18.500
Duurzaam gebruik natuurlijke hulpbronnen en klimaat algemeen
57.729
55.494
0
– 8.029
47.465
Nationaal Klimaatfonds
40.000
40.000
0
0
40.000
Bijdragen (inter) nationale organisaties
Hernieuwbare energie
24.500
24.500
0
5.029
29.529
Duurzaam gebruik natuurlijke hulpbronnen en klimaat algemeen
12.000
11.535
0
– 1.000
10.535
Klimaat: algemene vrijwillige en verplichte bijdragen
14.840
14.840
0
– 1.000
13.840
GEF
20.750
20.900
0
0
20.900
UNEP
7.142
7.142
0
5.000
12.142
Landenprogramma's klimaatbeleid
500
2.500
0
0
2.500
Centrale klimaat programma's (non-ODA)
1.150
1.700
0
141
1.841
Contributie IZA/IZT
357
357
0
0
357
Verplichtingen
Het verplichtingenbudget voor artikel 2 neemt toe met EUR 192,5 miljoen voor 2019.
Dit wordt veroorzaakt door de verhoging van het budget voor artikelonderdeel 2.2 «Water»
met EUR 37 miljoen. Deze vloeit voort uit nieuwe programmeringen voor onder andere
Aqua for All (een grootschalig en innovatief sanitatieprogramma), de medefinanciering van een
WASH-programma in Niger, de overbruggingsfase voor het FINISH-programma met WASTE
en de innovatieve financiering van het Valuing Water Initiative.
Naast de verhoging voor het artikelonderdeel «Water» zijn ook de verplichtingen voor
2019 voor artikelonderdeel 2.1 «Voedselzekerheid» verhoogd (EUR 85,5 miljoen) onder
andere voor programma’s voor de groei van de agrarische sector, waaronder een additionele
bijdrage aan CABI. Ook zijn verplichtingen voor kennis en capaciteitsopbouw aangegaan,
bijvoorbeeld voor de nieuwe fase van het CGIAR-programma en een verhoging van de bijdrage
aan het Young-Experts programma.
Verder is het verplichtingenbudget voor 2019 voor artikelonderdeel 2.3 «Klimaat» verhoogd
met EUR 70 miljoen. Deze verhogingen zijn bestemd voor nieuwe programmeringen en intensiveringen
op klimaat in het algemeen, zoals het Least Developed Countries Fund. Daarnaast is de verhoging bestemd voor additionele verplichtingen op het gebied
van hernieuwbare energie, zoals voor de Clean Cooking Alliance.
Uitgaven
Geen toelichting
Beleidsartikel 3 Sociale vooruitgang
Beleidsartikel 3 Sociale vooruitgang
Bedragen in EUR 1.000
Stand
ontwerp
begroting
2019
Stand
1e suppletoire
begroting
2019
Mutaties 2e suppletoire begroting (3)
Stand
2e suppletoire
begroting
2019
Mutaties
Miljoenennota
2019
Overige mutaties
2e suppletoire
begroting
2019
(1)
(2)
(4)=(2+3)
Verplichtingen
371.113
743.087
0
– 34.998
708.089
Uitgaven:
Programma-uitgaven totaal
791.093
798.798
0
– 4.258
794.540
waarvan juridisch verplicht
92%
100%
3.1
Seksuele en reproductieve gezondheid en rechten en hiv/aids
454.084
449.084
0
0
449.084
Subsidies
Landenprogramma's SRGR & hiv/aids
13.000
13.000
0
0
13.000
Centrale programma's SRGR & hiv/aids
144.381
134.481
0
5.326
139.807
Opdrachten
Landenprogramma's SRGR & hiv/aids
7.000
7.000
0
0
7.000
Centrale programma's SRGR & hiv/aids
500
500
0
0
500
Bijdragen (inter)nationale organisaties
Unicef
15.000
12.000
0
0
12.000
UNAIDS
20.000
20.000
0
0
20.000
Global Fund to Fight Aids, Malaria and Tuberculosis
55.300
55.300
0
0
55.300
UNFPA
70.000
68.000
0
– 12.926
55.074
WHO-PAHO
6.713
6.713
0
– 400
6.313
Partnershipprogramma WHO
15.216
17.013
0
0
17.013
Landenprogramma's SRGR & hiv/aids
77.974
96.100
0
0
96.100
Vrouwenrechten en keuzevrijheid.
10.000
10.000
0
8.000
18.000
Centrale programma's SRGR & hiv/aids
19.000
8.977
0
0
8.977
3.2
Vrouwenrechten en gendergelijkheid
52.439
52.439
0
0
52.439
Subsidies
Vrouwenrechten en gendergelijkheid
37.639
28.540
0
0
28.540
Bijdragen (inter)nationale organisaties
UNWOMEN
6.000
6.000
0
0
6.000
Landenprogramma's vrouwenrechten en gendergelijkheid
4.300
13.399
0
– 2.558
10.841
Vrouwenrechten en gendergelijkheid
4.500
4.500
0
2.558
7.058
3.3
Maatschappelijk middenveld
220.270
221.475
0
– 4.258
217.217
Subsidies
Strategische partnerschappen
203.270
203.270
0
– 4.258
199.012
Twinningsfaciliteit Suriname
2.000
3.205
0
0
3.205
Bijdragen (inter)nationale organisaties
Strategische partnerschappen
15.000
15.000
0
0
15.000
3.4
Onderwijs
64.300
75.800
0
0
75.800
Subsidies
Internationale hoger onderwijsprogramma's
37.300
42.300
0
20.000
62.300
Bijdragen (inter)nationale organisaties
Onderwijs met perspectief
27.000
33.500
0
– 20.000
13.500
Verplichtingen
Het verplichtingenbudget op artikel 3 «Sociale vooruitgang» daalt per saldo met EUR
35 miljoen in 2019. Deze verlaging komt vooral doordat geplande nieuwe verplichtingen
voor 2019 nu in 2020 zullen worden aangegaan, onder andere doordat identificatie van
nieuwe activiteiten vertraging heeft opgelopen.
Uitgaven
Artikelonderdeel 3.1 Seksuele en reproductieve gezondheid en rechten en hiv/aids
Geen toelichting
Artikelonderdeel 3.2 Vrouwenrechten en gendergelijkheid
Geen toelichting
Artikelonderdeel 3.3 Maatschappelijk middenveld
Het uitgavenbudget voor artikelonderdeel 3.3 «Versterking Maatschappelijk Middenveld»
daalt met EUR 4,2 miljoen. Deze verlaging is het resultaat van een lagere liquiditeitsbehoefte
voor 2019 bij de strategische partnerschappen.
Artikelonderdeel 3.4 Onderwijs
Geen toelichting
Beleidsartikel 4 Vrede en veiligheid voor ontwikkeling
Beleidsartikel 4 Vrede, veiligheid en duurzame ontwikkeling
Bedragen in EUR 1.000
Stand ontwerpbegroting 2019
Stand 1e suppletoire begroting 2019
Mutaties 2e suppletoire begroting (3)
Stand 2e suppletoire begroting 2019
Mutaties Miljoenennota 2019
Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2019
(1)
(2)
(4)=(2+3)
Verplichtingen
631.118
1.111.042
328.000
189.580
1.628.622
Uitgaven:
Programma-uitgaven totaal
787.260
790.260
0
– 4.900
785.360
waarvan juridisch verplicht
62%
100%
4.1
Humanitaire hulp
380.017
380.017
0
10.600
390.617
Subsidies
Noodhulpprogramma's
25.000
25.000
0
64.400
89.400
Bijdragen (inter)nationale organisaties
UNHCR
33.000
33.000
0
0
33.000
Wereldvoedselprogramma
36.000
36.000
0
0
36.000
UNRWA
13.000
13.000
0
0
13.000
Noodhulpprogramma's
269.000
269.000
0
– 53.800
215.200
Noodhulpprogramma's non-ODA
1.017
1.017
0
0
1.017
Onderwijs
3.000
3.000
0
0
3.000
4.2
Opvang en bescherming in de regio en migratiesamenwerking
172.000
172.000
0
0
172.000
Subsidies
Opvang in de regio
42.000
42.000
0
0
42.000
Migratie en ontwikkeling
12.750
12.750
0
0
12.750
Bijdragen (inter)nationale organisaties
Opvang in de regio
96.000
96.000
0
0
96.000
Migratie en ontwikkeling
21.250
21.250
0
0
21.250
4.3
Veiligheid en Rechtstaatontwikkeling
235.243
235.243
0
– 15.500
219.743
Subsidies
Legitieme en capabele overheid
15.000
15.874
0
– 2.950
12.924
Inclusieve politieke processen: vredesdialoog en conflictpreventie
11.000
12.106
0
6.012
18.118
Vredesdividend: werkgelegenheid en basisvoorzieningen
30.000
27.321
0
– 5.621
21.700
functionerende rechtsorde
18.000
3.951
0
10.324
14.275
Bijdragen (inter)nationale organisaties
Legitieme en capabele overheid
10.755
11.381
0
– 5.000
6.381
landenprogramma's legitieme en capabele overheid
1.500
0
0
0
0
Landenprogramma's functionerende rechtsorde
74.626
113.650
0
– 14.586
99.064
Landenprogramma's inclusieve en politieke processen; vredesdialoog en conflictpreventie
2.500
5.000
0
0
5.000
Inclusieve politieke processen: vredesdialoog en conflictpreventie
13.862
15.256
0
20.000
35.256
Vredesdividend: werkgelegenheid en basisvoorzieningen
26.000
23.679
0
– 23.679
0
functionerende rechtsorde
32.000
7.025
0
0
7.025
4.4
Noodhulpfonds
0
3.000
0
0
3.000
Bijdragen (inter)nationale organisaties
Noodhulpfonds
0
3.000
0
0
3.000
Verplichtingen
Het belangrijkste deel van ophoging van het verplichtingenbudget wordt veroorzaakt
door een verplichting voor humanitaire hulp van de Dutch Relief Alliance, die oorspronkelijk gebudgetteerd stond voor 2018, maar pas in 2019 is gematerialiseerd
(EUR 120 miljoen). Voor de realisatie van de voor 2019 begrote programma’s is dus
ophoging van het verplichtingenbudget nodig. Daarnaast is het verplichtingenbudget
verhoogd vanwege verschillende ophogingen voor opvang in de regio en migratiesamenwerking
(in verband met meerjarig subsidiekader Migratie in Ontwikkeling en bijdrage IOM)
en voor programma’s voor veiligheid en rechtstaatontwikkeling (Mali regionaal access
to justice programma, Wereldbank decentralisatie programma, anticorruptie programma
en antiradicaliseringsprogramma, Ethiopië opzet van een meerjarig programma ter ondersteuning
van vredesprocessen en politieke governance). De ophoging van het verplichtingenbudget
leidt niet tot een ophoging van het kasbudget voor 2019 voor beleidsartikel 4.
Uitgaven
Artikelonderdeel 4.1 Humanitaire hulp
Vanwege humanitaire noden is het budget verhoogd met EUR 10,6 miljoen vanuit de onderbesteding
op artikelonderdeel 4.3 Veiligheid en rechtstaatontwikkeling. De intensivering wordt
gebruikt voor het ophogen van de bijdragen aan UNHCR, ICRC, Soedan Humanitarian Fund, Jemen Humanitarian Fund en mogelijk UNRWA. De precieze uitwerking vindt op dit moment nog plaats. Het budget
hiervoor is daarom opgenomen onder het saldo van het instrument bijdragen noodhulpprogramma’s.
Met betrekking tot UNRWA heeft Nederland in juli 2019 besloten de Algemene Vrijwillige
Bijdrage voor UNRWA voorlopig aan te houden (Kamerbrief 26.150, nr. 181 betreffende
Nederlandse bijdrage UNRWA). Nederland gaat niet over tot betaling van financiële
bijdragen (van zowel de Algemene Vrijwillige Bijdrage als de reguliere eindejaarsbijdrage)
totdat de VN opheldering heeft gegeven over de aantijgingen en toereikend heeft opgetreden.
Zoals eerder bij uw Kamer onderstreept, vindt het kabinet de hulpverlening die UNRWA
biedt van essentieel belang voor de humanitaire situatie op de grond en stabiliteit
in de regio. De organisatie verleent de basisvoorzieningen aan vijf miljoen Palestijnse
vluchtelingen in de regio.
Artikelonderdeel 4.2 Opvang in de regio
Geen toelichting
Artikelonderdeel 4.3 Veiligheid en rechtstaatontwikkeling
Het budget wordt neerwaarts bijgesteld met EUR 15,5 miljoen, voornamelijk vanwege
tegenvallers in de uitvoering van activiteiten van de posten Kabul (Afghanistan),
Kampala (Oeganda) en Juba (Zuid-Soedan). Deze tegenvallers hebben betrekking op vertragingen
in de uitvoering van lopende projecten, projectvoorstellen die onvoldoende aan kwaliteitseisen
voldoen of die later dan gepland worden aangeleverd. De neerwaartse bijstelling wordt
binnen het beleidsartikel gebruikt ter dekking van hogere uitgaven op humanitaire
hulp en voor het overige voor het terugbrengen van het saldo op beleidsartikel 5.4
Nog te verdelen i.vm. wijzigingen BNI en/of toerekeningen.
Artikelonderdeel 4.4 Noodhulpfonds
Geen toelichting
Beleidsartikel 5 Versterkte kaders voor ontwikkeling
Beleidsartikel 5 Multilaterale samenwerking en overige inzet
Bedragen in EUR 1.000
Stand ontwerpbegroting 2019
Stand 1e suppletoire begroting 2019
Mutaties 2e suppletoire begroting (3)
Stand 2e suppletoire begroting 2019
Mutaties Miljoenennota 2019
Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2019
(1)
(2)
(4)=(2+3)
Verplichtingen
46.957
336.657
0
13.045
349.702
waarvan garantieverplichtingen
Uitgaven:
Programma-uitgaven totaal
255.005
126.587
30.359
36.614
193.560
waarvan juridisch verplicht
94%
100%
5.1
Multilaterale samenwerking
133.057
160.057
0
– 5.396
154.661
Bijdragen (inter)nationale organisaties
UNDP
28.000
30.000
0
0
30.000
UNICEF
18.000
33.000
0
0
33.000
UNIDO
1.950
1.950
0
– 367
1.583
Middelenaanvullingen multilaterale banken en fondsen
58.230
58.230
0
0
58.230
Kapitaalaanvullingen bij regionale ontwikkelingsbanken
6.476
6.476
0
– 3.029
3.447
Speciale multilaterale activiteiten
9.401
19.401
0
– 2.000
17.401
Assistent-deskundigen programma
11.000
11.000
0
0
11.000
5.2
Overig armoedebeleid
71.700
81.500
0
2.336
83.836
Subsidies
Kleine activiteiten posten en cultuur en ontwikkeling
6.500
6.500
0
807
7.307
Voorlichting op het terrein van ontwikkelingssamenwerking
250
250
0
0
250
Bijdragen (inter)nationale organisaties
Kleine activiteiten posten en cultuur en ontwikkeling
6.029
11.529
0
– 5.026
6.503
Schuldverlichting
52.521
53.304
0
0
53.304
Unesco
4.400
4.400
0
– 632
3.768
Overige
Kleine activiteiten posten en cultuur en ontwikkeling
2.000
1.930
0
0
1.930
Overig
3.587
0
– 1.013
2.574
Koerverschillen
0
0
0
8.200
8.200
5.4
Nog te verdelen i.v.m. wijzigingen BNI en/of toerekeningen
50.248
– 114.970
30.359
39.674
– 44.937
Ontvangsten
73.201
73.201
0
0
73.201
5.20
Ontvangsten en restituties met betrekking tot leningen
42.025
42.025
0
0
42.025
5.21
Ontvangsten OS
31.176
31.176
0
0
31.176
5.22
Koersverschillen OS
pm
pm
pm
0
pm
5.23
Diverse ontvangsten non-ODA
0
0
0
0
0
Verplichtingen
Geen toelichting
Uitgaven
Artikelonderdeel 5.1 Multilaterale samenwerking
Voornaamste reden is minder uitgaven voor kapitaalaanvulling AfDB en een verlaging
voor speciale multilaterale activiteiten.
Artikelonderdeel 5.2 Overig armoedebeleid
De verhoging is het saldo van een nadelige koersontwikkeling enerzijds en lagere uitgaven
voor algemene ODA-activiteiten op de posten anderzijds.
Buitenlandse Zaken werkt met een vooraf vastgestelde wisselkoers ten opzichte van
buitenlandse valuta (de corporate rate). Deze koers wordt samen met de presentatie van de begroting vastgesteld. Omdat bij
betalingen in buitenlandse valuta gedurende het jaar echter een verschil ontstaat
als gevolg van de werkelijk geldende koers, ontstaat er een saldo dat op dit artikelonderdeel
wordt verantwoord.
Artikelonderdeel 5.4 nog te verdelen i.v.m. wijzigingen BNI en/of toerekeningen
Het budget voor 5.4 «nog te verdelen» wordt met EUR 70 miljoen teruggebracht tot EUR
– 45 miljoen. Het betreft een saldo van teruggaven op diverse artikelen op de BHOS-begroting
waaronder Versterkte private sector en arbeidsmarkt in ontwikkelingslanden (artikel
1.3) en Veiligheid en Rechtstaatontwikkeling (4.3). Voorts komt EUR 30 miljoen ODA-budget
terug van de begroting van Buitenlandse Zaken. Het betreft onder andere budget uit
het Europees ontwikkelingsfonds, apparaat en het stabiliteitsfonds. Onderdeel van
het saldo is ook een overheveling naar de begroting van Justitie en Veiligheid van
EUR 19,5 miljoen voor eerstejaarsopvang van asielzoekers uit DAC-landen vanwege een
hogere instroomraming van asielzoekers voor 2019. Tot slot is het ODA-budget verhoogd
met EUR 30 miljoen als gevolg van een per saldo positieve BNI-bijstelling zoals gemeld
bij de Miljoenennota.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S.A.M. Kaag, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.