Inbreng verslag schriftelijk overleg : Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over o.a. de geannoteerde agenda voor de informele JBZ-Raad van 18-19 juli te Helsinki (Kamerstuk 32317-566)
2019D31229 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
De vaste commissie voor Justitie en Veiligheid heeft een aantal vragen en
opmerkingen voorgelegd over de geannoteerde agenda voor de informele JBZ-Raad van
18 en 19 juli 2019 te Helsinki (Kamerstuk 32 317, nr. 566), het verslag van de JBZ-Raad van 6 en 7 juni 2019 te Luxemburg (Kamerstuk 32 317, nr. 564) en de reactie op het verzoek van de commissie over het verslag over het functioneren
van de EU-vluchtelingenfaciliteit Turkije (Kamerstuk 32 317, nr. 562).
De voorzitter van de commissie, Van Meenen
De wnd-griffier van de commissie, Tielens-Tripels
Inhoudsopgave
Blz.
Inleiding
2
I.
Binnenlandse Zaken, Asiel en Migratie
2
1.
Werksessie I – De toekomst van EU interne veiligheid
2
2.
Werksessie II – De toekomst van migratiebeleid
3
3.
Werklunch – Kunstmatige Intelligentie
6
II.
Justitie, Grondrechten en Burgerschap
7
1.
Werksessie II – De toekomst van de justitiële samenwerking:strafrechtelijke samenwerking,
detentie en alternatieven
7
2.
Overig
7
Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Inleiding
De leden van de CDA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de geannoteerde
agenda voor de informele JBZ-raad van 18 en 19 juli in Helsinki. Zij hebben nog enkele
vragen.
De leden van de GroenLinks-fractie hebben kennisgenomen van de geannoteerde agenda.
De leden van de SP hebben kennisgenomen van de agenda van de JBZ-raad.
I. Binnenlandse Zaken, Asiel en Migratie
1. Werksessie I – De toekomst van EU interne veiligheid
De leden van de VVD-fractie vragen of het streven nog altijd is dat het Europees Openbaar
Ministerie (EOM) volledig operationeel is in 2020. Hoe groot schat u de kansen in
dat dat gaat lukken? Deze leden vinden het van belang dat het mandaat van het EOM
niet wordt uitgebreid. Eerst moet worden gekeken of het EOM in zijn huidige vorm überhaupt
goed functioneert en meerwaarde heeft voordat over mandaatuitbreiding kan worden nagedacht.,
en deelt u deze mening? Op welke wijze heeft u dit standpunt naar voren gebracht?
Hoe staan andere EU-lidstaten hierin? Kunt u een krachtenveld geven hieromtrent?
De aan het woord zijnde leden maken zich al lange tijd zorgen over het ontbreken van
een goede dataretentierichtlijn, want dit bemoeilijkt de misdaadbestrijding. Deze
leden vinden het lastig te accepteren dat privacy op deze manier een schild wordt
waarachter criminelen zich kunnen verschuilen. Deelt u deze zorg? Hoe staat het met
de voornemens van de Europese Commissie voor een nieuwe richtlijn? Waarom moet dit
zo lang duren? Is iets bekend over een mogelijke koerswijziging van de toekomstige
Europese Commissie? Wat doet u teneinde de (nieuwe) Europese Commissie tot spoed te
manen?
Voornoemde leden complimenteren u met uw snelle optreden naar aanleiding van recente
uitspraken van het Europees Hof van Justitie over het Europees Aanhoudingsbevel (C-508/18
OG en C-82/19 PPU PI). Als gevolg van deze uitspraken moest de Nederlandse Overleveringswet
worden gewijzigd. Is de gewijzigde Overleveringswet inmiddels in werking getreden?
Hoe lang heeft de situatie geduurd dat Nederland als gevolg van bovengenoemde uitspraken
geen Europees aanhoudingsbevel kon uitvaardigen? Wat zijn hiervan de gevolgen geweest?
Tijdens het algemeen overleg terrorisme en extremisme op 26 juni 2019 hebben de leden
van de VVD-fractie hun zorgen geuit over de samenwerking tussen de Ministers van Europese
landen op het gebied van terrorismebestrijding, specifiek op het gebied van terugkeerders
uit IS-gebied. Deze leden achten het van groot belang dat landen elkaar op de hoogte
houden van het beleid ten aanzien van terugkeerders. U heeft tijdens het zojuist genoemde
algemeen overleg de toezegging gedaan de samenwerking met uw collega’s te intensiveren.
Voornoemde leden houden u graag aan deze toezegging en willen op de hoogte gehouden
worden over de ontwikkelingen van deze samenwerking.
De leden van de CDA-fractie vragen of andere EU-lidstaten formeel of informeel hun
prioritering voor het komend vijfjarig werkprogramma van de EU op het gebied van JBZ
bekend hebben gemaakt. Zo ja, welke prioriteiten willen andere EU-lidstaten stellen
en hoe verhouden deze zich tot de Nederlandse inzet?
2. Werksessie II – De toekomst van migratiebeleid
De leden van de VVD-fractie lezen in de geannoteerde agenda dat het Fins voorzitterschap
de alomvattende aanpak langs de gehele migratieroute benadrukt. Daarbij worden onder
meer mogelijkheden voor hervestiging en legale routes genoemd. Zal Nederland blijven
benadrukken dat een voorwaarde voor (meer) hervestiging is, dat voldoende adequate
opvang in veilige landen in de regio is gerealiseerd en de instroom naar Europa drastisch
is gedaald? Voornoemde leden vragen hoe het staat met de uitvoering van het ontschepen
van migranten in de regio. Zal Nederland volop inzetten op de voortgang van ontschepingsregelingen
en opvang buiten Europees grondgebied, waartoe de Europese regeringsleiders in juni
2018 hebben besloten? Zeker nu het Fins voorzitterschap wel spreekt over onderhandelen
over een tijdelijk mechanisme van gecontroleerde centra op Europees grondgebied, maar
niet schrijft over ontscheping en opvang buiten Europa.
De leden van de PVV-fractie merken op dat tijdens de informele JBZ-Raad van 18-19 juli
gesproken zal worden over de toekomst van het Europese migratiebeleid. Er zal een
discussiedocument worden verspreid op basis waarvan bepaald zal worden hoe het
migratiebeleid van de EU er de komende jaren uit zal gaan zien. Deze leden willen
dit document graag ontvangen tezamen met de daarop door Nederland ingenomen standpunten
en het krachtenveld binnen de EU zodat de Kamer zicht krijgt wat de Nederlandse regering
in EU-verband bekokstooft. Dit ook teneinde blokkerende minderheden/meerderheden te
kunnen vormen om het destructieve en gevaarlijke beleid van de open grenzen te bestrijden.
Een van de ideeën die blijkbaar de bobo’s in Brussel hebben postgevat is dat als we
niet willen dat de inbrekers via de ramen naar binnen dringen, dat we dan maar beter
de voordeur open kunnen laten staan. Het idee van de zogenaamde legale wegen voor
illegale migratie is hier een uitstekend voorbeeld van. de aan het woord zijnde leden
zijn mordicus tegen dit beleid van het belonen van illegale migratie. Zij willen de
controle over ons toelatingsbeleid terug naar Nederland halen en zelf bepalen wie
en of we iemand de toegang tot Nederland verschaffen.
Opvang in de regio is de beste optie om illegale migratie tegen te gaan. Op het moment
dat men in veilige buurlanden is aangeland is per direct de dreiging, waarvoor men
meent te moeten vluchten, verdwenen. Een asielaanvraag in Nederland, vaak vele duizenden
kilometers en tientallen veilige landen verder, dient om die reden dan ook te worden
afgewezen. Onze asielcentra zitten vol veiligelanders, mensen die hier helemaal niet
hadden mogen zijn en hier de boel komen verstieren. Die moeten linea recta terug naar
het land van herkomst. Wat gaat u tijdens de informele JBZ-Raad ondernemen om dit
af te dwingen? Zolang deze illegale en vaak overlast veroorzakende asielzoekers niet
worden uitgezet, dienen ze tenminste te worden vastgezet om zo de overlast voor omwonenden
en kosten voor de Nederlandse samenleving te beperken. Wat gaat u tijdens de informele
JBZ-Raad doen om de EU-dictaten die dit belemmeren c.q. verbieden of moeilijk maken,
in te trekken? Welke landen vindt Nederland aan haar zijde om deze foute EU-regels
aan te passen?
Ten aanzien van criminele schepen van allerlei NGO’s zoals Sea Watch 3, Alain Kurdi
etc., merken de leden van de PPV-fractie het volgende op. Gaat u tijdens de informele
JBZ-Raad met gelijkgestemde landen, zoals Italië, optrekken om te zorgen dat in lijn
met de motie Emiel van Dijk/Fritsma (19 637, nr. 2513), de Sea Watch 3, nooit meer onder Nederlandse vlag migranten in Noord Afrika gaat
oppikken? Kunt u de Italiaanse overheid van dit standpunt van de Kamer op de hoogte
brengen, zodat duidelijk is dat Nederland de facilitering van mensensmokkel niet tolereert
en Italië hierbij in Nederland een bondgenoot vindt? Zo nee, waarom niet?
Ten aanzien van de «samenwerking» met derde landen om hun onderdanen terug te nemen,
merken de leden van de PVV-fractie het volgende op. Kunt u uitleggen waarom bijvoorbeeld
Zweden en Spanje wel overeenkomsten hebben gesloten met Marokko om vervelende illegale
Marokkanen terug te nemen, en Nederland nog steeds illegale en overlast gevende Marokkanen
tolereert? Deelt u de mening dat landen die weigeren hun onderdanen terug te nemen,
per direct moeten worden gekort op hun ontwikkelingshulp, de landingsrechten van hun
luchtvaartmaatschappijen moeten worden ingetrokken en toeristische visa moeten worden
geweigerd om maar een kleine greep uit het grote aantal mogelijkheden te geven?
Ten aanzien van de permanente herverdeling van (illegale) migranten over de EU, merken
de leden van de PVV-fractie nog het volgende op. Italië en Malta zinspelen op een
mechanisme voor permanente herverdeling van migranten over de EU. Kunt u garanderen
dat u nooit namens Nederland met een dergelijk instrument akkoord zal gaan, zeker
gezien de aanzuigende werking die hiervan uitgaat en het signaal dit geeft aan de
mensensmokkelaars inclusief criminele NGO’s?
De leden van de D66-fractie blijven bezorgd over de stilstand in de discussie over
het Europese asielbeleid en het ontbreken van een fatsoenlijke en duurzame ontschepingsoplossing.
Op welke manier gaat u zich inzetten om deze discussie vlot te trekken? In het verslag
van de bijeenkomst van de JBZ-raad van 6 en 7 juni 2019 lezen de aan het woord zijnde
leden dat u in lijn met de motie Groothuizen c.s. gepleit heeft voor de robuuste inzet
van politieke en diplomatieke middelen om de evacuatie uit Libische detentiecentra
van door UNCHR erkende vluchtelingen te bespoedigen. Bovengenoemde leden vragen wat
de respons was van andere EU-lidstaten, en wat dit pleidooi concreet heeft opgeleverd.
Hoeveel vluchtelingen en migranten bevinden zich momenteel nog in de Libische detentiecentra
en hoeveel daarvan hebben zicht op een evacuatie op korte termijn? Hoeveel vluchtelingen
en migranten bevinden zich momenteel in het door UNHCR gerunde Gathering and Departure
Faciliteit (GDF) in Libië, in Niger als onderdeel van het Emergency Transit Mechanisme,
en hoeveel van deze vluchtelingen kunnen op korte termijn worden hervestigd? Tevens
vragen voornoemde leden of de 50 geëvacueerde vluchtelingen uit Libië die door de
Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) geselecteerd waren voor hervestiging in Nederland
in mei jl. al in Nederland zijn aangekomen. Welke hervestigingsmissies staan voor
het komende jaar nog op de planning en is dit aantal voldoende om het jaarlijks afgesproken
quotum van 500 hervestigingen te halen?
Vanwege de stilstand in de discussie over het Europese asielsysteem is meerdere malen
aangedrongen op het vinden van een tijdelijke oplossing voor de ontscheping op de
Middellandse Zee. Hoewel de leden van de D66-fractie voorstander zijn van een duurzame
oplossing voor de lange termijn, zien zij ook de noodzaak van een tijdelijke oplossing
op korte termijn om een einde te maken aan ad hoc ontscheping. Deze ledenvragen wat
de huidige stand van zaken is omtrent het vinden van een tijdelijke oplossing en wat
uw inschatting is dat hier op korte termijn een oplossing gevonden wordt. Op welke
punten is volgens u nog geen overeenstemming en welke mogelijke oplossingen ziet u
hiervoor? Welke houding verwacht u van de andere lidstaten als het gaat om het vinden
van een snelle oplossing? Wat verwacht u van het Finse voorzitterschap op dit punt?
De leden van de D66-fractie vragen tevens hoe het gaat met operatie Sophia. Wat is
de stand van zaken in de onderhandelingen over het mandaat dat op 30 september 2019
afloopt? In hoeverre wordt overwogen om op korte termijn weer marineschepen in te
zetten voor operatie Sophia? Wat zijn hierbij de overwegingen? Welk standpunt neemt
Nederland hierbij in? Wat is het krachtenveld? In hoeverre zijn er nog opvallende
resultaten te melden naar aanleiding van de monitoring van de Libische kustwacht sinds
deze enkel via de lucht plaatsvindt?
De aan het woord zijnde leden vragen wat wordt verwacht van het Fins voorzitterschap
als het gaat om het vlot trekken van de discussie over een gezamenlijk Europees asielbeleid
en in het bijzonder het GEAS-pakket. Welke kansen ziet u op voortgang ten aanzien
van de individuele voorstellen en ten aanzien van het gehele pakket?
De leden van de D66-fractie lezen in het nieuw gepubliceerde werkprogramma dat Finland
heeft uitgesproken dat zij de één-pakket benadering zo goed als kansloos acht, en
daarom wil focussen op het aannemen van voorstellen waar wel overeenstemming over
is. Deelt u deze opvatting? Zo ja, welke voorstellen verwacht u dat er op korte termijn
aangenomen kunnen worden en wat zal daarbij de opstelling van Nederland zijn? In hoeverre
ziet u nog een kans in plaats van enkel losse voorstellen aan te nemen, het GEAS-pakket
in kleinere subpakketten op te knippen en overeenstemming te vinden over deze subpakketten?
De leden van de GroenLinks-fractie brengen in herinnering dat de Kamer op 4 juli de
moties van het lid Van Ojik (Kamerstuk 19 637, nrs. 2515 en 2516) heeft aangenomen, waarin u wordt opgeroepen zich bilateraal en binnen de EU voor
in te zetten dat migranten die door de Libische kustwacht terug worden geleid naar
Libië naar opvanglocaties worden gebracht die onder toezicht van UNHCR staan, en om
er samen met andere landen voor te zorgen dat migranten die nog in detentiecentra
rond Tripoli zitten hier zo snel mogelijk uit geëvacueerd worden en naar een veilige
plek worden gebracht. Deze leden vragen of u deze twee punten in zal brengen tijdens
de werksessie over het migratiebeleid, en zo ja, of u de Kamer direct na afloop van
de JBZ-raad wilt informeren over de resultaten. Voornoemde leden vragen voorts welke
concrete resultaten u zult trachten te bereiken op de informele JBZ-raad om op zeer
korte termijn extra stappen te kunnen zetten.
De leden van de GroenLinks-fractie hebben kennisgenomen van het verslag van de JBZ-raad
op 6 en 7 juni te Luxemburg. Zij vragen u een appreciatie te geven wanneer het Europees
parlement naar verwachting haar standpunt zal bepalen ten aanzien van de Terugkeerrichtlijn.
Kunt u toelichten wat u bedoelt met de «uniformiteit en benodigde flexibiliteit» van
de voorstellen in het kader van het Meerjarig Financieel Kader (MFK)?
De leden van de SP-fractie vragen of u exact kunt aangeven wat op de JBZ-raad wordt
ondernomen naar aanleiding van het verzoek van de VVD tijdens het algemeen overleg
over vreemdelingen- en asielbeleid op 4 juli jl. U zegde toe te inventariseren waar
de grens ligt tussen het faciliteren van mensensmokkel enerzijds en het redden van
drenkelingen anderzijds. Het is deze leden niet duidelijk wat u precies gaat doen.
Gaat u om een onderzoek vragen in de JBZ-Raad? Gaat u zelf onderzoek doen? Wanneer
komt u met resultaten naar de Kamer? Kunt u bevestigen dat drenkelingen te allen tijde
gered dienen te worden? De mensonterende en gevaarlijke migratie door de Sahara en
over de Middellandse Zee moet zoveel mogelijk worden ingedamd. Europa dient bescherming
te bieden aan de meest kwetsbare vluchtelingen, bij voorkeur door middel van hervestiging.
Gaat u ervoor zorgen dat een land als Niger veel meer hulp krijgt bij de opvang van
vluchtelingen en het bestrijden van mensensmokkel, zodat er weer plek vrijkomt vluchtelingen
uit het door oorlog geteisterde Libië te halen en de detentiecentra aldaar gesloten
kunnen worden? Wat is de stand van zaken als het gaat om de opvang en hervestiging
van vluchtelingen vanuit Niger? Hoeveel mensen komen in aanmerking voor hervestiging?
Hoeveel mensen worden daadwerkelijk gehervestigd door de EU en door Nederland? Wat
is de inzet van de regering omtrent de aantallen te hervestigen vluchtelingen?
De leden van de SP-fractie merken op dat de aanvraag voor een noodremprocedure voor
het opschorten van de visumliberalisatie met Albanië is mislukt. U heeft geen referentieperiode
opgegeven, zo lezen zij in de brief van de EU commissaris. Daarom is geen vergelijking
gemaakt met de periode dat voor Albanezen nog een visumplicht gold. De EU heeft maart–april
2018 vergeleken met maart-april 2019 en geen grote verschillen geconstateerd. Wat
voornoemde leden betreft had vanzelfsprekend een vergelijking moeten worden gemaakt
met de periode van vóór de visumliberalisatie. Waarom is niet heel duidelijk aangegeven
dat sinds de visumliberalisatie de problemen met criminele Albanezen in Nederland
enorm zijn toegenomen? Gaat u alsnog zorgen voor een uitspraak op basis van een vergelijking
met de periode van voor de visumliberalisatie? Dit is volledig in de geest van de
aangenomen motie hieromtrent. Wat gaat u nog meer ondernemen teneinde de ongecontroleerde
toegang van criminele Albanezen een halt toe te roepen? Deelt u de mening dat geen
sprake kan zijn van toetreding van Albanië tot de EU? Gaat u dat duidelijk maken bij
de komende JBZ-raad? Gaat u in Helsinki – conform de uitspraken van Minister-President
Rutte voor de verkiezingen – duidelijk maken dat geen sprake kan zijn van toetreding
van Roemenië en Bulgarije tot de Schengenzone?
Het laatste wat we op dit moment kunnen gebruiken, zo vinden de aan het woord zijnde
leden, is een verdere destabilisering van het Midden-Oosten. De huidige bewegingen
van de VS richting Iran en vice versa, baren de leden van de SP-fractie grote zorgen.
Escalatie zal vele miljoenen mensen kunnen treffen en op de vlucht doen slaan. Deelt
u deze mening, zo vragen deze leden. Gaat u op de komende de JBZ-raad aandringen op
de-escalatie inzake de kwestie Iran?
3. Werklunch – Kunstmatige Intelligentie
De leden van de CDA-fractie lezen in de geannoteerde agenda dat er tijdens een werklunch
gesproken zal worden over kunstmatige intelligentie. Deze leden delen de mening dat
er een mensgerichte aanpak dient te zijn wanneer het om kunstmatige intelligentie
gaat, in het bijzonder wanneer het gaat om de toepassing van kunstmatige intelligentie
door de overheid. Kunt u aandacht besteden aan het borgen van grondrechten en ethiek
bij het verder uitwerken van toepassingen van kunstmatige intelligentie in Europa
zoals ook bedoeld in motie Amhaouch c.s. (Kamerstuk 26 643, nr. 566)?
II Justitie, grondrechten en burgerschap
1. Werksessie II – De toekomst van de justitiële samenwerking: strafrechtelijke samenwerking,
detentie en alternatieven
De leden van de CDA-fractie lezen dat het Finse voorzitterschap werk wil maken van
het aandacht besteden aan alternatieve straffen. Daartoe worden drie vragen gesteld
door het Finse voorzitterschap. De eerste vraag betreft een consultatie van alle lidstaten
en hun ervaringen met alternatieve straffen. Voornoemde leden vragen u welke beste
praktijken uit Nederland ten aanzien van alternatieve straffen door u genoemd zullen
gaan worden en waarom. Verder vragen de aan het woord zijnde leden hoe zij het onderdeel
uit de geannoteerde agenda moeten lezen waarin wordt gesteld dat er geen behoefte
is aan nieuwe wetgeving op het terrein van het gevangeniswezen of alternatieven voor
detentie. Betekent dit dat u niet openstaat voor ervaringen uit de andere landen?
2. Overig
De leden van de VVD-fractie maken graag van de gelegenheid gebruik te vragen naar
de voortgang van het voorstel van de Europese Commissie voor een richtlijn over representatieve
vorderingen ter bescherming van de collectieve belangen van consumenten (COM 2018
(184). Zij vragen dit in het kader van het onlangs aangenomen wetsvoorstel wet afwikkeling
massaschade in collectieve actie (Kamerstuk 34 608). Zal de voorgenomen richtlijn van de Europese Commissie consequenties hebben voor
dit reeds aangenomen wetsvoorstel? Zo ja, welke?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
P.H. van Meenen, voorzitter van de vaste commissie voor Justitie en Veiligheid -
Mede ondertekenaar
P.F.L.M. Tielens-Tripels, griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.