Motie : Motie van het lid Kuiken c.s. over een situatie van schrijnendheid in een latere fase van de procedure
19 637 Vreemdelingenbeleid
Nr. 2467
MOTIE VAN HET LID KUIKEN C.S.
Voorgesteld 30 januari 2019
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid verantwoordelijk is
en blijft voor de uitvoering van het vreemdelingenbeleid;
overwegende dat ook nadat de directeur van de IND zijn oordeel heeft gegeven, er in
een latere fase van de procedure een situatie van schrijnendheid kan worden aangevoerd;
van mening dat de afschaffing van het kinderpardon niet betekent dat er in de toekomst
nooit meer coulant kan worden omgegaan met hier gewortelde kinderen en/of andere individuele
gevallen;
spreekt uit dat er ook in de toekomst ruimte blijft om aan de wet zodanig invulling
te geven dat er in het geval er in individuele zaken sprake is van een schrijnende
toestand waardoor uitzetting niet aan de orde kan zijn, een besluit tot uitzetting
kan worden teruggedraaid,
en gaat over tot de orde van de dag.
Kuiken
Van Ojik
Akerboom
Indieners
-
Indiener
A.H. Kuiken, Tweede Kamerlid -
Medeindiener
E.S. Akerboom, Tweede Kamerlid -
Medeindiener
A. van Ojik, Tweede Kamerlid
Stemmingsuitslagen
Verworpen met handopsteken
Fracties | Zetels | Voor/Tegen |
---|---|---|
VVD | 33 | Tegen |
PVV | 20 | Tegen |
CDA | 19 | Tegen |
D66 | 19 | Tegen |
GroenLinks | 14 | Voor |
SP | 14 | Voor |
PvdA | 9 | Voor |
ChristenUnie | 5 | Tegen |
PvdD | 5 | Voor |
50PLUS | 4 | Tegen |
DENK | 3 | Voor |
SGP | 3 | Tegen |
FVD | 2 | Tegen |