Motie : Motie van het lid Kuzu over eventuele aantasting van de democratische grondrechten door de Israëlische regering
35 000 V Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) voor het jaar 2019
Nr. 39
MOTIE VAN HET LID KUZU
Voorgesteld 15 november 2018
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de Israëlische regering heeft erkend dat zij aanhangers van de BDS-beweging,
en personen en organisaties die zij daartoe rekent, systematisch monitort en soms
intimideert en hindert;
overwegende dat het waarschijnlijk is dat dit ook in Nederland gebeurt en Nederlandse
burgers en organisaties treft;
overwegende dat uitlatingen en activiteiten in het kader van BDS door de vrijheid
van meningsuiting en van vergadering beschermd zouden moeten worden en dus een democratisch
grondrecht zijn;
verzoekt de regering om, te onderzoeken of en op welke wijze de Israëlische regering
de democratische grondrechten van Nederlandse burgers die hun vrijheid van meningsuiting
en van vergadering uitoefenen, aantast, en de Kamer over de bevindingen te informeren,
en gaat over tot de orde van de dag.
Kuzu
Indieners
-
Indiener
T. Kuzu, Tweede Kamerlid