Brief regering : De laatste ontwikkelingen omtrent de Nederlandse deelnemers aan de Global Sumud Flotilla
23 432 De situatie in het Midden-Oosten
Nr. 613 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 8 oktober 2025
Met deze brief geef ik uitvoering aan de toezegging tijdens het commissiedebat Staat
van het Consulaire 2024 en 2025 van 2 oktober jl. om een Kamerbrief te sturen over
de situatie van de Nederlandse opvarenden van de Global Sumud Flotilla (hierna: Flotilla)
als daar nieuwe ontwikkelingen over te melden zijn.1
Op 5 en 6 oktober jl. hebben de tien Nederlandse deelnemers aan de Flotilla Israël
verlaten via twee vluchten naar Madrid en Bratislava. De Nederlandse ambassades ter
plaatse hebben hen daar opgevangen en op weg geholpen met hun doorreis naar Nederland.
Ook konden zij de Nederlandse deelnemers faciliteren bij het contact met hun familie
in Nederland.
Sinds de onderschepping van de schepen van de Flotilla door de Israëlische autoriteiten
op 1 en 2 oktober jl. heeft het kabinet zich op alle mogelijke niveaus ingezet voor
een spoedig vertrek van alle betrokken Nederlanders uit Israël. Daarnaast heeft het
Ministerie van Buitenlandse Zaken in contacten met de Israëlische autoriteiten meermaals
aangedrongen op een goede behandeling van de Nederlandse deelnemers.
Het Ministerie van Buitenlandse Zaken heeft voorafgaand aan en tijdens de periode
van detentie in Israël consulaire bijstand verleend aan de Nederlandse deelnemers
en aan hun familieleden die daar om verzochten. Tevens is bij de Israëlische autoriteiten
het verzoek gedaan om een onderbouwing te krijgen van de juridische basis voor het
Israëlische handelen.
De Minister van Buitenlandse Zaken, D.M. van Weel
Indieners
-
Indiener
D.M. van Weel, minister van Buitenlandse Zaken