Brief regering : Geannoteerde agenda voor de Raad Algemene Zaken van 21 oktober 2025
21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken
Nr. 3259 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 3 oktober 2025
Hierbij bied ik de geannoteerde agenda aan voor de Raad Algemene Zaken van 21 oktober
2025.
De Minister van Buitenlandse Zaken, D.M. van Weel
GEANNOTEERDE AGENDA RAAD ALGEMENE ZAKEN VAN 21 oktober 2025
Op dinsdag 21 oktober vindt de Raad Algemene Zaken (RAZ) plaats in Luxemburg. Tijdens
deze bijeenkomst zal de Raad spreken over het Meerjarig Financieel Kader, de voortgang
op vereenvoudiging van EU-wetgeving, de voorbereiding van de Europese Raad op 23 en
24 oktober, de artikel 7-procedure van Hongarije, en het aangekondigde initiatief
voor het zogeheten European Democracy Shield. De Minister van Buitenlandse Zaken is niet in de gelegenheid deel te nemen. Nederland
zal worden vertegenwoordigd door de Permanente Vertegenwoordiger van Nederland bij
de EU.
Meerjarig Financieel Kader
Tijdens de Raad zal een eerste bespreking over het nieuwe Meerjarig Financieel Kader
(hierna: MFK) plaatsvinden. De onderhandelingen over het MFK en het Eigenmiddelenbesluit
(EMB) in de ER worden gestructureerd via de zogeheten negotiating box, ofwel onderhandelingsdocument. Het Deense voorzitterschap streeft naar een eerste
behandeling van het onderhandelingsdocument tijdens de Europese Raad (ER) in december.
In aanloop naar deze ER werkt het Deense Voorzitterschap het onderhandelingsdocument
uit via drie besprekingen in de RAZ, welke zijn voorzien op 21 oktober, 17 november
en 16 december. Op 30 september jl. heeft het Deense voorzitterschap het eerste deel
van haar concept onderhandelingsdocument gepresenteerd inzake de horizontale elementen
en de tweede pijler (Europees concurrentievermogen) van het MFK-voorstel. Tijdens
de RAZ van 21 oktober zal er gesproken worden over dit eerste deel van het onderhandelingsdocument.
De vormgeving van het volgend MFK biedt een kans voor de EU om huidige en toekomstige
uitdagingen te adresseren en tastbare resultaten te blijven leveren voor burgers en
bedrijven. Voor de welvaart en veiligheid van Nederland is de EU van essentieel belang,
zeker in het huidige tijdsgewricht. Modernisering van de Europese begroting draagt
hieraan bij. Het kabinet zet hierbij in op het versterken van het Europees concurrentievermogen
met een sterke interne markt en inzet op onderzoek en innovatie als fundament, een
stevig migratie- en asielbeleid, en veiligheid en defensie.1 Het kabinet is echter kritisch op de voorziene stijging van de Nederlandse EU-afdrachten
als gevolg van de voorstellen. Het ontbreekt volgens het kabinet aan afdoende scherpe
financiële keuzes in het voorstel. Daarom zal het kabinet inzetten op een verlaging
van het voorgestelde MFK waarbij de modernisering overeind dient te blijven.
Versimpeling wetgevingspakketten
De Raad bespreekt de voortgang van de Commissie en de lidstaten op het vereenvoudigen
van EU-wetgeving via zogeheten «omnibus-simplificatiepakketten». De Commissie zal
het jaarlijkse voortgangsrapport naar verwachting tijdens de Raad presenteren. Het
kabinet zet sterk in op vermindering van onnodige regeldruk en verwelkomt daarom de
ambitieuze agenda van de Commissie en het principe van omnibusvoorstellen als middel
om regeldruk te verlagen, wetgeving te stroomlijnen en uitvoerbaarheid te verbeteren.
Tegelijkertijd benadrukt het kabinet het belang van gedegen effectbeoordelingen en
let het op dat beleidsdoelstellingen niet worden ondermijnd.
Voorbereiding Europese Raad d.d. 23–24 oktober
De Raad zal de ER van 23 en 24 oktober aanstaande voorbereiden. Op de agenda van de
ER staan momenteel de Russische agressie tegen Oekraïne, de situatie in het Midden-Oosten,
Europese veiligheid en defensie, concurrentievermogen en de dubbele transitie (waaronder
het 2040-klimaatdoel), de problematiek rondom knellende regelgeving ten aanzien van
huisvesting en migratie. De inzet van het demissionaire kabinet wordt toegelicht in
de geannoteerde agenda van de ER. Nederland zal conform de in de geannoteerde agenda
geformuleerde inzet interveniëren, waar opportuun, tijdens de Raad.
Artikel 7 Hongarije hoorzitting
De Raad zal Hongarije voor de negende keer horen sinds de start van de artikel 7-procedure
op 12 september 2018. De artikel 7-procedure tegen Hongarije is gericht op de aanhoudende
zorgen over onder meer de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht, corruptie en
belangenverstrengeling, ruimte voor het maatschappelijk middenveld, gelijke rechten
voor minderheden, academische vrijheid en mediavrijheid, privacy en gegevensbescherming.
Tijdens de hoorzitting kunnen de lidstaten Hongarije bevragen over de rechtsstaatsproblematiek
die aan de procedure ten grondslag ligt.
Er bestaan nog altijd serieuze zorgen over de rechtsstaat in Hongarije. Daarover is
uw Kamer onder meer geïnformeerd in de kabinetsappreciatie van 29 augustus jl. over
het horizontale deel van het rechtsstaatrapport 2025.2 Het kabinet heeft grote zorgen over de politieke beïnvloeding van de rechterlijke
macht, de nalatige aanpak van (grootschalige) corruptie, gebrek aan mediapluralisme
en de krimpende ruimte voor het maatschappelijk middenveld. De gezamenlijke Benelux-interventie
zal opnieuw aandacht vragen voor de problematiek rondom deze thema’s en Hongarije
oproepen tot hervormingen.
Het kabinet vindt het van belang dat het gehele EU-rechtsstaatinstrumentarium wordt
ingezet om op te treden tegen de rechtsstatelijke zorgen met betrekking tot Hongarije,
waaronder via de artikel 7-procedure. Het kabinet blijft, in uitvoering van de motie
Paternotte/Van Campen3, actief het gesprek met andere lidstaten voeren over de mogelijkheden om de artikel 7-procedure
verder te brengen. De benodigde meerderheden om concrete stappen in de artikel 7-procedure
te zetten zijn echter momenteel nog niet in zicht. Bij wijzigingen in het krachtenveld
informeert het kabinet uw Kamer daarover.
European Democracy Shield
De Raad spreekt tijdens de werklunch over het aangekondigde European Democracy Shield, een niet-wetgevend initiatief van de Commissie dat Nederland steunt. Het kabinet
ziet het beschermen van de democratische rechtsstaat tegen ongewenste buitenlandse
beïnvloeding als een gezamenlijke verantwoordelijkheid en zet zich in voor het versterken
van de democratische weerbaarheid in de EU. De mededeling van de Commissie hierover
wordt in november verwacht. Uw Kamer wordt t.z.t. via een BNC-fiche geïnformeerd.
Indieners
-
Indiener
D.M. van Weel, minister van Buitenlandse Zaken
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.