Brief regering : Aanpak ondermijnende criminaliteit, goed bestuur en integriteit in de Caribische landen van het Koninkrijk
36 800 IV Vaststelling van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2026
Nr. 7
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES EN DE
MINISTER VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 29 september 2025
Tijdens het begrotingsdebat van 23 oktober 2024 deed de Staatssecretaris van Binnenlandse
Zaken en Koninkrijksrelaties een toezegging aan lid Aukje de Vries (VVD) om tot een
effectievere en stevigere aanpak op het gebied van ondermijning en corruptie te komen.
Op 23 januari jl. diende lid Aukje de Vries tijdens het verzameldebat CAS tevens een
motie in om «in de nieuwe aanpak voor goed bestuur in te zetten op een stevigere aanpak
op het gebied van fraudebestrijding, ondermijnende criminaliteit, bestrijding van
corruptie en het bevorderen van integriteit».1
In deze brief geven wij, de Minister van Justitie en Veiligheid en de Staatssecretaris
van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, gezien onze beide betrokkenheid bij
de onderwerpen ondermijning, corruptie en integriteit, opvolging aan zowel de toezegging
als de motie. Conform de inhoud van de motie richten wij ons hierbij op de autonome
landen Aruba, Curaçao en Sint Maarten.2
De aanpak van grensoverschrijdende en ondermijnende criminaliteit, fraudebestrijding,
de bestrijding van corruptie en het bevorderen van integriteit zijn primair autonome
landsaangelegenheden. Tegelijkertijd onderschrijven alle landen in het Koninkrijk
het belang van samenwerking om de rechtsstaat en goed bestuur te versterken. Nederland
ondersteunt Aruba, Curaçao en Sint Maarten door capaciteit, expertise en middelen
ter beschikking te stellen voor de bestrijding van ondermijning. Dit is ook in het
belang van Nederland; immers het tegengaan van ondermijning in de Caribisch laden
van het Koninkrijk kan voorkomen dat criminele netwerken via de Latijns-Amerikaanse
en Caribische (LAC-)regio een toegangspoort vinden naar Europa, en zo de veiligheid
en integriteit van de Nederlandse samenleving ondermijnen.
In deze brief gaan wij in op de inzet en ondersteuning die Nederland biedt om de strafrechtelijke
en bestuurlijke aanpak van ondermijnende criminaliteit in Aruba, Curaçao en Sint Maarten
te versterken, zoals die reeds bestaat met focus op fraudebestrijding, de bestrijding
van corruptie en het bevorderen van integriteit. Tevens beschrijven wij de gezamenlijke
ambities binnen het Koninkrijk om hier steviger en effectiever op te acteren. Ten
slotte lichten wij toe hoe Nederland samen met Aruba, Curaçao en Sint Maarten werkt
aan goed bestuur en integriteit. In het Justitieel Vierpartijen Overleg (JVO) in januari
2026 zal nader gesproken worden over de brede ondermijningsproblematiek, zoals die
wordt ervaren in het Caribisch deel van het Koninkrijk.
Aanpak van ondermijnende criminaliteit
De aanpak van ondermijnende criminaliteit in het Caribisch deel van het Koninkrijk
is al geruime tijd een prioriteit van de Nederlandse regering. Ondermijning is een
breed begrip dat uiteenlopende vormen van georganiseerde criminaliteit, bestuurlijke
kwetsbaarheid, misbruik van kwetsbare groepen en vermenging van onder- en bovenwereld
omvat. Steeds vaker zien wij dat criminele individuen en netwerken, zowel in Nederland
als in Aruba, in Curaçao en in Sint Maarten, gebruik (proberen te) maken van legale
structuren, zoals (overheids)bedrijven, overheden en financiële instellingen, om criminele
activiteiten te faciliteren, te verhullen of te beschermen.3 De weerbaarheid van de rechtsstaat en het maatschappelijk vertrouwen in publieke
instituties staan hierdoor onder druk.
De geografische ligging en de kleinschaligheid van het Caribisch deel van het Koninkrijk
creëren specifieke kwetsbaarheden voor de rechtsstaat die niet volledig te vergelijken
zijn met de uitdagingen in Europees Nederland. De ligging nabij Latijns -en Noord-Amerika
en de handelroutes naar Europa maken het Caribisch deel van het Koninkrijk extra kwetsbaar
voor onder andere de smokkel van drugs en wapens, evenals mensenhandel en mensensmokkel.
Tevens resulteert de kleinschaligheid van het bestuurlijke en maatschappelijke veld
in een hogere mate van onderlinge verwevenheid. Beperkte personele capaciteit en een
relatief forse informele economie faciliteren een kwetsbaarheid voor lokale vormen
van ondermijning, bijvoorbeeld via corruptie, schijnbedrijven of misbruik van vergunningstelsels.
Deze lokale vormen van ondermijning hebben zich regelmatig gemanifesteerd rond publieke
figuren, zoals vooraanstaande politici, ambtenaren of ondernemers.
De in de motie van lid Aukje de Vries genoemde uitdagingen voor de rechtsstaat van
Aruba, Curaçao en Sint Maarten hangen voornamelijk samen met de verwevenheid van bestuur
en maatschappij. De regeringen binnen het Koninkrijk delen een gezamenlijke verantwoordelijkheid
om deze vormen van ondermijning tegen te gaan, omdat zij het functioneren van het
openbaar bestuur en het vertrouwen van burgers in een eerlijke, integere overheid
schaden. Burgers in het gehele Koninkrijk moeten kunnen rekenen op een solide, weerbare
rechtsstaat.
Onlosmakelijk verbonden met de genoemde, meer bestuurlijke fenomenen van ondermijning
is het grensoverschrijdende karakter van ondermijnende criminaliteit. De kwetsbaarheid,
die voortvloeit uit de ligging van de eilanden en hun verbondenheid met Europa, maakt
dat de grenzen van Aruba, Curaçao en Sint Maarten aanvullende versterking nodig hebben.
Hiertoe investeert Nederland sinds 2021 middels de begroting van het Ministerie van
BZK in de versterking van het grenstoezicht, in de vorm van extra personeel bij de
Koninklijke Marechaussee en de Douane.4 Daarnaast werkt Nederland vanuit de internationale aanpak van ondermijnende criminaliteit
intensief samen met bron- en transitlanden in de LAC-regio. Uw Kamer wordt hier halfjaarlijks
over geïnformeerd door de Minister van JenV.5 In de periodieke schriftelijke terugkoppeling van het Justitieel Vierpartijen Overleg
(JVO) zult u geïnformeerd worden over de voortgang op de ingediende motie van lid
Mutluer (GL-PvdA) tijdens het tweeminutendebat Justitieketen van het Caribisch deel
van het Koninkrijk van 6 november 2024, die hoofdzakelijk toeziet op drugs -en mensenhandel
in de LAC-regio.6
In de rest van deze brief belichten wij, in lijn met de motie van lid Aukje de Vries,
de Nederlandse inzet en ondersteuning die wordt geboden bij de aanpak van de meer
bestuurlijke vormen van ondermijning. Binnen deze inzet onderscheiden wij drie verschillende
componenten: allereerst de strafrechtelijke samenwerking binnen het Koninkrijk, vervolgens
de bestuurlijke aanpak van ondermijning, en als laatste het bevorderen van goed bestuur
en integriteit.
Strafrechtelijke aanpak
Sinds 2017 ondersteunt Nederland vanuit de begrotingen van BZK en JenV drie belangrijke
ketenpartners bij de strafrechtelijke aanpak van ondermijning in Sint Maarten en in
Curaçao, te weten het Recherchesamenwerkingsteam (hierna: RST), het Openbaar Ministerie
van Curaçao, van Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba (hierna: OM Carib)
en het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, van Curaçao, van Sint Maarten
en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba (hierna: Gemeenschappelijk Hof van Justitie).
De beschikbare middelen stellen deze drie diensten in staat om essentiële capaciteit
en expertise aan te trekken en onderzoek te doen naar ondermijnende criminaliteit
met een sterk financieel-economisch karakter, zoals belastingfraude, verduistering
van overheidsgeld, vervalsing van documenten en witwassen.
Met de beschikbare middelen zijn grote strafrechtelijke onderzoeken uitgevoerd naar
onder andere politically exposed persons (PEPs), medewerkers van (overheids)bedrijven en andere betrokkenen. Hoewel over individuele
casuïstiek en rapportages door de betrokken ketenpartners geen uitspraken gedaan kunnen
worden, laat het aantal uitgevoerde onderzoeken, die ook tot onherroepelijke uitspraken
zijn gekomen, zien dat de ondermijningsaanpak effectief is. Deze effectiviteit werkt
op drie niveaus: zij bestraffen ten eerste crimineel gedrag van hooggeplaatste of
publiek zichtbare personen, maken ten tweede bestuurlijke en institutionele kwetsbaarheden
zichtbaar en hebben als laatste een uitstraling naar de samenleving door te laten
zien dat niemand boven de wet staat. Daarmee dragen zij bij aan het herstel en behoud
van vertrouwen in het openbaar bestuur.
In 2021 is besloten de projectmatige aanpak in Sint Maarten en Curaçao, die tot dan
toe jaarlijks EUR 12 miljoen bedroeg, via een ingroeimodel te verdubbelen tot jaarlijks
EUR 24 miljoen in 2025.7 Het belangrijkste doel van deze intensivering was de ondermijningsaanpak te bestendigen
en uit te breiden naar Aruba om zo tot een duurzame, regionale en meer integrale aanpak
te komen. Vanuit deze gedachte is sinds de uitbreiding in 2021 ook het Openbaar Ministerie
van Aruba betrokken.
De volledige ingroei van de jaarlijkse beschikbare gelden in 2025 gaf aanleiding om
de gezamenlijke doelstellingen van de ondermijningsaanpak tussen de Ministeries van
BZK en JenV, het RST, OM Carib, OM Aruba en het Gemeenschappelijk Hof van Justitie
aan te scherpen, met als doel de aanpak te verstevigen. In de aanscherping is stilgestaan
bij een aantal terugkerende uitdagingen. Allereerst zorgt de beperkte capaciteit bij
lokale diensten voor een vermindering van de slagkracht en een sterke afhankelijkheid
van tijdelijk uitgezonden personeel. Hierdoor gaat waardevolle kennis en expertise
verloren. Daarnaast drukken de extra onderzoeken en veroordelingen op de reeds overvolle
detentiefaciliteiten. Als laatste wordt de samenwerking tussen de Landen en betrokken
diensten bemoeilijkt door het ontbreken van benodigde wetgeving over informatie-uitwisseling.
Op basis van bovenstaande uitdagingen zijn de volgende gezamenlijke ambities tot en
met 2028 geformuleerd:
• Vergroten van de operationele capaciteit en expertise voor het doen van strafrechtelijke
onderzoeken naar financieel-economische criminaliteit. Hiervoor worden meer rechercheurs
ingezet via het RST. Daarnaast groeien ook de openbaar ministeries door, zowel bij
het Centraal Team van OM Carib als bij OM Aruba. Het Gemeenschappelijk Hof van Justitie
breidt vooral de ondermijningsunit op Aruba uit.
• Vasthouden aan een (ei)landsoverstijgende en Koninkrijksoverstijgende aanpak van ondermijning,
op basis van een gezamenlijke analyse van ondermijningsbeelden. Het is daarbij belangrijk
als Koninkrijk om gezamenlijk op te trekken en ook regionale samenwerking te zoeken
met (ei)landen buiten het Koninkrijk, specifiek in de LAC-regio.
• Werken aan het verbreden van de beschikbare kennis via het regionale Ondermijningsplatform
om beter zicht te krijgen op belangrijke fenomenen zoals criminele geldstromen. Deze
kennis versterken wij ook in de operatie door een pilot te draaien met de inzet van
een vermogenstraceerder. Daarnaast verbeteren we de beslagprocessen om na een veroordeling
geld en andere bezittingen effectiever af te kunnen pakken.
• Rekening houden met de disbalans binnen de rechtshandhavingsketens op de Caribische
landen, die zich binnen de aanpak van ondermijning onder andere uit in beperkte capaciteit
bij lokale opsporingsdiensten en het grote tekort aan detentiefaciliteiten. Zo worden
middelen beschikbaar gesteld voor opleidingen en trainingen bij de Landsrecherches
en het Afpakteam in Aruba. Daarnaast werken de ketenpartners aan de inzet van alternatieve
interventiestrategieën om zo de justitiële keten waar mogelijk te ontzien zonder aan
effectiviteit in te boeten.
• We verhogen de efficiëntie van de beschikbare personele capaciteit door meer te focussen
op informatiegestuurde inzet van mensen en middelen. Dit vraagt ook om makkelijkere
informatie-uitwisseling en gegevensdeling tussen de Caribische landen en tussen de
Caribische landen en Europees Nederland.
Bestuurlijke aanpak
De aanpak van ondermijning loopt niet enkel via de strafrechtelijke lijn. Nederland
werkt samen met het Caribisch deel van het Koninkrijk ook aan de bestuurlijke aanpak
van ondermijning. De bestuurlijke aanpak van ondermijning is het geheel van activiteiten
van het openbaar bestuur die gericht zijn op het bestrijden, voorkomen, belemmeren
en frustreren van criminele activiteiten, in samenwerking met andere partners binnen
een (geïntegreerde) aanpak. Hiertoe is het Protocol inzake de bestuurlijke aanpak
van georganiseerde en ondermijnende criminaliteit in de Caribische landen van het
Koninkrijk vastgesteld.8 Het Ministerie van BZK maakt hiervoor sinds 2021 jaarlijks EUR 1 miljoen vrij. Met
deze aanpak zijn de afgelopen jaren onder andere projecten gestart om wetgeving aan
te passen die de mogelijkheid bieden om vergunningen te weigeren of in te trekken,
vergelijkbaar met de Wet Bibob in Nederland,. Daarnaast hebben de drie landen recent
een campagne gelanceerd, www.notonourisland.com, gericht op meer bewustwording van ondermijning in de samenleving. Belangrijk doel
hierbij is het bewerkstelligen van een gedragsverandering en betere signalering van
misstanden door burgers, bedrijven en ambtenaren. De landen werken alle drie toe naar
een vast platform, vergelijkbaar met de Regionale Informatie en Expertise Centra (RIEC’
in Nederland, om zo gericht in te kunnen zetten op de aanpak van ondermijning. De
verwachting is dat dit eind 2026 gereed moet zijn.
Goed bestuur en integriteit
Rechtshandhaving, en daarmee ook de versterking van de rechtsstaat, bestrijding van
ondermijning en de aanpak van corruptie, is een landsaangelegenheid van Aruba, Curaçao
en Sint Maarten. Binnen het Koninkrijk werken we als landen samen, waar alle elkaar
– waar mogelijk en gewenst – ondersteuning kunnen bieden, onder andere via hulp- en
bijstandsverzoeken. De afgelopen jaren hebben de Caribische landen diverse stappen
gezet ter versterking van goed bestuur en integriteit, mede ter voorkoming van corruptie.
Integriteitsonderzoeken en advisering
In Sint Maarten is sinds 2019 de Integriteitskamer actief. Conform de Landsverordening
Integriteitskamer is de kamer onder andere belast met het op eigen initiatief of op
verzoek geven van adviezen, het doen van voorstellen over het beleid ter algemene
integriteitsbevordering van Sint Maarten en het doen van onderzoek. Aruba heeft de
Landsverordening Bureau Integriteit en sinds 2021 is daar Bureau Integriteit Aruba
actief. Dit bureau houdt zich onder andere bezig met fungeren als meldpunt, verrichten
van onderzoek naar integriteitsschendingen en advisering over integriteitsbeleid.
Zowel de Integriteitskamer Sint Maarten en het Bureau Integriteit Aruba focussen ook
op het creëren van bewustwording. In Curaçao zijn er concrete plannen om een integriteitsbureau
op te zetten. Verder hebben de Caribische landen regelgeving op het gebied van financiering
van politieke partijen en wijze van screenen van nieuwe bewindspersonen en worden
verschillende trainingen op het gebied van integriteit verzorgd voor de ambtenarenapparaten.
Desgewenst kan Nederland de landen ondersteunen bij hun activiteiten op dit gebied.
Integrity Summit Dutch Caribbean
Op initiatief van de integriteitsbureaus in de Caribische landen, in samenwerking
met de integriteitsbureaus in Caribisch Nederland, is in 2023 gestart met een Integrity
Summit Dutch Caribbean, gefaciliteerd door BZK. De Integrity Summit is een jaarlijks
terugkerend congres, met als primair doel de expertisebevordering van de integriteitsfunctionarissen
van Aruba, Bonaire, Curaçao, Saba, Sint Eustatius en Sint Maarten. Aan de Integrity
Summit hebben ook de integriteitsfunctionarissen van de Kustwacht Caribisch Gebied,
het Gemeenschappelijk Hof van Justitie, het OM Carib, Korpspolitie Caribisch Nederland
(KPCN), Justitiële Inrichting Caribisch Nederland (JICN), Bureau Rijksvertegenwoordiger,
Koninklijke Marechaussee, het Ministerie van Bestuur, Planning en Dienstverlening
en het Ministerie van Justitie van Curaçao deelgenomen. Expertisebevordering is essentieel
om de integriteit binnen de overheidsorganisaties op peil te brengen of te houden.
Daarnaast vindt uitwisseling plaats over onder andere het opzetten van meldstructuren,
gedragscodes, de rol van vertrouwenspersonen en het doen van onderzoek. In november
2025 zal de Integrity Summit plaatsvinden op Aruba.
Caribisch kenniscentrum integriteitsbevordering
Een uitkomst van de afgelopen Integrity Summit is de wens om te komen tot een Caribisch
kenniscentrum integriteitsbevordering. In april 2025 is een verkenning gestart naar
de mogelijkheden om dit op te zetten. Deze verkenning zal ingaan op de vorm en reikwijdte
van het centrum. Duidelijk is dat het centrum moet fungeren als verzamelplaats, aanspreekpunt
en platform voor kennis, ervaringen, wetenschappelijk onderzoek en opleidingen omtrent
integriteitsbevorderingen binnen de openbare sector in het Caribisch deel van het
Koninkrijk. Het is de bedoeling dat dit kenniscentrum de lasten van de gebruikers
verlicht, dat gebruikers ervaringen kunnen delen en inzetten bij hun werkzaamheden
en dat het bijdraagt aan het netwerk van integriteitsorganisaties. De verkenning zal
in november 2025 gereed zijn. Op basis van deze verkenning zal bekeken worden hoe
de realisatie van het kenniscentrum plaats kan vinden in 2026.
Monitoring
Zoals hierboven aangegeven lopen er diverse activiteiten in de Landen op het gebied
van goed bestuur en integriteitsbevordering. Het is belangrijk om dit ook te monitoren,
zodat duidelijk wordt waar extra inzet nodig is om bijvoorbeeld huidige wet- en regelgeving
aan te passen of meer bewustwordingsactiviteiten te ontplooien. Wij zijn in gesprek
met de Landen hoe voortgang op trajecten op het gebied van goed bestuur en integriteit
het beste effectief gemonitord kan worden, bijvoorbeeld aan de hand van de reeds in
de landen uitgevoerde National Integrity System Assessments of door een derde partij.
Daarnaast hebben de afgelopen periode verdere gesprekken plaatsgevonden met Transparency
International over mogelijke instrumenten van monitoring, gelet op hun kennis en ervaring
naar het volgen van trends in integriteit en corruptie over de hele wereld. Later
dit jaar zullen wij uw Kamer hier nader over informeren.
Tot slot
Met deze brief hebben wij inzicht gegeven in de Nederlandse inzet in de Caribische
landen van het Koninkrijk op de strafrechtelijke en bestuurlijk aanpak van ondermijning,
de bevordering van goed bestuur en integriteit, en waar de samenwerking zich de komende
periode op zal richten. Om tot een effectieve en duurzame aanpak te komen is het belangrijk
om oog te hebben voor de lokale Caribische context waarin deze activiteiten plaatsvinden.
Samenwerking met zowel de Caribische, uitvoerings- als interdepartementale partners
is daarom een belangrijke randvoorwaarde voor beter begrip en succes.
De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
E. van Marum
De Minister van Justitie en Veiligheid,
F. van Oosten
Indieners
-
Indiener
E. van Marum, staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties -
Medeindiener
F. van Oosten, minister van Justitie en Veiligheid