Brief regering : Agenda Goed Bestuur Caribisch Nederland
36 600 IV Vaststelling van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2025
Nr. 73
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 1 september 2025
Dit kabinet maakt zich hard voor goed bestuur en een sterke rechtsstaat in zowel het
Europees als het Caribisch deel van Nederland. Voor Caribisch Nederland informeer
ik u hierbij over de Agenda Goed Bestuur die ziet op de openbare lichamen Bonaire,
Sint Eustatius en Saba en die bestaat uit drie prioriteiten:
1. Het versterken van de overheden en de verbetering van dienstverlening aan burgers
en bedrijven.
2. Het versterken van instituties en het realiseren van adequate wettelijke kaders en
toezicht.
3. De aanpak van integriteitsschendingen en het vergroten van de weerbaarheid van de
rechtsstaat.
Vanuit een gedeeld verleden maken Bonaire, Sint Eustatius en Saba als eilanden met
de status van openbaar lichaam, elk met hun eigen identiteit en unieke kenmerken,
een gelijkwaardig onderdeel uit van Nederland. Ook in Caribisch Nederland moeten inwoners
kunnen rekenen op een goed presterende en integere overheid in een rechtsstaat waar
de wet wordt uitgevoerd, gerespecteerd en gehandhaafd, in een samenleving waarin inwoners
zich kunnen uitspreken en de overheid zich in haar handelen responsief toont voor
de belangen en zorgen van de burger. Bij goed bestuur hoort ook een functionerend
stelsel van controle en tegenwicht («checks and balances»). Zo hoort de overheid verantwoording af te leggen over haar handelen en uit eigen
beweging besluiten bekend te maken, dient het bestuur gecontroleerd te worden door
volksvertegenwoordigers en moeten er voldoende mogelijkheden zijn voor burgers, maatschappelijke
organisaties en ondernemers tot inspraak over het handelen van de overheid. Deze kernelementen
van goed bestuur1 zijn vereisten voor het welzijn en welvaart van inwoners. Bonaire, Sint Eustatius
en Saba kennen hierbij een eigen context die vraagt om maatwerk, passend bij uitdagingen
waar de eilandsbesturen, inwoners en ondernemers mee te maken hebben.
In deze Kamerbrief geef ik weer op welke wijze ik, in nauwe samenwerking met de eilandsbesturen
van Bonaire, Sint Eustatius en Saba, in de komende periode werk aan goed bestuur in
Caribisch Nederland, wat hierbij de inzet is en welke mijlpalen en resultaten hierbij
horen. Hierbij is het overkoepelende doel om in te zetten op een goed presterende,
integere en weerbare overheid. In Caribisch Nederland is sprake van een gedeelde verantwoordelijkheid
tussen de Rijksoverheid en de besturen van Bonaire, Sint Eustatius en Saba op het
gebied van goed bestuur. De verantwoordelijkheid voor het stelsel ligt bij de Rijksoverheid,
terwijl de besturen van Bonaire, Sint Eustatius en Saba op lokaal niveau hun eigen
verantwoordelijkheid dragen. Desalniettemin ben ik ervan overtuigd dat verbetering
voortkomt uit een aanpak waarin de Rijksoverheid en eilandsbesturen in partnerschap
met elkaar samenwerken aan het bevorderen van goed bestuur.
Uit mijn gesprekken met de bestuurders van de eilanden blijkt dat de noodzaak en ambitie
om te werken aan goed bestuur op Bonaire, Sint Eustatius en Saba wordt erkend en gedragen.
Onder leiding van de gezaghebbers van Bonaire, Sint Eustatius en Saba werkt elk eiland
aan de uitvoering van een eilandelijke aanpak versterking goed bestuur die aansluit
op de bestuurlijke opgaven van het eiland. Deze meerjarige programma’s zijn gericht
op het bevorderen van een cultuur van goed bestuur binnen de openbare lichamen en
bieden ruimte om de ambities van het eiland en deze agenda Goed Bestuur te vertalen
in concrete stappen die aansluiten op de lokale behoeftes. Daarnaast hebben de eilanden
de afgelopen stappen gezet om integriteitsbureaus op te zetten en worden concrete
maatregelen genomen voor het verbeteren van het financieel beheer, inclusief de vaststelling
en verantwoording van begrotingen.
Probleemanalyse
Het openbaar bestuur in Caribisch Nederland wordt onder andere gekenmerkt door kleinschaligheid.2 Dit heeft voor- en nadelen voor het functioneren van het bestuur. Zo staat het bestuur
dichter bij de burger en kent het bestuur een grote mate van responsiviteit. Tegelijkertijd
hebben bestuurders en ambtenaren hierdoor te maken met specifieke uitdagingen, omdat
het om eilanden gaat met grote complexiteit in taken en opgaven tegenover een relatief
beperkte schaal. Waar het gaat om capaciteit en (financiële) toerusting zijn de omstandigheden
niet altijd vergelijkbaar met die in Europees Nederland. Op Bonaire, Sint Eustatius
en Saba doen zich kwetsbaarheden voor op het terrein van goed bestuur. Voorbeelden
hiervan zijn het oneigenlijk gebruik van bevoegdheden, het gebrek aan capaciteit3 en slagkracht van overheidsinstanties en de positionering van (democratische) instituties
en toezichtorganen. Uit het WODC-rapport naar ambtelijk-bestuurlijke integriteit in
Caribisch Nederland blijkt dat integriteitsschendingen in de zin van strafbare feiten
en/of formele ambtsmisdrijven nauwelijks gesignaleerd worden in Caribisch Nederland.
Integriteitsschendingen waarbij oneigenlijk gebruik gemaakt wordt van bevoegdheden
komt vermoedelijk wel veel voor.4
Verder ontbreken op Bonaire, Sint Eustatius en Saba nog essentiële wettelijke kaders
op het gebied van goed bestuur en integriteit, die in Europees Nederland wel van toepassing
zijn. Zo zijn de algemene beginselen van behoorlijk bestuur momenteel nog niet gecodificeerd
en zijn niet alle procedurele waarborgen uit het Europees Nederlandse bestuursrecht
van kracht. Dit heeft te maken met de periode van legislatieve terughoudendheid tussen
2010 en 2019, voorafgaand aan het uitgangspunt van het principe van «comply or explain».
Bonaire, Sint Eustatius en Saba hebben in het verleden de Rijksoverheid ook verzocht
om in een aantal van deze wettelijke kaders te voorzien. In de praktijk zien we dat
de verschillende problematieken sterk met elkaar verweven zijn. Dit vraagt om een
samenhangende aanpak. Met de Agenda Goed Bestuur Caribisch Nederland geef ik samen
met de eilanden een belangrijke impuls aan het verder bevorderen van goed bestuur,
voortbouwend op de inspanningen van de afgelopen periode. Uw Kamer zal nog separaat
worden geïnformeerd over de inzet voor goed bestuur en de samenwerking in het kader
van de verstevigde aanpak ondermijning met Aruba, Curaçao en Sint Maarten, rekening
houdend met de door uw Kamer aangenomen motie.5
Agenda Goed Bestuur Caribisch Nederland
De agenda bevat de inzet van dit kabinet op de volgende drie prioriteiten:
1. Het versterken van de overheden en de verbetering van dienstverlening aan burgers
en bedrijven.
Een kenmerk van goed bestuur is de mate waarin overheden in staat zijn resultaten
te boeken op vitale publieke functies. Het versterken van de bestuurs- en uitvoeringskracht
van de eilandsbesturen en hun ambtelijke organisaties zorgt ervoor dat burgers en
bedrijven beter en sneller kunnen worden geholpen. Digitalisering draagt hieraan bij,
en versterkt daarnaast de doelmatigheid en betrouwbaarheid van de overheid. Voorbeelden
van acties en mijlpalen op dit gebied zijn:
• Onder leiding van de gezaghebbers is elk eiland bezig met een eilandelijke aanpak
goed bestuur, ondersteund met financiële middelen van mijn ministerie. De eilandelijke
plannen sluiten aan op de bestuurlijke opgaven van het eiland en bieden ruimte om
de ambities van het eiland en deze agenda te vertalen in concrete stappen die aansluiten
op de lokale behoeftes.
• Begin volgend jaar kom ik tevens met een Aansluitplan Publieke Dienstverlening en
Digitalisering, om de publieke dienstverlening op een volwaardig niveau te krijgen.
Hierin zal ik de motie-Ceder betrekken.6 Hierop vooruitlopend krijgen de inwoners van Bonaire, Sint Eustatius en Saba dit
jaar de beschikking over het Burger Service Nummer (BSN) en kunnen de eilanden aansluiten
op DigiD.
• Openbaarheid en transparantie zijn belangrijk voor goed bestuur. Bekendmaking van
overheidsbesluiten van de openbare lichamen is tevens van belang voor de rechtszekerheid.
Ik werk daarom aan het versterken van de kaders voor bekendmaking, openbaarmaking
en hergebruik van overheidsinformatie op Bonaire, Sint Eustatius en Saba.
2. Het versterken van instituties en het realiseren van adequate wettelijke kaders
en toezicht.
Goed bestuur betekent dat het eilandsbestuur in staat is de autonome opgaven aan te
pakken en de medebewindstaken uit te voeren, en kenmerkt zich door voldoende zelfcorrigerend
vermogen met sterke instituties, toereikende wetgeving en passend toezicht. Een aantal
acties en mijlpalen op dit gebied zijn:
• Op Bonaire, Sint Eustatius en Saba worden wettelijke kaders versterkt, met als uitgangspunt
het principe van «comply or explain». Voorbeelden hiervan zijn de voorbereidingen
voor een Algemene Wet Bestuursrecht BES en het creëren van een wettelijke basis voor
een Wet Bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur (Bibob) in
Caribisch Nederland, waarbij de Europees Nederlandse Wet Bibob als uitgangspunt dient.
• Verder wordt verkend wat nodig is om op Bonaire, Sint Eustatius en Saba de wet en
regelgeving ten aanzien van vergunningverlening, toezicht en handhaving voor milieu,
bouwen en natuur op orde te brengen.
• Ook wordt gewerkt aan het versterken van instituties zoals de rekenkamers, het bevorderen
van democratische bewustzijn en participatie middels burgerschapsonderwijs en wordt
in samenwerking met de beroepsverenigingen7 bijgedragen aan de professionalisering van de politieke gezagdragers8, de eilandsecretarissen en eilandgriffiers.
3. De aanpak van integriteitsschendingen en het vergroten van de weerbaarheid van
de rechtsstaat.
In samenwerking met de openbare lichamen wordt gewerkt aan een effectieve aanpak van
integriteitsschendingen en corruptie. Er wordt onder andere gewerkt aan de volgende
mijlpalen en resultaten:
• Bonaire, Sint Eustatius en Saba voeren een gezamenlijk pakket aan maatregelen om het
integriteitsbeleid verder te ontwikkelen, waarmee integriteitsschendingen kunnen worden
voorkomen.9
• Een voorbeeld hiervan is het aanscherpen van kwetsbare procedures binnen de openbare
lichamen, zoals die van inkoop- en aanbesteding. Een ander voorbeeld is dat op dit
moment onderzocht wordt hoe melders van integriteitsschendingen (waaronder klokkenluiders)
beter beschermd kunnen worden.
• Daarnaast zullen Bonaire, Sint Eustatius en Saba aansluiten bij de Monitor Integriteit
en Veiligheid. Momenteel wordt hier een verkenning voor uitgevoerd waarbij de wensen
en behoeften van de openbare lichamen in kaart worden gebracht. De monitor zoals die
nu in Europees Nederland wordt uitgevoerd geeft elke twee jaar middels gesprekken
en enquêtes inzicht in de mate waarin politieke ambtsdragers en medewerkers in het
openbaar bestuur te maken krijgen met agressie en intimidatie. Tevens geeft de monitor
inzicht in de mate waarin zij zich bewust zijn van de geldende integriteitsregels
en hoe zij aankijken tegen de naleving van deze regels.
Werken aan het verbeteren van het bestuur vergt een lange adem. Tegelijkertijd is
het van belang om toe te werken naar een concreet perspectief. Daarom formuleert het
kabinet duidelijke mijlpalen en monitort het kabinet de voortgang. In de bijlage vindt
u de mijlpalen en projecten die onder de Agenda Goed Bestuur Caribisch Nederland vallen.
Uw Kamer zal periodiek worden geïnformeerd over de voortgang.
De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
E. van Marum
Indieners
-
Indiener
E. van Marum, staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties