Brief regering : Fiscale geheimhoudingsplicht
31 066 Belastingdienst
Nr. 1510
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 21 juli 2025
Fiscale informatie over individuele belastingplichtigen valt onder de fiscale geheimhoudingsplicht
zoals gecodificeerd in artikel 67 Algemene wet inzake rijksbelastingen («AWR»). Dit
raakt aan het grondwettelijke recht op informatie van het parlement van artikel 68
Grondwet («Gw»). Tijdens de behandeling van het pakket Belastingplan 2025 vroeg Kamerlid
Stultiens (Groenlinks/PvdA) naar de mogelijkheden om informatieverstrekking, in het
kader van belastingontwijking, onder deze fiscale geheimhoudingsplicht te verruimen.
Met die achtergrond reflecteer ik in deze brief op doel en strekking van de fiscale
geheimhoudingsplicht, het huidige beleid op het gebied van transparantie, internationale
aspecten en mogelijkheden tot verruiming.1
Doel en strekking fiscale geheimhoudingsplicht
De fiscale geheimhoudingsplicht behelst – kort gezegd – dat de Belastingdienst geen
uitspraken kan doen over de fiscale positie van individuele belastingplichtigen. De
fiscale geheimhoudingsplicht is strikt vormgegeven: alle fiscale informatie over en
van een individuele belastingplichtige valt hieronder. De fiscale geheimhoudingsplicht
beschermt niet alleen de privacy van belastingplichtigen, maar zorgt er ook voor dat
belastingplichtigen niet terughoudend zijn in het delen van vertrouwelijke informatie
met de Belastingdienst, wat de compliance en belastingheffing als geheel ten goede
komt. In die zin dient de fiscale geheimhoudingsplicht het belang van de staat.2
Tegelijkertijd is goede informatieverstrekking van belang. Hierbij doel ik op zowel
informatieverstrekking aan het parlement op basis van artikel 68 Gw, als informatieverstrekking
aan derden zoals de media. Informatieverstrekking aan het parlement is cruciaal voor
de effectieve uitoefening van zijn controlefunctie. Informatieverstrekking aan derden
zoals de media kan van belang zijn als daarmee maatschappelijke onrust weggenomen
kan worden, of als transparantie over overheidshandelen het vertrouwen in de overheid
kan versterken. Het belang van de fiscale geheimhoudingsplicht kan wringen met het
belang van een goede informatieverstrekking, waardoor deze belangen per geval tegen
elkaar afgewogen moeten worden.
Hieronder ga ik dieper in op deze belangenafweging bij openbare en besloten informatieverstrekking.
Huidig beleid op het gebied van transparantie
Er zijn drie vormen van informatieverstrekking te onderscheiden, waar ik hieronder
op inga. Dit zijn:
1. Openbare informatieverstrekking: algemene fiscale informatie;
2. Openbare informatieverstrekking: informatie over individuele belastingplichtigen;
en
3. (Besloten) informatieverstrekking aan het parlement: informatie over individuele belastingplichtigen.
1. Openbare informatieverstrekking: algemene fiscale informatie
Het Nederlandse belastingstelsel is complex. Het is van cruciaal belang voor het draagvlak
voor belastingheffing in het algemeen dat (de uitwerking van) deze complexe regels
uitgelegd worden op een manier die begrijpelijk is voor mensen. De Belastingdienst
werkt daarom continu aan laagdrempelige informatievoorziening over het fiscale stelsel
op zijn website. Ook worden sinds 2023 de kennisgroepstandpunten van de Belastingdienst
op zo laagdrempelig mogelijke wijze openbaargemaakt. De focus in die informatievoorziening
ligt op de belastingregels die op grote groepen belastingplichtigen van toepassing
zijn.
In sommige situaties is deze algemene fiscale informatie die voor grote groepen belastingplichtigen
van toepassing is, onvoldoende. Dit is bijvoorbeeld het geval als specifieke belastingconstructies
besproken worden in de media of complexe fiscale regels om andere reden toelichting
behoeven. In deze informatiebehoefte naar meer complexe of specifieke fiscale aangelegenheden
wordt onder andere voorzien door het organiseren van openbare technische briefings,
waarbij het kabinet een toelichting geef op de relevante onderwerpen en Kamerleden
daarover vragen kunnen stellen.
Ook op andere gebieden werkt de Belastingdienst aan transparantie over het belastingstelsel
en de uitvoering daarvan. Zo publiceert de Belastingdienst onder andere een samenvatting
van elke grensoverschrijdende ruling met een entiteit, een jaarverslag over de rulingpraktijk,
en een jaarlijkse beoordeling van de rulingpraktijk door een rulingcommissie. Voor
wat betreft de rulingpraktijk zijn er weinig landen die méér transparantie bieden
dan Nederland. Het kabinet streeft ernaar om die positie aan de top te behouden en
waar mogelijk te verstevigen, met inachtneming van de belangen bij geheimhouding van
fiscale informatie. In dit kader wordt bijvoorbeeld bezien in hoeverre rulings met
natuurlijke personen die vanaf 1 januari 2026 binnen EU-lidstaten uitgewisseld worden
op basis van Richtlijn (EU) 2023/2226 (DAC8), op dezelfde wijze geanonimiseerd openbaargemaakt
kunnen worden als grensoverschrijdende rulings met entiteiten.
Door de aandacht die het kabinet besteedt aan het verstrekken van algemene of geanonimiseerde
fiscale informatie wordt voorzien in een informatiebehoefte zonder dat inbreuk gemaakt
wordt op de belangen van geheimhouding.
2. Openbare informatieverstrekking: informatie over individuele belastingplichtigen
De hoofdregel in de fiscaliteit is vertrouwelijkheid van informatie. Dit is geen absolute
regel. In incidentele en onvoorziene gevallen kan de Minister van Financiën ontheffing
verlenen van de fiscale geheimhoudingsplicht, waardoor fiscale informatie over een
individuele belastingplichtige openbaargemaakt kan worden.3 Dit betekent dat per geval een belangenafweging gemaakt wordt: waar in incidentele
en onvoorziene gevallen het belang van informatieverstrekking opweegt tegen de belangen
van geheimhouding, kan de fiscale geheimhoudingsplicht doorbroken worden.
Informatie over individuele belastingplichtigen wordt in principe niet openbaar gemaakt
onder de fiscale geheimhoudingsplicht omdat de inbreuk op diens privacybelang en het
indirecte belang van de staat bij geheimhouding onevenredig groot zou zijn in verhouding
tot het te bereiken doel. Daarbij speelt mee dat ook op andere wijzen tegemoetgekomen
kan worden aan het doel van informatieverstrekking, zoals het delen van veralgemeniseerde
fiscale informatie (zie ook hiervoor). Dit beleid wordt niet anders op het moment
dat een belastingplichtige zelf de openbaarheid opzoekt, of als een belastingplichtige
in het kader van belastingontwijking of -ontduiking wordt besproken in de media.
In de bundel fichemaatregelen bij het bouwstenenrapport heeft mijn ambtsvoorganger
onder andere maatregelen benoemd om meer transparantie aan het parlement te bieden
over individuele belastingdossiers van ondernemingen en bekende personen.4 Daar is benoemd dat het verstrekken van processuele informatie (bijvoorbeeld het
gegeven óf er een bespreking heeft plaatsgevonden tussen de inspecteur en belastingplichtige)
mogelijk een vorm van informatieverstrekking is die de belangen van geheimhouding
niet onevenredig schaadt. De afgelopen tijd heb ik deze mogelijkheid verkend.5 Hoewel het mogelijk is dat er gevallen zijn waarbij het verstrekken van processuele
informatie de belangen van geheimhouding niet onevenredig schaadt, lijken de mogelijke
voordelen van deze informatieverstrekking beperkt. Daarnaast zijn onder andere de
glijdende schaal en de mogelijke onvoorziene impact voor belastingplichtigen reden
om geen verder vervolg te geven aan deze verkenning.
Met oog op bovenstaande belangen zie ik geen reden om het beleid op het gebied van
openbare verstrekking van informatie over individuele belastingplichtigen aan te passen.
3. (Besloten) informatieverstrekking aan het parlement: informatie over individuele
belastingplichtigen
Informatieverstrekking aan het parlement op grond van artikel 68 Gw is in principe
openbaar, zodat de informatie meegenomen kan worden in het publieke debat. Het parlement
dient de informatie waar het om verzoekt te verkrijgen, tenzij die informatieverstrekking
in strijd is met het belang van de staat. Zoals hierboven toegelicht dient de fiscale
geheimhoudingsplicht het belang van de staat. Op het moment dat de fiscale geheimhoudingsplicht
rust op de door het parlement gevraagde informatie dienen per geval de belangen van
informatievoorziening aan het parlement en het belang van de staat (in dit geval:
de belangen van geheimhouding) tegen elkaar afgewogen te worden.6
Bij openbare informatieverstrekking aan het parlement valt de belangenafweging in
principe hetzelfde uit als bij openbare informatieverstrekking aan derden, zoals hierboven
toegelicht. Er zijn slechts weinig gevallen waarin het belang van het parlement bij
openbare informatievoorziening zal opwegen tegen de belangen van geheimhouding.7
Bij informatieverstrekking aan het parlement is er echter nog een tussenvorm tussen
openbare informatieverstrekking en géén informatieverstrekking, namelijk het vertrouwelijk
verstrekken van informatie.8 Dit kan bijvoorbeeld in de vorm van een besloten en vertrouwelijke technische briefing,
of in de vorm van het vertrouwelijk ter inzage leggen van stukken.9 De leden van het parlement die de vertrouwelijke informatie hebben ontvangen zijn
vervolgens weer gebonden aan de geheimhoudingsplicht waardoor zij niet openbaar kunnen
debatteren over de vertrouwelijke informatie. Uiteraard is het wel mogelijk om de
informatie te veralgemeniseren naar een algemeen (fiscaal) probleem, waarover openlijk
gedebatteerd kan worden.
Ik zie vertrouwelijke informatieverstrekking aan het parlement als een waardevol instrument.
Op het moment dat het parlement, in het kader van belastingontwijking, vraagt om informatie
over individuele belastingplichtigen ga ik waar mogelijk over op vertrouwelijke informatieverstrekking.
Dat neemt niet weg dat ook bij vertrouwelijke informatieverstrekking aan het parlement
enige inbreuk wordt gemaakt op de belangen van geheimhouding, waardoor per geval de
gemoeide belangen zorgvuldig tegen elkaar afgewogen dienen te worden.
Nederlands beleid in internationaal perspectief
Nederland staat niet alleen in het wegen van de belangen van goede informatievoorziening
tegenover de belangen van geheimhouding. Het kabinet heeft in 2023 onderzoek laten
doen naar de wijze waarop andere landen invulling hebben gegeven aan een fiscale geheimhoudingsplicht.
Hieruit bleek dat Nederland niet uniek is in haar afwegingen en beleid op hoofdlijnen
zoals hierboven beschreven, hoewel de details van het beleid door ieder land anders
ingevuld worden.10 Naar aanleiding van het onderzoeksrapport heeft het kabinet geconcludeerd geen aanknopingspunten
te zien ter versoepeling van het Nederlandse beleid op het gebied van informatieverstrekking
onder de fiscale geheimhoudingsplicht.11
Afsluitend
Bij het maken en uitvoeren van beleid en wetgeving streeft het kabinet er continu
naar om recht te doen aan de gemoeide belangen. In dit geval staan de belangen van
de fiscale geheimhoudingsplicht soms tegenover de belangen van een goede informatievoorziening
aan de maatschappij of aan het parlement. Om recht te kunnen doen aan beide belangen
moet de mogelijkheid bestaan om de belangen per geval tegen elkaar te kunnen afwegen.
Het huidige wettelijke kader en beleid geven mij die mogelijkheid, waardoor ik van
mening ben dat er geen reden is tot het aanpassen van deze kaders. Tevens zie ik geen
reden om informatieverstrekking onder de fiscale geheimhoudingsplicht te verruimen,
met oog op het grote maatschappelijke belang dat gediend wordt met de fiscale geheimhoudingsplicht.
De Staatssecretaris van Financiën, T. van Oostenbruggen
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
T. van Oostenbruggen, staatssecretaris van Financiën