Brief regering : Afschrift voorlopige kaderbrief Wet langdurige zorg (Wlz) 2026-2030

Nr. 448
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 10 juli 2025

Hierbij stuur ik u een afschrift van de voorlopige kaderbrief Wlz 2026–2030. Hiermee
informeer ik de Nederlandse Zorgautoriteit over het budgettaire kader voor de Wet
langdurige zorg (Wlz) in 2025 en stel ik het voorlopige budgettaire kader voor de
Wet langdurige zorg in 2026 vast.

In lijn met de Wet Domeinoverstijgende Samenwerking (DOS) bevat deze brief een meerjarig
inzicht in de ontwikkeling van het Wlz-kader. Dit beslaat het lopende jaar (2025)
en vijf toekomstige jaren (2026–2030).

Gezien de demissionaire status van het huidige kabinet geldt bij dit meerjarig inzicht
het voorbehoud dat dit alleen zekerheid biedt over het budgettaire kader voor het
lopende jaar 2025 en het jaar 2026. Deze zekerheid is nodig met oog op een tijdige
en ordelijke zorginkoop voor deze jaren.

Het Wlz-kader voor de jaren 2027–2030 heeft slechts een indicatief karakter. Dit geeft
zorgkantoren en zorgaanbieders inzicht in de verwachte ontwikkeling van het Wlz-kader
uitgaande van het staande beleid. Hieraan kunnen geen rechten worden ontleend. Dit
voorbehoud is nodig in verband met de flexibiliteit voor een nieuw kabinet om waar
nodig geacht beleidsmaatregelen te kunnen treffen die bijdragen aan de toegankelijkheid,
betaalbaarheid en kwaliteit van zorg.

Tot slot geldt bij bijgaande voorlopige kaderbrief het gebruikelijke voorbehoud van
politieke besluitvorming over de begroting 2026. Deze wordt op Prinsjesdag aan het
parlement gepresenteerd. Op of kort na Prinsjesdag zal ik derhalve het definitieve
Wlz-kader voor 2026 en het indicatieve Wlz-kader voor de jaren 2027–2030 bekendmaken
bij de Eerste en Tweede Kamer.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
N.J.F. Pouw-Verweij