Brief regering : (Gewijzigde) voorhangprocedure tariefmaatregel samenhangend met hoofdlijnenakkoord ouderenzorg
29 389 Vergrijzing en het integrale ouderenbeleid
C/ Nr. 155
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
Ontvangen ter Griffie op 26 juni 2025.
Het besluit tot het doen van een aanwijzing kan niet eerder worden genomen dan op
26 juli 2025.
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 26 juni 2025
Tijdens de procedurevergadering van de vaste Kamercommissie voor Volksgezondheid,
Welzijn en Sport van 18 juni 2025 is gevraagd om een door mijn ambtsvoorganger op
3 juni 2025 gestuurde voorhangbrief1 te splitsen in een voorhangbrief tariefmaatregel samenhangend met het hoofdlijnenakkoord
ouderenzorg (HLO) en (vervolg) tariefmaatregel meerjarig contracteren voor de sectoren
gehandicaptenzorg en langdurige ggz. Uw verzoek is inmiddels ook schriftelijk ingediend
met kenmerk (2025Z12675). Hierbij voldoe ik aan uw verzoek. Deze brief betreft de aanwijzing voor de sector
ouderenzorg die samenhangt met het HLO en een wijziging die aansluit bij de tariefmaatregel
meerjarig contracteren.
In het HLO zijn belangrijke afspraken gemaakt met de sector over de toekomst van de
ouderenzorg op (middel)lange en korte termijn. Het onderhandelaarsakkoord HLO bevat
ook financiële afspraken. In deze brief informeer ik u, conform artikel 8 van de Wet
marktordening gezondheidszorg (Wmg), over de zakelijke inhoud van de aanwijzing die
ik voornemens ben te geven aan de NZa in verband met de verzachting van de tariefmaatregelen
voor de ouderenzorg. Daarnaast leidt dit tot een wijziging van een reeds geldende
aanwijzing van mijn ambtsvoorganger.2
Met het oog op een ordentelijke voorbereiding van de zorginkoop 2026 en tijdige vaststelling
en publicatie van de beleidsregelwaarden (in het vervolg van deze brief wordt gesproken
over tarieven) door de NZa heeft mijn ambtsvoorganger uw Kamer geïnformeerd over het
bereiken van het onderhandelingsakkoord HLO. De betrokken partijen zijn inmiddels
het onderhandelaarsakkoord (inclusief het financiële hoofdstuk) bij hun achterban
aan het consulteren en kan op steun rekenen van de betrokken partijen. Voor een aantal
partijen (VNG, SWN en V&VN) geldt dat ze formele ondertekening van de afspraken in
het HLO hebben gekoppeld aan de afspraken in het Aanvullend Zorg en Welzijnsakkoord
(AZWA).
Gegeven dat de tarieven tijdig vastgesteld moeten zijn voor de zorginkoop en de voorhangbrief
op inhoud niet is gewijzigd ten opzichte van de brief die uw Kamer op 3 juni 2025
heeft ontvangen, eindigt de voorhangtermijn op 2 juli 2025. Het is derhalve van belang
dat uw Kamercommissie op 2 juli uitspraak doet over de maatregel en een besluit te
nemen over het al dan niet controversieel verklaren van deze voorhangbrief. De voorhangbrief
van 3 juni jl. is ook aan de Eerste Kamer verzonden. Daarom stuur ik deze brief eveneens
in afschrift aan de Eerste Kamer.
1. Voorgenomen aanwijzing in verband met financiële afspraken HLO
In het HLO is afgesproken om de tariefmaatregelen voor de Wlz-ouderenzorg zoals deze
volgen uit (het basispad van) het Hoofdlijnenakkoord «Hoop, lef en trots»3 van 16 mei 2024, te verzachten. De verzachting bedraagt € 242 miljoen in 2026 oplopend
tot € 264 miljoen in 2030 en € 250 miljoen structureel vanaf 2031. Hiermee resulteert
een aangepaste tariefmaatregel die oploopt van € 260 miljoen in 2026 tot € 400 miljoen
in 2030 en € 414 miljoen structureel vanaf 2031. Tabel 1 brengt dit in beeld. De financiële
afspraken uit het HLO worden verwerkt in de ontwerpbegroting 2026.
Tabel 1: Tariefmaatregel Wlz-ouderenzorg na HLO (prijspeil 2025)
Bedragen x € 1 miljoen
2026
2027
2028
2029
2030
structureel
1
Tariefmaatregelen zonder HLO
– 502
– 543
– 582
– 625
– 664
– 664
2
Verzachting op grond van HLO
242
243
242
245
264
250
3
Aangepaste tariefmaatregel conform HLO
– 260
– 300
– 340
– 380
– 400
– 414
Het kabinet vindt de tariefmaatregel noodzakelijk in het licht van houdbare overheidsfinanciën
en de (dreigende) tekorten op de arbeidsmarkt. De algemene financieel-economische
situatie en de hoogte van de collectieve uitgaven nopen tot een beheerste kostenontwikkeling
van de zorg. Naast een meer doelmatig gebruik van de beschikbare middelen moeten ook
randvoorwaarden worden geschept om het arbeidsmarkt tekort te verkleinen. De betrokken
partijen zijn het erover eens dat het HLO en de daarin opgenomen bijstelling van de
oorspronkelijke tariefmaatregel resulteren in reële maximumtarieven. Daarmee wordt
voor wat betreft de motie Dijk (SP) voor de ouderenzorg gedeeltelijk invulling gegeven
aan het verzoek om de kortingen terug te draaien.
Ik ben voornemens om de NZa een aanwijzing te geven met de opdracht om de tariefmaatregel
met ingang van 2026 door te voeren voor de sector ouderenzorg. De aangepaste tariefmaatregel
geldt in prijspeil 2025 en betreft de maximum- en bandbreedtetarieven voor alle vastgestelde
prestaties zzp en vpt V&V 1 t/m 10.4
2. Wijzigen bestaande aanwijzing
Zoals hiervoor aangegeven leidt het HLO ook tot een wijziging van een reeds geldende
aanwijzing van een van mijn ambtsvoorgangers. Met die aanwijzing is de NZa de opdracht
gegeven om de maatregelen (a) doorontwikkeling kwaliteitskader verpleeghuiszorg en
(b) meerjarig contracteren met budgetafspraken met ingang van 2024 structureel in
de tarieven te verwerken. Voor de jaren 2024 en 2025 heeft de NZa de opdracht gekregen
om hier geen uitvoering aan te geven.5
Op grond van het HLO ben ik voornemens om deze aanwijzing te wijzigen zodat deze niet
(meer) van toepassing is voor de ouderenzorg en de Wlz-prestaties die niet specifiek
zijn toe te wijzen aan sectoren (en waarmee dus niet uit te sluiten is dat ze ook
betrekking hebben op de ouderenzorg)). Daarmee vervalt de korting op basis van de
doorontwikkeling kwaliteitskader verpleeghuiszorg van structureel € 350 miljoen en
het meerjarig contracteren voor de ouderenzorg van € 70 miljoen structureel.
3. Maatregelen en kostenonderzoeken
Gezien de noodzaak van de hiervoor beschreven maatregelen en in het licht van de financiële
houdbaarheid en de toegankelijkheid van de zorg acht ik het van belang dat de NZa
bij een toekomstig kostenonderzoek voor de Wlz-ouderenzorg de inhoud van de voorgenomen
aanwijzing voor zover dit is aangewezen zal betrekken. Dit betekent dat ik de NZa
zal opdragen de uitkomsten van een dergelijk toekomstig onderzoek te corrigeren voor
deze maatregelen, indien het kostenonderzoek betrekking heeft op een jaar waarin de
maatregelen hun structurele niveau nog niet hebben bereikt6.
4. Zakelijke inhoud aanwijzing en aanpassing bestaande aanwijzing
De hiervoor beschreven wijzigingen worden meer in detail vertaald in een aanwijzing
aan de NZa. Ik zal de NZa een aanwijzing geven met de opdracht om de afgesproken tariefmaatregel
op grond van het HLO met ingang van 2026 door te voeren voor de sector ouderenzorg.
Dit betreft de bedragen conform regel 3 in tabel 1 van deze brief. Deze dient de NZa
jaarlijks als een uniforme procentuele korting naar rato te verwerken op de loon-
en materiële kostencomponenten van de betreffende tarieven. Deze worden geschoond
voor de componenten voor niet beïnvloedbare factoren. Het gaat hierbij limitatief
om de maximum- en bandbreedtetarieven voor alle vastgestelde prestaties zzp en vpt
V&V 1 t/m 10 binnen de Wlz7. Dit is inclusief de prestaties voor deeltijdverblijf en de prestaties met een component
voor niet beïnvloedbare factoren. De uniforme taakstellende procentuele korting berekent
de NZa per tarief en bijbehorende prestatiebeschrijving voor 2026 en latere jaren
over de volgende grondslag:
• alle vastgestelde prestatiebeschrijvingen voor zzp en vpt V&V 1 tot en met 108 binnen de Wlz contracteerruimte 2024 (het meest recente realisatiejaar) vermenigvuldigd
met loon- en materiële kostencomponenten (geschoond voor de componenten voor niet
beïnvloedbare factoren) voor de betreffende prestatiebeschrijvingen in 2024.
Daarnaast zal ik de NZa een aanwijzing geven om de eerdere aanwijzing van 14 juni
20239 te wijzigen. Ik zal de NZa opdragen om artikel 3 niet toe te passen voor de ouderenzorg
en de Wlz-prestaties die niet specifiek zijn toe te wijzen aan de sectoren.
Daarnaast zal ik artikel 4 van de aanwijzing van 14 juni 2023 schrappen.
5. Tot slot
Met het onderhandelingsakkoord HLO wordt een belangrijke stap gezet en worden de tariefmaatregelen
in de ouderenzorg verzacht. Ik hoop u hiermee voldoende geïnformeerd te hebben zodat
u kan besluiten of deze voorhangbrief en derhalve het hoofdlijnenakkoord ouderenzorg
niet controversieel worden verklaard. Indien u deze voorhangbrief niet controversieel
verklaart zal ik zo snel mogelijk na het verstrijken van de voorhangtermijn de aanwijzing
aan de NZa geven en van de vaststelling van de aanwijzing zal ik mededeling doen door
plaatsing in de Staatscourant.
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
N.J.F. Pouw-Verweij
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
N.J.F. Pouw-Verweij, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport