Brief regering : Naderend Raadsakkoord Omnibus I-pakket voor wat betreft de CSRD
36 712 EU-voorstellen: Omnibus I (CSRD & CSDDD) COM (2025) 80 en COM (2025) 81
Nr. 7
BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 23 juni 2025
Op 26 februari jl. presenteerde de Europese Commissie het zogeheten Omnibus I-pakket,
met als doel de aanpassing van de Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD),
de Corporate Sustainability Due Diligence Directive (CSDDD) en het Carbon Border Adjustment
Mechanism (CBAM).
Het pakket bevat onder meer een richtlijn die voorziet in inhoudelijke wijzigingen
van de CSRD en de CSDDD (hierna: het richtlijnvoorstel), alsmede een zogenoemde «stop-de-klok»-richtlijn.
Laatstgenoemde regelt uitstel met twee jaar voor ondernemingen die op grond van de
huidige CSRD vanaf boekjaar 2025 respectievelijk 2026 rapportageverplichtingen zouden
hebben. In een eerder stadium informeerde ik uw Kamer over het akkoord over de «stop-de-klok»-richtlijn,
dat Nederland daarmee heeft ingestemd en dat deze in werking is getreden op 17 april
2025.1
Met uw Kamer maakte ik informatieafspraken rond de voortgang van de onderhandeling
over Omnibus I, voor zover deze betrekking hebben op de CSRD.2 In dat kader informeer ik u dat de onderhandelingen over het richtlijnvoorstel in
de Raad zich in een afrondende fase bevinden. Naar verwachting zal in de komende week
een raadspositie worden vastgesteld.
Het kabinet heeft conform het BNC-fiche tijdens de onderhandelingen ingezet op het
verminderen van de rapportagelasten voor ondernemingen. De inzet voor de CSRD richtte
zich met name op een vrijstelling voor de groep beursgenoteerde ondernemingen die
nu nog wel moeten rapporteren, maar in de toekomst niet meer onder de reikwijdte van
de CSRD vallen. De raadspositie voorziet naar alle waarschijnlijkheid in een lidstaatoptie
die deze vrijstelling mogelijk maakt.
Daarnaast lijkt de reikwijdte van de CSRD in de raadspositie te worden beperkt (1000
werknemers en 450 miljoen netto-omzet) ten opzichte van het oorspronkelijke voorstel
van de Commissie (1000 werknemers hetzij 50 miljoen netto-omzet, hetzij 25 miljoen
balanstotaal). Hierdoor zullen minder ondernemingen onder de rapportageverplichting
vallen. Daarbij zal mogelijk in de raadspositie een bepaling worden opgenomen die
voorziet in een mogelijkheid om op een later moment met een evaluatie te bezien of
de reikwijdte van de CSRD zou moeten worden aangepast.
Voor ondernemingen die niet meer onder de rapporteringsverplichting vallen, krijgt
de Europese Commissie, evenals in het oorspronkelijke Commissievoorstel, de bevoegdheid
om vrijwillige rapportagestandaarden op te stellen. Deze ondernemingen krijgen hiermee
de mogelijkheid om, indien zij dat willen, wel te rapporteren. Daarnaast zal deze
vrijwillige standaard dienen als bescherming voor ondernemingen in de waardeketen.
Die ondernemingen krijgen in de raadspositie naar verwachting onder meer het recht
om informatieverzoeken van rapporterende ondernemingen af te wijzen indien die verder
gaan dan de vrijwillige standaard. In de raadspositie lijkt, evenals in het oorspronkelijke
Commissievoorstel, de sectorale rapportagestandaarden te worden geschrapt.
Wat betreft de assurance van duurzaamheidsrapportages is de raadspositie eveneens in lijn met het oorspronkelijke
voorstel van de Commissie. Voor deze assurance zal in de toekomst geen verklaring
van een redelijke mate van zekerheid vereist zijn; een verklaring met een beperkte
mate van zekerheid blijft volstaan. Dit zal de controlelasten voor ondernemingen verlichten.
Zoals uit het voorgaande blijkt, zal de raadspositie naar verwachting in lijn zijn
met de kabinetsinzet, zoals beschreven in het BNC-fiche. Het kabinet is dan ook voornemens
om in te stemmen met de raadspositie voor wat betreft de CSRD. Over de uitkomsten
van de onderhandelingen van de CSDDD zult u separaat worden geïnformeerd door de Staatssecretaris
voor Buitenlandse Handel.
Ondertussen onderhandelt ook het Europees Parlement over het richtlijnvoorstel. Een
akkoord van het Europees Parlement is voorzien voor komend najaar. Zodra de Raad en
het Europees Parlement een positie hebben over het richtlijnvoorstel, zullen de triloogonderhandelingen
tussen het Europees Parlement, de Raad en de Europese Commissie beginnen.
De Minister van Financiën,
E. Heinen
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E. Heinen, minister van Financiën