Brief regering : Stand van zaken onderzoek naar de opvattingen van jongeren over lhbtiq+ personen
30 420 Emancipatiebeleid
Nr. 419
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 16 juni 2025
In mijn Kamerbrief Emancipatie van 18 november 20241 heb ik uw Kamer na Kamervragen van de leden Becker (VVD)2 en Van Zanten (BBB)3 toegezegd een onderzoek te laten uitvoeren naar de opvattingen van jongeren over
lhbtiq+ personen en de verklarende factoren die hierbij een rol kunnen spelen. Ik
heb de Universiteit van Amsterdam eerder dit jaar de opdracht gegeven om dit onderzoek
uit te voeren.
Het onderzoek van de Universiteit van Amsterdam is tweeledig. Het eerste deel betreft
een studie waarmee de bestaande wetenschappelijke inzichten rond het onderwerp in
kaart worden gebracht. Het tweede deel betreft een empirisch onderzoek naar de opvattingen
van jongeren over lhbtiq+ personen in samenhang met demografische kenmerken en sociale
factoren, zoals sociale mediagebruik en culturele en conservatieve denkbeelden.
Uit het eerste deel van de studie blijkt dat jongeren over het algemeen positieve
opvattingen hebben over homoseksuele en lesbische personen. Sinds 2009 wijst bestaand
onderzoek uit dat er sprake is van een duidelijk stijgende acceptatie. De recente,
eenmalige daling in drie van de zeven onderzochte regio’s van de GGD biedt volgens
de onderzoekers vooralsnog onvoldoende basis om te spreken van een landelijke trend.
Kijkend naar verklaringen voor verschillen in acceptatie, tonen de onderzoekers dat
het gaat om een complex samenspel van factoren, waarbij er niet één factor als enige
aanwijsbaar is. Zo hebben vooral meiden gemiddeld positievere opvattingen dan jongens,
maar spelen ook leeftijd, leerweg en religie een rol. Ook zijn ouders en leeftijdsgenoten
van invloed op de opvattingen van jongeren en maakt het uit of jongeren zelf in aanraking
komen met lhbtiq+ personen.
Het is niet mogelijk gebleken om het tweede, empirische deel van het onderzoek voor
het zomerreces gereed te hebben. Onderzoek naar jongeren dient immers altijd op zorgvuldige
wijze te worden uitgevoerd, waarbij ik ook oog wil hebben voor de ethische aspecten
van het doen van onderzoek naar minderjarigen. Dit vraagt om een grondige aanpak,
waardoor er meer tijd nodig is gebleken bij de voorbereiding van dit tweede deel van
het onderzoek.
In dat tweede deel zullen de onderzoekers reeds verzamelde data en nieuw te verzamelen
data analyseren om meer inzicht te krijgen in recente veranderingen in de opvattingen
van jongeren over lhbtiq+ personen. Ook zullen zij daarin meer aandacht hebben voor
de acceptatie van bi+, transgender, non-binaire en intersekse personen en de rol van
sociale media en de manosphere. De bevindingen van het tweede deel zullen vervolgens
ook de scholen zelf helpen bij het voeren van het gesprek over acceptatie in de klas.
Zodoende stuur ik uw Kamer hierbij alvast het eerste deel van het onderzoek toe. Ik
zal uw Kamer mijn inhoudelijke reactie op het onderzoek na de zomer doen toekomen,
tezamen met het tweede deel van het onderzoek.
De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
M.L.J. Paul
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.L.J. Paul, staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap