Brief regering : Geannoteerde agenda Informele Raad voor Toerisme 23 en 24 juni 2025

Nr. 672
BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 12 juni 2025

Hierbij stuur ik u de geannoteerde agenda voor de Informele Raad voor Toerisme die
op 23 en 24 juni in Warschau zal plaatsvinden.

De Minister van Economische Zaken,
E. Heinen

Geannoteerde agenda Informele Toerismeraad 23 en 24 juni 2025

Het Poolse voorzitterschap heeft deze Raad geïnitieerd om van gedachten te wisselen
over het toekomstig toerismebeleid binnen de EU. Het Poolse voorzitterschap wil graag
input verzamelen voor de nieuwe duurzame toerisme strategie die de Europese Commissie
(hierna: de Commissie) voornemens is te publiceren begin 2026. Daarnaast wil het voorzitterschap
graag spreken over hoe de EU een veilige en weerbare toerisme bestemming kan blijven.
Het Voorzitterschap verzoekt de lidstaten daarom om hun voorbeelden en kennis te delen
over hoe om te gaan met de ongebreidelde groei van toerisme op bepaalde Europese bestemmingen.

Een nieuwe toerisme strategie voor de EU

Nederland zal tijdens de Raad aangeven dat het blij is met het voornemen van de Commissaris
Tzitzikostas om een nieuwe duurzame toerisme strategie te ontwikkelen. De nieuwe Eurocommissaris
heeft naast toerisme ook duurzame mobiliteit in de portefeuille. Dit verstevigt de
connectie tussen (duurzame) mobiliteit en toerisme, wat een belangrijke randvoorwaarde
is voor een toekomstbestendig toerisme ecosysteem.

Nederland zal aangeven dat het positief staat tegenover het continueren van toerismebeleid
op EU-niveau met de focus op kennisdeling, samenwerkingen en waar nodig via richtlijnen
zoals de pakketreizen richtlijn en korte termijn verhuur.1 Daarnaast blijft het uitgangspunt dat toerisme een nationale competentie is met aandacht
voor diversiteit in de regio.

Het voorzitterschap vraagt de lidstaten te reflecteren op hun prioriteiten voor de
nieuwe toerisme strategie tijdens deze Toerismeraad.

Commissaris Tzitzikostas heeft benadrukt dat hij de ambitie heeft om Europa de belangrijkste
toeristische bestemming ter wereld te laten blijven.2 Om dit te bereiken, heeft de EU veerkrachtige en concurrerende toeristische bedrijven
nodig. Daarom moet de nieuwe strategie ook aansluiten bij de algemene doelstelling
van de Commissie om het concurrentievermogen van de economie te versterken en de administratieve
en regelgevende lasten te verminderen, ook in de toeristische sector. Dit is ook één
van de prioriteiten vanuit het Regeerprogramma.

Daarnaast zal Nederland het economische belang van de sector benadrukken. Binnen Nederland
zorgt de toerismesector voor € 105 miljard aan bestedingen, 3,8% van het bruto nationaal
inkomen en meer dan 6,7% van de totale werkgelegenheid, wat goed is voor 768.000 banen.
Daarnaast vergroot de gastvrijheidssector de kwaliteit van leven, het maakt mensen
gezonder en gelukkiger en verbindt groepen mensen.

Nederland zal ook aangeven dat het belangrijk is om rekening te houden met het horizontale
karakter van toerisme. Dit betekent dat toerisme niet los kan worden gezien van andere
(EU) beleidsterreinen, zoals onder meer de interne markt, mkb-beleid, mobiliteit,
consumentenbescherming, energie en veiligheid. In een gemeenschappelijke toerisme
strategie is het belangrijk dat dit horizontale karakter naar voren komt. Nederland
ziet het daarom ook als de rol van de Commissie om te zorgen dat beleid, wetgevingsinitiatieven
van de EU en programma's van andere beleidsterreinen nauwlettend in de gaten worden
gehouden wat betreft de positieve of negatieve effecten die ze kunnen hebben op de
toeristische sector.

Digitalisering heeft grote impact op het toerisme-ecosysteem en op toerisme bedrijven;
een digitale koploperspositie is essentieel om toekomstbestendig en aantrekkelijk
te blijven voor bezoekers. Daarom moet ook op EU niveau worden gekeken naar de kansen
en bedreigingen voor een toekomstbestendig digitaal toerisme-ecosysteem. Voor Nederland
zal dit daarom – net als in de vorige EU agenda – een prioriteit zijn.

Toekomstige databronnen voor nieuwe toerisme strategie

Het voorzitterschap wil daarnaast in gesprek gaan over data(bronnen) en datadeling
als een belangrijke randvoorwaarde voor de nieuwe te ontwikkelen strategie. Daarbij
wil het voorzitterschap graag van gedachten wisselen over mogelijke verbeterpunten.

Nederland ondersteunt de datadeling op EU niveau, omdat op basis van goede data ook
betere beleidskeuzes kunnen worden gemaakt, ook op EU niveau. Nederland zal benadrukken
dat het belangrijk is om te zorgen voor een goede afstemming met andere internationale
organisaties die werken aan toerisme data zoals de OESO en UNtourism (de VN-organisatie
voor toerisme). In maart 2024 is het «Statistical Framework for Measuring the Sustainability
of Tourism» (SF-MST) aangenomen door de Statistische Commissie van de Verenigde Naties.3 SF-MST is een internationaal overeengekomen kader dat de belangrijkste concepten,
definities en data-organisatiestructuren beschrijft ter ondersteuning van data ontwikkeling
m.b.t. toerisme. Dit kader zorgt ervoor dat er in samenhang gekeken wordt naar de
economische, ecologische en sociologische impact van toerisme. Op dit moment wordt
SF-MST door Eurostat geconcretiseerd voor Europese landen.

Ook zal Nederland aandacht vragen voor de snelheid van aanlevering van data. Gebruikers
hebben behoefte aan snelle en actuele data. Het is belangrijk dat we hier – ieder
vanuit zijn eigen rol – gezamenlijk aan werken, ook op EU-niveau.

Vervolgens zal Nederland ook aandacht vragen voor het temperen van verwachtingen rondom
transactiedata en mobiele telefoniedata. Zowel transactiedata als mobiele telefoniedata
zijn zeer complexe databronnen, omgeven door privacywetgeving. Dit maakt dat deze
veel belovende databronnen in de praktijk weerbarstiger en moeilijker zijn om te verkrijgen
en mee te werken. Dit blijft een belangrijk aandachtspunt.

Ongebalanceerde toerisme groei binnen Europese bestemmingen

Het voorzitterschap heeft ook ongebalanceerde toerisme groei op de agenda gezet. Het
voorzitterschap geeft aan dat binnen Europa een sterke en soms onevenwichtige ontwikkeling
van het toerisme gevolgen heeft voor een groeiend aantal bestemmingen, terwijl andere
bestemmingen streven naar meer toeristen. De ontwikkeling van «gebalanceerd» toerisme
zal daarom één van de prioriteiten zijn van de nieuwe duurzame toerisme strategie
van de Commissie.

Het voorzitterschap geeft aan dat adequaat toerismemanagement op nationaal, regionaal
en lokaal niveau essentieel is om als EU de toerismebestemming nummer één van de wereld
te blijven. Tijdens deze Informele Toerismeraad wil het voorzitterschap daarom graag
voorbeelden en kennis delen. Nederland herkent deze noodzaak en heeft hier zowel op
nationaal als regionaal ervaring mee en zal daarom goede voorbeelden delen op het
gebied van spreiding, productdifferentiatie en het betrekken van bewoners. Daarnaast
zal in deze context ook aandacht zijn voor de European Alliance on Balanced Urban
Tourism. Dit is een samenwerking van meerdere Europese steden die staat voor de noodzaak
van een evenwichtiger stedelijk toerismebeleid om de kwaliteit van leven in onze steden
te behouden, zowel voor inwoners als bezoekers, en om ons erfgoed te beschermen. Hiervan
is Amsterdam één van de trekkers.