Brief regering : Reactie op een burgerbrief m.b.t. oplossingen voor het behalen van mbo-diploma voor leerlingen met dyscalculie
31 524 Beroepsonderwijs en Volwassenen Educatie
Nr. 667
BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 26 mei 2025
Met de brief van 28 maart 2025, kenmerk 2025D12216, verzoekt de commissie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap mij om mijn reactie op
een burgerbrief over studenten met rekenproblemen, d.d. 13 maart 2025. In deze brief
kom ik aan dit verzoek tegemoet. Ik zal naar aanleiding van het verzoek ook rechtstreeks
contact opnemen met de briefschrijvers.
In de burgerbrief geven de schrijvers aan dat de rekentoets voor hun dochter met dyscalculie,
die een mbo-opleiding op niveau 4 volgt, onhaalbaar is. Daardoor kan ze geen mbo-diploma
op niveau 4 halen en doorstromen naar een vervolgopleiding.
De briefschrijvers vragen om een brief met uitleg over hoe voor deze groep studenten
een uitzondering kan worden toegepast, waarbij wordt verwezen naar de door mij gedane
toezegging in een eerder commissiedebat (Kamerstuk 31 524, nr. 616) (TZ202404-123).
Ik heb begrip voor de zorgen die deze ouders hebben en de gevolgen die dit heeft voor
hun dochter. Rekenen is tegelijkertijd een onmisbare vaardigheid in het beroep en
in het dagelijks leven, ook voor studenten met dyscalculie. In het geval van een mbo-opleiding
op niveau 4 ligt het vereiste rekenniveau hoger dan voor een mbo-opleiding op niveau
2 of 3 om, indien gewenst, door te kunnen stromen naar een vervolgopleiding in het
hbo.
Uw Kamer heeft eerder een petitie1 in ontvangst genomen waarin zorgen worden geuit over de moeilijkheid van het rekenexamen
voor studenten met dyscalculie en andere hardnekkige rekenproblemen. Naar aanleiding
van deze signalen heb ik onderzoek laten uitvoeren naar rekenproblemen in het mbo,
waaronder dyscalculie. Het rapport is 19 mei jl. meegestuurd met de 2e voortgangsbrief over de aanpak basisvaardigheden mbo.
Daaruit komt naar voren dat er inderdaad een kleine groep mbo-studenten is die, als
gevolg van dyscalculie (of andere ernstige rekenproblemen), niet in staat is het rekenexamen
te halen. Voor deze groep vind ik het van groot belang dat zij gebruik kunnen maken
van beschikbare voorzieningen, zoals verlengde examentijd of aangepaste toetsvormen.
Uit het onderzoek blijkt dat studenten en docenten niet altijd goed op de hoogte zijn
van deze mogelijkheden. Ik ga met de sector in gesprek om dit beter onder de aandacht
te brengen en roep ook de briefschrijvers op om het gesprek met de betreffende mbo-instelling
hierover aan te gaan.
Verder heb ik de Coƶperatie Examens MBO gevraagd om de komende periode aangepaste
examens verder te verbeteren en te verfijnen, bijvoorbeeld voor studenten met ernstige
rekenproblemen, dyscalculie of andere beperkingen waarvoor goed afgestemde examinering
nodig is.
Gezien het belang van rekenen en de hulpmiddelen die al mogelijk zijn om het examen
succesvol af te leggen, wil ik geen uitzondering maken op de rekentoets. Met de genoemde
maatregelen wil ik er wel voor zorgen dat ook deze groep studenten beter in staat
wordt gesteld om een mbo-diploma te halen.
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
E.E.W. Bruins
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.E.W. Bruins, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap