Brief regering : Verslag Financieel Stabiliteitscomité 24 maart 2024
32 545 Wet- en regelgeving financiële markten
Nr. 222
BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 6 mei 2025
Hierbij zend ik u het verslag van de bijeenkomst van het Financieel Stabiliteitscomité
van 24 maart 2025. Dit verslag wordt ook gepubliceerd op de eigen website van het
Financieel Stabiliteitscomité.
In het Financieel Stabiliteitscomité spreken vertegenwoordigers van De Nederlandsche
Bank (DNB), de Autoriteit Financiële Markten en het Ministerie van Financiën ten minste
twee keer per jaar onder leiding van de president van DNB over ontwikkelingen op het
gebied van de stabiliteit van het Nederlandse financiële stelsel. Het Centraal Planbureau
(CPB) neemt als externe deskundige deel aan de vergadering. De deelnemers namens het
Ministerie van Financiën en CPB nemen geen deel aan de besluitvorming over het signaleren
van risico’s en het doen van aanbevelingen.
De Minister van Financiën,
E. Heinen
Verslag Financieel Stabiliteitscomité 24 maart 2025
In het Financieel Stabiliteitscomité (FSC) spreken vertegenwoordigers van de Autoriteit
Financiële Markten (AFM), De Nederlandsche Bank (DNB) en het Ministerie van Financiën
over ontwikkelingen op het gebied van financiële stabiliteit in Nederland. Het Centraal
Planbureau (CPB) neemt als externe deskundige deel aan de vergaderingen. De President
van DNB is voorzitter van het FSC.
Tijdens de vergadering van 24 maart 2025 heeft het FSC gesproken over de actuele ontwikkelingen
en risico’s voor financiële stabiliteit, in het bijzonder samenhangend met geopolitieke
ontwikkelingen. Daarnaast sprak het FSC over de visie van de minister van Financiën op de financiële sector. Tevens ging het FSC dieper in op de risico’s van hoge overheidsschulden
en de actuele Europese begrotingsdiscussies.
Actuele ontwikkelingen en risico’s financiële stabiliteit
Het FSC bespreekt de actuele economische situatie van de Nederlandse economie op basis
van het Centraal Economisch Plan 2025. De Nederlandse economie presteert relatief goed, waarbij de groei(verwachting) positief
afsteekt ten opzichte van het eurogebied, de werkloosheid laag blijft en de inflatie
geleidelijk verder afneemt. De economische situatie is vooral structureel uitdagend,
gegeven de grenzen van de aanbodkant van de economie. Dit kan ook een factor zijn
die de daling van de inflatie tegenwerkt, zoals bijvoorbeeld een krappe arbeidsmarkt.
FSC-leden stellen tegelijkertijd dat de economische verwachtingen met veel onzekerheid
omgeven zijn vanwege de huidige geopolitieke situatie. De (aangekondigde) Amerikaanse
invoerheffingen trekken een wissel op de wereldeconomie, en tegenreacties van andere
landen versterken de negatieve gevolgen voor de wereldhandel. Bedrijven anticiperen
op eventuele tarieven door grotere voorraden aan te leggen, wat op korte termijn de
vraag doet toenemen. Grotere voorraden resulteren echter in minder toekomstige groei.
Hierdoor neemt ook de volatiliteit van handelscijfers toe en zijn deze lastiger te
duiden. Tevens neemt de kans op verstoringen in productieketens toe, waardoor tekorten
en prijsschokken kunnen ontstaan. Tot slot kunnen vertrouwenseffecten onder consumenten
en investeerders grote invloed hebben op de economische dynamiek. Aangezien de Nederlandse
economie sterk afhankelijk is van de wereldhandel worden de negatieve effecten van
tarieven en fragmentatie juist ook voelbaar in Nederland.1 Deze negatieve effecten kunnen versterkt worden omdat Nederland afhankelijk is van
de VS op financieel en technologisch gebied.2
Na een langdurige periode van stijgende aandelenkoersen is de volatiliteit op financiële
markten recent toegenomen. Dit hangt onder meer samen met de toenemende geopolitieke
spanningen en – vooral in de VS – verslechterende groeivooruitzichten. Tegelijk zijn
de langetermijnrentes van Europese staatsobligaties substantieel toegenomen na de
aangekondigde toename van (Europese) defensie-uitgaven. Bij een verdere geopolitieke
escalatie kan het sentiment omslaan naar meer schoksgewijze aanpassingen met periodes
van hoge volatiliteit en lage liquiditeit. Een dergelijke schok heeft ook gevolgen
voor Nederlandse financiële instellingen. Het FSC concludeert dat het financiële systeem
deze schokken vooralsnog goed heeft kunnen verwerken, waarbij het belang van goed
functionerende geldmarkten voor financiële instellingen onder deze omstandigheden
wordt benadrukt.
Het FSC ziet de toenemende ondermijning van internationale samenwerking en multilaterale
fora als groot risico voor de financiële stabiliteit. Dit is zorgelijk omdat veel
belangrijke uitdagingen een grensoverschrijdend karakter hebben, waaronder klimaatverandering,
de regulering van Niet-Bancaire Financiële Instellingen (NBFI’s) en crypto-activa.
Financiële markten en financiële instellingen zijn bovendien internationaal sterk
met elkaar verbonden. Hierdoor kunnen schokken die in één land ontstaan zich snel
wereldwijd verspreiden. Om neveneffecten van deze verwevenheid te beperken, is consistente
internationale regelgeving en samenwerking cruciaal. Een goed voorbeeld hiervan was
het beschikbaar stellen van swaplijnen voor Amerikaanse dollars door de Amerikaanse
centrale bank tijdens de Covid-19 crisis. Hierdoor zijn verdere negatieve effecten
destijds beperkt gebleven.
Tot slot nemen ook cyber- en hybride dreigingen toe, die onder meer het betalingsverkeer
en andere financiële kerninfrastructuur kunnen raken. Een geslaagde cyberaanval heeft
namelijk de potentie om grote schade aan te richten. Met de komst van de Europese
verordening DORA is er een instrument voorhanden om de digitale weerbaarheid van de
financiële sector inclusief de keten van ICT-dienstverleners te versterken.
Visie op de financiële sector
In januari heeft de Minister van Financiën zijn visie op de financiële sector met de Eerste en Tweede Kamer gedeeld. In deze visie staan
drie thema’s centraal: goed functionerende markten, lagere regeldruk en goed toezicht,
en toegankelijk betalingsverkeer en bescherming van de consument. FSC-leden delen
de belangrijkste uitgangspunten van deze visie. Daarnaast is het FSC dieper ingegaan
op maatregelen in de visie die de financiële stabiliteit kunnen versterken, mede in
het licht van weerbaarheid tegen geopolitieke spanningen.
Het voltooien van de Europese interne markt via de Europese spaar- en investeringsunie3 is een belangrijke prioriteit om de brede beschikbaarheid van kapitaal en de financiële
stabiliteit te bevorderen. AFM en DNB en hebben het belang hiervan onlangs onderstreept in hun reactie op de recente Europese
Commissie consultatie ten aanzien van de spaar- en investeringsunie. FSC-leden noemen het vergroten van
de beschikbaarheid van durfkapitaal, bijvoorbeeld via durfkapitaalfondsen, als een
belangrijke factor. Ook zal het FSC bij een volgende gelegenheid bezien of Europese
risicovrije schuldtitels («safe assets») van belang zijn voor een diepe, Europese
kapitaalmarkt.
Het vereenvoudigen van financiële regulering, bijvoorbeeld via het Omnibus pakket
van de Europese Commissie4, kan de Europese concurrentiekracht bevorderen, maar mag niet ten koste gaan van
weerbaarheid, bijvoorbeeld als gevolg van een verlaging van kapitaaleisen of inadequaat
risicomanagement. Daarom is het nodig een goede balans te vinden tussen het verminderen
van regeldruk en het behoud van solide toezicht op financiële instellingen. Daarbij
noemen FSC-leden de implementatie van Finaal Bazel 3 als belangrijke stap om dit te
bereiken. Daarnaast benoemen AFM en DNB dat vraagstukken over vestigingsklimaat en
mededinging veelal de rol van de financiële toezichthouder overstijgen.
Verder is specifieke aandacht nodig voor de toereikendheid van macroprudentieel beleid
voor NBFI’s. De opvolging van de consultatie van de Europese Commissie hierover dient
hoog op de beleidsagenda’s te blijven.5 Zo dient de weerbaarheid van geldmarktfondsen tijdens periodes van stress in financiële
markten sterk genoeg te zijn om zo hun liquiditeitsfunctie te waarborgen. Ten slotte
dienen macroprudentiële instrumenten voor banken, zoals systeembuffers, in de EU verder
geharmoniseerd te worden om een beter en vergelijkbaar schokabsorptievermogen bij
grote banken, minder complexiteit en een gelijker speelveld te bereiken.
Risico’s van hoge overheidsschulden
Het FSC staat stil bij de recente ontwikkelingen omtrent het begrotingsbeleid in Europa.
De Europese Commissie heeft plannen gepresenteerd die de defensie-uitgaven in Europa
potentieel sterk verhogen. Daarnaast heeft de Duitse Bondsdag ingestemd met het loslaten
van de zogenaamde schuldenrem, waarbij voor onder andere defensie-uitgaven een uitzondering
wordt gemaakt op deze regel.
FSC-leden benoemen het belang van houdbare overheidsschulden voor financiële stabiliteit.
Zo zijn de Europese begrotingsregels belangrijk voor het vertrouwen in overheidsfinanciën
en de ruimte om toekomstige schokken op te kunnen vangen. Daarnaast zijn landen met
een hoge schuld gevoeliger voor een omslag op financiële markten, bijvoorbeeld als
gevolg van oplopende geopolitieke spanningen.6 Ook wijst het FSC op de zogenaamde sovereign- financial sector nexus, waarbij de stabiliteit van financiële spelers en markten sterk verbonden is met de
dynamiek en houdbaarheid van overheidsschuld. Vanwege deze verwevenheid kunnen schokken
op staatsobligaties via waarde en liquiditeitseffecten namelijk snel doorwerken in
het financiële systeem.
Tegelijkertijd erkent het FSC dat een tijdelijke uitzondering op de begrotingsregels
nodig kan zijn voor extra defensie-uitgaven. Deze uitzondering zou wel tijdelijk,
begrensd en idealiter aflopend moeten zijn. Daarbij is het van belang dat lidstaten
extra defensie-uitgaven voor de langere termijn in hun begroting inpassen. Deze opgave
onderschrijft nog eens het belang van structurele hervormingen om problemen aan de
knellende aanbodkant van de economie aan te pakken.
Daarnaast stelt de Europese Commissie voor om 150 miljard euro aan gezamenlijke leningen
aan te gaan voor de financiering van defensieprojecten, die worden gegarandeerd vanuit
de lopende EU-begroting. Lidstaten dienen vervolgens deze leningen terug te betalen.
Eventueel hogere schuld op EU-niveau vraagt om afbouw van nationale schulden. Hoewel
gezamenlijke Europese schulduitgifte mogelijk (financierings)voordelen kent, is dit
een politieke keuze.
Het FSC staat tot slot stil bij de markteffecten naar aanleiding van het loslaten
van de schuldenrem in Duitsland. Dit heeft geresulteerd in een sterke stijging van
obligatierentes in het gehele eurogebied, maar is vooralsnog goed door het financiële
systeem geabsorbeerd. Verschillen tussen de rentes op overheidsobligaties van lidstaten
zijn zelfs gedaald. De effecten van dergelijke marktbewegingen zijn eerder door het
FSC besproken aan de hand van de DNB-AFM analyse naar risico’s in derivatenposities bij pensioenfondsen. Deze gebeurtenissen laten zien hoe de uitvoering van stresstesten kunnen bijdragen
aan solide liquiditeitsbeheer, waarmee financiële instellingen goed voorbereid zijn
op snelle en onverwachte marktbewegingen. Mede omdat de geldmarkten goed bleven functioneren,
is de impact van de significante rentestijging beperkt gebleven.
Volgende vergadering
De volgende vergadering vindt plaats op woensdag 9 juli 2025. De agenda wordt enkele
weken voorafgaand aan de vergadering vastgesteld.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E. Heinen, minister van Financiën