Brief regering : Toezegging, gedaan tijdens het commissiedebat Vreemdelingen- en Asielbeleid van 12 maart 2025, over de veiligheidsmaatregelen voor Yezidi’s in asielzoekerscentra

Nr. 3396
BRIEF VAN DE MINISTER VAN ASIEL EN MIGRATIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 18 april 2025

Tijdens het commissiedebat over het Vreemdelingen- en Asielbeleid van 12 maart jl.
heb ik uw Kamer toegezegd om u deze maand nog te informeren over de veiligheidsmaatregelen
voor Yezidi’s in asielzoekerscentra.

Allereerst wil ik benoemen dat de asielopvang voor iedere bewoner veilig moet zijn.
Discriminatie en agressie passen niet bij een goede en veilige opvang en keur ik dan
ook te allen tijde af. De medewerkers van het COA en de beveiligers op de opvanglocaties
zetten zich iedere dag in om een goede en veilige opvang te realiseren. Helaas is
het de realiteit dat discriminatie en agressie niet altijd te voorkomen is.

Zodra discriminatie en agressie wordt gesignaleerd is het uitgangspunt dat de dader
niet ongestraft mag wegkomen met deze daden. Daarom wordt het doen van aangifte gestimuleerd
zodat strafrechtelijke opvolging plaats kan vinden en de dader merkt dat zijn gedrag
en acties consequenties hebben.

Bij aanhoudende signalen van onveiligheid kunnen het COA, de politie en/of de gemeente
in onderling overleg vergaande veiligheidsmaatregelen nemen. Bijvoorbeeld extra bezoeken
van de wijkagent op locatie.

Daarnaast heeft het COA beleid en protocollen die COA medewerkers handvatten geven
in de begeleiding en opvang van personen in een kwetsbare positie. In het beleid is
ook aandacht voor de mogelijk extra kwetsbare positie van onder andere etnische, levensbeschouwelijke
of religieuze minderheden. Hiertoe behoren ook de Yezidi in de opvang. Het COA heeft
hier dan ook aandacht voor in de begeleiding.

Vanaf dag 1 worden bewoners door middel van voorlichting in de begeleiding gewezen
op Artikel 1 van de Grondwet. Asielzoekers worden geacht elkaars cultuur, religie
en seksuele geaardheid te respecteren, dit staat in de huisregels van het COA. In
het rechten- en plichtengesprek en de verdere begeleiding wordt duidelijk gemaakt
dat het discrimineren op grond van godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid,
ras, geslacht of op welke grond dan ook niet is toegestaan. Hiermee neemt het voorlichten
over Artikel 1 van de Grondwet een belangrijke rol in de begeleiding van asielzoekers
in de opvang. Tevens zijn op alle opvanglocaties beveiligers aanwezig, die zijn getraind
om de sensitiviteit met betrekking tot specifieke kwetsbaarheden goed in te schatten.
Deze beveiligers moeten zorgen voor een veilige opvang. Verder kunnen COA medewerkers
met behulp van partners (zoals Slachtoffer Hulp Nederland) nazorg verlenen aan slachtoffers
indien er sprake is geweest van discriminatie en agressie.

Tot slot worden ernstige incidenten zoals steekpartijen en mishandelingen via een
piketmelding geregistreerd en gemeld. Ieder kwartaal worden deze piketmeldingen gepubliceerd
op de website van de Rijksoverheid.

De Minister van Asiel en Migratie,
M.H.M. Faber-van de Klashorst