Brief regering : Aanpassingen beleid OM opvolging moties en interne instructies OM strafbeschikking
29 279 Rechtsstaat en Rechtsorde
Nr. 930
BRIEF VAN DE MINISTER EN DE STAATSSECRETARIS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 3 april 2025
Mede met het oog op het debat met uw Kamer op 8 april aanstaande over de verruiming
van de toepassing van de strafbeschikking gaan wij in deze brief in op enkele relevante
ontwikkelingen. Hieronder lichten wij een recent besluit van het Openbaar Ministerie
(OM) toe om enkele aanpassingen aan te brengen bij de toepassing van de verruiming
van de strafbeschikking bij veelvoorkomende vermogenscriminaliteit. Daarna lichten
wij toe hoe wij opvolging gaan geven aan drie moties die u over dit onderwerp heeft
aangenomen. Als laatste reageren wij op uw verzoek om inzage te geven in interne aanwijzingen
en richtlijnen van het OM inzake het instrument van de strafbeschikking.
Voordat wij dat doen, willen wij het volgende graag benadrukken. Het OM maakt sinds
2008 gebruik van de strafbeschikking. Hiervoor heeft uw Kamer een wet aangenomen die
het OM de bevoegdheid geeft om bij sommige relatief lichtere misdrijven een strafbeschikking
op te leggen. Het OM opereert zelfstandig en onafhankelijk binnen de wettelijke kaders
en moet dit ook blijven doen. De strafrechtketen staat onder druk, waardoor bijvoorbeeld
de doorlooptijden te lang zijn en er maar beperkt ruimte is om zaken via de rechter
af te doen. Het OM wil met behulp van de strafbeschikking de doorlooptijden verbeteren
en juist meer criminaliteit aanpakken. Wij ondersteunen dat doel volledig: met de
strafbeschikking zorgen we ervoor dat criminaliteit niet onbestraft blijft.
Aanpassingen beleid OM
Mede naar aanleiding van de gestelde vragen tijdens de door u georganiseerde ronde
tafel op 26 maart jl. heeft het College van procureurs-generaal besloten enkele aanpassingen
aan te brengen ten aanzien van de verruiming van de toepassing van de strafbeschikking.
Het OM heeft over de aanpassingen in het beleid vandaag een nieuwsbericht op zijn
website geplaatst. Met de aanpassingen geeft het OM aan bereid te zijn te luisteren
naar kritische signalen vanuit de politiek en ketenpartners. Wij ondersteunen deze
aanpak van het OM. Wij hechten er wel aan te benadrukken dat het belangrijk is dat
het OM zelfstandig en onafhankelijk zijn werk moet kunnen doen. Dit betekent dat de
politiek zo veel mogelijk op afstand moet blijven, niet alleen wat vervolging in individuele
zaken betreft maar ook waar het gaat om het algemene vervolgingsbeleid.
In de werkinstructie van 1 februari jl. kondigde het OM aan om later in dit jaar de
inzet van de strafbeschikking verder uit te breiden. Het College heeft besloten te
wachten met nieuwe tijdelijke instructies die de toepassing van de strafbeschikking
verder verruimen. Het College wil eerst de resultaten bezien van de huidige instructie
– de «Tijdelijke instructie intensivering strafbeschikking» – en de mate waarin deze
bijdraagt aan de ontlasting van de strafrechtketen. Ook wil het College de resultaten
van het WODC-onderzoek naar de strafbeschikking afwachten, evenals het vervolgonderzoek
dat de procureur-generaal bij de Hoge Raad naar de strafbeschikking heeft aangekondigd.
In dat vervolgonderzoek zal aandacht worden besteed aan de vorm, inhoud en implicaties
van de recente beleidswijziging van het OM.
De nieuwe werkinstructie van februari jl. maakte het mogelijk om bij veelvoorkomende
vermogensdelicten die worden gepleegd door asielzoekers en illegale vreemdelingen
een strafbeschikking op te leggen. Waar het College van mening was dat het opleggen
van een strafbeschikking aan illegale vreemdelingen en asielzoekers zou leiden tot
meer bestraffingen, zou het de indruk kunnen wekken dat zij er lichter door zouden
worden bestraft. Het College ziet er om deze reden van af om illegale vreemdelingen
en asielzoekers onder de tijdelijke instructie te laten vallen.
Naast deze twee wijzigingen zal het OM in samenspraak met Slachtofferhulp Nederland
de positie van het slachtoffer ten aanzien van de strafbeschikking versterken en zal
het OM de informatieverstrekking richting de verdachten optimaliseren.
Opvolging moties
Op 25 maart 2025 heeft uw Kamer drie moties aangenomen die zich richten op de toepassing
van de strafbeschikking.
De eerste motie van het lid Koops (NSC) richt zich op het wettelijk verankeren dat
er geen strafbeschikking mag worden uitgevaardigd in gevallen waarin een taakstrafverbod
geldt.1 Aan deze motie zal uitvoering worden gegeven in het wetsvoorstel over de uitbreiding
van het taakstrafverbod, zoals dat in het regeerprogramma is aangekondigd. Het streven
is om dat wetsvoorstel in de zomer van dit jaar in consultatie te brengen.
De tweede motie van het lid Koops ziet op de verbetering van de schriftelijke informatie
die het OM verstrekt aan ontvangers van een strafbeschikking ten aanzien van de rechten
en positie van betrokkene.2 Het College van procureurs-generaal heeft, zoals hiervoor toegelicht, ons laten weten
de informatieverstrekking richting de verdachten te zullen optimaliseren conform het
gestelde in de motie. Het OM zal hierover overleg voeren met onder andere de Nederlandse
Orde van Advocaten. Voor wat betreft de verbetering van de rechtsbescherming verwijzen
wij u verder naar onze brief van 25 maart jongstleden waarin wij reageren op het verzoek
van het lid Omtzigt (NSC) om een toelichting op het nieuwe beleid van het OM.3
De derde motie van het lid Eerdmans (JA21) betreft een verzoek aan het kabinet om
asielzoekers die misdrijven plegen uit te zonderen van de nieuwe werkwijze van het
Openbaar Ministerie om de strafbeschikking vaker toe te passen.4 Zoals hiervoor is toegelicht heeft het College besloten dat de instructie niet meer
van toepassing is op asielzoekers en illegale vreemdelingen.
Verzoek om inzage interne instructies strafbeschikking
In uw brief van 27 maart 2025 verzoekt u de Minister van JenV inzage te geven in de
interne richtlijnen en aanwijzingen betreffende het instrument van de strafbeschikking.
De aanwijzingen en richtlijnen van het College worden gepubliceerd in de Staatscourant
en zijn te raadplegen via https://www.om.nl/onderwerpen/beleidsregels. Instructies hebben geen externe werking.
Het OM heeft de Minister van Justitie en Veiligheid laten weten dat er naast de Tijdelijke
instructie intensivering strafbeschikking bij veelvoorkomende vermogensdelicten geen
andere instructies, richtlijnen of aanwijzingen zijn over strafbeschikkingen die niet
openbaar zijn gemaakt.
De Minister van Justitie en Veiligheid, D.M. van Weel
De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, T.H.D. Struycken
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
D.M. van Weel, minister van Justitie en Veiligheid -
Mede ondertekenaar
T.H.D. Struycken, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid