Brief regering : Reactie op verzoek commissie over de petitie van Stichting RIONED over een verbod op plastic in vochtige doekjes i.h.k.v. de SUP-richtlijn
30 872 Landelijk afvalbeheerplan
               28 694
                Verpakkingsbeleid
         
Nr. 308
                   BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT
            
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 10 februari 2025
Op 27 november 2024 verzocht de vaste Kamercommissie Infrastructuur en Waterstaat
                  om een reactie op de petitie van Stichting RIONED. Met deze brief wordt ingegaan op
                  dat verzoek en op de petitie van de stichting.
               
Ik ben de Stichting RIONED en de mede-indieners van de petitie dankbaar voor het heldere
                  rapport Vochtige doekjes in het afvalwatersysteem en milieu, evenals voor hun aanhoudende inzet. Er is kennis genomen van het rapport en de hierin
                  geconcludeerde maatschappelijke kosten van 22 tot 26 mln. euro die jaarlijks gemaakt
                  worden als gevolg van kunststof bevattende vochtige doekjes in het rioolsysteem. Een
                  onderzoek van Stichting RIONED uit 2007 schatte de kosten op 25 tot 55 mln. euro per
                  jaar. Het probleem lijkt daarmee persistent en de hoogte van de maatschappelijke kosten
                  vrij stabiel.
               
De populariteit van vochtige doekjes is de afgelopen decennia enorm toegenomen. Ze
                  worden bijvoorbeeld gebruikt in de sanitaire omgeving, op de werkvloer, in het huishouden,
                  als snoetenpoetsers en billendoekjes en ze hebben door het gebruiksgemak in veel gevallen
                  alternatieven als herbruikbare of papieren doekjes vervangen. De populariteit, en
                  de daarmee gepaarde gaande grote aantallen waarin vochtige doekjes worden verkocht,
                  hebben echter ook een keerzijde. Zo blijven de doekjes regelmatig achter na gebruik
                  in de openbare ruimte. Ook worden de doekjes veelvuldig doorgespoeld en zorgen ze
                  op die manier voor verstoppingen in het rioolsysteem.
               
Omdat de doekjes in veel gevallen gemaakt zijn van kunststof vallen ze, anders dan
                  bijvoorbeeld toilet- of keukenpapier, niet uit elkaar zodra ze met water in aanraking
                  komen. De doekjes op straat en op het strand vergaan niet en moeten worden opgeraapt.
                  De doekjes in de riolering vergaan eveneens niet en verstoppen de pompen door te zorgen
                  voor zogeheten «schapen»: proppen van deze doekjes.
               
Het is technisch gezien mogelijk om vochtige doekjes te produceren die geen kunststof
                  bevatten. Hoewel dit momenteel nog duurder is dan doekjes met kunststof, zijn er steeds
                  meer partijen die overstappen naar plasticvrij.
               
Voor de producenten van vochtige doekjes gelden reeds diverse maatregelen. Op basis
                  van de uitgebreide producentenverantwoordelijkheid1 betalen ze mee aan de opruimkosten die gebiedsbeheerders maken om vochtige doekjes
                  in het zwerfafval op te ruimen, geldt er een bewustmakingsplicht om consumenten te
                  wijzen op hoe ze zich van vochtige doekjes moeten ontdoen na gebruik en zijn ze verplicht
                  om markeringsvoorschriften op de verpakking zetten.
               
In de bijlage bij de Kamerbrief over uitbreiding van de aanpak van kunststof producten
                  voor eenmalig gebruik2 is eerder opgenomen dat het kabinet bij de aankomende herziening van de Europese
                  Single-Use Plastics (SUP) Richtlijn inzet op verdere maatregelen.
               
Zoals aangegeven tijdens het commissiedebat op 19 december 2024 zal het kabinet bij
                  de herziening inzetten op een verbod op vochtige doekjes die kunststof bevatten. Het
                  kabinet verwacht dat een dergelijk verbod zal leiden tot een sterke daling van de
                  maatschappelijke kosten die vochtige doekjes met kunststof momenteel veroorzaken,
                  een afname van de microplastics afkomstig van deze doekjes in waterzuiveringsinstallaties
                  en een daling van de kosten om plasticvrije vochtige doekjes te produceren.
               
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,
                  C.A. Jansen
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
 C.A. Jansen, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat
