Brief regering : Beleidsreactie op het rapport "Diversiteit van personeel, zelfstandigen, toezichthouders en adviseurs in de culturele en creatieve sector – wat is de stand in 2024?"
32 820 Nieuwe visie cultuurbeleid
Nr. 534 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 29 januari 2025
Met deze brief bied ik u de Monitor «Diversiteit van personeel, zelfstandigen, toezichthouders en adviseurs in de culturele
en creatieve sector – wat is de stand in 2024?» aan.
Cultuur speelt een belangrijke rol in de vorming van de samenleving en daarom is het
belangrijk dat de mensen die in culturele instellingen werken de samenstelling van
de samenleving weerspiegelen. De culturele sector heeft een maatschappelijke verantwoordelijkheid
om de verschillende demografische groepen in de samenleving te vertegenwoordigen.
Dit zorgt ervoor dat verschillende perspectieven, ervaringen en achtergronden in de
culturele productie tot uiting komen en een breder publiek aantrekken.
In deze monitor is de samenstelling van het personeel op het gebied van herkomst,
geslacht en leeftijd in de culturele en creatieve sectoren onderzocht. Naast onderzoek
naar de gesubsidieerde culturele en creatieve instellingen, betreft het ook onderzoek
naar de niet-gesubsidieerde culturele en creatieve instellingen. Het laatste onderzoek
dateerde uit 2018.
Het doel van deze meting is om de stand van zaken in kaart te brengen en nationale
ontwikkelingen op het gebied van arbeidsparticipatie te volgen. Het onderzoek laat
de spreiding zien op het gebied van afkomst, gender en leeftijdsrepresentatie.
Uit het onderzoek, uitgevoerd door Significant APE, blijkt dat de gesubsidieerde culturele
en creatieve sector in Nederland pluriformer is geworden. Vergeleken met 2018 is er
een duidelijke diversificatie in geslacht, herkomst en leeftijd van het personeel
en de raden van toezicht. Bij hoger betaalde functies is dit niet het geval.
De Wet op het Specifiek Cultuurbeleid (WSc) geeft mij als Minister van OCW de taak
om voorwaarden te scheppen voor een rijk en gevarieerd cultureel aanbod dat voor iedereen
toegankelijk is. Hier ligt een belangrijke verantwoordelijkheid bij de culturele sector
zelf. Dit rapport biedt culturele instellingen praktische handvatten om diversiteit
en inclusie te versterken en zo bij te dragen aan een cultuursector die iedereen vertegenwoordigt.
Ik ben van mening dat alle professionals hun talenten moeten kunnen gebruiken en moeten
kunnen bijdragen aan ons culturele landschap en het economische potentieel1 van de culturele en creatieve industrieën. Daarom blijf ik in gesprek met de sector
over hoe we gezamenlijk de toegankelijkheid kunnen bevorderen en verwacht ik dat de
sector uit eigen beweging aan dit onderwerp blijft werken om een inclusieve sector
te bevorderen.
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, E.E.W. Bruins
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.E.W. Bruins, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap