Brief regering : Reactie op verzoek commissie over twee brieven van Stichting Natuur en Milieu over luchtvaartbeleid
31 936 Luchtvaartbeleid
Nr. 1193
BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 18 december 2024
Op 6 november 2024 heeft u verzocht om te reageren op twee brieven van Stichting Natuur
en Milieu1. Met deze brief ontvangt u de reactie op de twee brieven.
De brieven gaan over een petitieaanbieding op 22 oktober 2024 en het commissiedebat
Luchtvaart op 24 oktober 2024. In de eerste brief verwijst Stichting Natuur en Milieu
naar het manifest luchtvaart, dat zij op 14 oktober aan mij hebben aangeboden. Ik
heb dit manifest persoonlijk in ontvangst genomen en heb daarop een goed gesprek gehad
met de stichting Natuur en Milieu.
De tweede brief gaat over een aantal aspecten van het luchtvaartbeleid: besluit Schiphol
en het normenstelsel; Lelystad Airport; de vliegbelasting; en de invoering van Europese
brandstofregels. De tweede brief is mede namens Greenpeace, Milieudefensie en Milieufederatie
Noord-Holland verstuurd. Hieronder vindt u de reactie op de genoemde aspecten.
Besluit Schiphol en normenstelsel
Schiphol vervult een belangrijke rol voor Nederland, zowel voor de economie als voor
de bereikbaarheid. De gedoogsituatie van de geluidsgrenzen die nu bestaat heeft te
lang geduurd. Daarom heeft het kabinet in het regeerprogramma afgesproken dat de rechtsbescherming
voor omwonenden moet worden hersteld, met behoud van de netwerkkwaliteit van Schiphol.
Ook is afgesproken de geluidhinder rond Schiphol aan te pakken. In het Actieplan Omgevingslawaai
Schiphol (2024–2029) is het geluidsdoel vastgelegd. Het doel blijft voor dit kabinet
ongewijzigd: 20% minder gehinderden op het etmaal en 15% minder slaapverstoorden in
de nacht.
Om zo snel mogelijk de regelgeving weer op orde te krijgen en de geluidbelasting te
verlagen, werkt het kabinet door aan de Europese balanced approach-procedure, die momenteel wordt doorlopen. Hiervoor is op 4 september jl. het aangepaste
maatregelenpakket genotificeerd bij de Europese Commissie. Maatregelen die hierin
zijn opgenomen zijn tariefdifferentiatie, additionele vlootvernieuwing, het weren
van lawaaiige toestellen in de nacht, een maximumaantal nachtvluchten (27.000) en
een maximumaantal vluchten per etmaal.
Het kabinet heeft, na een nieuwe afweging van belangen en gelet op de resultaten van
de berekeningen, ervoor gekozen om in de eerste fase 15% van het totale geluidsdoel
in te vullen2. Het maximumaantal vliegtuigbewegingen komt dan uit op 478.000. Het kabinet streeft
ernaar om het geluidsdoel van 20% zo snel mogelijk te realiseren. De resultaten van
de balanced approach-procedure zullen in wet- en regelgeving worden vastgelegd.
Met dit besluit wordt een eerste stap gezet om de geluidsbelasting rond Schiphol terug
te dringen, en de rechtsbescherming voor omwonenden te herstellen. Tegelijkertijd
hebben we oog voor het economische belang van Schiphol voor Nederland. Hiermee zoeken
we een goede balans tussen deze verschillende belangen.
Het kabinet wil dat er in de toekomst gestuurd kan worden op milieunormen, zodat de
negatieve externe effecten van de luchtvaart (geluid, CO2 en andere emissies) steeds verder afnemen. Voor de luchtvaart ontstaat dan op de
langere termijn groeiruimte als vliegtuigen stiller en schoner worden, onder andere
met innovatie van vliegtuigen en vliegtuigbrandstoffen, waaronder SAF (biogene en
synthetische brandstof) en waterstof. Hiertoe werkt het Ministerie van IenW aan een
normenstelsel. De uitwerking van het normenstelsel zal nog een aantal jaar in beslag
nemen.
Lelystad Airport
Het kabinet zal in 2025 een besluit nemen over het toestaan van groot handelsverkeer
op Lelystad Airport. In het kader van zorgvuldige besluitvorming worden alle belangen
meegewogen. Voor dit besluit geëffectueerd kan worden, zullen er nog meerdere stappen
moeten worden gezet. Als eerste zal er een natuurvergunning moeten zijn verleend door
het bevoegd gezag (het Ministerie van LVVN). Die aanvraag van Lelystad Airport loopt.
Daarnaast wordt het milieueffectrapport (MER) door de luchthaven geactualiseerd. In
de actualisatie van het MER wordt duidelijk wat de brede milieueffecten zijn, waaronder
geluid en uitstoot. Onderdeel van het MER is ook het voorstel van Lelystad Airport
om het routedeel Lemelerveld–Zwolle te schrappen. Daarmee kan het laatste deel van
de «laagvliegroutes» worden opgelost en op alle vertrek- en naderingsroutes ongehinderd
geklommen en gedaald worden. Lelystad Airport brengt de geluidseffecten hiervan in
beeld in het MER, waarna over de oplossing besloten wordt.
Over de kosten en opbrengsten van Lelystad Airport bij 10.000 vliegbewegingen is de
Tweede Kamer op 12 december jl. geïnformeerd3. In eerdere maatschappelijke kosten-batenanalyses (MKBA’s) is onder meer gekeken
naar de directe effecten van Lelystad Airport zoals investeringen en bedrijfseconomische
effecten. Deze MKBA’s laten zien dat Lelystad Airport in positieve zin bijdraagt aan
de brede welvaart van Nederland. Er is o.a. ook gekeken naar externe en indirecte
effecten op de omgeving: zoals geluid, emissies, externe veiligheid en werkgelegenheid.
Deze aspecten komen ook terug in de MER en worden in de besluitvorming meegenomen.
Zodra er zicht is op een definitieve planning van o.a. de actualisatie van het MER
en de wijziging van het luchthavenbesluit, wordt de Kamer geïnformeerd over de besluitvormingsstappen.
Vliegbelasting
In het hoofdlijnenakkoord is afgesproken om de vliegbelasting per 1 januari 2027 te
differentiëren naar afstand. Deze maatregel heeft als doel om de hogere uitstoot van
lange afstandsvluchten zwaarder te belasten en zal een budgettaire opbrengst genereren
van 248 miljoen euro per jaar. Hiermee kunnen we de externe kosten van vliegen beter
beprijzen. De Ministeries van Financiën en IenW hebben een onderzoeksbureau de opdracht
gegeven om verschillende vormen van differentiatie door te rekenen, waaronder een
variant met een laag tarief voor transferpassagiers. Hierbij worden de effecten op
onder andere de netwerkkwaliteit en de hubfunctie van Schiphol, emissies, werkgelegenheid
en het vestigingsklimaat onderzocht. In het tweede kwartaal van 2025 zal de Kamer
worden geïnformeerd over de resultaten van dit onderzoek.
Invoering Europese brandstofregels voor de Nederlandse luchtvaart
Het kabinet wil dat alle sectoren een bijdrage leveren aan de verduurzaming en hieraan
meebetalen. Daarom krijgt elke vervoerssector een eigen jaarverplichting in het nieuwe
systeem Energie Vervoer. Dit nieuwe systeem volgt uit de implementatie van de Europese
richtlijn voor hernieuwbare energie (RED III).
In het bepalen van de hoogtes van de verplichtingen moet rekening worden gehouden
met andere Europese wetgeving die op deze sectoren van toepassing is, waaronder ReFuelEU
Aviation. ReFuelEU staat als verordening boven nationale wetgeving voor de implementatie
van de RED III. De verordening staat het lidstaten niet toe om op nationaal niveau
hogere bijmengverplichtingen voor de luchtvaart in te stellen. Dit geldt ook voor
indirecte bijmengverplichtingen, zoals de jaarverplichting voor de RED III. Een hogere
verplichting dan ReFuelEU leidt in feite tot een aanvullende nationale verplichting
op brandstofleveranciers, ook als hierbij verhandelbare eenheden gekocht kunnen worden
van andere sectoren.
Daarnaast is niet elke vervoerssector hetzelfde. Het is geen gegeven dat iedere modaliteit
precies evenveel duurzame energie zou kunnen en moeten gebruiken. Er zijn nog weinig
duurzame brandstoffen voor de luchtvaart op de markt, vergeleken met bijvoorbeeld
biodiesel.
Begin november 2024 is de internetconsultatie voor de wijziging van het Besluit energie
vervoer geopend. In 2025 zullen de wijzigingen van de Wet milieubeheer en het Besluit
energie vervoer aan de Kamer worden voorgelegd.
Ik hoop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,
B. Madlener
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
B. Madlener, minister van Infrastructuur en Waterstaat