Brief regering : Aanpak dakloosheid
29 325 Maatschappelijke Opvang
               36 614
                Initiatiefnota van de leden Beckerman en Westerveld over dakloosheid
         
Nr. 170
                   BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
            
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 16 december 2024
Er is geen diepere vorm van bestaansonzekerheid denkbaar dan dakloosheid. Het is ontwrichtend
                  in de levens van mensen en misschien wel de meest extreme vorm van uitsluiting die
                  we in Nederland kennen. Mensen doen letterlijk niet meer mee. Zonder stabiele en veilige
                  plek om te wonen is leven, werken en meedoen in de samenleving simpelweg onmogelijk.
                  Het aanpakken van dakloosheid is dan ook een ongelooflijk belangrijk en urgent vraagstuk
                  dat de volle aandacht verdient.
               
Het aantal dakloze mensen is na jaren van daling gegroeid. Dat is onacceptabel. De meest recente cijfers laten
                  zien dat de populatie door allerlei factoren is veranderd en meer divers is geworden.
                  We zien in toenemende mate een groep mensen die geen grote zorgvraag heeft, maar dakloos
                  raakt omdat zij geen betaalbare huisvesting kunnen vinden. Deze mensen slapen bijvoorbeeld
                  op een camping, bij familie of vrienden op de bank, in auto’s of bootjes, de maatschappelijk
                  opvang of op straat. Ook bestaat een substantieel van de groep dakloze personen uit
                  jongeren, vrouwen, kinderen en dakloze EU-burgers. Dat moet en kan veranderen. Sinds
                  mijn aantreden begin deze zomer heb ik verschillende partijen gesproken die zich hard
                  maken voor het terugdringen van dakloosheid in Nederland. Ook sprak ik met jongeren
                  en volwassenen die in hun leven zelf een periode van dakloosheid hebben meegemaakt,
                  of nu nog steeds dakloos zijn. Deze vaak schrijnende verhalen hebben diepe indruk
                  op mij gemaakt.
               
Met het Nationaal Actieplan Dakloosheid «Eerst een thuis» (2023–2030) is vastgesteld
                  dat de oplossing voor dakloosheid niet gevonden wordt door het realiseren van extra
                  maatschappelijke opvang, maar op betaalbaar wonen en op het versterken van financiële
                  bestaanszekerheid zodat dakloosheid voorkómen wordt. Alleen door het probleem bij
                  de kern aan te pakken, kunnen meters worden gemaakt. Dat is een fundamenteel andere
                  benaderingswijze die niet alleen effectiever blijkt, maar bovendien goedkoper. Ik
                  zag tijdens werkbezoeken dat het verblijf in een maatschappelijke opvang het herstel
                  van mensen niet bevordert: een eigen woonplek draagt hier veel beter aan bij; Wonen
                  Eerst werkt! Ik ga de komende jaren vol energie door met de uitvoering van dit actieplan.
               
Door vroegtijdig in te grijpen kan dakloosheid worden voorkomen. Dit is cruciaal om
                  schrijnende situaties te voorkomen én het is een stuk effectiever en goedkoper dan
                  het (soms jarenlang) ondersteunen van mensen in opvanglocaties. Zo heeft het kabinet
                  in het regeerprogramma een pakket aan maatregelen opgenomen om de financiële bestaanszekerheid
                  van mensen te verbeteren en armoede en (problematische) schulden aan te pakken. Ook
                  werkt het kabinet keihard aan het realiseren van meer betaalbare huisvesting. Met
                  het wetsvoorstel versterking regie volkshuisvesting krijgen het Rijk, provincies en
                  gemeenten de wettelijke instrumenten om te sturen op hoeveel, waar en voor wie wordt
                  gebouwd. Ook kan er sneller worden gebouwd en krijgen de meest kwetsbare groepen mensen,
                  waaronder mensen die uitstromen uit de maatschappelijke opvang, residentiële jeugdzorg
                  en beschermd wonen, met urgentie een woning. De behandeling van het wetsvoorstel is
                  in handen van uw Kamer.
               
Via deze weg informeer ik uw Kamer mede namens de Minister van Volkshuisvesting en
                  Ruimtelijke Ordening, de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de Staatssecretaris
                  van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de belangrijkste ontwikkelingen en de voortgang
                  ten aanzien van de aanpak dakloosheid. In de bijlagen bij deze brief vindt u:
               
1. Voortgangsrapportage aanpak dakloosheid en beschermd wonen
In deze voortgangsrapportage leest u de belangrijkste ontwikkelingen ten aanzien van
                        dakloosheid en de beweging naar een beschermd thuis, en worden beleidsprioriteiten
                        dakloosheid uitgelicht, namelijk
                     
a) beleid maken met de mensen voor wie het bedoeld is;
b) monitoring van dakloosheid en investeren in kennisontwikkeling;
c) meer inzetten op preventie en Wonen Eerst;
d) aandacht voor kwetsbare groepen, waaronder jongeren.
2. Evaluatierapportage met resultaten pilots dakloze EU-burgers
Een grote opgave waarmee gemeenten te maken hebben, is de groep dakloze EU-burgers.
                        In 2024 is onderzoek uitgevoerd naar de werkwijze in zes pilotgemeenten (G4, Eindhoven
                        en Venlo). In het evaluatierapport treft u de belangrijkste bevindingen en resultaten
                        aan van de pilots dakloze EU-burgers in zes gemeenten. Lessen uit de evaluatie kunnen
                        worden betrokken in plannen van andere gemeenten die te maken hebben met deze groep
                        dakloze personen.
                     
3. Actieagenda voorkomen jongerendakloosheid (16–27)
Te veel jongeren raken dakloos. Samen met vele partners – waaronder jongeren zelf
                        – is verkend of en hoe op korte termijn ingezet kan worden op een aantal gerichte,
                        aanvullende acties om jongerendakloosheid te voorkomen, wat heeft geresulteerd in
                        bijgaande Actieagenda voorkomen jongerendakloosheid. Hiermee geef ik invulling aan
                        de motie van het lid Bruyning C.S1., die oproept tot het opstellen van een integraal en preventief beleid gericht op
                        het voorkomen van jongerendakloosheid.
                     
4. Kabinetsreactie op de Initiatiefnota dakloosheid van GroenLinks-PvdA en SP
De vaste commissie voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening heeft op 1 oktober
                        2024 gesproken over de initiatiefnota van de leden Beckerman en Westerveld over dakloosheid2. U heeft het kabinet verzocht een reactie op de initiatiefnota aan de Kamer te doen
                        toekomen. U treft de kabinetsreactie aan bij deze brief, waarmee tegemoet wordt gekomen
                        aan dat verzoek.
                     
Het voorkomen en terugdringen van dakloosheid kunnen we uiteraard niet alleen vanuit
                  de samenwerkende ministeries Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, Sociale Zaken
                  en Werkgelegenheid en Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Dakloosheid kan immers alleen
                  worden aangepakt in nauwe samenwerking met gemeenten, zorgaanbieders, woningcorporaties,
                  maatschappelijke sociale partners en – niet in de laatste plaats – mensen met ervaringskennis.
                  Ik roep iedereen op om werk te maken van het terugdringen van dakloosheid in Nederland.
                  Zodat iedereen – ook de inwoners die zich in een kwetsbare positie bevinden – een
                  veilige en duurzame plek heeft om te wonen.
               
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
                  V. Maeijer
Indieners
- 
              
                  Indiener
 V. Maeijer, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
