Brief regering : vierde meting monitor Wet vroegtijdige aanmelddatum en toelatingsrecht mbo
31 524 Beroepsonderwijs en Volwassenen Educatie
Nr. 625 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 10 december 2024
Per 1 augustus 2017 is de wet «Vroegtijdige aanmelddatum voor en toelatingsrecht tot
het mbo» (hierna: wet toelatingsrecht) ingevoerd. Met de invoering van de wet is ook
een monitor gestart, om de implementatie van de wet te volgen en de wet te evalueren.
Hierbij bied ik uw Kamer de vierde meting van dit onderzoek aan.1
Onderdeel van de wet toelatingsrecht is het (bindend) studieadvies (bsa). Het bsa
in het mbo heeft als doel om studenten op de juiste manier te begeleiden zodat zij
een passende opleiding kunnen voltooien. Het bsa wordt, in tegenstelling tot in het
hbo en wo, niet afgegeven op basis van een minimaal aantal te behalen studiepunten.
Mbo-instellingen worden met het bsa gestimuleerd om een goede zorg- en begeleidingsstructuur
in te richten in het eerste studiejaar en vinger aan de pols te houden. Studieloopbaanbegeleiding
is beter in de opleiding ingebed in de vorm van studievoortgangsgesprekken, voldoende
begeleiding en tijdig advies over benodigde extra inzet van de student. Mijn voorganger
heeft aangekondigd in zijn brief over de toekomst van het bsa2 om de uitvoering van het bsa nauwgezet te volgen. Voor de bevindingen over de uitvoering
van het bsa, verwijs ik u naar de bijgevoegde monitor.
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, E.E.W. Bruins
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.E.W. Bruins, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap