Brief regering : Verslag 'Minder vliegen, meer verdienen' van SATL
31 936 Luchtvaartbeleid
Nr. 1176
BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 14 november 2024
De vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat heeft het verslag «Minder vliegen,
meer verdienen» ontvangen van de Samenwerkende Actiegroepen Tegen Laagvliegen (SATL).
De vaste commissie van IenW heeft mij gevraagd om op het verslag te reageren.
SATL heeft sinds 2017 een discussie aangewakkerd over Lelystad Airport. In 2019 heeft
SATL een MKBA laten uitvoeren door onderzoekers Bus en Manshanden, waarbij ze concludeerden
dat krimp van de luchtvaart economisch en maatschappelijk verstandiger is dan groei.
Recentelijk heeft SATL dezelfde onderzoekers gevraagd om de groeistrategie van Schiphol
Airport van de jaren 2015–2019 en de rol van Lelystad Airport te analyseren. In dit
onderzoek, «Groei zonder winst»1, adviseren de onderzoekers om de groeimodellen van Schiphol te herzien, de tarieven
te verhogen, Lelystad Airport gesloten te houden en meer te focussen op duurzaamheid
en leefbaarheid. SATL geeft aan dat in hun ogen krimp op Schiphol en het dichthouden
van Lelystad Airport de enige oplossingen zijn voor de toenemende hinder van uitstoot
en geluid door de luchtvaart.
Op 22 oktober is in detail op de zeven conclusies van het rapport «Groei zonder winst»
gereageerd n.a.v. de vragen van lid Kostic en de Hoop over dit rapport2. Op enkele conclusies uit het verslag met betrekking tot Lelystad en Schiphol wordt
hieronder nader ingegaan.
Over Lelystad Airport en de stelling in het verslag m.b.t. de werkgelegenheid wordt
het volgende meegeven. In de afgelopen jaren zijn er Maatschappelijke Kosten en Baten
Analyses (MKBA’s) uitgevoerd in het kader van onderzoek naar beleidsalternatieven
voor luchthavenontwikkeling en het Luchthavenbesluit Lelystad Airport. In deze MBKA’s
wordt gekeken naar directe effecten zoals investeringen en bedrijfseconomische effecten.
Deze MKBA’s laten zien dat Lelystad Airport in positieve zin bijdraagt aan de brede
welvaart van Nederland.3 De werkgelegenheidsaspecten die in deze MKBA’s zijn bepaald, komen overeen met onderzoek van de provincie
Flevoland. Verder is er gekeken naar externe en indirecte effecten op de omgeving
zoals bijvoorbeeld geluid, emissies, externe veiligheid en werkgelegenheid. Deze aspecten
komen onder andere terug in het te actualiseren milieueffectrapport en worden in de
besluitvorming meegenomen. In het regeerprogramma (bijlage bij Kamerstuk 36 471, nr. 96) is opgenomen dat besluitvorming over de opening van Lelystad Airport voor de commerciële
burgerluchtvaart in 2025 plaatsvindt.
SALT benoemt in hun verslag ook de krimp van Schiphol. In het regeerprogramma heeft
het kabinet opgenomen dat de inzet voor de luchtvaart gericht is op het op orde brengen
van de rechtsbescherming van omwonenden met behoud van de netwerkkwaliteit van Schiphol.
Ook is afgesproken de geluidsbelasting rond Schiphol aan te pakken. Dit is belangrijk
voor de mensen in de omgeving en voor de toekomst van de luchthaven. Om zo snel mogelijk
de regelgeving weer op orde te krijgen en de geluidbelasting te verlagen, werkt het
kabinet door aan de Europese balanced approach-procedure die momenteel wordt doorlopen
voor luchthaven Schiphol. Op 4 september 2024 is een maatregelenpakket genotificeerd
bij de Europese Commissie dat 17% van de totale geluidsdoelstelling van 20% uit het
Actieplan omgevingslawaai Schiphol (2024–2029) realiseert. Het uiteindelijke maatregelenpakket
zal in wet- en regelgeving worden vastgelegd. Tijdens het Commissiedebat van 24 oktober jl.
is over dit onderwerp ook uitgebreid gesproken. Voor de toekomst wil het kabinet sturen
op milieunormen en op voortdurende vermindering van de negatieve externe effecten
van de luchtvaart. Als vliegtuigen schoner en stiller worden, kan er op de langere
termijn groeiruimte ontstaan voor de luchtvaartsector, maar dit moet nadrukkelijk
ook ten goede komen aan de omgeving. Hiervoor wordt normstelling ontwikkeld.
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,
B. Madlener
Indieners
-
Indiener
B. Madlener, minister van Infrastructuur en Waterstaat