Brief regering : Opening post-COVID expertisecentra
25 295 Infectieziektenbestrijding
Nr. 2211
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 6 november 2024
Hierbij informeer ik uw Kamer over de uitvoering van het amendement Bushoff c.s. dat
€ 27 miljoen heeft vrijgemaakt voor de oprichting van gespecialiseerde post-COVID
klinieken1 en de motie van het lid Drost c.s. om eraan te werken dat er door het hele land integrale
ondersteuning beschikbaar is voor postcovidpatiënten, onder andere in poliklinieken
die goed aangehaakt zijn bij het onderzoeks- en expertisenetwerk Post-COVID2. Ook informeer ik u over de voortgang van het ZonMw programma post-COVID en de middelen
die daarvoor worden ingezet.
Oprichting post-COVID expertisecentra een feit
Ik ben zeer verheugd dat de eerste drie post-COVID expertisecentra in Amsterdam UMC,
Erasmus MC en Maastricht UMC+ verleden week hun deuren hebben geopend. Het doel is
dat ook de overige umc’s binnen afzienbare tijd open gaan, waarna de perifere ziekenhuizen
en eerstelijns zorgaanbieders zich aansluiten. Aan de opening van expertisecentra
voor kinderen wordt gewerkt.
Zoals de voormalig Minister voor Medische Zorg eerder aan uw Kamer heeft gemeld3, was het niet gemakkelijk om passende zorg voor post-COVID patiënten te organiseren,
omdat voor deze aandoening nog geen adequate diagnose- of behandelmogelijkheden bestaan.
Dit heeft dan ook veel doorzettingsvermogen en creativiteit van de betrokken partijen
gevraagd. Ik wil mijn waardering uitspreken voor de inzet van de NFU, ZN, FMS, NVZ,
post-COVID patiëntenorganisaties, umc’s, zorgverzekeraars, artsen, PCNN, NHG, C-support,
de NZa en het Zorginstituut Nederland, die samen met VWS afgelopen periode alles op
alles hebben gezet om de oprichting van de expertisecentra mogelijk te maken.
Samen met betrokken partijen zijn we gekomen tot een set afspraken, die is vastgelegd
in een convenant, dat afgelopen week formeel is ondertekend. In dit convenant zijn
de belangrijkste afspraken opgenomen ten aanzien van het medisch inhoudelijke zorgpad,
de organisatie van zorg en financiering en bekostiging. Daarmee beschouw ik zowel
het amendement van het lid Bushoff c.s. als de motie van het lid Drost c.s. als uitgevoerd.
De voormalig Minister voor Medische Zorg heeft u eerder ook toegelicht, dat hoewel
het organiseren van zorg in de eerste plaats aan het zorgveld is, het nodig was dat
VWS een nadrukkelijke rol nam. Nu de oprichting van de eerste expertisecentra een
feit is, vind ik het prudent een stap terug te doen en daarmee de verantwoordelijkheden
weer te laten waar ze horen, namelijk bij het zorgveld, dat druk bezig is met de verdere
uitwerking van de zorg voor post-COVID patiënten. Tegelijkertijd houd ik, zoals ik
ook tijdens de afgelopen begrotingsbehandeling heb aangeven, een vinger aan de pols
waar het de zorg en het onderzoek voor deze patiënten betreft.
Voortgang Post-COVID: onderzoeksprogramma, kennisinfrastructuur en expertisenetwerk
Naast de opening van de eerste drie post-COVID expertisecentra, ben ik ook blij te
kunnen melden dat ik extra middelen heb kunnen vrijmaken om onderzoek naar post-COVID
te kunnen honoreren. Zoals ik uw Kamer eerder heb geïnformeerd4, financiert het kabinet het ZonMw programma post-COVID reeds met € 34,8 miljoen.
Dit programma bestaat uit een meerjarige onderzoeksprogrammalijn en een programmalijn
voor onderzoeksinfrastructuur en samenwerking voor de vorming van een nationaal expertisenetwerk.
Voor dit onderzoeksprogramma is een subsidieoproep gedaan voor biomedisch onderzoek
en een subsidieoproep gericht op klinisch onderzoek naar post-COVID vanuit het patiëntperspectief.
Beide oproepen hadden een budget van € 6 miljoen, dus € 12 miljoen in totaal. De afgelopen
maanden heeft de ZonMw beoordelingscommissie post-COVID, bestaande uit wetenschappers
en ervaringsdeskundigen, de ingediende projecten beoordeeld. Voor de klinische ronde
zijn 10 uitgewerkte subsidieaanvragen ingediend, waarvan 7 projecten gehonoreerd zijn,
2 projecten zijn afgewezen en 1 project nog onder beoordeling is. Voor de biomedische
subsidieronde, zijn maar liefst 14 uitgewerkte aanvragen ingediend, die naar het oordeel
van de beoordelingscommissie relevant en van goede kwaliteit zijn.
Omdat ik binnen de beschikbare onderzoeksmiddelen extra middelen heb kunnen vrijmaken
(€ 4,4 miljoen) kunnen alle uitgewerkte aanvragen gehonoreerd worden. Ook zijn extra
middelen (€ 1 miljoen) toegekend om binnen de looptijd van het programma beter in
te kunnen spelen op beleidsurgente vragen. Hiermee bedraagt het totale budget van
het meerjarige ZonMw programma post-COVID € 40,2 miljoen. De toegekende projecten
worden op de website van ZonMw bekend gemaakt5.
In de zomer van 2025 wordt bekend welke projectideeën worden toegewezen vanuit de
derde subsidieronde Post-COVID: van risicofactoren en preventie tot diagnostiek en
behandeling.
Ik heb de vurige hoop dat door dit onderzoek, wat nu een extra impuls krijgt, de zo
gewenste inzichten in onder andere de onderliggende mechanismen die bij post-COVID
een rol spelen, een stap dichterbij komen.
Tot slot
Tegelijkertijd zijn we er nog niet. Voor post-COVID bestaat nog altijd geen genezende
behandeling, daar moeten we ook eerlijk in zijn. En ik begrijp heel goed dat elke
dag langer wachten er voor de patiënten een te veel is. Maar met de oprichting van
de post-COVID expertisecentra en de investeringen in onderzoek naar post-COVID is
de kans op een medische doorbraak weer een klein beetje groter geworden. Er is nog
ontzettend veel over deze aandoening te leren en met de landelijke aanpak en verbinding
met het onderzoeksnetwerk van PCNN wordt deze kennis zo goed mogelijk gebundeld en
zo snel mogelijk verspreid. Daarmee komen voor deze groep patiënten herstel, genezing,
en weer meer kunnen doen met de maatschappij hopelijk snel weer een stapje dichterbij.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M. Agema
Indieners
-
Indiener
M. Agema, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport