Brief regering : Toezichtrapport WSW 2023
29 453 Woningcorporaties
Nr. 573
                   BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING EN RUIMTELIJKE ORDENING
            
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 25 oktober 2024
Hierbij bied ik uw Kamer het Toezichtrapport WSW 2023 aan dat is opgesteld door de
                  Autoriteit woningcorporaties (Aw). De Aw voert sinds 2016 het publiekrechtelijke toezicht
                  uit op Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) met als doel het financieel risico van
                  de achtervang van het Rijk en de gemeenten te beheersen. Jaarlijks wordt het rapport
                  aan uw Kamer gestuurd. In deze brief bespreek ik de belangrijkste bevindingen van
                  de Aw.
               
Algemeen
WSW borgt leningen van woningcorporaties. Daarmee garandeert het voor financiers van
                     die leningen de betaling van rente en aflossing. Hierdoor kunnen woningcorporaties
                     zich tegen gunstige voorwaarden financieren op de kapitaalmarkt. Het Rijk en de gemeenten
                     bekleden een achtervangpositie. Dat betekent dat zij bij dreigende liquiditeitstekorten
                     bij WSW steun zullen verschaffen in de vorm van renteloze leningen. Doel van het toezicht
                     op WSW is om het achtervangrisico van het Rijk en de gemeenten te beheersen en een
                     aanspraak op de achtervang te minimaliseren. Het toezicht richt zich op de naleving
                     van de drie beleidsregels en op een beheerste en integere bedrijfsvoering. De beleidsregels
                     hebben betrekking op:
                  
(I) de toereikendheid van het risicokapitaal om verliezen op te vangen en de inrichting
                           van de modelgovernance inclusief modelcommissie, als ook een periodieke externe evaluatie
                           van de bepaling van het risicokapitaal;
                        
(II) de voorwaarden voor verstrekking van borging van geldleningen voor deelnemende corporaties
                           en;
                        
(III) de informatieverstrekking van WSW aan de Staat der Nederlanden en de Vereniging Nederlandse
                           Gemeenten (VNG).
                        
De Aw hanteert als vertrekpunt voor het toezicht een zogenoemde «principle based»
                  aanpak. Het toezicht op de naleving van de beleidsregels en de beheerste en integere
                  bedrijfsvoering is risicogericht en gebaseerd op vertrouwen. Het goed functioneren
                  van onder andere het bestuur en de RvC van WSW is hierbij essentieel. Dit geldt ook
                  voor een goede governance en daarmee het beheersen van de belangrijkste risico’s,
                  inclusief het achtervangrisico. De Aw gebruikt voor de beoordeling een vierpuntsschaal:
                  voldoende, verbetering aanbevolen, verbetering vereist en onvoldoende.
               
De Aw benadrukt dat WSW een professionele organisatie is die zorgvuldig opereert in
                  een complexe omgeving waarin regelmatig verschillende belangen van diverse stakeholders
                  moeten worden afgewogen. Er is veel kennis en ervaring in huis en medewerkers zijn
                  altijd zeer bereid om een inkijk te geven in hun werkzaamheden. Dit neemt niet weg
                  dat de Aw op een aantal onderdelen ruimte voor verbetering ziet. De Aw heeft elf bevindingen
                  gesignaleerd. Een bevinding is een gesignaleerde waarneming door de Aw die (extra)
                  aandacht verlangt of vereist van WSW. In deze brief ga ik in op de belangrijkste bevindingen,
                  voor de andere bevindingen verwijs ik u naar het Toezichtrapport.
               
WSW scoort een «voldoende» op de naleving van de beleidsregel I tot en met III en
                  de integere bedrijfsvoering. Voor het onderdeel beheerste bedrijfsvoering is de score
                  «verbetering vereist» gegeven. In het vorige Toezichtrapport1 zijn dezelfde beoordelingen gegeven.
               
In het vervolg van deze brief zal ik eerst op de verschillende onderdelen ingaan en
                  op de belangrijkste bevindingen uit het rapport en vervolgens de reactie van WSW daarop.
                  Tot slot zal ik zelf ingaan op de conclusies die door de Aw worden getrokken.
               
Beleidsregels
Beleidsregel I beschrijft hoe de toereikendheid van het risicokapitaal jaarlijks moet
                  worden bepaald door WSW. Het vereist kapitaal van WSW is in het najaar van 2023 berekend
                  door WSW en is gebaseerd op de marktwaarde van het vastgoed en van de geborgde leningen
                  per eind 2022 en op de vastgestelde ratings (risicoscores) van individuele woningcorporaties
                  per 15 oktober 2023. Het vereiste kapitaal is volgens WSW € 947 miljoen. Het beschikbare
                  risicokapitaal is per eind 2022 € 2.692 miljoen. Omdat het beschikbare risicokapitaal
                  groter is dan het vereiste kapitaal, is het risicokapitaal van WSW toereikend. De
                  Aw heeft geen opmerkingen bij de berekening van het vereiste en beschikbare risicokapitaal
                  door WSW en concludeert dat beleidsregel I «voldoende» is nageleefd. Het voldoen aan
                  de toereikendheidstoets geeft grote zekerheid dat WSW aan alle borgaanspraken kan
                  voldoen zonder de achtervang te hoeven aanspreken.
               
Beleidsregel II beschrijft de voorwaarden voor verstrekking van borging van geldleningen
                  voor deelnemers. De Aw concludeert dat Beleidsregel II in 2023 «voldoende» is nageleefd.
               
Beleidsregel III regelt het overleg en de informatieverstrekking van WSW aan de Staat
                  en Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG). De Aw concludeert dat Beleidsregel
                  III in 2023 «voldoende» is nageleefd. Als aandachtspunt krijgt WSW mee om de achtervang
                  proactiever te informeren.
               
Beheerste en integere bedrijfsvoering
Onder beheerste bedrijfsvoering wordt verstaan de inrichting en de kwaliteit van de
                  uitvoerende processen, de inrichting en de kwaliteit van de administratieve en interne
                  organisatie en de inrichting en kwaliteit van de informatievoorziening en de communicatie.
                  De Aw heeft WSW voor het onderdeel beheerste bedrijfsvoering de score «verbetering
                  vereist» gegeven.
               
De Aw heeft zes bevindingen gesignaleerd voor het onderdeel beheerste bedrijfsvoering.
                  Eén van deze bevindingen is als «onvoldoende» gekwalificeerd. Dit betreft naleving
                  van het beleggingsstatuut. De Aw concludeert dat WSW bij het aanhouden van middelen
                  bij de bewaarder niet heeft voldaan aan de ratingvereisten van het beleggingsstatuut
                  dat in 2023 is herzien en goedgekeurd door de deelnemersraad en achtervang. De Aw
                  komt tot de kwalificatie onvoldoende door enerzijds de overtreding van het statuut
                  en anderzijds vanwege het proces van het vaststellen van het beleggingsbeleid. WSW
                  heeft een beleid opgesteld dat niet past binnen het geldende beleggingsstatuut. Tijdens
                  het opstellen van het beleid had het bestuur van WSW hierover in gesprek moeten gaan
                  met de achtervang, de RvC en de Deelnemersraad. WSW heeft bij een eerdere overtreding
                  van het beleggingsstatuut toegezegd (zie Toezichtrapport 2022) om bij twijfel in overleg
                  te treden; dit is niet gebeurd. Aw heeft WSW in 2024 een informele interventie opgelegd
                  voor deze overtreding. Een informele interventie is het aanspreken of (schriftelijk)
                  informeren van het bestuur naar aanleiding van een inspectie. Vanwege de overtreding
                  van het beleggingsstatuut heeft de Aw WSW een brief gestuurd waarin drie acties van
                  WSW worden gevraagd, welke inmiddels zijn afgerond. In de acties wordt de nadruk gelegd
                  op de evaluatie van het besluitvormingsproces en waarom de voorgenomen werkwijze niet
                  is opgevolgd.
               
Integere bedrijfsvoering houdt in het tegengaan van het risico op belangenverstrengeling
                  en van andere strafbare feiten en andere handelingen die het vertrouwen in de borgingsvoorziening
                  kunnen schaden. De Toezichthouder concludeert dat de integere bedrijfsvoering over
                  het geheel genomen een «voldoende» krijgt. Er zijn twee bevindingen geconstateerd
                  waarvan wordt verwacht dat WSW deze in 2024 oppakt.
               
Reactie WSW
WSW geeft aan het te waarderen dat de Aw aangeeft dat WSW een professionele organisatie
                  is met veel ervaring en kennis, die zorgvuldig opereert in een complexe omgeving.
                  Ten aanzien van de aanbevelingen zegt WSW dat deze worden opgevolgd. Ten aanzien van
                  de beheerste bedrijfsvoering geeft WSW aan dat sprake was van een interpretatieverschil
                  tussen WSW en de toezichthouder ten aanzien van het beleggingsstatuut. Desalniettemin
                  heeft WSW besloten het beleggingsstatuut aan te passen en zal WSW de gevraagde acties
                  oppakken. Daarnaast geeft WSW aan er nog alerter op te zijn om proactief informatie
                  te delen wanneer zij inschat dat die informatie van meerwaarde is voor de achtervang,
                  de RVC en de Deelnemersraad.
               
Tenslotte
Ik ben tevreden dat het rapport Toezicht WSW 2023 bevestigt dat WSW in 2023 aan alle
                  drie de beleidsregels heeft voldaan en dat er sprake is van een integere bedrijfsvoering.
                  Dit is in lijn met het Rapport Toezicht WSW 2022. Daarnaast ben ik blij met de positieve
                  woorden van de Aw over WSW. Dit onderstreept mijn vertrouwen in de robuustheid en
                  veerkracht van ons borgstelsel. Op basis hiervan kunnen corporaties in de komende
                  jaren op een verantwoorde wijze bijdragen aan belangrijke maatschappelijke opgaven,
                  zoals sociale woningbouw, verduurzaming en leefbaarheid.
               
Ik vind het begrijpelijk dat de Aw opnieuw de kwalificatie «verbetering vereist» aan
                  het onderdeel beheerste bedrijfsvoering heeft gegeven met name vanwege een overtreding
                  van het beleggingsstatuut. Naar aanleiding van gesprekken met WSW en de acties die
                  WSW heeft uitgevoerd heb ik er vertrouwen in dat WSW in de toekomst eerder de achtervang
                  zal betrekken. Daarbij waardeer ik het dat WSW aangeeft alerter te zijn om proactief
                  informatie te delen wanneer zij inschat dat die informatie van meerwaarde is voor
                  de achtervang, de RVC en de Deelnemersraad.
               
De Minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, M.C.G. Keijzer
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
M.C.G. Keijzer, minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening