Brief regering : Monitor nazorg ex-gedetineerden; 7e meting
29 270 Reclasseringsbeleid
Nr. 158
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 12 september 2024
Het Wetenschappelijk Onderzoeks- en Datacentrum (WODC) publiceert sinds 2011 elke
twee jaar de monitor nazorg ex-gedetineerden. Deze monitor brengt de problematiek
van ex-gedetineerde personen op de vijf basisvoorwaarden (werk en inkomen, huisvesting,
schuldenaanpak, ID bewijs en zorg), in kaart. Hierbij bied ik uw Kamer de 7e monitor nazorg aan. Uit voorgaande monitors is duidelijk geworden dat personen die
uit detentie stromen veel problemen ervaren op de bovengenoemde basisvoorwaarden,
zowel in de periode voor detentie als in de periode na vrijlating. Hiermee heeft de
monitor nazorg een belangrijke signaleringsfunctie voor het nazorgbeleid en voor partijen
die in de praktijk aan nazorg werken.
Samenvatting 7e monitor nazorg
De 7e monitor nazorg brengt de situatie op het gebied van de basisvoorwaarden werk en inkomen,
onderdak en schulden in kaart, van personen die in 2017, 2018 en 2019 zijn vrijgelaten.
Er is voor deze monitor geen of ontoereikend data beschikbaar over de basisvoorwaarden
identiteitsbewijs en (passende) zorg. Daarom worden deze basisvoorwaarden in de huidige
monitor buiten beschouwing gelaten. In deze monitor komt verder de relatie tussen
de situatie op deze basisvoorwaarden en de recidive aan bod. Tot slot wordt in deze
monitor onderzocht of de situatie op deze basisvoorwaarden verschilt afhankelijk van
hoe lang mensen in detentie zitten.
Situatie op de basisvoorwaarden
Uit de monitor blijkt dat er geen verschil zichtbaar is tussen de situatie voor of
na detentie op de basisvoorwaarden werk en inkomen, onderdak en schulden:
− ongeveer 80% heeft geen dagbesteding in de vorm van werk of een opleiding.
− 30% heeft geen inkomen (uit werk, uitkering of pensioen)
− 30% heeft geen onderdak
− 60% van de ex-gedetineerden heeft problematische schulden. Hierbij zijn kredietschulden
en informele schulden niet meegenomen, waardoor het werkelijke aandeel met schulden
hoger ligt.
Deze percentages zijn vergelijkbaar met voorgaande metingen.
Samenhang basisvoorwaarden en recidive
Het tweejarig recidivepercentage van volwassenen die zijn vrijgelaten is stabiel en
ligt sinds 2010 op 47%.1 Het op orde hebben van de basisvoorwaarden werk, onderdak en schulden hangt samen
met een lager recidivepercentage.
Deze monitor nazorg laat zien dat het hebben van werk samenhangt met een 20% lagere
recidive. Daarbij is een verschil te zien tussen hoeveel uren mensen werken en of
een baan voor langere termijn is. De recidive van mensen die meer dan 35 uur werken
is ongeveer een kwart lager dan de recidive van mensen die wel werken maar minder
uren. De recidive van mensen die meer dan drie maanden dezelfde baan behouden is zo’n
40% lager dan de recidive van mensen die zes maanden na detentie wel werken maar korter
een baan behouden.
Ex-gedetineerden met onderdak hebben een lagere recidive, vooral als zij terugkeren
naar hun adres van voor detentie en als zij samenwonen met een partner, ouders of
anderen. De kans op recidive in de eerste twee jaar is 14% lager als je samenwoont
met een partner, 8% lager als je samenwoont met je ouders en 13% lager als je samenwoont
met anderen vergeleken met mensen die alleen wonen.
In deze monitor is nieuwe data beschikbaar waardoor er een overzicht gegeven is van
problematische schulden bij verschillende instanties. Hiermee is, beter dan in de
eerdere metingen, in kaart worden gebracht of de gedetineerden voor en na detentie
problematische schulden hebben en of deze schulden samenhangen met recidive. Uit de
monitor blijkt dat het hebben van problematische schulden de kans op recidive vergroot
met 12%.
Effect detentieduur op de situatie van de basisvoorwaarden
De analyses laten zien dat detentieduur niet of nauwelijks effect heeft op of ex-gedetineerden
werk, inkomen, onderdak en schulden hebben na detentie. De onderzoekers geven als
mogelijke verklaring dat zowel de mogelijkheden tot re-integratie activiteiten (zoals
het volgen van trainingen, afkicken van een verslaving, inschrijven voor een woning,
regelen van een identiteitsbewijs) als de negatieve effecten van detentie (zoals verlies
van woning en werk) toenemen met detentieduur, waardoor de effecten tegen elkaar wegvallen.
Beleidsreactie
De 7e monitor nazorg bevestigt opnieuw dat gedetineerden voor en na detentie problemen
hebben op de basisvoorwaarden werk en inkomen, onderdak en schulden en dat de omvang
vergelijkbaar is met de vorige metingen. Vanwege het effect op de recidivekans is
het van belang om de problemen op de basisvoorwaarden aan te pakken.
Op 2 juli 2019 is door de Dienst Justitiële Inrichtingen, de reclassering, de VNG
en het Ministerie van Justitie en Veiligheid afgesproken hun samenwerking op re-integratie
en de basisvoorwaarden te intensiveren, vanaf de aanvang van detentie. Deze afspraak
is vastgelegd in het bestuurlijk akkoord «Kansen bieden voor re-integratie».2 De 8e monitor nazorg zal de eerste monitor worden sinds het afsluiten van dit akkoord aangezien
die monitor zich richt op personen die in de jaren 2020, 2021 en 2022 zijn vrijgelaten.
Naar verwachting komt de 8e monitor nazorg uit in 2026.
In de 6e voortgangsbrief «Recht doen, kansen bieden» is een uitvoerig beeld gegeven van de
inzet op re-integratie.3 Gezien de resultaten van deze monitor vind ik het van belang deze aanpak voort te
zetten. Onderdeel van deze aanpak, naast de uitvoering van het Bestuurlijk Akkoord,
is het recent aangepaste Detentie en Re-integratie-proces. Het uitgangspunt daarbij
is: doen wat nodig is, voor welke gedetineerde dat nodig is en wanneer dat nodig is,
ongeacht de detentieduur. De beoogde vernieuwde werkwijze is bedoeld om meer te werken
volgens de bedoeling van de wet Straffen en Beschermen, om de administratieve last
te verminderen en om het vakmanschap van de betrokken medewerkers te verbeteren. Daarbij
zullen de extra middelen (structureel € 12 miljoen) die het vorige kabinet heeft vrijgemaakt
worden ingezet voor een betere ketensamenwerking, meer om- en bijscholing van gedetineerden
en een ophoging van de Bijdrageregeling «Begeleiden (ex) gedetineerden voor Wonen
en Werken» tot een totaal van € 4,5 miljoen. Met deze regeling kunnen gemeenten extra
interventies plegen om ex-gedetineerden aan een woning en werk te helpen of ondersteuning
te bieden op de andere basisvoorwaarden.
Uit de 7e monitor blijkt dat het hebben van problematische schulden zorgt voor een grotere
kans op recidive. Dit onderstreept de noodzaak voor een schuldenaanpak voor (ex)gedetineerden.
Samen met het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) wordt momenteel
gewerkt aan een gezamenlijke schuldenaanpak.4 In de derde voortgangsrapportage Aanpak geldzorgen, armoede en schulden is uw Kamer
geïnformeerd over deze aanpak.5 Uw Kamer ontvangt eind 2024 een nieuwe voortgangsrapportage van de Minister van SZW.
Tot slot
Het op orde brengen van basisvoorwaarden van (ex-)gedetineerden draagt bij aan hun
re-integratie in de maatschappij en daarmee aan een veiligere samenleving. Er is een
duidelijke relatie tussen het op orde hebben van de basisvoorwaarden en de kans dat
iemand in herhaling valt. Ik vind het dan ook belangrijk om te blijven werken aan
het verkrijgen, maar vooral ook aan het behouden van de basisvoorwaarden van gedetineerden,
samen met alle betrokken partners.
De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
I. Coenradie
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
I. Coenradie, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid