Brief regering : Peer review over onderzoek naar directe effecten diepe bodemdaling
33 529 Gaswinning
Nr. 1243
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 20 augustus 2024
Op 7 november 2022 heeft mijn voorganger uw Kamer geïnformeerd over de onafhankelijke
peer review van onderzoeken van TNO en TU Delft en Deltares naar de effecten van diepe
bodemdaling- en stijging als gevolg van de gaswinning uit het Groningenveld en de
gasopslag bij Norg voor schade aan gebouwen.1 Deze peer review is onder meer aanleiding geweest voor aanvullend onderzoek, waarover
eveneens een review heeft plaatsgevonden. Met deze brief informeer ik uw Kamer over
deze ontwikkelingen en de uitkomst van de vervolgreview.
Context
In 2021 besloot het Instituut Mijnbouwschade Groningen (IMG) om de schadeafhandeling
stop te zetten in twee gebieden waar initieel rekening werd gehouden met de mogelijkheid
van schade als gevolg van diepe bodemdaling en -stijging door de gaswinning, rondom
de gasopslag Norg en bij Winschoten. Het IMG besloot dit naar aanleiding van onderzoek
door TNO en TU Delft en door Deltares waaruit volgde dat, behoudens een aantal deelgebieden
waar indirecte effecten niet uitgesloten zijn, diepe bodemdaling en -stijging als
gevolg van de gaswinning of gasopslag in deze gebieden niet tot schade aan gebouwen
kon leiden. Mijn voorganger heeft daarop in nauw overleg met betrokken bewoners en
decentrale overheden de opdracht gegeven tot een onafhankelijke peer review, uitgevoerd
onder coördinatie van onderzoeks- en ingenieursbureau Movares.
Sindsdien is er veel gebeurd. Mede op verzoek van uw Kamer heeft het voorgaande kabinet,
met de mogelijkheid die daartoe middels het amendement Agnes Mulder c.s.2 is gecreëerd, het effectgebied waar het IMG in ieder geval schade afhandelt met toepassing
van het bewijsvermoeden geografisch vastgelegd. Daarmee is de oorspronkelijke afbakening
hersteld. Ook zijn belangrijke versoepelingen in de schadeafhandeling doorgevoerd
voor het hele effectgebied, waarvoor inwoners met schade in bovengenoemde gebieden
dus ook in aanmerking komen: bewoners kunnen kiezen voor een vaste vergoeding van
€ 10.000, daadwerkelijk herstel van schades tot € 60.000 zonder onderzoek naar de
schadeoorzaak of een maatwerkprocedure. De schadeafhandeling in het hele effectgebied
wordt daarmee milder, menselijker en makkelijker. De genoemde onderzoeken en het reviewtraject
doen hier op geen enkele manier afbreuk aan.
Toelichting peer review en vervolg
In de peer review zijn kanttekeningen geplaatst bij de betrouwbaarheid van de conclusies
van het door TNO en TU Delft uitgevoerde onderzoek naar directe effecten van diepe
bodemdaling en -stijging op schade aan gebouwen. De reviewers constateerden dat dit
onderzoek goed was uitgevoerd en geen evidente fouten bevatte, maar identificeerden
beperkingen met betrekking tot de gebruikte gronddata en de mate waarin rekening was
gehouden met onzekerheden in de berekeningen, die van invloed zouden kunnen zijn op
de conclusies van het onderzoek.
Naar aanleiding van deze peer review hebben TNO en TU Delft in opdracht van het IMG
aanvullend onderzoek uitgevoerd dat de gemaakte opmerkingen adresseert, dat in december
2023 is opgeleverd.3 Dit aanvullende onderzoek heeft niet geleid tot herziening van de conclusie van het
oorspronkelijke onderzoek dat diepe bodemdaling en -stijging als direct gevolg van
de gaswinning op zichzelf niet tot gebouwschade leidt in deze gebieden. Bijgaande
vervolgreview, eveneens uitgevoerd onder coördinatie van Movares, gaat in op de mate
waarin het vervolgonderzoek tegemoetkomt aan de opmerkingen van het reviewpanel en
concludeert dat deze voldoende geadresseerd zijn. Daarbij wordt opgemerkt dat de reikwijdte
van het onderzoek inherente beperkingen kent, onder meer omdat het zich beperkt tot
directe effecten en op basis daarvan niet goed te beoordelen is in hoeverre diepe- bodemdaling
door de gaswinning uit het Groningenveld in combinatie met andere effecten tot schade
kan leiden. Hieronder ga ik daar uitgebreider op in.
Onderzoek naar indirecte en gecombineerde effecten
In het gebied waar het IMG schade afhandelt die mede het gevolg kan zijn van de gaswinning
uit het Groningerveld en de gasopslagen bij Norg en Grijpskerk, vinden ook andere
mijnbouwactiviteiten plaats, zoals zoutwinning. Inzicht in mogelijke gecombineerde
effecten van deze mijnbouwactiviteiten en de interactie met bijvoorbeeld grondwaterpeilaanpassingen
op de bodem is daarom ook van belang voor een gedegen afhandeling van de schade aan
gebouwen. Dit onderwerp heeft mijn bijzondere aandacht en ik heb hier zelf ook nog
vragen over.
Het IMG laat in dit kader, in overleg met de landelijke Commissie Mijnbouwschade (CM),
verschillende onderzoeken uitvoeren die gezamenlijk een beeld moeten geven van de
kans op gebouwschade als gevolg van indirecte en gecombineerde effecten van mijnbouwactiviteiten
in Groningen en Noord-Drenthe. Over de uitkomsten van deze onderzoeken verwacht ik
uw Kamer na de zomer uitgebreider te kunnen informeren, evenals over de verdere vormgeving
van de één loket-werkwijze door het IMG en de CM. Met deze werkwijze wordt beoogd
om in die gevallen waar de gecombineerde effecten tot schade kunnen leiden bewoners
de mogelijkheid te geven de schadeafhandeling via één ingang plaats te laten vinden.
Tot slot
De afgelopen jaren is er veel geïnvesteerd in kennisontwikkeling over de effecten
van mijnbouw, de ontwikkelingen in onze bodem en het ontstaan van schade. Dit levert
belangrijke inzichten op en dat geeft houvast. Als er tegelijkertijd één ding ook
duidelijk naar voren komt uit onder meer de in deze brief beschreven ontwikkelingen,
is het dat de praktijk van de schadeafhandeling weerbarstig kan zijn en dat het betrekken
van voortschrijdende wetenschappelijke inzichten daarbij op gespannen voet kan staan
met het waarborgen van zekerheid en betrouwbaarheid van de overheid voor bewoners.
Dat heeft in Groningen en Noord-Drenthe zijn sporen nagelaten. Met Nij begun is een nieuwe start gemaakt en zijn maatregelen genomen die de schadeafhandeling voor
bewoners fundamenteel zullen verbeteren en het daadwerkelijk herstel van het gaswinningsgebied
dichterbij brengen.
De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
E. van Marum
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E. van Marum, staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties