Brief regering : Aanvullende advisering over zes projecten Nationaal Groeifonds uit de eerste, tweede en derde ronde (inclusief reactie kabinet) en jaarverslag Adviescommissie Nationaal Groeifonds 2023
36 410 L Vaststelling van de begrotingsstaat van het Nationaal Groeifonds voor het jaar 2024
Nr. 15
BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 12 juli 2024
In 2021, 2022 en 2023 bent u over de uitslagen van de eerste drie rondes van het Nationaal
Groeifonds geïnformeerd.1 Over vijf projecten uit deze rondes heeft de Adviescommissie Nationaal Groeifonds
(hierna: de adviescommissie) een aanvullend advies uitgebracht. Daarnaast heeft de
adviescommissie een advies gegeven over een subsidieaanvraag voor de Subsidieregeling
Nationaal Groeifonds2. In deze brief licht ik u, mede namens de Minister van Financiën, deze adviezen en
de reactie van het kabinet toe. Daarnaast bied ik u het jaarverslag van de adviescommissie
over 2023 aan.
Achtergrond aanvullend advies
De adviescommissie heeft tijdens de drie rondes over 51 projecten positief geadviseerd.
Het betreft onder meer programma’s op het gebied van groene waterstof, de verduurzaming
van de landbouw, het bestrijden van laaggeletterdheid en sleuteltechnologieën als
kwantum en kunstmatige intelligentie. Daarmee is een bedrag van € 11,3 miljard gemoeid.
Een aantal projecten heeft op basis van het advies van de adviescommissie gefaseerde
financiering gekregen zoals een (gedeeltelijk) voorwaardelijke toekenning of een (gedeeltelijke)
reservering. Bij een voorwaardelijke toekenning moet een project aan nadere voorwaarden
op basis van het advies voldoen om middelen definitief toegekend te krijgen. Bij een
reservering moet (een deel van) een project beter uitgewerkt of aangepast worden of
is sprake van een nieuwe fase van het project, waarna het opnieuw beoordeeld wordt.
De nog openstaande reserveringen hebben betrekking op projecten die al een gedeeltelijke
toekenning hebben.
Samenvatting advies adviescommissie
Voor vijf projecten is er een aangepast projectvoorstel ingediend om een reservering
of voorwaardelijke toekenning omgezet te krijgen in een (voorwaardelijke) toekenning.
Het betreft de projecten: AiNed, Nationaal Onderwijslab AI (NOLAI), kwantum Delta
NL, Circular Plastics NL en Maritiem Masterplan. De adviescommissie heeft hierover
overwegend positief geadviseerd.
In het kader van de Subsidieregeling Nationaal Groeifonds (hierna: regeling) heeft
de adviescommissie, naar aanleiding van een uitspraak van het College van Beroep voor
het bedrijfsleven (hierna: CBb), daarnaast advies uitgebracht over de subsidieaanvraag
voor het project Versterkt Conflictoplossend Vermogen.3 Deze aanvraag was ingediend bij de openstelling van de regeling bij de derde indieningsronde.
Deze aanvraag was op grond van de regeling afgewezen. In de beroepsfase was het CBb
van oordeel dat de adviescommissie de aanvraag had moeten beoordelen. De adviescommissie
heeft alsnog advies gegeven en oordeelt negatief over de subsidieaanvraag. Op basis
daarvan is deze opnieuw afgewezen.
In bijlage 1 worden de projecten en de adviezen verder toegelicht. Het volledige advies van de
adviescommissie is bijgevoegd in bijlage 2.
Reactie kabinet en vervolg
Het kabinet neemt het advies van de adviescommissie volledig over. Hierdoor wordt
aan vijf projecten in het totaal € 466,2 miljoen definitief toegekend en € 51,1 miljoen
voorwaardelijk toegekend. De budgettaire verwerking vindt plaats bij Miljoenennota
2025.
De (voorwaardelijke) toekenningen zijn definitief na autorisatie van de NGF-begroting
en de relevante departementale begrotingen 2025 door beide Kamers. Daarna kunnen deze
projecten starten met de volgende fase van de uitvoering.
Door het (voorwaardelijk) toekennen van de reserveringen en het gedeeltelijk vervallen
van de voorwaardelijke toekenning van AiNed (een bedrag van € 15,5 miljoen) wordt
€ 320,3 miljoen additioneel juridisch verplicht.
De tabel hieronder geeft een financieel overzicht van de voorgestelde omzettingen,
het besluit van het kabinet op basis van het advies van de adviescommissie en de middelen
die op basis van de besluitvorming additioneel juridisch verplicht worden.
Tabel financieel overzicht aanvullend besluit NGF-projecten (bedragen x € mln)
Project
Ronde
Omzetting verzocht van
Besluit kabinet
Additioneel juridisch verplicht1
RES
VWT
RES
VWT
TOE
AiNed2
1
44,0
28,5
-15,5
NOLAI
1
63,0
51,1
11,9
63,0
Kwantum Delta NL
1
272,8
272,8
272,8
Circular Plastics NL
2
43,0
43,0
0
Maritiem Masterplan
3
110,0
110,0
0
Totaal
51,1
466,2
320,3
X Noot
1
Alleen een omzetting van gereserveerde middelen in een (voorwaardelijke) toekenning
resulteert in additioneel juridisch verplichte middelen. Voorwaardelijke toekenningen
zijn al juridisch verplicht.
X Noot
2
Van de gevraagde omzetting van de voorwaardelijk toegekende € 44,0 miljoen wordt
€ 15,5 miljoen niet omgezet. Deze middelen vloeien terug naar de onverdeelde middelen
van het Nationaal Groeifonds.
Jaarverslag adviescommissie 2023
Conform de Regeling adviescommissie Nationaal Groeifonds4 brengt de adviescommissie jaarlijks voor 1 juli verslag uit over haar werkzaamheden
in het voorafgaande jaar. De adviescommissie gaat in het jaarverslag 2023 ook in op
haar werkwijze. Daarnaast is in dit jaarverslag ook de jaarlijkse rapportage van de
adviescommissie opgenomen over de kwaliteit en voortgang van de uitvoering van de
lopende NGF-projecten. Er worden mooie stappen gezet, zoals bij het project kwantum
Delta NL de opening van de onderzoekslocatie House of kwantum en de start van een
nieuwe pilotlijn voor de verdere ontwikkeling van regeneratieve geneeskunde in Maastricht
bij het project RegMed XB. Het jaarverslag is ook terug te lezen op de website van
het Nationaal Groeifonds (www.nationaalgroeifonds.nl).
Motie-Zeedijk Intellectueel Eigendom
In het jaarverslag 2023 gaat de adviescommissie, mede naar aanleiding van de motie-Zeedijk5, in op de wijze waarop er aandacht wordt besteed aan intellectueel eigendom (IE)
binnen het Nationaal Groeifonds. IE is voor innovatieprojecten en -programma’s een
essentieel onderdeel voor het realiseren van verdienvermogen. Mede daarom kijkt de
adviescommissie naar afspraken over IE bij het beoordelen van voorstellen. De adviescommissie
heeft daarbij specifiek aandacht voor de balans tussen publiek toegankelijke kennis
en de noodzakelijke bescherming van IE. Dit laatste vormt voor private partijen (waaronder
het mkb) vaak een belangrijke voorwaarde voor deelname aan een innovatieproject.
Afspraken over IE zijn maatwerk per innovatieproject en maken deel uit van de samenwerkingsovereenkomst
tussen de deelnemers (doorgaans consortia van kennisinstellingen, mkb'ers en grootbedrijf).
De adviescommissie kan waar nodig adviseren om IE-specifieke rapportageverplichtingen
op te leggen, als de aard en verloop van een programma of een concreet innovatieproject
daar reden voor vormt. Zo heeft de adviescommissie bij enkele projecten nadrukkelijk
geadviseerd om aansluiting te zoeken bij de Principes voor Maatschappelijk Verantwoord Licentiëren6 en de Nationale leidraad kennisveiligheid7
.
De adviescommissie heeft bij de beoordeling geconstateerd dat NGF-projecten het IE-beleid
vaak onvoldoende hadden uitgewerkt. Naar aanleiding daarvan heeft de adviescommissie
samen met de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) en Octrooicentrum Nederland
een workshop georganiseerd. Daarbij is onder andere aandacht besteed aan thema’s als
kennisborging binnen een consortium, afwegingen tussen open data en bescherming van
IE en voorwaarden bij overdracht IE tussen partijen binnen het consortium (en daarbuiten).
Consortia kunnen deze informatie betrekken bij de verdere uitwerking van hun afspraken
over IE en kennisdeling. Daarnaast worden via de kritieke prestatie-indicatoren (KPI’s)
behorende bij een NGF-project de resultaten over IE gemonitord. In de jaarlijkse rapportage
over de uitvoering van NGF-projecten aan de fondsbeheerders zal de adviescommissie,
waar relevant, de komende jaren de aangevraagde octrooien en aantal verleende licenties
in kaart brengen.
De Minister van Economische Zaken,
D.S. Beljaarts
BIJLAGE 1: TOELICHTING ADVIES ADVIESCOMMISSIE PER PROJECT
AiNed
Het doel van AiNed is het vergroten van investeringen in en toepassing van kunstmatige
intelligentie, op een mensgerichte manier. De indieners hebben een voorstel ingediend
voor de omzetting van een voorwaardelijke vervolgfinanciering van € 44 miljoen, met
deels een andere invulling dan oorspronkelijk beoogd. De indieners vragen de € 44
miljoen ter financiering van het fellowship programma, ELSA-labs, Europese programma’s,
systeemdoorbraakprojecten en programmauitvoering.
Over de onderdelen waar het vervolgfinanciering betreft, te weten ELSA-labs (ethical,
legal, social aspects), Europese programma’s en het fellowshipprogramma (talentontwikkeling),
is de adviescommissie nog altijd overtuigd van de bijdrage aan het duurzaam verdienvermogen
van Nederland. De indieners betogen dat voor deze onderdelen minder budget benodigd
is dan eerder was beoogd. De adviescommissie volgt de indieners hierin, en adviseert
daarom de aangepaste budgetten voor vervolgfinanciering voor deze onderdelen toe te
kennen.
Financiering voor de systeemdoorbraakprojecten is een onderdeel dat niet in de voorwaardelijke
toekenning was opgenomen. De adviescommissie is niet overtuigd van de impact en de
bijdrage aan het duurzaam verdienvermogen van dit onderdeel en adviseert daarom de
gevraagde € 15 miljoen voor systeemdoorbraakprojecten niet toe te kennen. Hierdoor
zal ook minder budget voor de programmauitvoering nodig zijn, dat om die reden bijgesteld
wordt met € 0,5 miljoen.
Daarmee adviseert de adviescommissie toekenning van € 28,5 miljoen voor de vervolgfinanciering
van de programmaonderdelen ELSA-labs, Europese programma’s, het fellowship programma
en voor het aangepaste budget voor programmauitvoering. De overige € 15,5 miljoen
komt te vervallen.
Nationaal Onderwijslab AI
Kunstmatige intelligentie (AI) heeft een fundamentele impact op onze samenleving en
het onderwijs. AI biedt veel kansen om het onderwijs te verrijken en toegankelijker
te maken. Met de oprichting van het Nationaal Onderwijslab AI (NOLAI) is een eerste
belangrijke stap gezet om het onderwijs, het bedrijfsleven en de wetenschap actief
te laten samenwerken aan de ontwikkeling van intelligente educatieve technologieën.
Een volgende belangrijke stap is om deze educatieve technologieën door te ontwikkelen
naar schaalbare producten en deze breed en duurzaam te implementeren in het funderend
onderwijs. Voor het verder kunnen opschalen van deze producten is een bedrag van € 63
miljoen gereserveerd.
NOLAI heeft hiervoor een opschalingsplan ingediend en de adviescommissie verzocht
om de reservering om te zetten in een onvoorwaardelijke toekenning van € 11,9 miljoen
voor de pilotfase van de opschaling en een voorwaardelijke toekenning van € 51,1 miljoen
voor de verdere opschaling in het funderend onderwijs. De adviescommissie adviseert
deze omzetting goed te keuren met daarbij aanvullende vereisten voor de uitvoering.
Gezien de snelle ontwikkelingen binnen AI adviseert de adviescommissie om al in de
pilotfase de mogelijkheden tot brede opschaling te verkennen. Voor de omzetting van
de voorwaardelijke toekenning in een definitieve toekenning zal NOLAI uiterlijk in
2027 een plan indienen.
Kwantum Delta NL
Het programma kwantum Delta NL (QDNL) is erop gericht de wetenschappelijk sterke positie
van Nederland op het gebied van kwantumtechnologie te versterken en de kennis uit
dit programma te valoriseren. QDNL heeft voor het definitief toekennen van de gereserveerde
middelen voor de derde fase van het programma (€ 272,8 miljoen) een voorstel ingediend.
De adviescommissie heeft dit voorstel mede beoordeeld op basis van een door een onafhankelijke
en internationale adviescommissie uitgevoerde midterm review (hierna: MTR).8 Deze MTR diende als basis voor het projectplan voor fase drie.
De adviescommissie herkent zich in de aanbevelingen van de MTR-commissie, die onder
andere zijn gericht op het verbeteren van de organisatiestructuur en de valorisatiestrategie.
De adviescommissie constateert dat er in het projectplan voor fase drie naar tevredenheid
rekening is gehouden met deze aanbevelingen. Ook is de adviescommissie, net als de
MTR-commissie, onder de indruk van de voortgang en prestaties van het achterliggende
consortium. Het oordeel van de adviescommissie is dan ook positief. De adviescommissie
adviseert om de gereserveerde middelen (€ 272,8 miljoen) volledig toe te kennen.
Circular Plastics NL
Het doel van Circular Plastics NL is het volledig circulair maken van de plastic waardeketens.
Hiermee kunnen negatieve milieueffecten zoals broeikasgasemissies, plastic afval en
vervuiling met microplastics worden geminimaliseerd. Een circulaire plasticsketen
kan alleen ontstaan via een systemische aanpak in samenwerking tussen producenten
van plastics, bedrijven die deze plastics gebruiken, afval ophalen, karakteriseren
en sorteren, de afvalverwerkingssector en recyclingsector. Binnen Circular Plastics
NL worden proces- en materiaalinnovaties ontwikkeld, versneld en opgeschaald.
Circular Plastics NL heeft in de tweede indieningsronde in totaal € 220 miljoen toegekend
gekregen. Hiervan is € 124 miljoen een definitieve toekenning (eerste tranche) en
is een bedrag van € 96 miljoen voorwaardelijk toegekend (tweede en derde tranche).
De adviescommissie heeft vastgesteld dat er in voldoende mate is voldaan aan de gestelde
voorwaarden voor toekenning van de tweede tranche. Het betreft voorwaarden over de
inrichting van het projectbureau, het succesvol uitzetten van open calls, het aantonen
van de benodigde private commitment, de installatie van de eerste infrastructuur bij
demonstrators, het inzichtelijk maken van kansen voor blended finance en het inzicht
geven in de lange termijn commercialisatiemogelijkheden. De adviescommissie adviseert
daarom dat de voorwaardelijke toekenning voor de tweede tranche (€ 43 miljoen) kan
worden omgezet in een definitieve toekenning. Deze middelen worden ingezet op innovaties
en faciliteiten gericht op voedselverpakkingen, hoogwaardige technische kunststoffen,
opschaling van thermochemische recycling, hoogwaardige recycling door middel van dissolutie
en verdere inrichting van open infrastructuur.
Maritiem Masterplan
Het doel van het Maritiem Masterplan is om betrouwbare, concurrerende en duurzamere
schepen te ontwikkelen en gebruiken in de Nederlandse maritieme sector. Het plan draagt
daarmee bij aan de versnelling van de energietransitie en het versterken van de economie.
Binnen de Nederlandse maritieme sector ontwikkelen en demonsteren publiek-private
consortia duurzame energiesystemen in ongeveer 40 demonstratieschepen. Zo kunnen nieuwe
innovatie- en verdienmodellen ontstaan waarmee de sector het verschil maakt ten opzichte
van concurrerende landen in voor Nederland strategische deelmarkten en waardeketens:
kust- en binnenvaart, natte waterbouw, wind op zee en maritieme veiligheid & dienstverlening.
Het programma wordt ondersteund door een digitaal samenwerkingsplatform en een human
capital programma.
In de derde indieningsronde heeft het Maritiem Masterplan een definitieve toekenning
ontvangen van € 100 miljoen en daarnaast een voorwaardelijke toekenning van € 110
miljoen. De adviescommissie heeft vastgesteld dat aan de gestelde voorwaarden is voldaan.
Zo zijn enkele onderdelen van het plan nader uitgewerkt en is de koppeling met de
maritieme sectoragenda versterkt. Ook is de cofinanciering geconcretiseerd en is goed
toegelicht hoe het Maritiem Masterplan optimaal toegankelijk is voor het mkb. De adviescommissie
adviseert om de voorwaardelijke toekenning om te zetten in een definitieve toekenning.
De totale investering in dit project komt daarmee uit op € 210 miljoen.
Versterkt Conflictoplossend Vermogen
De subsidieaanvraag Versterkt Conflictoplossend Vermogen die is ingediend op grond
van de Subsidieregeling Nationaal Groeifonds (subsidieroute van de derde ronde) is
aan de adviescommissie voorgelegd na een beroepsprocedure bij het CBb over de afwijzing
van de aanvraag op grond van de regeling. Het CBb oordeelde dat de adviescommissie
een oordeel moest geven over de subsidieaanvraag.
De indieners beogen sectorbrede verbetering in conflictoplossing door de juridische
keten anders in te richten, middels duidelijke «routes» voor belanghebbenden, en vragen
€ 112,6 miljoen subsidie ter financiering van hun project.
Hoewel de adviescommissie het belang van het verminderen van conflicten voor de maatschappij
onderschrijft, oordeelt de adviescommissie dat het voorstel Versterkt Conflictoplossend
Vermogen niet voldoet aan de Subsidieregeling Nationaal Groeifonds. Daarnaast oordeelt
de adviescommissie dat de subsidieaanvraag op geen van de criteria van het analysekader9 voldoende scoort. Zo is de bijdrage aan het duurzaam verdienvermogen onduidelijk,
zijn er geen uitvoeringsorganisaties betrokken, is er geen cofinanciering en is het
valorisatieplan onvoldoende uitgewerkt. De adviescommissie adviseert daarom deze subsidieaanvraag
af te wijzen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
D.S. Beljaarts, minister van Economische Zaken