Brief regering : Verkenning aanpak basisvaardigheden volwassenen vanaf 2025
28 760 Meerjarenplan Alfabetisering
Nr. 115 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR PRIMAIR EN VOORTGEZET ONDERWIJS
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 1 juli 2024
In deze brief bied ik uw Kamer, mede namens de Minister van Onderwijs, Cultuur en
Wetenschap en de Staatssecretaris Cultuur en Media, de verkenning basisvaardigheden
voor volwassenen vanaf 2025 aan (bijlage 1). Deze verkenning is in de brief van 14 juli 2023 aan uw Kamer toegezegd1. Met de verkenning worden opties geschetst voor een mogelijk vervolg in het beleid
voor versterking van de basisvaardigheden van volwassenen. Het nieuwe kabinet kan
besluiten of en met welke ambitie het de aanpak wil bijsturen. De verkenning is tot
stand gekomen met inbreng van gemeenten, uitvoerders van cursusaanbod, maatschappelijke
partners, onderzoekers en de Rijksoverheid zelf.
Daarnaast gaat deze brief in op de borging van de opbrengsten van het lopende programma
Tel mee met Taal, dat na 2024 afloopt. Dit is een interdepartementale samenwerking
met BZK, SZW, VWS en gemeenten. Ter uitvoering van de voornemens in de brief van juli
2023 noemen we enkele concrete instrumenten uit de huidige aanpak die geheel of gedeeltelijk
worden gecontinueerd in 2025. Daarmee bieden we gemeenten het perspectief dat zij
nodig hebben om het fundament van de lopende aanpak na 2024 overeind te houden.
Borging van de basis uit de bestaande aanpak vanaf 2025
De laatste PISA-cijfers uit 2023 laten een daling in de leesvaardigheid zien onder
15-jarigen in Nederland. Een derde van de jongeren heeft een te laag niveau2. Jongeren moeten goed leren lezen, schrijven en rekenen. Met het masterplan basisvaardigheden
po/vo3 en de aanpak basisvaardigheden op het mbo4 worden belangrijke stappen gezet. De daling in de leesvaardigheid onder jongeren
werkt door in de beheersing van hun basisvaardigheden als volwassenen. In Nederland
beheersen 2,5 miljoen mensen de basisvaardigheden onvoldoende. Zij hebben bijvoorbeeld
moeite met lezen, schrijven, rekenen en/of digitale vaardigheden5. Daardoor zijn zij vaak niet duurzaam inzetbaar voor werk, lopen zij meer risico
op schulden en hebben zij moeite om zich zelfstandig te redden in de samenleving.
Komend najaar komen er nieuwe cijfers beschikbaar over het aantal volwassenen dat
moeite heeft met basisvaardigheden. De verwachting is dat we geen trendbreuk zullen
zien en dat de groep volwassenen met beperkte basisvaardigheden groot blijft6.
In de brief van juli 2023 is beschreven welke basisonderdelen uit de huidige aanpak
na 2024 worden gecontinueerd. Daarbij zijn de conclusies betrokken van de tussentijdse
evaluatie over de voortgang van het programma Tel mee met Taal7. Uit de evaluatie bleek dat de regionale samenwerking tussen partners goed verloopt
en ook na 2024 behouden moet blijven. Daarom wordt de bestaande regionale indeling
en financiering voortgezet om de opbrengsten van de aanpak te borgen. Tevens is beschreven
dat het Rijk gemeenten en uitvoerders ondersteunt om de lokale aanpak te verbeteren
en te verduurzamen. Het kabinet heeft aangegeven dat de financiering van educatieaanbod
aan volwassenen via de Wet Educatie en Beroepsonderwijs (de WEB-middelen) voor de
centrumgemeenten in elk geval tot en met 2028 wordt gehandhaafd. Dit bedrag loopt
in 2024 op tot ruim € 90 miljoen structureel.
Ter verdere uitvoering van deze voornemens wordt in 2025 geheel of gedeeltelijk enkele
instrumenten uit het lopende programma gecontinueerd. In 2025 is hiervoor € 12,9 miljoen
beschikbaar en vanaf 2026 is dat 13,2 miljoen8. Het gaat in ieder geval om de volgende instrumenten:
– Er worden coördinatiemiddelen beschikbaar gesteld voor centrumgemeenten die daarmee
de coördinatie van de regionale aanpak kunnen continueren. De exacte hoogte van dit
bedrag wordt dit najaar duidelijk. Daarmee kunnen gemeenten inzetten op het maken
van nieuwe regionale plannen voor de periode 2025–2028.
– Daarnaast wordt het komend jaar de Stichting Lezen en Schrijven (LES) gefinancierd.
LES is een belangrijke bestaande partner in de aanpak van basisvaardigheden en zal
gemeenten ook na afloop van de huidige programmaperiode nog blijven ondersteunen.
De inrichting van hun aanbod in 2025 zal in goed overleg tussen LES, Rijk en gemeenten
worden ingevuld.
– Zoals vorig jaar aangekondigd wordt de preventieve aanpak van het programma Kunst
van Lezen gecontinueerd, in aansluiting op de inzet via het masterplan basisvaardigheden.
In de periode vanaf 2025 bekijken we hoe deze aanpak het beste geborgd kan worden.
De verkenning
In de afgelopen periode is bij gemeenten, partners en het Rijk verkend hoe de aanpak
van basisvaardigheden volwassenen er vanaf 2025 idealiter uit zou kunnen zien. De
verkenning bevestigt de bovenstaande basis: het voortzetten van de regionale aanpak,
de opgebouwde infrastructuur en de ondersteuning die het Rijk biedt aan gemeenten.
Daarnaast biedt de verkenning een aantal suggesties voor doorontwikkeling en nieuw
beleid. Of en hoe aan deze punten invulling wordt gegeven, is aan het nieuwe kabinet.
In onderstaand kader staan op hoofdlijnen de adviezen opgenomen die zijn opgehaald
tijdens de verkenning. Deze punten worden meegenomen bij besluitvorming over een vervolgaanpak.
– Hanteer een brede aanpak voor de verbetering van basisvaardigheden. Mensen moeten
deze basisvaardigheden kunnen leren in combinatie met andere vaardigheden en het aanbod
moet beter aansluiten bij de context en leerdoelen van mensen.
– Zonder inzet op preventie is een aanpak van basisvaardigheden van volwassenen onvoldoende
effectief. Werk daarom aan samenwerking over onderwijssectoren heen, via aansluiting
op het masterplan basisvaardigheden po/vo, de aanpak basisvaardigheden mbo en de inzet
vanuit het letterenveld.
– Zet meer in op de verbetering van basisvaardigheden voor werkenden en werkzoekenden.
Verbeter de aansluiting bij leven lang ontwikkelen en de werkcentra die tot stand
komen via de hervorming van de arbeidsmarktinfrastructuur. Werk intensiever samen
met werkgevers, sociaal ontwikkelbedrijven, koepels en O&O fondsen.
– Werk verder aan het verbeteren van basisvaardigheden via een integrale aanpak en samenwerking
in het sociaal domein. Denk aan aansluiting op trajecten voor armoede en schulden,
werk en re-integratie, bibliotheken, Informatiepunten Digitale Overheid, inburgering,
zorg en maatschappelijke ondersteuning.
– Versterk de regierol van gemeenten: maak duidelijk waar gemeenten regie op moeten
voeren en spreek lange termijn doelen af.
– Geef de opgaven zoveel mogelijk een structurele plek in het beleid, in plaats van
de inrichting van opnieuw een tijdelijke, programmatische aanpak vanuit het Rijk.
Dit vraagt om een blijvende inzet van meerdere departementen, waaronder in ieder geval
OCW (onderwijs en educatie), SZW (participatie, armoede, schulden, arbeidsmarkt, inburgering
en arbeidsmigratie) en BZK (digitale inclusie).
Tot slot
De basisinfrastructuur staat ook na afloop van het programma Tel mee met Taal overeind.
Met de ingezette lijn en de manier waarop we daaraan uitvoering geven, borgen we het
bestaan van de regionale aanpak na afloop van het programma. Conform de verkenning
zou door het kabinet in 2026–2027 kunnen worden besloten over de doorontwikkeling
van de gemeentelijke rol na 2028. Daarnaast dank ik graag alle partners die betrokken
zijn bij de totstandkoming van een nieuwe ronde van regionale plannen voor de periode
2025–2028.
De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs, M.L.J. Paul
Indieners
-
Indiener
M.L.J. Paul, minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs