Brief regering : Reactie op verzoek commissie over de brieven van de Visiegroep Buurtalen inzake sectorplannen en buurtalenonderwijs en over de uitvoering van de motie van het lid Krul c.s. over de middelen uit het sectorplan inzetten voor het versterken van de samenwerking bij de taalopleidingen aan de universiteiten (Kamerstuk 31288-1045)
31 288 Hoger Onderwijs-, Onderzoek- en Wetenschapsbeleid
31 289
Voortgezet Onderwijs
Nr. 1106
BRIEF VAN DE MINISTERS VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP EN VOOR PRIMAIR EN VOORTGEZET
ONDERWIJS
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 6 maart 2024
Hierbij sturen wij uw Kamer op verzoek van de vaste commissie Onderwijs, Cultuur en
Wetenschap onze reactie op de brieven van de Visiegroep Buurtalen. Daarnaast informeren
wij uw Kamer in deze brief over de uitvoering van de motie van de leden Krul (CDA),
Peters (CDA) en Van der Graaf (CU)1 over het opzetten van een landelijke campagne ten behoeve van de talenopleidingen.
Hiermee geven wij invulling aan uw verzoeken.
Brieven Visiegroep Buurtalen
Op 24 april jl. heeft de Visiegroep Buurtalen ons een brief gestuurd waarin zij haar
zorgen uitte over het talenonderwijs van Frans en Duits in zowel het voortgezet als
hoger onderwijs. Daarbij riep ze op tot een integraal actieplan, waaronder een landelijke
campagne voor het Frans en Duits. Uw Kamer heeft ons gevraagd om een reactie op deze
brief.2 We erkennen deze zorgen. We delen daarbij het belang van inzet op de gehele lijn
van voortgezet, middelbaar, tot aan hoger beroeps- en universitair onderwijs. Uw Kamer
heeft hierover ook een tweede brief ontvangen van de Visiegroep Buurtalen, en gevraagd
om een reactie. Met deze brief reageren we ook op dit verzoek.3
In onze reactie aan de Visiegroep hebben we toegelicht welke verschillende acties
we ondernemen om het talenonderwijs te versterken. Zo zijn we in het voortgezet onderwijs
bezig met de bijstelling van het curriculum met aparte kerndoelen voor Frans en Duits
en het verkennen van verschillende vormen van (centrale) examinering. Hierover is
het ministerie met de Visiegroep Buurtalen en Vereniging Leraren in Levende Talen
in gesprek. Voor de tekortsectoren in het hbo, waar de lerarenopleidingen in de talen
ook onder vallen, is structureel € 8 miljoen per jaar beschikbaar gesteld. In het
academisch onderwijs hebben we € 200 miljoen structureel beschikbaar gesteld voor
de sectorplannen, waarnaar ook in de brief verwezen wordt. Voor de talen is een speciaal
sectorplan opgesteld en daarmee wordt ingezet op vernieuwing van het onderwijs, versterking
van de samenwerking en een betere toegang tot de lerarenopleidingen.
Landelijke campagne
Zowel in de motie van lid Krul c.s.4 als in de brief van de Visiegroep Buurtalen werd verzocht een landelijke campagne
voor de talenopleidingen op te zetten via de sectorplangelden. Ondanks jarenlange
inspanningen vanuit de sector en de overheid blijft de instroom in de moderne talenopleidingen
dalen. Dit leidt tot kleine vakgroepen waar niet langer alle gewenste expertise aanwezig
is en een hoge werkdruk onder de medewerkers. Met het plan voor de Talen & Culturenopleidingen
wordt door de faculteiten ingezet op versterking van de landelijke samenwerking van
de talenopleidingen, waar eveneens om wordt verzocht in deze motie. Een nationale,
onafhankelijke adviescommissie, de Nationale Commissie Sectorplannen (NCSP), heeft
deze plannen positief beoordeeld. De decanen zijn bij het toekennen van de middelen
vervolgens verzocht om de uitvoering van de sectorplannen te bespreken met alle betrokkenen
in de geest van de adviezen van de adviescommissie.
Het is nu aan het veld om hiermee verder aan de slag te gaan. De sectorplancommissie
Social Sciences and Humanities (SSH), eerder ook wel de monitoringscommissie SSH genoemd,
is verantwoordelijk voor de monitoring en evaluatie van de uitvoering van de plannen.
Na drie jaar voert de commissie een tussentijdse evaluatie uit en na zes jaar een
eindevaluatie. Na ieder evaluatiemoment brengt de commissie een advies uit aan OCW
over het vervolg.
In de motie wordt verzocht een landelijke campagne op te zetten zoals geschetst in
het rapport Talen Centraal. Een dusdanige landelijke campagne ten behoeve van de talenopleidingen
loopt reeds een aantal jaar.5 De campagne zou echter eindigen per januari 2024. In samenwerking met het Programmabureau
Duurzame Geesteswetenschappen en de decanen van de betreffende faculteiten, stellen
wij extra middelen beschikbaar om deze campagne voor drie jaar te vervolgen. In de
vervolgcampagne wordt aangesloten bij de nieuwe initiatieven die opgezet worden voor
talenopleidingen zoals geschetst in de sectorplannen.
Lopende maatregelen gericht op Frans en Duits
Tijdens de Begrotingsbehandeling OCW 2024 is de motie-Krul c.s. aangenomen die oproept
om te komen tot een ambitieus plan voor de schoolvakken Frans en Duits in het voortgezet
onderwijs.6 Er is een aantal acties in gang gezet voor de schoolvakken Frans en Duits:
• Nuffic voert diverse activiteiten uit voor samenwerking en uitwisseling met Duitsland
en Frankrijk.
• De vakvernieuwing voor Moderne Vreemde Talen draagt bij aan het aantrekkelijker maken
van de betrokken vakken.
• Bij deze vakvernieuwing zijn de secties Frans en Duits van de Vereniging voor Leraren
Levende Talen en de Visiegroep Buurtalen betrokken.
• Ook zijn zij betrokken bij de ingezette trajecten voor het verbeteren van het (centrale)
examen voor deze vakken.
De motie-Krul van januari 2024 verwijst naar aanvullende wensen bovenop deze acties.
In gesprekken met vertegenwoordigers van de buurtalen blijkt dat dit onder andere
gaat om het faciliteren van meer uren onderwijstijd voor de buurtalen, het vastleggen
van een ambitieus eindniveau voor buurtalen en het opzetten van een ambitieuze campagne
en voorlichting voor leerlingen. Deze acties bijten met een aantal zaken:
• Basisvaardigheden: via het Masterplan Basisvaardigheden is een oproep aan scholen
gedaan om de komende jaren te focussen op het verbeteren van de basisvaardigheden.
Dit is dringend nodig en het is belangrijk scholen een heldere, eenduidige opdracht
te geven.
• De curriculumbijstelling: onderwijstijd is nu eenmaal schaars en er is een veelvoud
aan wensen voor het curriculum. Dat betekent dat er scherpe keuzen moeten worden gemaakt.
• Andere campagnes: een campagne voor Frans/Duits bijt met andere (overheids)campagnes
voor bijvoorbeeld het kiezen voor vakken om te werken in tekortsectoren (techniek,
zorg, onderwijs).
De Minister voor Primair en Voortgezet onderwijs heeft de motie bezien in het licht
van wat we nu al doen. Een grootschalig ambitieus plan – bovenop de al ingezette acties
– voor de buurtalen heeft daarom in onze ogen geen meerwaarde.
Tot slot
Zoals hierboven geschetst, schenken we in elke sector (po, vo, mbo, ho) aandacht aan
kwalitatief goed onderwijs in de buurtalen. Tegelijkertijd hebben we ook met uw Kamer
afgesproken om scholen te helpen met het aanbrengen van focus op de basisvaardigheden
en het tegengaan van overladenheid in het curriculum.
We vertrouwen erop u in deze brief te hebben meegenomen in onze overwegingen en de
acties die wij ondernemen om het talenonderwijs over de gehele linie te versterken.
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
R.H. Dijkgraaf
De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs, M.L.J. Paul
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
R.H. Dijkgraaf, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap -
Mede ondertekenaar
M.L.J. Paul, minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs