Brief regering : Geannoteerde agenda Eurogroep en Ecofinraad 11 en 12 maart 2024 en nazending beslisnota Schriftelijk Overleg Eurogroep en Ecofinraad januari 2024
21 501-07 Raad voor Economische en Financiële Zaken
Nr. 2011
BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 1 maart 2024
Hierbij zend ik u de geannoteerde agenda van de vergaderingen van de Eurogroep en
Ecofinraad van 11 en 12 maart a.s. In aanvulling op de geannoteerde agenda ontvangt
u ook de lange termijn visie van het kabinet voor de versterking van de kapitaalmarktunie.
Dit document vormt de basis voor de inzet bij de verklaring van de Eurogroep over
dit onderwerp.
Het is mogelijk dat nog punten worden toegevoegd aan de agenda of dat bepaalde onderwerpen
worden afgevoerd of worden uitgesteld tot de volgende vergadering.
Daarnaast heeft uw Kamer op 12 januari 2024 van mijn voorganger, Minister Jetten,
de beantwoording van het schriftelijk overleg over de vergaderingen van de Eurogroep
en Ecofinraad op 15 en 16 januari ontvangen.1 Bij deze ontvangt u als nazending de onderliggende beslisnota.
De Minister van Financiën,
S.P.R.A. van Weyenberg
Geannoteerde agenda Eurogroep en Ecofinraad 11 en 12 maart 2024
Eurogroep
Macro-economische ontwikkelingen en begrotingsbeleid in de eurozone 2025
Document: n.v.t.
Aard bespreking: gedachtewisseling en (mogelijk) aanname verklaring
Besluitvormingsprocedure: indien een verklaring wordt aangenomen zal dit per consensus zijn
Toelichting:
De Eurogroep zal van gedachten wisselen over het geaggregeerde begrotingsbeleid, de
zogenaamde fiscal stance, in de eurozone. Vanwege de overgang naar het nieuwe Stabiliteits- en Groeipact zal
er dit jaar geen analyse van de Commissie van de stabiliteits- en convergentieprogramma’s
van lidstaten plaatsvinden. Wel zal de Commissie, net als vorig jaar, in het lentepakket
van het Europees Semester land-specifieke aanbevelingen voor het begrotingsbeleid
doen. Deze aanbevelingen functioneren als brug naar de volledige implementatie van
het Stabiliteits- en groeipact. Naar verwachting zullen lidstaten in september 2024
hun nationaal begrotingsplan moeten indienen en zal het plan vanaf 2025 in werking
treden.
Nederland is van mening dat de begrotingspositie (fiscal stance) voor de eurozone een nuttig concept is om zicht te houden op de budgettaire en economische
ontwikkelingen in de eurozone als geheel. Nederland is vooralsnog echter niet overtuigd
van het nut om dit concept ook te gebruiken om sturing te geven aan het nationale
begrotingsbeleid van de eurozonelidstaten. Het kan immers leiden tot procyclisch begrotingsbeleid
in landen met lage en middelhoge schulden, waarbij deze hun economie in goede tijden
onnodig stimuleren en bijdragen aan oververhitting van hun economie. Nederland kan
indien opportuun het belang van prudent begrotingsbeleid benadrukken. In het verlengde
hiervan kan Nederland steun uitspreken voor het openen van buitensporigtekortprocedures
dit voorjaar. Mogelijk zal de Eurogroep, net als vorig jaar, een gezamenlijke verklaring
aannemen over de oriëntatie van het begrotingsbeleid voor het komende jaar. De inhoud
van een dergelijke verklaring is op dit moment nog niet bekend. Gezien nog steeds
hoge inflatie en begrotingstekorten in lidstaten zal Nederland zich inzetten voor
het opnemen van het belang van prudent begrotingsbeleid in de gezamenlijke verklaring.
Eurogroep (in inclusieve samenstelling)
Toekomst van Europese financiële en kapitaalmarkten
Document: op dit moment nog niet beschikbaar. Het document wordt voorafgaand aan de vergadering
op het Delegates Portal geplaatst onder vermelding van «capital markets union».
Aard bespreking: gedachtewisseling
Besluitvormingsprocedure: n.v.t.
Toelichting:
De Eurogroep in inclusieve samenstelling zal spreken over de toekomst en de ontwikkeling
van de Europese kapitaalmarkten. Daarbij zal ter bespreking een strategische visie
van de Eurogroep voorliggen met daarin prioriteiten om de kapitaalmarktunie verder
te ontwikkelen. Deze strategische visie kan als input dienen voor de (nieuwe) Europese
Commissie. In de afgelopen maanden heeft de Eurogroep conform haar werkprogramma de
uitdagingen ten aanzien van de verdieping en integratie van Europese kapitaalmarkten
verkend. Hieruit volgt een gedeeld beeld van internationale instellingen, lidstaten
en experts dat de knelpunten voor de financiering van de transitie naar een duurzame
en digitale economie urgent aangepakt moeten worden.
Het kabinet is van mening dat verdere versterking van de kapitaalmarktunie cruciaal
is voor het wegnemen van barrières tot het vrije verkeer van kapitaal in de EU. Een
goed functionerende, diepe en geïntegreerde Europese kapitaalmarkt is essentieel voor
de benodigde investeringen in duurzaamheid, digitalisering en (economische) veiligheid.
Ook bieden efficiënte en toegankelijke kapitaalmarkten burgers en investeerders goede
opties voor vermogensopbouw. Bovendien draagt een veerkrachtige kapitaalmarkt bij
aan economische en financiële stabiliteit in de Europese Monetaire Unie. Er is al
veel werk verzet in de afgelopen jaren, maar de doelstellingen van een daadwerkelijke
kapitaalmarktunie zijn nog niet bereikt. Daarvoor is betere aanwending van het beschikbare
kapitaal en de aanpak van structurele barrières tot integratie nodig. Deze doelstellingen
en aanbevelingen voor verschillende maatregelen die daartoe verkend en genomen kunnen
worden, heeft het kabinet in een document uiteengezet dat bij de geannoteerde agenda
is gevoegd. Dit document beschrijft de lange termijn visie van Nederland voor de ontwikkeling
van de kapitaalmarktunie. Het vormt de basis voor de EU-inzet van het kabinet. De
Eurogroep kan wat het kabinet betreft een rol spelen bij de verdere versterking van
de kapitaalmarktunie door hiervoor een gezamenlijke visie te ontwikkelen.
Nederland kan tijdens deze bespreking steun uitspreken voor een verklaring van de
Eurogroep met een strategische visie op de toekomst van de Europese kapitaalmarkten
en maatregelen waarmee stappen gezet worden in lijn met de lange termijn visie van
Nederland. Uit deze verklaring dient wat Nederland betreft het belang te spreken van
urgentie bij de versterking van die markten. De kapitaalmarkten zijn volgens het kabinet
van belang voor de financiering van Europese bedrijven, de transitie naar een duurzame
en digitale economie, en een veerkrachtig en veilig Europa. Nederland kan hierbij
uitspreken dat in de visie en prioriteiten met name aandacht moet zijn voor structurele
barrières die politiek gevoeliger liggen en waarop voortgang in de afgelopen jaren
ingewikkelder blijkt. Bijvoorbeeld ten aanzien van de versterking van het Europese
toezicht of de barrières door verschillen in nationale juridische en fiscale kaders,
evenals de wijze waarop geleidelijk voortgang geboekt kan worden. Nederland kan tevens
benadrukken dat deze visie moet oproepen tot een combinatie van maatregelen op zowel
Europees als nationaal niveau, om kapitaal aan te wenden voor diepe, liquide markten
en om barrières tot verdere integratie weg te nemen voor efficiënte allocatie van
kapitaal.
Voorbereiding Eurotop in maart
Document: n.v.t.
Aard bespreking: gedachtewisseling
Besluitvormingsprocedure: n.v.t.
Toelichting:
En marge van de Europese Raad van 21 en 22 maart staat een Eurotop gepland. Tijdens
deze Eurotop zullen de regeringsleiders zoals gebruikelijk de economische situatie
bespreken en van gedachten wisselen over het economisch bestuur en de beleidscoördinatie
van de EU. Daarbij zal de voorzitter van de Eurogroep bij deze Eurotop de Europese
Raad informeren over de voortgang op een aantal dossiers, in het bijzonder de lopende
werkzaamheden van de Eurogroep over de toekomst van de Europese financiële en kapitaalmarkten
en over de gesprekken over de mogelijke introductie van een digitale euro. In de Eurogroep
van 11 maart zal de voorzitter van de Eurogroep aangeven op welke wijze hij de Europese
Raad wil informeren over deze dossiers. Nederland kan de toelichting aanhoren.
Ecofinraad
Sociale investeringen en hervormingen voor veerkrachtige economieën
Document: n.v.t.
Aard bespreking: oriënterend debat met de Ministers verantwoordelijk voor Werkgelegenheid en Sociale
Zaken
Besluitvormingsprocedure: n.v.t.
Toelichting:
Doel Raadsbehandeling
Het Belgisch Voorzitterschap organiseert een beleidsdebat over de rol van sociale
investeringen voor veerkrachtige economieën. Het betreft een gezamenlijke gedachtewisseling
met Ecofinraad, waar zowel Ministers van Financiën als Ministers verantwoordelijk
voor Werkgelegenheid en Sociale Zaken bij aanwezig zullen zijn. Naar verwachting beoogt
het Voorzitterschap dat leden van beide Raden zich uitspreken over de rol die sociale
investeringen kunnen hebben bij het versterken van de productiviteit, het concurrentievermogen
en economische groei, en daarmee op termijn op houdbare overheidsfinanciën. Aan de
hand van deze discussie gaat het voorzitterschap mogelijk werken aan Raadsconclusies
over dit onderwerp, met de ambitie om dit aan te nemen tijdens de Ecofinraad en de
Formele Raad Werkgelegenheid en Sociaal Beleid (WSBVC) van juni.
Inhoud/achtergrond/tijdpad onderhandelingen
Het vorige Spaanse Voorzitterschap en het huidige Belgische Voorzitterschap zijn in
september 2023 een gezamenlijk traject gestart over het belang van sociale investeringen.
Het Belgisch Voorzitterschap wil naar verwachting goede voorbeelden identificeren
van hervormingen en investeringen in het sociale domein die aantoonbaar bijdragen
aan de genoemde doelen. Om dit te bereiken werkt het Voorzitterschap aan een rapport
dat verwijst naar activerend arbeidsmarktbeleid, bijscholing en goede kinderopvangvoorzieningen
die effectief zijn gebleken in het verhogen van de productiviteit en de participatie,
en daarmee op termijn kunnen bijdragen aan de schuldhoudbaarheid.
Structurele hervormingen en investeringen spelen breder een rol in de herziening van
de Europese begrotingsregels. Specifiek kunnen lidstaten meer tijd krijgen voor hun
begrotingsopgave wanneer zij een set hervormingen en investeringen doorvoeren die
bijdraagt aan schuldhoudbaarheid, economische groei, de landspecifieke aanbevelingen
in het kader van het Europees Semester en EU-prioriteiten zoals de Europese pijler
voor sociale rechten en de groene en digitale transities.
Inzet Nederland
Het kabinet onderschrijft dat ambitieuze sociale investeringen kunnen bijdragen aan
economische groei, hogere productiviteit en een versterking van het concurrentievermogen,
die vervolgens bijdragen aan opwaartse sociaaleconomische convergentie, verbeterde
schuldhoudbaarheid en maatschappelijke cohesie. Dit zijn elementen die duidelijk opgenomen
zijn in de opinie van het Werkgelegenheidscomité (EMCO) en het Sociale Beschermingscomité
(SPC) die door de WSBVC van november 2023 is aangenomen.2
Het kabinet erkent dat het nader definiëren van sociale investeringen nuttig kan zijn.
In dat kader acht het kabinet het van meerwaarde om het effect van sociale investeringen
op schuldhoudbaarheid, productiviteit, inclusieve economische groei en het concurrentievermogen
in kaart te brengen en goede voorbeelden uit te wisselen.
De inzet van de Minister van Financiën en de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
tijdens het debat zal gericht zijn op het constructief delen, leren en kennis opdoen
van goede voorbeelden van effectieve sociale investeringen en hun uitwerking op de
productiviteit, concurrentievermogen en economische groei die aantoonbaar bijdragen
aan de genoemde doelen, waarbij het kabinet in het bijzonder meerwaarde ziet in activerende
arbeidsmarktmaatregelen, om-, her- en bijscholingsmaatregelen en kinderopvangvoorzieningen.
Daarbij zal het kabinet kritisch kijken naar een kwantitatieve onderbouwing ten aanzien
van het mogelijke effect van sociale investeringen op de schuldhoudbaarheid en de
begrotingsopgave van lidstaten.
Implementatie van de Herstel- en Veerkrachtfaciliteit
Document: n.v.t.
Aard bespreking: gedachtewisseling
Besluitvormingsprocedure: n.v.t.
Toelichting:
Tijdens de Ecofinraad zal worden stilgestaan bij de stand van zaken ten aanzien van
de herstel- en veerkrachtfaciliteit (HVF). Naar verwachting zal de Commissie een update
geven over de implementatie. Nederland kan de update aanhoren.
De Europese Commissie heeft 21 februari de tussentijdse evaluatie van de HVF gepubliceerd
waarin wordt stilgestaan in hoeverre de doelen van de HVF worden bereikt.3 De Ecofinraad zal naar verwachting in april van gedachte wisselen over de uitkomsten
van de tussentijdse evaluatie.
Economische en financiële impact van de Russische agressieoorlog tegen Oekraïne
Document: n.v.t.
Aard bespreking: gedachtewisseling
Besluitvormingsprocedure: n.v.t.
Toelichting:
De Ecofinraad heeft al vaker van gedachten gewisseld over de economische en financiële
impact van de Russische agressie tegen Oekraïne en over Europese steunmaatregelen
aan Oekraïne. De aanhoudende oorlog blijft in toenemende mate zijn tol eisen van de
Oekraïense samenleving en economie. De behoeften blijven onverminderd groot, onder
meer op het gebied van humanitaire hulp, watervoorziening, gezondheidszorg en herstel
van infrastructuur. De financiële steun aan Oekraïne is in 2022 en 2023 verstrekt
via de EU-begroting en Macro Financiële Bijstand (MFB). In 2023 is er in totaal EUR
18 miljard beschikbaar gesteld voor MFB.
De Russische invasie heeft in Oekraïne grote financiële noden gecreëerd: De Oekraïense
overheidsuitgaven zijn gestegen, de belastinginkomsten zijn gedaald en het land heeft
geen toegang meer tot internationale kapitaalmarkten. In de meest recente raming schat
de Wereldbank (in samenwerking met de Europese Commissie, de Verenigde Naties en Oekraïense
autoriteiten) de totale herstel- en wederopbouwnoden op USD 486 miljard voor de komende
tien jaar.4 Het resulterend extern financieringstekort wordt door het IMF op USD 121,7 miljard
geraamd over de periode van 2023 tot 2027.5 De EU-Oekraïne-faciliteit van EUR 50 miljard voor de periode 2024–20276,
7 en het IMF programma zijn belangrijke onderdelen van de internationale inzet om deze
tekorten en noden (deels) te dekken. Kabinetsbeleid is dat Nederland haar «fair share»
bijdraagt aan de internationale steuninzet – zowel bilateraal als via de EU en overige
multilaterale kanalen – en wij moedigen andere landen aan om dit ook te doen.
De Commissie en internationale financiële instellingen zullen naar verwachting in
de Ecofinraad een update geven over de situatie in Oekraïne, het nieuwe dertiende
sanctiepakket tegen Rusland dat door de EU is aangenomen, en de (financieel-economische)
ontwikkelingen in de EU inclusief de ontwikkelingen op de energiemarkt. Op 23 februari
jl. heeft de EU het dertiende Europese sanctiepakket tegen Rusland gepubliceerd. Het
pakket bevat met name toevoegingen van personen en instellingen aan de sanctielijsten.
Dit pakket leidt niet tot nieuwe regels voor de financiële sector en heeft daarom
minder relevantie voor de Ecofinraad. Ook zal de Ecofinraad waarschijnlijk een update
krijgen over de voortgang van de implementatie van de Oekraïne-faciliteit Nederland
zal hierbij pleiten voor een spoedige uitkering van middelen. Het kabinet zal het
belang van sancties uitdragen en zich blijven inzetten voor steun aan Oekraïne op
het gebied van humanitaire noden, het eerste herstel en uiteindelijk ook bij wederopbouw.
Terugkoppeling G20-vergadering van Ministers van Financiën en Presidenten van Centrale
Banken
Document: n.v.t.
Aard bespreking: gedachtewisseling
Besluitvormingsprocedure: n.v.t.
Toelichting:
Het voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie (de Raad) en de Commissie zullen
aan de Eurogroep en Ecofinraad een terugkoppeling geven over de eerste G20-bijeenkomst
voor Ministers van financiën en presidenten van centrale banken (FMCBG) onder het
Braziliaanse G20-voorzitterschap, van 28–29 februari in Sao Paolo. Naar verwachting
gaat de G20-vergadering grotendeels over de rol van internationale financiële instellingen
(IFI’s) bij i) het bestrijden van honger, armoede en ongelijkheid en ii) duurzame
ontwikkeling; twee van de prioriteiten van het Braziliaanse G20-voorzitterschap. De
derde prioriteit van het Braziliaanse voorzitterschap is het hervormen van het bestuur
van multilaterale organisaties, waarbij de FMCBG zich specifiek zal richten op mogelijke
hervormingen bij IFI’s.
Nederland heeft van G20-voorzitter Brazilië geen volledige uitnodiging ontvangen voor
deelname aan de G20 en bekijkt nu de mogelijkheden voor deelname aan een aantal specifieke
G20-bijeenkomsten en werkgroepen. Uw Kamer wordt hier in een separate brief over geïnformeerd.
Decharge Europese jaarbegroting 2022
Document: op dit moment nog niet beschikbaar. Het document wordt voorafgaand aan de vergadering
op het Delegates Portal geplaatst onder de titel «Council recommendation on the discharge to be given to the Commission in respect of
the implementation of the general budget of the European Union for the financial year
2022»
Aard bespreking: gedachtewisseling en aanname Raadsaanbeveling
Besluitvormingsprocedure: gekwalificeerde meerderheid
Toelichting:
De Ministers zullen van gedachten wisselen en stemmen over de aanname van de Raadsaanbeveling
aan het Europees Parlement voor het verlenen van decharge aan de Europese Commissie
over de uitvoering van de Europese begroting 2022.
De Europese Rekenkamer (ERK) schat het foutenpercentage bij de uitgaven over 2022
op 4,2%, dit was in 2021 3,0%.8 De tolerantiegrens ligt op 2,0%. Met name de uitgaven in het kader van vergoedingen
op basis van declaraties (ten opzichte van bijvoorbeeld het toekennen van subsidies)
kennen een relatief hoog foutenpercentage van 6,0%. Nederland acht het zorgelijk dat
nog steeds teveel fouten worden gemaakt in de rechtmatigheid van de uitgaven van de
EU-begroting. Positief is de constatering dat er wederom geen onjuistheden zijn opgemerkt
ten aanzien van de ontvangsten.
Nederland hecht veel waarde aan de belangrijke en onafhankelijke rol van de ERK als
externe auditor van de EU. Het werk van de ERK draagt bij aan de verantwoording, de
transparantie en het financieel beheer van de EU en kan zo het vertrouwen van de burgers
in de EU vergroten. Nederland vindt dan ook dat het oordeel van de ERK bij het opstellen
van het dechargeadvies van de Raad aan het Europees Parlement zwaar mee zou moeten
wegen. Om die reden heeft Nederland sinds 2007 tegen de aanname van een positief dechargeadvies
gestemd of, in de jaren dat een duidelijke verbetering zichtbaar was in het foutenpercentage
van de EU-uitgaven, zich onthouden van stemming. De Raadsaanbeveling reflecteerde
volgens Nederland in het verleden doorgaans onvoldoende het oordeel van de ERK.
Nederland heeft zich de afgelopen periode tijdens de besprekingen in de Raad actief
ingezet bij het opstellen van de Raadsaanbeveling voor decharge. De aanbevelingen
doen volgens Nederland echter onvoldoende recht aan het afkeurende oordeel van de
ERK en geven onvoldoende aanknooppunten voor oplossingen om het foutenpercentage te
verbeteren.
Overigens hebben verschillende lidstaten, en ook de Europese Commissie zelf, een andere
visie dan de ERK over de methode voor het berekenen van het foutenpercentage. De Commissie
hanteert een andere methode dan de ERK, waarbij het foutenpercentage wel binnen de
materialiteitsgrens valt. Volgens de ERK is bij de methode van de Commissie echter
sprake van een onderschatting van het foutenpercentage. Nederland volgt de lezing
van de ERK.
Op basis van het voorgaande is er volgens Nederland onvoldoende basis om in te stemmen
met de voorliggende Raadsaanbeveling met een positief dechargeadvies aan het Europees
Parlement. Het kabinet is dus voornemens om – net als in eerdere jaren – tegen de
aanname van deze positieve
Raadsaanbeveling voor decharge te stemmen. Dit jaar is de verwachting dat naast Nederland
ook een aantal andere landen tegen het positieve dechargeadvies zullen stemmen. Naar
verwachting zal echter een gekwalificeerde meerderheid van de Raad voor het aannemen
van een positief dechargeadvies aan het Europees Parlement stemmen. De verwachting
is dat een Nederlandse tegenstem de aanname van de Raadsaanbevelingen dus niet zal
tegenhouden.
Nederland zal – samen met enkele andere kritische lidstaten – een stemverklaring afgeven
waarin de belangrijke en onafhankelijke rol van de Europese Rekenkamer als externe
auditor van de EU wordt benadrukt.
Begrotingsrichtsnoer voor Europese begroting 2025
Document: op dit moment nog niet beschikbaar. Het document wordt voorafgaand aan de vergadering
op het Delegates Portal geplaatst onder de titel «Council conclusions on the Budget
guidelines for 2025».
Aard bespreking: goedkeuring
Besluitvormingsprocedure: consensus
Toelichting:
De Raad geeft de Europese Commissie via het begrotingsrichtsnoer sturing bij het opstellen
van de Europese (concept)begroting voor 2025. Het richtsnoer is niet juridisch bindend.
Besluitvorming in de Raad vindt plaats op basis van consensus. Er is geen rol voor
het Europees Parlement. Over de EU-begroting voor 2025 besluit de Raad met gekwalificeerde
meerderheid en het Europees Parlement met gewone meerderheid.
In het richtsnoer wordt allereerst het belang van een prudente begroting benadrukt,
waarbij tegelijkertijd wordt aangegeven dat er voldoende middelen beschikbaar dienen
te zijn om de prioriteiten in de EU te ondersteunen. Daarnaast benadrukt de Raad in
het richtsnoer, net als voorgaande jaren, het belang van budgettaire discipline in
de EU: de plafonds van het Meerjarig Financieel Kader (MFK) moeten gerespecteerd worden
en er dienen voldoende marges onder de plafonds te resteren om te kunnen reageren
op onvoorziene omstandigheden gedurende het jaar. Verder wordt het belang genoemd
van betrouwbare en precieze ramingen om de voorspelbaarheid van de afdrachten van
lidstaten aan de EU te vergroten. Tevens roept de Raad alle EU-instellingen op om
zich te houden aan de afspraken omtrent personeelsformatie en het verlagen van de
administratieve uitgaven.
Ook gaan de Raadsconclusies in op EU-steun aan Oekraïne. Er wordt aangegeven dat de
EU, samen met haar partners Oekraïne zal steunen zolang als nodig blijkt. Daarnaast
worden de conclusies van de Europese Raad van 1 februari jl. aangehaald, onder meer
waar deze conclusies aangeven dat de uitgaven aan het EURI instrument (dat de opgelopen
rentekosten voor de leningen van het Next Generation EU programma moet dekken) voor
circa 50% worden gedekt uit ruimte in de begroting, herprioriteringen en het gebruik
van de (niet-thematische) speciale instrumenten.
Nederland is voornemens om in te stemmen met dit begrotingsrichtsnoer van de Raad
aan de Commissie. Deze geeft een gebalanceerd beeld van de prioriteiten van de Raad
ten aanzien van de Europese begroting voor 2025 en neemt de conclusies van de Europese
Raad met betrekking tot de herziening van het Meerjarig Financieel Kader (mid-term
review) in voldoende mate mee. Er wordt geen discussie in de Raad verwacht. De Commissie
neemt het richtsnoer mee in het voorstel voor de begroting van 2025, dat naar verwachting
in juni 2024 verschijnt.
Indieners
-
Indiener
S.P.R.A. van Weyenberg, minister van Financiën
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.