Brief regering : Situatie Venezuela in relatie tot Jaarplan Kustwacht Caribisch Gebied
29 653 Het Nederlands buitenlands beleid ten aanzien van Latijns-Amerika en de Cariben
Nr. 63
BRIEF VAN DE MINISTER VAN DEFENSIE
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 30 januari 2024
In antwoord op de vraag van het lid Ceder (CU) tijdens de procedurevergadering van
de Commissie Defensie op 12 december jl. naar aanleiding van de Kamerbrief over het
Jaarplan Kustwacht Caribisch Gebied (Kamerstukken 36 410 X, nr. 20), informeer ik u mede namens de Minister van Buitenlandse Zaken over de huidige ontwikkelingen
in de regio omtrent het grensgeschil tussen Venezuela en Guyana, alsmede de toerusting
van het huidige Jaarplan op deze ontwikkelingen.
Grensgeschil Venezuela-Guyana
Eind 2023 zijn opnieuw spanningen ontstaan over het langlopende grensgeschil tussen
Venezuela en Guyana over het gebied Essequibo, een regio rijk aan olie en mineralen.
Een internationale arbitragecommissie heeft in 1899 bepaald dat de regio aan Guyana
toebehoort. Venezuela betwist de geldigheid van deze uitspraak en stelt dat voorrang
gegeven moet worden aan een plicht voor beide partijen om het geschil middels dialoog
op te lossen en verwijst daarbij naar een akkoord uit 1966 dat hiertoe oproept. Het
Internationaal Gerechtshof buigt zich sinds 2018 op verzoek van Guyana over het geschil
omdat andere pogingen het geschil op vreedzame wijze op te lossen niet slaagden. Venezuela
heeft bezwaar gemaakt tegen bevoegdheid van het Internationaal Gerechtshof in deze
zaak. Het Hof heeft inmiddels geoordeeld dat het bevoegd is in deze zaak, maar er
is nog geen uitspraak in het bodemgeschil.
Op 3 december jl. heeft het Venezolaanse regime een referendum gehouden over deze
regio waarin één van de vijf vragen was of Essequibo aan Venezuela toebehoort. Volgens
het regime was de opkomst hoog en heeft een grote meerderheid (95,93%) aangegeven
dat het gebied Venezolaans moet worden. Critici wijzen op misinterpretatie van de
opkomstcijfers en dat de opkomst juist relatief laag was. In reactie op het voornemen
tot dit referendum had Guyana het Internationaal Gerechtshof verzocht voorlopige maatregelen
af te kondigen om dit referendum tegen te houden. Het Hof heeft daarop in een uitspraak
van 1 december jl. beide landen opgeroepen geen activiteiten te ondernemen die de
huidige situatie wijzigen of die het geschil verergeren.
In navolging op het referendum heeft het Maduro regime een aantal vervolgacties ondernomen,
waaronder het presenteren van een nieuwe landkaart en het uitroepen van Essequibo
als Venezolaanse provincie. Ook kondigde het een militaire oefening aan bij de grens
met buurland Guyana. De internationale gemeenschap en regionale spelers (CARICOM/CELAC)
hebben geprobeerd de situatie te de-escaleren, onder meer tijdens een overleg op Saint
Vincent & the Grenadines op 14 december jl.
Als buurland volgt het Koninkrijk der Nederlanden de ontwikkelingen in de regio op
de voet. Ook in EU-verband worden de zorgen over de oplopende spanningen, die impact
kunnen hebben op de stabiliteit in de regio, gedeeld. Het Koninkrijk der Nederlanden
onderstreept het belang dat Venezuela en Guyana de uitspraak van het Internationaal
Gerechtshof respecteren en zich weerhouden van acties die de status quo wijzigen of
de situatie kunnen verergeren waardoor het vinden van een oplossing moeilijker wordt.
Bredere rol Defensie in de regio
Op dit moment heeft Defensie voor militaire- en politietaken een permanente militaire
presentie in het Caribisch deel van het Koninkrijk van ruim 1.000 medewerkers van
meerdere Defensieonderdelen, bestaande uit militairen en burgermedewerkers. Hiermee
draagt Defensie bij aan de veiligheid op land, vanaf zee en in de lucht. Een hoofdtaak
van Defensie is de bescherming van het eigen grondgebied, inclusief het Caribisch
deel van het Koninkrijk.
Dreigingsinschatting
Op dit moment is er geen reden om uit te gaan van een verhoogde dreiging ten aanzien
van de veiligheid van de Benedenwindse eilanden (Curaçao, Aruba, Bonaire), die dicht
bij de kust van Venezuela liggen. Het conflict richt zich op de Essequibo regio, dat
op grote afstand (circa 1.300 km) van het Caribisch deel van het Koninkrijk ligt.
Voor de Kustwacht Caribisch Gebied is het Jaarplan daarmee voldoende toegerust om
de reguliere taakstelling uit te voeren. Indien er vanwege de huidige situatie in
Venezuela mitigerende maatregelen genomen moeten worden of er gevolgen zijn voor de
reguliere operaties en werkzaamheden van de Kustwacht Caribisch Gebied waarbij wordt
afgeweken van het Jaarplan, zal de Kamer hierover geïnformeerd worden.
Jaarplan Kustwacht Caribisch Gebied
De Kustwacht Caribisch Gebied is de civiel-maritieme rechtshandhavingsinstantie voor
Aruba, Curaçao, Sint Maarten alsmede voor de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius
en Saba. De Kustwacht wordt aangestuurd door de landen van het Koninkrijk gezamenlijk
en heeft toezichthoudende taken, opsporingstaken en dienstverlenende taken. Dit betreft
o.a. algemene politietaken, toezicht op de scheepvaart, Search and Rescue (SAR) en hulpverlening en rampenbestrijding. Bij de uitvoering van justitiële taken
opereert de Kustwacht onder lokaal gezag (i.e. het Openbaar Ministerie). De Kustwacht
opereert in de eigen territoriale zee, aansluitende zone, exclusieve economische zone
(EEZ) en in het luchtruim daarboven. Door het grensoverschrijdende karakter van criminaliteit
richt de Kustwacht zich voor de bestrijding hiervan vooral op de maritieme buitengrenzen.
De Minister van Defensie,
K.H. Ollongren
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
K.H. Ollongren, minister van Defensie