Brief regering : Reactie op brief Eerste Kamer over vierde ronde Nationaal Groeifonds
36 410 L Vaststelling van de begrotingsstaat van het Nationaal Groeifonds voor het jaar 2024
Nr. 9
BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 26 januari 2024
In de brief van 23 januari 2024 hebben de leden van de vaste commissie voor Economische
Zaken en Klimaat van de Eerste Kamer het verzoek gedaan om per brief uiteen te zetten
waarom is gekozen voor de openstelling van de subsidieregeling voor de vierde ronde
van het Nationaal Groeifonds binnen het gecommuniceerde tijdspad en op welke manier
er ruimte is voor overleg met de Kamer. In deze brief informeer ik u daarover, mede
namens de Minister van Financiën.
In het debat in de Eerste Kamer van 18 december jl. heb ik toegezegd het parlement
te informeren over de vierde ronde van het Nationaal Groeifonds en voor die tijd geen
onomkeerbare stappen te zetten. Met mijn brief van 19 januari jl. heb ik beoogd aan
deze toezegging te voldoen, door voordat ik zou overgaan tot publicatie van de openstellingsregeling
de beide Kamers hierover te informeren. Dit mede met het oog op het commissiedebat
Verdienvermogen met de Tweede Kamer dat gepland was op 24 januari jl.
In de brief van 19 januari jl.1 ben ik ingegaan op de stand van zaken van de uitvoering van de vierde ronde en de
vervolgstappen in het uitvoeringsproces. Daarbij ben ik nader ingegaan op de publicatie
van de openstellingsregeling en de procedure van de vooraanmelding. Hieronder licht
ik toe dat er tot op heden nog geen sprake is van onomkeerbare stappen. Het eerstvolgende
moment waarop er sprake zou kunnen zijn van een mogelijke onomkeerbare stap zou zijn
1 april a.s., te weten het moment waarop partijen een subsidieaanvraag kunnen indienen.
Planning op hoofdlijnen
In de brief van 30 juni 20232 hebben de Minister van Financiën ik de vierde ronde aangekondigd. Daarbij hebben
wij aangekondigd dat de communicatie over de vierde ronde in het najaar van 2023 zou
starten. Hierbij zou de advisering door de Adviescommissie Nationaal Groeifonds over
de ingediende investeringsvoorstellen plaatsvinden voorafgaand aan respectievelijk
de Voorjaarsnota 2025 en Miljoenennota 2026 (Prinsjesdag 2025). Op basis van de ervaringen
met de derde ronde zou daarbij de aanvraagprocedure verbeterd worden en zou er ook
gewerkt worden met een ruimere openstellingsperiode. Dit gelet op de tijdsinspanning
die het kost om de grootschalige, meerjarige, structuurversterkende programma’s (die
het Nationaal Groeifonds ondersteunt) uit te werken.
In oktober 2023 is vervolgens de communicatie over de vierde ronde gestart. Ook zijn
toen de aangepaste subsidieregeling3 voor de vierde ronde gepubliceerd (waarbij er verbeteringen zijn aangebracht in de
aanvraagprocedure), alsmede de handleidingen en handreikingen voor aanvragers.
Geïnteresseerde partijen kunnen sinds oktober 2023 hun eerste ideeën voor een Nationaal
Groeifonds-aanvraag door middel van een Quickscan met de Rijksdienst voor Ondernemend
Nederland (RVO) delen. Dit is een laagdrempelige mogelijkheid voor potentiële indieners
om eerste feedback te krijgen op hun projectvoorstel. Daarnaast worden er informatiesessies
georganiseerd. Geïnteresseerde partijen zijn op dit moment volop bezig met het ontwikkelen
van voorstellen. Inmiddels hebben meer dan 50 geïnteresseerde partijen een quickscan
ingediend.
Volgende stappen in het uitvoeringsproces
In de brief van 19 januari jl. heb ik uiteengezet dat ik voornemens was om uiterlijk
31 januari de openstellingsregeling te publiceren. Daarin worden de periode van de
vooraanmelding (1 februari 2024 – 31 december 2024), de periode voor het indienen
van subsidieaanvragen (1 april 2024 – 31 december 2024) en de subsidieplafonds voor
de subsidieregeling vastgelegd. Subsidieaanvragen kunnen volgens het voorgestelde
tijdspad echter pas worden ingediend vanaf 1 april 2024.
Tot 1 april zal er geen juridische verplichting ontstaan richting aanvragers, ook
als de openstellingsregeling is gepubliceerd. Het (nieuwe) kabinet heeft ook na 1 april
formeel nog de mogelijkheid om de regeling in te trekken of te wijzigen. Het intrekken
van de regeling heeft echter geen gevolgen voor subsidieaanvragen die tussen 1 april
en het moment van intrekken ingediend zijn en aan alle formele vereisten voldoen.
Deze zullen in behandeling moeten worden genomen en er zal budget voor beschikbaar
moeten zijn indien deze aanvragen leiden tot een toekenning.
Op basis van de vooraanmelding vindt geen formele besluitvorming over toekenningen
van middelen plaats. De vooraanmelding is wel een verplichte stap in het proces voor
indieners van een definitieve subsidieaanvraag. Door middel van de vooraanmelding
kunnen potentiële indieners vroegtijdig in het proces inzicht krijgen of het voorstel
zou kunnen passen binnen het Nationaal Groeifonds. Hiermee kunnen zij ook suggesties
krijgen om het voorstel te verbeteren ten behoeve van de definitieve indiening. Omdat
het publiceren van de openstellingsregeling verwachtingen wekt bij veldpartijen, hecht
ik er vanuit het oogpunt van goed bestuur aan om pas tot publicatie over te gaan nadat
de Tweede Kamer in gelegenheid is geweest om hierover met mij in gesprek te treden.
In uw brief geeft u aan dat de openstellingsperiode van de subsidieregeling is vervroegd
ten opzichte van de communicatie in mijn eerdere Kamerbrief. In de brief van 30 juni
20234 heb ik inderdaad vermeld dat subsidieaanvragen na het zomerreces van 2024 kunnen
worden ingediend. Destijds leek een eerdere openstelling niet haalbaar om ICT-technische
redenen. Inmiddels is het ICT-systeem voor de subsidieaanvragen van het Nationaal
Groeifonds in de vierde ronde gereed voor gebruik vanaf 1 april a.s. Aangezien vervroeging
van de openstelling de aanvragers meer tijd geeft voor het verwerken van opmerkingen
en aanwijzingen, en de mogelijkheid geeft tot meer spreiding van de aanvragen en daarmee
betere feedback mogelijk maakt, is er gekozen voor het vervroegen van het begin van
de openstellingperiode naar 1 april 2024. Met andere woorden, bij publicatie van de
openstellingsregeling kan vanaf 1 april a.s. van onomkeerbaarheid sprake zijn.
Het vervroegen van de datum van openstelling is dus gedaan om potentiële aanbieders
meer tijd te geven voor het indienen en uitwerken van aanvragen. Indien de Kamer daar
prijs op stelt, kan de datum voor het indienen van subsidieaanvragen worden uitgesteld,
bijvoorbeeld naar 1 juni 2024 zoals eerder gecommuniceerd aan potentiële indieners.
Ten overvloede merk ik op dat het moment waarop de communicatie is gestart (najaar
2023) niet is vervroegd. De momenten waarop de Adviescommissie Nationaal Groeifonds
adviseert over de ingediende projectvoorstellen zijn nog steeds gepland voor voorafgaand
aan respectievelijk Voorjaarsnota 2025 en Miljoenennota 2026 (Prinsjesdag 2025).
Overleg met het parlement
Het commissiedebat op 24 januari jl. over Verdienvermogen zou de Tweede Kamer de mogelijkheid
hebben geboden om over mijn voorgenomen stappen te debatteren. Omdat het commissiedebat
is uitgesteld tot 14 februari 2024 heeft dit overleg nog niet plaatsgevonden. Gelet
hierop zal ik de publicatie van de openstellingsregesssssling uitstellen tot na het
debat op 14 februari. Hiermee wordt de periode van openstelling van de vooraanmelding
ook uitgesteld. Ook neem ik hierin de eventuele wens van de Kamer voor het wijzigen
van de startdatum voor het indienen van subsidievoorstellen mee.
De Minister van Economische Zaken en Klimaat,
M.A.M. Adriaansens
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.A.M. Adriaansens, minister van Economische Zaken en Klimaat