Brief regering : Voortgang Banenafspraak Rijk
34 352 Uitvoering en evaluatie Participatiewet
Nr. 309
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 20 december 2023
De Minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen stuurde uw Kamer op 6 juli
van dit jaar een brief1 waarin uitgebreid werd in gegaan op de resultaten van de Banenafspraak over het jaar
2022. In de brief werd o.a. opgemerkt dat extra aandacht nodig is en blijft voor de
inzet van overheidswerkgevers op de Banenafspraak. In deze brief informeer ik uw Kamer
over de extra stappen die worden ondernomen om de realisatie van banen binnen het
Rijk te bevorderen.
Conform de afspraken uit het Bestuurlijk akkoord2 neem ik uw Kamer in deze brief mee in de aanpak en realisatie binnen de sector Rijk
zoals deze nu is. Daarnaast geef ik u een update met betrekking tot de vorig jaar
geïntroduceerde maatregelen om een verdere impuls te geven aan de Banenafspraak binnen
het Rijk: centrale financiering en verdere inzet op Social Return door middel van
de gebundelde leveranciersaanpak.
1. Aanpak sector Rijk
Binnen het Rijk hechten we waarde aan een inclusieve organisatiecultuur, waarin alle
medewerkers actief betrokken en opgenomen worden in de groep. Waar zij zichzelf kunnen
zijn, zich vrij voelen om hun mening te geven, zich gewaardeerd en gerespecteerd voelen
en waar zij zich in een veilige leeromgeving kunnen ontwikkelen3. Een belangrijk onderdeel van de ambitie om een inclusieve werkgever te zijn, is
het bieden van zinvol en duurzaam werk in een veilig werkklimaat voor de doelgroep
Banenafspraak. Het Rijk blijft zich inzetten om aan deze opgave te voldoen.
In het najaar van 2022 stuurde de toenmalige Minister van BZK u een brief4, met daarin een uitgebreide beschrijving van de rijksbrede aanpak, gekenmerkt door
vier sporen: 1) individuele plaatsingen, 2) collectieve plaatsingen, 3) banen gerealiseerd via
Social Return en 4) banen gerealiseerd in samenwerking met andere werkgevers. Het is en blijft een belangrijke maatschappelijke opgave ervoor te zorgen dat mensen
met een arbeidsbeperking gelijkwaardig kunnen deelnemen aan de samenleving door betaald
werk, zodat een gelijkwaardig bestaan kan worden opgebouwd en tevens de waardevolle
talenten, de mogelijkheden en het potentieel van deze doelgroep benut wordt. Dit is
een opgave waar het Rijk zich voor blijft inzetten. Hierbij blijft het Rijk leren
van de succesverhalen en de praktijkervaringen in de afgelopen jaren. Op basis van
deze opgedane kennis en ervaringen zijn belangrijke randvoorwaarden vastgesteld om
effectief invulling te kunnen geven aan de opgave Banenafspraak. Deze aspecten vormen
de basis voor de aanscherping en verbreding van de focus binnen het Rijk de komende
tijd, welke gericht is op het verder brengen van de Banenafspraak. Verderop in deze
brief ga ik uitvoeriger in op deze hernieuwde focus.
Tien jaar Banenafspraak
De Banenafspraak bestaat inmiddels ruim 10 jaar. In deze 10 jaar hebben collega’s
zich met veel motivatie en energie ingezet voor de doelgroep Banenafspraak. Deze inspanningen
hebben geleid tot mooie successen. Er zijn rijksbreed inmiddels 3.995 banen gerealiseerd.
Hierbij gaat het om een breed scala aan functies, met name op hbo- en wo-niveau maar
ook op mbo-niveau.
Naast het realiseren van directe banen droegen Rijksoverheidsorganisaties de afgelopen
jaren ook indirect bij aan het verkleinen van de afstand tot de arbeidsmarkt, door
als springplank te fungeren naar een carrièrestap binnen en buiten de Rijksoverheid.
In het laatste geval neemt het aantal gerealiseerde banen voor mensen uit de doelgroep
Banenafspraak door de betreffende organisaties af, maar leveren zij wel een belangrijke
bijdrage aan het doel van de Banenafspraak. Hetzelfde geldt voor banen gerealiseerd
door middel van Social Return5.
Daarnaast bestaat ook de rijksbreed opererende organisatie Binnenwerk, een onderdeel
van BZK. Binnenwerk richt zich op plaatsingen in teamverband met een vaste teamleider
en individuele begeleiding van een jobcoach. Waardoor specialistische begeleiding
en maatwerk adequaat kan worden ingezet, een belangrijk aspect ten behoeve van de
duurzame inzetbaarheid van medewerkers. In samenwerking met Binnenwerk zijn inmiddels
ruim 800 banen gerealiseerd, onder andere op het gebied van gebouwassistentie, archiefbewerking
en bos- en natuurbeheer (i.s.m. Staatsbosbeheer). Dit zijn mooie resultaten waar we
binnen het Rijk trots op zijn.
2. Realisatie en cijfers
Lessen en ervaringen
In de brief van het najaar van 2022 van de toenmalige Minister van BZK6 werd nader ingegaan op de lessen, ervaringen en knelpunten van de afgelopen jaren.
Deze zijn echter niet altijd even eenduidig. Dit heeft onder andere te maken met verschillen
tussen de Rijksoverheidsorganisaties in cultuur, structuur en personeelsbestand. Wat
voor de ene organisatie werkt, hoeft voor de andere organisatie niet een succes te
zijn. Ook heeft het Rijk verschillende werkprocessen waar plaatsingen zelden mogelijk
zijn, omdat de specifieke werkomstandigheden dit nauwelijks toelaten. Bijvoorbeeld
bij de Dienst Justitiële Inrichtingen, waar medewerkers te maken hebben met veiligheidsrisico’s
in de omgang met gedetineerden. Daarnaast bestaat regelmatig een mismatch tussen het
type beschikbare werkzaamheden en het werk- denkniveau van de doelgroep. Binnen het
Rijk zijn veel kennis-gedreven werkzaamheden die vragen om een theoretisch werk- en
denkniveau. Alhoewel een deel van de doelgroep op dit werk- en denkniveau functioneert,
geldt dit voor het overgrote deel van de doelgroep niet. Het creëren van banen met
meer praktische werkzaamheden is een uitdaging. Onder andere omdat deze werkzaamheden
veelal zijn uitbesteed aan de markt.
Realisatie kwantitatieve doelstelling
De kwantitatieve doelstelling voor de Rijksoverheid over 2022 was het realiseren van
in het totaal 5.144 banen. Eind 2022 waren er in totaal 3.749 banen gerealiseerd binnen
het Rijk en eind Q2 2023 waren dat er in totaal 4.1757. Ook indirect is bijgedragen aan het verkleinen van de afstand tot de arbeidsmarkt
voor mensen uit de doelgroep Banenafspraak via Social Return. Naar schatting werden
in het eerste kwartaal van 2022 tussen de 15.000–17.000 banen in de marktsector gerealiseerd
vanwege inkoop door de overheid en/of de SROI eis8.
Tabel 1 Aantal voltijdsbanen van 25,5 uur voor medewerkers onder de Wet Banenafspraak
2023Q21
Bron: UWV, Binnenwerk, contractpartijen raamovereenkomst, ministeries.
1 I.v.m. afronding kan het voorkomen dat sommige totaalwaardes of sommige percentages
niet overeenkomen met berekening met de afgeronde waardes in de tabel.
2 Het voorlopige doel wordt berekend m.b.v. de quotumcalculator met quotumpercentage
2,76 procent o.b.v. het aantal fte in het 1e kwartaal van 2023.
3 De banen onder Binnenwerk zijn verdeeld over de ministeries waarvoor Binnenwerk het
gemandateerd werkgeverschap uitvoert. De ministeries betalen de banen van deze medewerkers
en Binnenwerk voert leiding, begeleiding en administratie uit en houdt de bezetting
op peil.
4 Het aantal fte waarop het doel van BZ is gebaseerd, is inclusief banen voor uitgezonden
personeel op de posten.
5 IenW/RWS realiseert naast directe banen ook banen via de Groeituin Social Return.
6 Het aantal fte waarop het doel van JenV is gebaseerd, is exclusief de executieve
functies bij DJI (10.491 fte).
7 De executieve functies van DJI worden nog wel meegenomen bij de berekening van de
totale doelstelling – de uitzondering binnen het veiligheidsdomein betekent namelijk
geen verlaging van de uiteindelijke doelstelling. Hierdoor missen er nog 409 doelbanen
(o.b.v. 10.491 fte) die nog niet belegd zijn onder de ministeries.
3. Stand van zaken extra maatregelen om de instroom te verhogen
Gelet op de achterstand die moet worden ingehaald om binnen het Rijk aan het quotum
te voldoen, werden eind vorig jaar aanvullend op de lopende initiatieven expliciet
twee maatregelen getroffen om een extra impuls te geven aan de instroom van banen
voor de doelgroep Banenafspraak.
Centrale financiering
In 2022 vond positieve besluitvorming plaats over het inrichten van centrale financiering
van banen voor de Banenafspraak binnen de ministeries die nog niet voldoen aan het
eigen quotum. Bij de totstandkoming van de afspraak om over te gaan op een centrale
financieringsconstructie, is aan de ministeries zelf overgelaten hoe de financieringsconstructie
intern zou worden ingeregeld.
Dit jaar heeft bij een aantal ministeries aangetoond dat het succesvol organiseren
van een centraal budget het realiseren van banen binnen de organisatie verder op gang
kan brengen. Het voorkomt bijvoorbeeld dat herhaaldelijk gesprekken moeten worden
gevoerd over het beschikbaar stellen van financiële middelen voor het realiseren van
banen. Tegelijkertijd is het ook een extra stimulans voor leidinggevenden om ruimte
en passende werkzaamheden te creëren binnen de afdeling en worden meer organisatieonderdelen
betrokken bij de Banenafspraak door centrale financiering. Er zijn echter ook ministeries
die de centrale financieringsconstructie hebben teruggedraaid. Het risico van centrale
financiering is namelijk dat medewerkers uit de doelgroep onnodig lang boven de formatie
worden geplaatst, terwijl vanuit de inclusiviteitsgedachte het streven is naar instroom
op een vaste formatieplek, met alle rechten die daarbij horen. Omdat de centrale financieringsconstructie
een instrument is en geen doel op zich en ministeries zelf primair verantwoordelijk
zijn voor het realiseren van banen, maken de ministeries zelf een adequate inschatting
wanneer het instrument wel of niet ten goede komt aan de eigen invulling van de Banenafspraak.
Extra inzet op Social Return
In de Kamerbrief van 7 oktober 2022 zijn extra inspanningen op het gebied van Social
Return aangekondigd in de vorm van een stapsgewijs op te bouwen netwerkorganisatie
binnen het Rijk. Hierbij is het de bedoeling dat de gebundelde leveranciersaanpak
bijdraagt aan de arbeidsparticipatie voor mensen met een arbeidsbeperking. Hoewel
Social Return-inspanningen bijdragen aan de maatschappelijke opgave om de afstand
tot de arbeidsmarkt onder andere voor mensen uit het doelgroepregister te verkleinen,
tellen deze banen op dit moment niet mee voor het quotum van de sector Rijk. We zien
echter veel potentie in de samenwerking tussen de markt en overheid die Social Return
met zich meebrengt. We blijven dan ook in de geest van de Wet Banenafspraak inzetten
op Social Return. Met de start van de netwerkorganisatie wordt dit over de grenzen
van ministeries heen ingericht. Ik verwacht veel van deze vorm van Social Return.
Het gaat hierbij vooral om het opleiden van kandidaten voor krapteberoepen. Voor de
Rijksoverheid kan dit ook een belangrijk middel zijn om mensen uit de banenafspraak
op te leiden voor duurzame instroom binnen de Rijksoverheid, op nieuwe of bestaande
banen. Parallel daaraan lopen ook Social Return-activiteiten bij ministeries en organisatieonderdelen
zelf. Een voorbeeld hiervan is de Groeituin Social Return bij Rijkswaterstaat (RWS).
Het inkoopvolume van RWS heeft namelijk een grote potentie om sociale impact te maken
via inkoop, in samenwerking met haar leveranciers. Op 17 oktober 2023 is het wetsvoorstel
vereenvoudigde banenafspraak aan de Tweede Kamer aangeboden (Kamerstuk 36 449). Hierin is onder andere opgenomen dat het onderscheid tussen markt en overheid op
termijn zal worden opgeheven. Ik ben blij met het perspectief dat hiermee wordt geboden
en verwacht dat dit nog meer kansen zal bieden voor het realiseren van banen ten behoeve
van de doelgroep Banenafspraak.
4. Hernieuwde focus
Het realiseren van banen is, ondanks alle inspanningen, niet eenvoudig. Het commitment
aan de Banenafspraak blijft echter onveranderd hoog. Hierbij is het belangrijk dat
we de opgave niet uit het oog verliezen, door de toenemende focus op cijfers en aantallen.
Het realiseren van duurzame en kwalitatief goede banen voor mensen uit de doelgroep
is wat we met elkaar willen bereiken. Er wordt dan ook een hernieuwde focus aangebracht
die gericht is op het stimuleren om de Banenafspraak zowel kwantitatief als kwalitatief
verder te brengen, de medewerkers om wie het gaat centraal te stellen en vol in te
zetten op het behouden van de reeds ingestroomde rijkscollega’s met een doelgroepindicatie.
Zoals eerder beschreven, maken de onderlinge verschillen tussen ministeries het uitdagend
om in concrete zin één set aan maatregelen voor te schrijven die de Banenafspraak
verder gaat brengen. Specifieke omstandigheden zoals het primaire proces en de samenstelling
van het personeelsbestand vragen om een organisatie specifieke aanpak. Desondanks
is er consensus over het belang van het opnieuw centraal stellen van de opgave Banenafspraak,
waarbij;
• De mogelijkheden centraal staan in de gesprekken en het handelen t.b.v. de Banenafspraak;
• Het ambassadeurschap voor de Banenafspraak in alle lagen van de organisatie nog zichtbaarder
wordt;
• Verder inzicht verkregen wordt in wat haalbaar is, zodat realistische verwachtingen
kunnen worden geschept en hiernaar wordt gehandeld met het gevolg dat het volledige
potentieel binnen het Rijk wordt benut.
4.1. De focus binnen het Rijk de komende tijd
Concreet zet het Rijk de komende tijd in op de volgende thema’s:
− Inrichten adequate begeleidingsstructuur
Begeleiding is essentieel voor het succes van een plaatsing. Het gaat hier niet alleen
om de geplaatste kandidaat uit de doelgroep. Ook de begeleiding die (interne) jobcoaches,
buddy’s en directe collega’s bieden is (tijd)intensief. Om de succeskans te vergroten,
kijken we naar verschillende manieren om begeleiders en direct betrokken collega’s
beter te ondersteunen. Bijvoorbeeld door middel van intervisie, leernetwerken en ondersteunende
trainingen en cursussen. In aanvulling daarop is het ook belangrijk om te leren van
de doelgroep zelf: waar ligt de ondersteuningsbehoefte? En als een plaatsing niet
slaagt, is het belangrijk om te reflecteren waarom het niet is gelukt en wat een volgende
keer beter kan.
− Inventariseren kansrijke domeinen Binnenwerk
Hoewel elke baan telt en van grote maatschappelijke betekenis is, realiseren we ons
dat inzet op het creëren van directe banen binnen het Rijk alleen niet voldoende zal
zijn om de doelstellingen te halen. De samenstelling van de doelgroep Banenafspraak
verandert en er is in toenemende mate behoefte aan meer praktische banen en werkzaamheden.
Dit vraagt in de praktijk om improvisatievermogen, lef en creativiteit. Om versnelling
aan te brengen in de creatie van banen, inventariseert Binnenwerk samen met de departementen
welke kansrijke domeinen er zijn binnen de Rijksoverheid om op grote schaal banen
te creëren voor mensen uit de doelgroep Banenafspraak. Voor de volgende domeinen worden
momenteel de mogelijkheden in kaart gebracht:
• Informatiehuishouding;
• (fysieke) Controle / toezicht;
• Pandgebonden dienstverlening in het facilitaire domein;
• ICT assistentie beheer & onderhoud;
• Bedrijfskleding (reparatie);
• Registratie / administratie.
Kansrijke ideeën worden momenteel nader uitgewerkt en begin 2024 wordt naar verwachting
duidelijk hoeveel banen deze rijksbrede samenwerking (potentieel) oplevert.
− Aanscherpen
Kwaliteit en duurzaamheid
Hoewel de wet Banenafspraak stuurt op kwantitatieve banen en niet specifiek op de
kwaliteit van deze banen is het belangrijk om te benadrukken dat duurzame banen realiseren
voor de doelgroep Banenafspraak het doel is. Parallel aan het realiseren van banen
en geschikte werkpakketten, is het belangrijk om de duurzaamheid van de werkzaamheden
in gedachten te houden. Het risico bestaat dat de inspanningen die tot nu toe zijn
gedaan, niet beklijven en dat gecreëerde banen voor de doelgroep een tijdelijk karakter
houden. Hoewel we ons nu inspannen om onze doelstellingen zo goed mogelijk te behalen,
verbreden we het accent in de uitvoering geleidelijk van instroom naar, behoud, doorstroom
en mobiliteit van de doelgroep Banenafspraak binnen het Rijk. Net als ieder ander
is ook de doelgroep Banenafspraak gebaat bij een stabiele werkomgeving en een duidelijk
toekomstperspectief.
Zoals eerder aangegeven in deze brief is en blijft de Banenafspraak een belangrijke
maatschappelijke opgave. De inspanningen om deelname aan de samenleving door betaald
werk inclusiever te maken, blijven dan ook onverminderd doorgaan.
De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
A.C. van Huffelen
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A.C. van Huffelen, staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties